• No results found

Anemone blanda: Invloed van herkomst, plantmaat, rooidatum, drogen, bewaartemperatuur en

In document Teelt bijzondere bolgewassen (pagina 34-37)

rooidatum, drogen, bewaartemperatuur en bewaarduur op

ploffers

3.6.1

Inleiding

In deze proef is vooral het effect van de rooidatum, het drogen en de bewaartemperatuur op het ploffen onderzocht. Dit is gedaan met verschillende partijen.

3.6.2

Materiaal en methode

Materiaal : A. blanda, 2- en 3-jarig van zaad

Plantdatum : 24 september 2003

Herkomst : Kweker 1, 2 en 3, genoemd: partij 1, 2 en 3 Rooitijdstippen : - groen gewas (half afgestorven) = 15 juni 2004

- afgestorven gewas = 7 juli 2004 - 4 weken na afsterven = 27 juli 2004

Methode van rooien : handmatig, met enig zand in gaasbak, krant onderin Drogen/bewaren : - snel (gaaszakjes in gaasbak, veel circulatie in cel)

- rustig (gaaszakjes in papier gepakt)

- niet (gaaszakjes in plasticzak met vermiculiet)

Droog-/bewaartemperatuur : - 9°C

- 13°C - 17°C

Aanvang koeling : 6 oktober 2004

6 november 2004

Koeling + medium : 15 weken 9°C in zand van tuin Lisse

3.6.3

Proefresultaten

3.6.3.1 Groei op het veld

Het gewas stond er op het veld mooi bij, de veldjes met de kleine knolmaat iets magerder dan de andere veldjes. In de partij van kweker 2 kwam aan het einde van de teelt enige uitval voor wat werd veroorzaakt door Sclerotinia tuberosa.

3.6.3.2 Penicillium

Tijdens de bewaring is enige aantasting door Penicillium waargenomen (evenals vorig jaar).

Penicillium zat vooral in de vroeg gerooide knollen en bijna niet in de laat gerooide knollen. Verder was er bijna geen Penicillium op de in plastic ingepakte knollen. Penicillium zat vooral op droog bij 17°C bewaarde knollen, bewaring in papier leidde tot minder Penicillium.

Tabel 20. Penicillium aantasting gemiddeld per groep behandelingen. 0 = geen Penicillium, 1 = enige Penicillium, 2 = veel Penicillium.

Rooidatum vroeg normaal laat 0.81 0.39 0.06

Wijze van inpakken

Bewaartemperatuur niet papier plastic

9°C 0.46 0.63 0.17

13°C 0.42 0.79 0.33

17°C 0.88 0.08 0.00

3.6.3.3 Uitdrogen

Voor het planten zijn de knollen in oktober en november gewogen. Opgemerkt moet worden dat bij aanvang van de proef de aantallen zijn afgeteld maar niet het gewicht is bepaald. Hoewel de maat uniform was en het aantal gelijk geeft het gewicht een indicatie en geen statistisch bewijs.

In tabel 21 is te zien dat inpakken in plasticzak met vermiculiet het uitdrogen sterk beperkt t.o.v. niet inpakken. Inpakken in papier ging het uitdrogen nauwelijks/niet tegen. De gegevens komen goed overeen met die van vorig jaar. Van oktober tot november verliezen de knollen nauwelijks gewicht.

Tabel 21. Totaal gewicht (g) per behandeling ná bewaring voor de koeling.

Oktober Wijze van inpakken

Bewaartemperatuur niet papier plasticzak met vermiculiet

9°C 1357 1564 2060

13°C 1374 1396 2086

17°C 1193 1209 1982

November Wijze van inpakken

Bewaartemperatuur niet papier plasticzak met vermiculiet

9°C 1534 1534 2086

13°C 1240 1260 2109

17°C 1160 1132 1940

3.6.3.4 Ploffers

Evenals in de vorige twee jaren was er een vijfweg-interactie.

Wanneer naar de hoofdeffecten worden gekeken ligt het kleinste (maar wel betrouwbaar) verschil bij het inpakken. De knollen niet inpakken gaf meer ploffers dan de knollen inpakken in papier of plastic met vermiculiet. De behandeling waarbij de knollen zijn ingepakt in plastic was nu wel positief maar gaf vorig jaar een veel beter resultaat.

Het grootste effect werd verkregen door het rooitijdstip. Vroeg rooien gaf veruit de meeste ploffers, op het normale tijdstip rooien minder ploffers en laat rooien bijna geen ploffers.

Evenals voorgaande jaren waren er ook partij verschillen. Vooral één partij, klein tweejarig goed (maat 3/4) waar ook Sclerotinia bulborum in zat had veel meer ploffers dan de andere partijen.

Tenslotte was er ook een effect door de plantdatum. Gemiddeld gaf planten in november meer ploffers dan planten in oktober. Evenals voorgaande jaren gaf later planten (= langer bewaren) meer ploffers. Gezien de gewichten van de knollen lijkt extra uitdroging toch niet de oorzaak te zijn van de extra ploffers hoewel de resultaten van bewaring in plastic dit weer tegenspreken.

Er zijn 33 behandelingen met betrouwbaar meer dan 0% ploffers (van de 216 behandelingen = 15%). Vorig jaar waren dat 12 van de 162 behandelingen = 7,4%).

Vooral vroeg rooien in combinatie met droog bij 17°C bewaren gaf veel ploffers. In tabel 22 zijn dezelfde behandelingen weergegeven als vorig jaar.

Tabel 22. Percentage ploffers gemiddeld over rooidatum, inpakken tijdens bewaring en bewaartemperatuur. bewaartemperatuur Rooien inpakken 9°C 13°C 17°C Vroeg niet 3.5 5.5* 48.5* Vroeg papier 8.5* 7.0* 5.0* Vroeg plastic+vermicul. 7.5* 9.5* 7.5* Normaal niet 1.5 1.0 4.5* Normaal papier 6.5* 4.5* 14.5* Normaal plastic+vermicul. 2.5 3.0 7.5* Laat niet 0.0 0.5 1.0 Laat papier 0.0 0.5 1.0 Laat plastic+vermicul. 1.0 0.5 0.5 LSD = 4.49

* = betrouwbaar méér ploffers dan 0%

Voor het overzicht zijn in tabel 23 de gemiddelde percentages ploffers per hoofdeffect weergegeven. Tabel 23. Overzicht percentage ploffers per hoofdeffect.

Plantdatum Oktober November LSD

4.2 7.1 1.22

Herkomst kw 1, 3/4 kw 2, 3/4 kw 1, 4/5 kw 3, 4/5 LSD

4.8 11.0 3.9 2.9 1.72

rooidatum vroeg normaal laat LSD

11.4 5.1 0.6 1.49

inpakken niet papier plastic LSD

7.3 5.3 4.4 1.49

bewaartemperatuur 9°C 13°C 17°C LSD

3.6.3.5 Relatie tussen Penicillium en ploffers

Omdat evenals vorig jaar zowel Penicillium als ploffers zijn gevonden in de proef is er gekeken of er een verband is tussen die twee. Dit bleek niet het geval te zijn. De correlatiecoëfficiënt is slechts 0.36. Er zijn volop behandelingen met Penicillium waarin geen ploffers voorkwamen en behandelingen waarin volop ploffers zaten waarin geen Penicillium zat.

De knollen vroeg rooien en daarna onbeschermd bij 17°C bewaren gaf zowel Penicillium als ploffers.

3.6.4

Samenvatting resultaten

• Ook dit jaar is het weer gelukt om ploffers te krijgen. Er waren volop potten met 5 gezonde knollen (= maximaal) en volop potten met 5 ploffers.

• Evenals in de twee voorgaande jaren gaf vroeg rooien (een nog niet geheel afgestorven gewas) veel meer ploffers dan rooien na afsterven of een maand ná afsterven.

• Verder gaf bewaring bij 17°C (het huidige advies) veel meer uitval door ploffers dan koeler bewaren. Er was extreem veel uitval na vroeg rooien in combinatie met bewaren bij 17°C.

• Het niet-inpakken van de knollen (niet beschermen tegen uitdrogen) gaf meer ploffers dan inpakken in papier of plastic met vermiculiet. Tussen de laatste twee was geen verschil. Vorig jaar gaf inpakken in plastic met vemiculiet een perfect resultaat, dit jaar duidelijk minder goed.

• Evenals voorgaande jaren waren er meer ploffers naarmate de knollen later waren geplant, d.w.z. langer waren bewaard.

• Er waren, evenals in voorgaande jaren, partij verschillen. De kleine plantmaat (3/4) van kweker 2 leverde meer ploffers op dan dezelfde of andere maten van andere kwekers.

3.7 Anemone blanda: Onderzoeken mogelijkheden voor een

In document Teelt bijzondere bolgewassen (pagina 34-37)

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN