• No results found

(totaal) *1000 196 185 181 174 168 165 162 Aantal aansluitingen

9 Effectentoets verplichtingen .1 Inleiding

9.2 Kwalitatieve beschrijving van effecten

9.4.2 Dynamische markteffecten

766. Naast statische markteffecten, heeft regulering ook dynamische effecten. Hierbij kan gedacht worden aan het effect van regulering op investeringen, innovatie en toetreding en uittreding. Dit heeft op lange termijn invloed op prijzen, kwaliteit, keuze voor eindgebruikers en kosten van aanbieders. 767. Door alternatieve aanbieders in staat te stellen om op de retailmarkt voor zakelijke

netwerkdiensten effectief te concurreren, voorkomt regulering uittreding van marktpartijen en

bevordert hij toetreding tot deze retailmarkt. Dit verhoogt de concurrentie op lange termijn en leidt tot een verdere daling van prijzen, stijging van volumes en kwaliteit en vergroting van de keuze van eindgebruikers.

768. Regulering verhoogt ook prikkels voor bestaande en nieuwe concurrenten om in eigen netwerken te investeren en zelf HKWBT/HL aan te gaan bieden. Ten eerste, door tegen redelijke voorwaarden complementaire dekking te bieden aan aanbieders die een minder grote netwerkdekking hebben dan KPN, verhoogt regulering de waarde van de netwerken van deze aanbieders en moedigt daardoor investeringen daarin aan. Ten tweede draagt regulering er aan bij dat alternatieve

aanbieders een klantenbestand kunnen opbouwen of behouden, en van daaruit de mogelijkheid hebben om te investeren in de verdere uitrol van eigen infrastructuur.

769. Ook wanneer uiteindelijk investeringen door alternatieve aanbieders uitblijven, kan er een disciplinerende werking uitgaan van de mogelijke investeringen van alternatieve aanbieders in een eigen infrastructuur. Bestaande aanbieders in een bepaald gebied worden beperkt in het doorvoeren van prijsstijgingen, omdat alternatieve aanbieders bij een bepaalde prijs een eigen netwerk zullen aanleggen of uitbreiden.

770. Het college concludeert dat de verwachte dynamische effecten van regulering van HKWBT/HL positief zijn.

Effectentoets verplichtingen

9.5 Conclusie

771. Op basis van de analyse in deze effectentoets concludeert het college dat:

- de reguleringskosten € 1,5 tot € 1,9 miljoen per jaar bedragen;

- het statisch markteffect op de retailmarkten voor zakelijke netwerkdiensten minstens leidt

tot een toename van het consumentensurplus van minimaal € 38 miljoen per jaar en een toename van de welvaart van minimaal € 2 miljoen per jaar; en

- de dynamische markteffecten van regulering positief zijn.

772. Op grond van het voorgaande concludeert het college dat de voordelen van de verplichtingen groter zijn dan de nadelen en daarmee dat de verplichtingen proportioneel en gerechtvaardigd zijn.

10 Dictum

I. Het college heeft op grond van artikel 6a.1, eerste lid, van de Tw onderzocht welke markt(en) overeenkomen met de in de Aanbeveling van de Commissie vermelde markt(en) voor

wholesalebreedbandtoegang (hierna: WBT) en wholesalehuurlijnen (WHL).

II. Het college heeft geconcludeerd dat onderscheid dient te worden gemaakt in een relevante markt voor hoge kwaliteit WBT en huurlijnen (hierna: HKWBT/HL) en een separate markt voor lage kwaliteit WBT. Het onderhavige besluit betreft de relevante markt voor HKWBT/HL.

III. Het college heeft geconcludeerd dat de markt voor HKWBT/HL niet daadwerkelijk concurrerend is en dat KPN op deze markt beschikt over AMM. Het college wijst Koninklijke KPN N.V. alsmede haar groepsmaatschappijen als bedoeld in artikel 24b Boek 2 Burgerlijk Wetboek, voor zover zij actief zijn als aanbieder van openbare elektronische communicatienetwerken, bijbehorende faciliteiten of elektronische communicatiediensten op de markt voor HKWBT/HL (hierna: KPN), aan als onderneming als bedoeld in artikel 6a.2, eerste lid, van de Tw.

IV. Gelet op het ontbreken van daadwerkelijke concurrentie op de markt voor HKWBT/HL en de AMM-positie van KPN op deze markt, legt het college de in dit hoofdstuk genoemde verplichtingen aan KPN op.

Toegangsverplichting

V. Op grond van artikel 6a.2 juncto artikel 6a.6, eerste lid, van de Tw legt het college aan KPN de verplichting op om te voldoen aan redelijke verzoeken om HKWBT/HL-toegang over koper- en

glasvezelnetwerken. KPN dient toegang te leveren op metroniveau, met uitzondering van de klassieke wholesalediensten (zie paragraaf 7.4.2.1). De klassieke wholesalediensten dient KPN op regionaal niveau te leveren.

VI. De in dictumonderdeel V bedoelde toegangsverplichting ziet uitdrukkelijk mede op alle bij HKWBT/HL-toegang behorende faciliteiten te leveren als onderdeel van toegang. Onder dergelijke bijbehorende faciliteiten of diensten worden in ieder geval de onderstaande faciliteiten of diensten verstaan:

a. collocatie of andere vormen van gedeeld gebruik van bijbehorende faciliteiten; b. open toegang tot technische interfaces, protocollen of andere kerntechnologieën die

onmisbaar zijn voor de interoperabiliteit;

c. toegang tot operationele ondersteuningssystemen of vergelijkbare softwaresystemen die nodig zijn om eerlijke concurrentie bij het aanbieden van elektronische communicatiediensten te waarborgen; en

d. uitsluitend in het geval van HKWBT/HL-toegang op basis van ODF-access (FttO), near-net toegang.

Dictum

VII. Op grond van artikel 6a.6, derde en vierde lid, van de Tw verbindt het college aan de in dictumonderdeel V bedoelde toegangsverplichting de volgende voorschriften:

a. KPN dient te goeder trouw te onderhandelen met aanbieders van elektronische communicatiediensten die verzoeken om HKWBT/HL-toegang;

b. KPN dient informatie die een toegangverzoekende partij redelijkerwijs nodig heeft om een voldoende gespecificeerd verzoek om HKWBT/HL-toegang te kunnen doen, desgevraagd tijdig en volledig te verstrekken;

c. KPN dient verzoeken om HKWBT/HL-toegang tijdig en adequaat in behandeling te nemen en zo nodig met de toegangverzoekende partij te bespreken. Een gemotiveerde en redelijke reactie op het verzoek om HKWBT/HL-toegang dient binnen een redelijke termijn aan de verzoekende partij verstrekt te worden. Het college is van oordeel dat alleen in

uitzonderingssituaties een termijn van meer dan twee weken redelijk kan zijn voor een reactie; d. KPN mag geen onredelijke voorwaarden verbinden aan het verlenen van

HKWBT/HL-toegang;

e. KPN dient een redelijke procedure op te stellen en te gebruiken voor het behandelen van verzoeken om nieuwe vormen van HKWBT/HL-toegang en deze in haar referentieaanbod op te nemen;

f. KPN mag aan de HKWBT/HL-toegang geen beperkingen opleggen, tenzij zij kan aantonen

dat daarvoor een redelijke en objectiveerbare rechtvaardiging bestaat;

g. KPN dient kenbare en in de telecommunicatiesector gebruikelijke technische standaarden te hanteren ten aanzien van het netwerk en/of de HKWBT/HL-toegangsdienst (inclusief

bijbehorende faciliteiten);

h. KPN dient ten minste een redelijke kwaliteit van dienstverlening te leveren, inclusief ten minste redelijke leveringstermijnen. KPN dient in elk geval een redelijke minimumkwaliteit te garanderen aan de hand van ten minste redelijke serviceniveaus voor bestelling, levering, exploitatie, onderhoud en storingsherstel van diensten. Dit houdt ten minste in het hanteren van expliciete en redelijke kwaliteitsparameters voor de te verstrekken diensten, een redelijke resultaatsverplichting voor de minimumserviceniveaus en een hieraan gekoppeld redelijk boetebeding in geval van niet-nakoming van de gestelde kwaliteitsniveaus;

i. KPN dient ten minste eens per kwartaal een complete en gedetailleerde kwaliteitsrapportage

te verstrekken aan wholesaleafnemers over de realisatie van service levels (als genoemd onder h). De rapportage dient aan te sluiten op de wijze waarop de KPI’s en boetes (als beide genoemd onder h) zijn gedefinieerd. De rapportage bevat uitgesplitst per productgroep ten minste de totale hoeveelheid opgeleverde producten en de opgeleverde producten per marktpartij;

j. KPN mag HKWBT/HL-toegang (inclusief bijbehorende faciliteiten) uitsluitend in gebundelde

vorm aanbieden indien zij kan aantonen dat daarvoor een objectieve rechtvaardiging bestaat; k. KPN mag toegangsdiensten (inclusief bijbehorende faciliteiten) niet strategisch ontwerpen

l. KPN mag informatie waarvan redelijkerwijs aangenomen dient te worden dat deze

vertrouwelijk is die zij ten behoeve van het verlenen van HKWBT/HL-toegang verkrijgt, slechts gebruiken voor dat doel en niet voor andere doelen en niet met derden delen; en

m. KPN mag de al verleende toegang niet intrekken, tenzij voortgezette verlening van toegang redelijkerwijs niet van KPN mag worden verlangd. In dit laatste geval dient KPN een verzoek tot intrekking van reeds verleende toegang aan het college ter goedkeuring voor te leggen. Een dergelijk verzoek zal door het college uitsluitend worden gehonoreerd, indien is voldaan aan in ieder geval de volgende randvoorwaarden hanteren: (1) een redelijke

uitfaseringstermijn, (2) de beschikbaarheid van gereguleerde redelijke alternatieven, (3) een gelijke behandeling wat betreft de uitfasering van gerelateerde door KPN zelf gebruikte diensten, (4) heldere procedures voor de uitfasering en (5) garantie van dienstverlening bij migratie.

Non-discriminatieverplichting

VIII. Op grond van artikel 6a.2 juncto artikel 6a.8 van de Tw legt het college aan KPN de verplichting op om de in dictumonderdeel V bedoelde toegang onder gelijke omstandigheden onder gelijke voorwaarden te verlenen (non-discriminatieverplichting). De verplichting heeft betrekking op alle voorwaarden, en derhalve ook op tariefvoorwaarden.

IX. De non-discriminatieverplichting heeft in ieder geval betrekking op: a. de beschikbaarheid van de diensten en netwerken;

b. de onderhoudsperioden;

c. de hersteltijden in geval van storingen; d. het proces van ordering en levering;

e. het proces van aankondiging van nieuwe of gewijzigde diensten; en

f. het proces van informatieverstrekking.

X. De non-discriminatieverplichting omvat daarnaast een verbod op tariefdifferentiatie: het is KPN niet toegestaan dezelfde diensten tegen verschillende tarieven aan (interne en externe) afnemers aan te bieden of te leveren, tenzij KPN kan aantonen dat de tariefdifferentiatie niet tot doel of effect heeft de mededinging te belemmeren. In het specifieke kader van dit verbod is sprake van dezelfde diensten, indien deze de afnemer dezelfde functionaliteit bieden.

XI. Het verbod op tariefdifferentiatie geldt in alle gevallen voor (i) het hanteren van selectieve prijzen (zoals kortingen of tarieven voor slechts een beperkte groep van afnemers), en (ii) het hanteren van getrouwheidskortingen (zoals langjarige termijnkortingen of bundelkortingen waarbij afnemers worden ontmoedigd om (voor een deel van hun diensten) over te stappen naar een concurrent). Naar het oordeel van het college hebben deze vormen van tariefdifferentiatie in alle gevallen een beperking van de mededinging tot doel of effect.

Dictum

XII. Bepaalde vormen van kwantum- en termijnkortingen, alsmede bepaalde vormen van geografische tariefdifferentiatie hebben meestal niet tot doel of tot effect de mededinging te belemmeren. Deze vormen van tariefdifferentiatie zijn dan ook toegestaan, indien de tariefdifferentiatie (i) op objectieve en transparante wijze is vormgegeven, (ii) niet selectief is, (iii) niet het karakter heeft van een

getrouwheidskorting, en (iv) niet anderszins een beperking van de mededinging tot doel of effect heeft.

XIII. Indien KPN kostenvoordelen aanvoert om aan te tonen dat een bepaalde vorm van

tariefdifferentiatie niet tot doel of tot effect heeft de mededinging te belemmeren, dient zij in ieder geval aan te tonen dat die kostenvoordelen zich daadwerkelijk voordoen en dat de aangevoerde kostenvoordelen in een redelijke verhouding staan tot de voorgenomen tariefdifferentiatie. Dat de kostenvoordelen daadwerkelijk optreden, dient KPN aan te tonen op basis van de EDC-systematiek. Voor zover de kostenvoordelen voortkomen uit schaalvoordelen, is tariefdifferentiatie (alleen al) op die grond niet toegestaan. Bij een vergroting van de schaal daalt immers de gemiddelde kostprijs van alle diensten waaraan het schaalvoordeel wordt ontleend. Schaalvoordelen hebben daarom niet als effect dat er kostenverschillen ontstaan tussen de verschillende diensten waarover het schaalvoordeel wordt behaald. Schaalvoordelen kunnen daarom niet worden gebruikt ter onderbouwing van de stelling dat tariefdifferentiatie tussen specifieke diensten niet tot doel of tot effect heeft de mededinging te belemmeren.

XIV. Indien KPN voornemens is om na inwerkingtreding van dit besluit een bepaalde vorm van tariefdifferentiatie te handhaven of te introduceren en deze naar haar oordeel voldoet aan het bepaalde in dictumonderdeel XII tot en met XIII, doet zij zo spoedig mogelijk een daartoe strekkend voorstel aan het college toekomen. Voor zover het gaat om bestaande vormen van tariefdifferentiatie, dient dit voorstel uiterlijk binnen één maand na inwerkingtreding van het onderhavige besluit bij het college te worden ingediend. Het voorstel dient te zijn voorzien van een gedetailleerde en complete onderbouwing aan de hand waarvan het college kan vaststellen of de voorgenomen tariefdifferentiatie niet tot doel of tot effect heeft de mededinging te belemmeren. KPN zal alleen met toestemming van het college overgaan tot daadwerkelijke handhaving of introductie van de voorgestelde vorm van tariefdifferentiatie.

XV. KPN dient het verbod op tariefdifferentiatie binnen drie maanden na inwerkingtreding van onderhavig besluit te implementeren.

XVI. Als onderdeel van de non-discriminatieverplichting legt het college aan KPN de verplichting op om een minimale marge te hanteren tussen diensten in de markt voor HKWBT/HL en diensten op de downstream gelegen retailmarkten (ND-5-toets), zodat afnemers van HKWBT/HL in staat zijn KPN’s aanbod op de downstreammarkten prijstechnisch te repliceren. In aanvulling hierop schrijft het college KPN tevens voor dat zij een voldoende marge moet laten bestaan tussen de prijsstelling van

HKWBT/HL op het gereguleerde netwerkniveau en de prijsstelling van HKWBT/HL op de

ongereguleerde netwerkniveaus. De inhoud van deze verplichting is uitgewerkt in paragraaf 8.3.2. XVII. Als onderdeel van de ND-5 toets legt het college aan KPN de volgende voorschriften op:

a. Beschikbaarheid ND-5 toetsen

KPN dient voor iedere downstreamdienst waarop ND-5 van toepassing is, op zorgvuldige en gedetailleerde wijze een ND-5 toets uit te voeren en te archiveren voorafgaand aan het moment van aanbieden (offreren). Wijzigingen in de aanbieding gedurende het proces tussen offerte en overeenkomst dienen door KPN eveneens te worden vastgelegd in een aangepaste zorgvuldige en gedetailleerde ND-5 toets. Slechts voor zover KPN op een andere zorgvuldige en gedetailleerde wijze, dan op basis van een volledig uitgewerkte ND-5 toets kan verzekeren dat aan ND-5 wordt voldaan, is het KPN toegestaan in plaats van de ND-5 toets toe te

passen, deze andere wijze uit te voeren. KPN dient in een dergelijk geval de relevante documentatie te archiveren die aan die (interne) verzekering ten grondslag ligt. In navolging op een verzoek van het college dient KPN binnen drie werkdagen de gearchiveerde ND-5 (toets)informatie aan het college op te leveren.

b. Kwartaaloplevering ND-5 toetsen

Binnen de reikwijdte van ND-5 dient KPN het college voor alle standaard downstreamdiensten (dus niet zijnde maatwerk) eens per kwartaal te voorzien van de door haar gebruikte meest actuele versie van de ND-5 toetsen. Een openbare versie van deze ND-5 toetsen dient KPN eens per kwartaal op het openbare deel van haar website te publiceren.

c. Implementatietermijnen ND-5 verplichting

Vanaf het moment van inwerkingtreding van het onderhavige besluit zal KPN enige tijd nodig hebben om de impact van ND-5 op zowel haar actief afneembaar portfolio (list prices, uitstaande offertes) als haar installed base (lopende contracten) te onderzoeken. Het college acht een termijn van drie maanden redelijk voor het doorvoeren van eventuele

prijsaanpassingen ten behoeve van het actief afneembaar portfolio. Voor de eventuele correcties van de installed base acht het college een termijn van negen maanden redelijk.

Transparantieverplichting en het referentieaanbod

XVIII. Op grond van artikel 6a.2 juncto artikel 6a.9, eerste en tweede lid, van de Tw legt het college aan KPN een algemene transparantieverplichting op en de verplichting om een referentieaanbod bekend te maken.

XIX. KPN dient op grond van artikel 6a.2 juncto artikel 6a.9, tweede lid, van de Tw alle diensten en bijbehorende faciliteiten die KPN levert in het kader van de toegangsverplichting op grond van artikel 6a.6, eerste lid, van de Tw op te nemen in een referentieaanbod.

XX. Op grond van artikel 6a.9, vijfde lid, van de Tw, verplicht het college KPN om het referentieaanbod uit te splitsen naar toegangsdiensten en bijbehorende faciliteiten die behoren tot de markt voor

HKWBT/HL en de daarbij gehanteerde tarieven en andere voorwaarden. Het referentieaanbod moet ten minste die onderwerpen omvatten die het college in het kader van de toegangsverplichting in paragraaf 8.2 heeft opgenomen, alsmede de onderwerpen die in randnummer 674 zijn genoemd. Het referentieaanbod moet voldoende inzicht geven in de toegangsdiensten en bijbehorende faciliteiten en daarom moeten ten minste de volgende elementen daarin zijn opgenomen:

Dictum

a. redelijke voorwaarden voor HKWBT/HL-toegang. Dit behelst: (1) netwerkelementen waar toegang wordt geboden; (2) informatie over de plaatsen van de fysieke aansluitpunten en de beschikbaarheid van aansluitnetwerken op bepaalde delen van het toegangsnet; (3)

technische voorwaarden die verband houden met toegang tot en gebruik van het netwerk, met inbegrip van de technische kenmerken van de toegangsdienst; (4) procedures voor het bestellen en leveren; en (5) gebruiksbeperkingen;

b. bijbehorende faciliteiten (waaronder collocatie): (1) complete informatie over de

desbetreffende locaties van KPN; (2) collocatieopties (met inbegrip van fysieke collocatie en in voorkomend geval collocatie op afstand en virtuele collocatie); (3) redelijke apparatuureisen: eventuele beperkingen voor apparatuur die in collocatie kan worden geplaatst; (4)

veiligheidsaspecten: door KPN getroffen maatregelen om de veiligheid van hun locaties te waarborgen; (5) redelijke voorwaarden voor de toegang van het personeel van concurrerende exploitanten; (6) redelijke veiligheidsnormen; (7) redelijke regels voor toewijzing van ruimte wanneer de collocatieruimte beperkt is; en (8) redelijke regels voor ontvangers voor de inspectie van locaties waarop fysieke collocatie mogelijk is of plaatsen waar collocatie is geweigerd in verband met ruimtegebrek;

c. informatiesystemen: redelijke voorwaarden voor toegang tot de (1) operationele

ondersteunende systemen en (2) informatiesystemen of databases voor reservering, levering, bestelling, onderhouds- en herstelverzoeken en facturering van KPN. Voor

informatiesystemen dient er een storing- en herstelprocedure te zijn en een boetebeding ingeval van het niet voldoen aan minimum kwaliteits- en serviceniveaus; en

d. redelijke leveringsvoorwaarden: (1) standaardcontract; (2) termijn waarbinnen wordt

gereageerd op verzoeken om diensten en faciliteiten, overeenkomsten in zake het niveau van de dienst, procedures om gebreken te verhelpen en om terug te keren naar het gangbare niveau van dienstverlening en parameters voor de kwaliteit van de dienstverlening; (3) tarieven voor elk van bovengenoemde aspecten, functies en faciliteiten; en (4) boetebeding ingeval van het niet voldoen aan minimum kwaliteits- en serviceniveaus.

XXI. Op grond van artikel 6a.9, vijfde lid, van de Tw verbindt het college aan de verplichting om een referentieaanbod te publiceren de hierna genoemde voorschriften:

a. KPN dient het referentieaanbod binnen één maand na de inwerkingtreding van dit besluit bekend te maken;

b. KPN dient voor nieuwe of gewijzigde diensten een aankondigingstermijn van minimaal twee maanden in acht te nemen, voordat een dergelijke dienst wordt geïmplementeerd;

c. KPN dient het referentieaanbod in ieder geval op elektronische wijze te publiceren op haar website;

d. KPN dient het referentieaanbod en wijzigingen daarvan in ieder geval bekend te maken via een elektronische nieuwsbrief aan bestaande afnemers;

e. KPN dient het college niet later te informeren dan dat zij potentiële afnemers informeert over voorgenomen wijzigingen;

f. KPN dient zorg te dragen dat de aangekondigde wholesaledienst ook daadwerkelijk

afneembaar is aan het einde van de aankondigingstermijn met inachtneming van de geldende verplichtingen;

g. KPN dient het referentieaanbod op te splitsen naar de onderscheiden vormen van toegang; en h. KPN dient in het referentieaanbod ten minste de in randnummer 706 opgesomde punten op te

nemen.

Tariefregulering

XXII. Op grond van artikel 6a.2 juncto artikel 6a.7 van de Tw legt het college ten behoeve van het kunnen afnemen van toegangsdiensten en bijbehorende faciliteiten die behoren tot de wholesalemarkt voor HKWBT/HL, tariefregulering op.

XXIII. Op grond van artikel 6a.7, eerste en tweede lid, van de Tw legt het college aan KPN de verplichting op kostengeoriënteerde tarieven te hanteren. Dit betekent dat KPN tarieven dient te hanteren die niet boven de door het college te bepalen tariefplafonds mogen liggen. De tariefplafonds gelden vanaf 1 januari 2013.

XXIV. Tot het moment dat het college een tariefbesluit heeft genomen en daarin tariefplafonds heeft vastgesteld, dient KPN voorlopige tarieven te hanteren. Deze voorlopige tarieven dienen in ieder geval te voldoen aan de ND-5 toets.

XXV. Voor de nadere invulling van voornoemde tariefregulering voor toegangsdiensten gelden de volgende verplichtingen voor KPN:

a. Het college legt op grond van artikel 6a.7 eerste en tweede lid van de Tw aan KPN de verplichting op een door het college te bepalen en goed te keuren

kostentoerekeningssysteem te hanteren. Dit systeem dient te voldoen aan de voorschriften die nader zijn uitgewerkt in de Annexen A en B van dit besluit. KPN is verplicht dit

kostentoerekeningssysteem binnen drie maanden na het van kracht worden van dit besluit ter goedkeuring aan het college voor te leggen.