• No results found

Andere oerproducten

In document BIBLIOTHEEK^KITLV HHHHHHHH! (pagina 123-127)

Tapaibekin Soemoer Mas

6. Andere oerproducten

Diamant. Gedurende 1933 werd door eenige Dnjaks en Maleiers aan de B o v e n - L a n d a k , in het stroomgebied der Meroeban-rivier, gelegen in de Wester-afdeeling van Borneo, d i a m a n t gewasschen ter gezamenlijke waarde van + f 1100, terwijl in de onderaf deeling Martapoera (afd. Bandjcrmasin, res. Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo) 2241 licenties voor de winning van d i a m a n t werden uitgereikt, tegen 3374 in 1932.

Door de bevolking werd 181 k a r a a t d i a m a n t ter waarde van f 11 402 gewonnen, tegen 267£ k a r a a t m e t een waarde van f 10 762 in 1932. Op het concessieterrein B a n t j a h Sirang I werd 253,21 k a r a a t d i a m a n t gewasschen ter waarde van f 5288.

Mangaanerts. I n 1933 werd de geheele productie van dit erts geleverd door de Algemeene Industrieele Mijnbouw- en Exploitatie-Maatschappij, die hare concessies in Midden-Java (res. Jogjakarta) en W e s t - J a v a (res. P r i a n g a n ) exploiteerde.

Door verdere loonsverlaging, verbeterde werkwijze en verlaging van v r a c h t -tarieven gelukte het de steeds zwaardere concurrentie het hoofd te bieden. De J a p a n s c h e m a r k t ging weliswaar door de zeer goedkoope aanbieding van, Chineesch en Koreaansch erts voor de Java-explo.itanten verloren, m a a r dit verlies werd door m e e r afzet in E u r o p a gecompenseerd.

Verkocht werd uitsluitend b r u i n s t e e n ; n a a r het laaggradige 'ovenerts was geen vraag.

D e gewijzigde inzichten bij het gebruik van bruinsteen in droge batterijen, zoomede de vraag n a a r fijn gemalen erts, gaven aanleiding tot completeering der verwerkingsinstallaties m e t maalwerktuigen. Door betere, sorteering werden de physische eigenschappen van het erts opgevoerd.

De productie aan bruinsteen bedroeg in Midden- en W e s t - J a v a respectievelijk 8885 en 1578 ton, tegen 7489 en 798 ton in 1932.

Jodium. De winning van jodiumhoudend water vond in 1933 plaats in de residentie Soerabaja door de Oriental P e t r o l e u m Company, de N. V. Vereenigde

*) Hierin zijn begrepen 189 920 kgton benzine, verkregen uit de behandeling van aard-gassen.

120

Jodiumfabrieken, de N . V. J o d i u m o n d e m e m i n g W a t o e d a k o n en de N. V. Mijn-bouw Maatschappij „ S o e m b e r K o e n t j o e n g " .

De uitvoer van koperjoduur van J a v a bedroeg in 1933 183 ton, tegen 204 ton in 1932. .. • . . . .

De wereldmarktprijs daalde t o t op de helft van de m het begin des jaars genoteerde.

Asfaltgesteente. De productie van asfaltgesteente bedroeg in verslagjaar 6774 ton, tegen 850 ton in 1932.

Natuurasfalt wordt in Nederlandsch-Indië uitsluitend gewonnen door de N. V Mijnbouw- en Cultuur Maatschappij „ B o e t o n " , die op het gelijknamige eiland asfaltkalksteen-lagen ontgint. Door de geleden verliezen m voorafgegane j a r e n verkeerde deze maatschappij in finantieele moeilijkheden, doch t h a n s is zrj ge-reorganiseerd. H i e r a a n is t e n deele de zeer onregelmatige productie der l a a t s t e

jaren t e wijten. . . . . , . i r,Q O

Verscheept werd van Boeton 4511 ton asfaltgesteente, tegen 3926 ton m 1932.

Zwavel. De door de Algemeene Industrieele Mijnbouw- en Exploitatie-Maatschappij op h a a r terrein „ K a w a h - P o e t i h " geproduceerde geraffineerde zwavel bedroeg 10 638 ton, tegen 7578 ton in 1932, en aan ongeraffineerde zwavel 478 ton.

D a a r het opname-vermogen van zwavel van de zeer ingekrompen suiker-industrie op J a v a gering was, moest het grootste deel der productie buiten J a v a verkocht worden, waarbij zware concurrentie van J a p a n s c h e en Ameri-kaansche zwavel ondervonden werd.

E e n geringe hoeveelheid zwavel werd door de bevolking op de Goenoeng Welirang verzameld, waarvoor afzet op de binnenlandsche m a r k t gevonden werd.

Fosfaat. Door de N. V. Exploitatie- en Handel-Maatschappij v / h E . B o n i n g werden in de residentie Cheribon op h a a r concessieterrein „Fosfaatconcessie Kromong I " gedurende 1933 7945 ton fosfaat m e t een gehalte van 24,6—28 % P O. gewonnen, tegen 2724 ton fosfaat m e t een gehalte van 30,0—30,6 % BjO- in 1932.

Kalksteen. W i n n i n g van kalksteen vond p l a a t s in d e residentiën Buitenzorg, P r i a n g a n Cheribon, Pekalongan, Semarang, J a p a r a - B e m b a n g , Jogjakarta, Klaten, Madioen, Kediri en Besoeki op J a v a en in de residentiën S u m a t r a s W e s t k u s t en Benkoelen op S u m a t r a .

Tras. T r a s werd in 1933 gewonnen in de residentiën P r i a n g a n en Pekalongan.

Kaolien. Door de Nederlandsch-Indische C h a m o t t e - en Klei-Industrie werd in 1933 op B a n g k a 232,7 ton ruwe kaolien gedolven, tegen 121,5 ton in 1932.

Klei W i n n i n g van klei had p l a a t s in de residentie J a p a r a - E e m b a n g op J a v a , in de residentie P a l e m b a n g en het gouvernement Atjeh en Onderhoong-heden op S u m a t r a en in h e t gouvernement Celebes en OnderhoongOnderhoong-heden.

7. Zoutwinning.

Overzicht van den Dienst der Zoutregie. D e uitbreiding van h e t monopolie-gebied m e t de residentie M a n a d o en de invoering van de zoutregie aldaar, geregeld bij G . B . 15 Nov. 1932 n°. 29 ( I . S. nos. 561 en 562), had plaats m e t ino-ang van 15 F e b r u a r i 1933 ( I . S. n°. 2 6 ) . D e monopolie-prijs van briket-zout is voOT de onderaf deelingen Donggala en Paloe (res. Manado) nader vastgesteld

( I . S. 1933 n°. 5 2 ) . , , - , • • , Bij Ord. van 16 M a a r t 1934 ( I . S. n°. 140) werd h e t z.g. cultuurgebied van

de Oostkust van S u m a t r a bij h e t gebied der zoutregie ingelijfd.

Bij G . B . 18 Nov. 1933 n°. 14 ( I . S. n°. 441) is, m e t ingang van 1 J a n u a r i 1934, een t o t h e t D e p a r t e m e n t van Financiën behoorende dienst ingesteld onder den n a a m van ,,opium- en zoutregie", tot taak hebbende de voorziening in de behoefte aan regie-opium en regiezout in Nederlandsch-Indië.

WINNING VAN DELFSTOFFEN. 121

D e voorloopige financieele u i t k o m s t e n -van den dienst der zoutregie in 1933 zijn opgenomen in het volgend overzicht (de definitieve uitkomsten worden ver-meld in h e t jaarverslag van den dienst en in deel I I van dit Verslag).

Uitgaven :

Algemeen beheer van den dienst f 96 700 A a n m a a k en aankoop 1 458 200 Fabriekmatige bewerking en verpakking 1 368 400 Vervoer en verkoop 2 895 000 Totaal f 5 818 300 Opbrengst :

Eigen verkoop f 7 303 900 Verkoop aan de provincies S 472 100 Diversen 232 500 Totaal f 16 008 500

E e n afname van de zoutvoorraden had plaats ter waarde van f 480 100, zoo-dat h e t batig saldo bedroeg f 9 710 100.

Aanmaak en aankoop van ruw zout. D e groote voorraad van h e t op de zout-landen opgeslagen loszout dwong t o t het n e m e n van bijzondere maatregelen ter beperking van d e n zoutoogst. Voor 1933 werd daarom de productie der zoutlanden gesteld op 111 000 ton, terwijl het gouvernementszoutland Grisée buiten bedrijf werd gesteld.

Teneinde de z o u t m a k e n d e bevolking in den daardoor veroorzaakten belang-rijken achteruitgang in verdiensten eenigermate tegemoet te_ komen, werd de inkoopprijs van h e t ruwe zout verhoogd t o t f 0,60 per hectoliter, zijnde f 7,50 per ton ( I . S. 1933 n°. 263).

H e t grillig verloop van den Oostmoesson was oorzaak, dat de zoutproductie nog vrij belangrijk beneden de vastgestelde hoeveelheid bleef.

Zij bedroeg op de bevolkingslanden :

Soemenep 23 836 ton in 1933, tegen 47 020 ton in 1932 P a m e k a s a n 13 959 ,, ,, 1933, „ 38 062 „ ,, 1932 S a m p a n g 38 057 ,, ,, 1933, ,, 86 346 ,, ,, 1932 en op de eigen landen :

Nambakor-West ... 5 099 ,, „ 1933, ,, 17 191 ,, ,, 1932 Gersik-Poetih 3 650 ,, ,, 1933, ,, 10 864 ,, ,, 1932 of in totaal 84 601 ton in 1933, tegen 207 618 ton in 1932.

Voor den aankoop van b e t losse zout op de bevolkingslanden werd aan de zoutwinners op Madoera uitbetaald f 568 893, tegen f 1 071 421 in 1932.

Voorts werd een hoeveelheid r u w zout van 100 000 ton voor export-doeleinden verkocht, van welke hoeveelheid 28 595 ton werd verscheept.

D e op de verschillende zoutétablissementen einde 1933 aanwezige voorraad loszout bedroeg 1 247 430 ton, tegen 1 358 200 ton einde 1932.

Deze voorraad was opgeslagen in 113 pakhuizen en 147 z.g. openlucht-opscburingen.

Fabriekmatige bewerking en verpakking. I n totaal werd in 1933 door beide fabrieken 127 436 ton loszout van den z o u t a a n m a a k ontvangen, tegen 119 612 ton in 1932.

D e productie bedroeg 116 168 ton briketzout, tegen 108 989 ton in 1932. I n eerstgenoemde hoeveelheid is begrepen 4131 ton gejodeerd zout, b e s t e m d voor bestrijding van endemischen krop in verschillende streken van h e t regie-gebied.

Door beide fabrieken werd in 1933 afgeleverd 115 276 ton briketzout, tegen 128 693 ton in 1932.

De voorraad, in totaal in beide fabrieken einde 1933 aanwezig, bedroeg 9496 ton briketzout, tegen 8608 ton einde 1932.

Voor de verpakking van het briketzout werd 1178 ton uit E u r o p a betrokken karton verbruikt, tegen 1205 t o n in 1932. Dit mindere gewicht aan verwerkt karton in 1933, n i e t t e g e n s t a a n d e de hoogere productie van briketzout, vindt zijn verklaring in de omstandigheid, dat een lichter papiersoort werd gebezigd, waar-door een belangrijke bezuiniging werd verkregen.

Gemiddeld waren in beide fabrieken 1279 arbeiders per dag werkzaam, tegen 1210 in 1932.

De vervaardiging van h e t tafelzout „ M a d z o " vond wederom verderen voort-gang. Nog enkele toestellen werden hiervoor aangeschaft en in het eigen atelier vervaardigd. I n 1933 werd r u i m 68 t o n tafelzout afgeleverd en door tusschen-komst van een importfirma verkocht.

B e h a l v e de in het vorig Verslag vermelde verpakking, werd t e n behoeve van groot-afnemers (bakkerijen) een verpakking in doozen, inhoudende 12,5 kg tafel-zout, ingevoerd.

Vervoer en verkoop. E i n d e 1933 bestond de vloot van h e t dienstonderdeel Oost-Java-zeevervoer uit vijf sleepbooten, twee stoomlichters, twee motorlichters en achttien lichters, m e t een gezamenlijk laadvermogen van 4155 ton.

De in aanbouw zijnde 435 tons zeelichter (zie vorig Verslag, blz. 136) werd in J a n u a r i 1933 opgeleverd en aan de vloot toegevoegd.

D e sleepboot en de zeelichter, welke in 1932 buiten bedrijf werden gesteld, werden respectievelijk verkocht en gesloopt.

Gedurende 1933 werden door de vaartuigen v a n den vervoersdienst afgelegd 119 469 zeemijlen, tegen 117165 zeemijlen in 1932, terwijl a a n los- en yerpakt-zout, kolen en materialen vervoerd werd 123122 ton, tegen 88 979 ton in 1932.

H e t meerdere vervoer is voornamelijk h e t gevolg van de verscheping van loszout m e t lichters u i t enkele zoutlanden n a a r de afhalende J a p a n s c h e schepen (export-verkoop).

I n den verderen opzet v a n het door het Oost-Java-zeevervoer bewerkstelligde t r a n s p o r t k w a m in 1933 geen wijziging; de voorziening m e t loszout van het visscherij-centrum Bagan-siapiapi bleef in eigen h a n d .

I n M a a r t 1933 ontstond in een der houten lichters gedurende een sleepreis n a a r Bagan-siapiapi tijdens zeer slecht weder in de Java-Zee zware lekkage.

Hoewel een deel der lading wegens w a t e r s c h a d e verloren ging, kon het schip door beleidvol optreden van d e n gezagvoerder der sleep worden behouden. Sindsdien wordt de B a g a n - v a a r t uitsluitend uitgeoefend m e t ijzeren lichters.

H e t Pontianak-riviervervoer onderging in 1933 geen wijziging.

Door de vaartuigen van dezen vervoersdienst werden afgelegd 31684 zee-mijlen, tegen 23 646 zeemijlen in 1932, terwijl vervoerd werden 2428 ton goederen en zout en 2803 passagiers, tegen 2720 t o n goederen en zout en 3428 passagiers in 1932.

H e t voor den verkoop b e s t e m d e los en verpakt zout, afkomstig van de zout-landen en de fabrieken, werd vervoerd door: a. h e t Oost-Java-zeevervoer tot een hoeveelheid van 47 725 t o n in 1933, tegen 47 787 t o n in 1932; b. de Koninklijke P a k e t v a a r t Maatschappij t o t een hoeveelheid van 6 4 1 6 1 t o n in 1933, tegen 66 767 t o n in 1932; c. de Madoera S t o o m t r a m Maatschappij tot een hoeveelheid van 32 715 t o n in 1933, tegen 37 520 ton in 1932.

Aan d e drie provincies werd in 1933 geleverd 77 366 ton verpakt zout, tegen 91 844 ton in 1932, benevens 1686 ton los zout, tegen 1743 ton in 1932. _

Voor de hoeveelheden, alsmede de opbrengst van h e t door de provincies in h u n gebied verkochte los en verpakt zout wordt verwezen n a a r de betrekkelijke opgaven in deel I I van dit Verslag.

W I N N I N G VAN D E L F S T O F F E N . 123 I n het onder den dienst der zoutregie ressorteerend gebied (Buitengewesten en Vorstenlanden) vertoonde de verkoop van verpakt zout een daling (37 290 t o n in 1933, tegen 40 304 t o n in 1932), welke daling, behalve aan den ungünstigen economisch en toestand, moet worden toegeschreven aan clandestienen a a n m a a k van zout, welke vooral aan de kusten groote afmetingen heeft aangenomen.

I n hetzelfde gebied bedroeg de verkoop v a n los zout, verstrekt voor visscherrj-doeleinden en aan industrieele ondernemingen, in 1933 20 761 ton, tegen 18 381

t o n in 1932. ..

H e t grootste deel v a n laatstbedoelden verkoop h a d p l a a t s m het visscherrj-c e n t r u m Bagan-siapiapi (18107 ton, tegen 17 030 ton in 1932).

De stijging in d e n verkoop van los zout is h e t gevolg van de prijsverlaging m 1932 en van de oprichting v a n drie verkoopplaatsen (Kotabaroe, T a b a m o en S o e k a d a n a ) . Voorts werd t e n aanzien van de verstrekking van los zout voor industrieele doeleinden een ruimer s t a n d p u n t ingenomen, als gevolg w a a r v a n o.m. los zout werd verkocht voor h e t conserveeren van reptielenhuiden.

I n . d e bij h e t regiegebied ingelijfde residentie M a n a d o werden 28 verkoop-p l a a t s e n voor ververkoop-pakt zout overkoop-pgericht. H e t debiet is echter in dit gewest verre beneden de verwachting gebleven tengevolge van de onwettige uitbreiding van den aldaar voor eigen gebruik nog toegestanen bevolkingsaanmaak. Maatregelen zijn getroffen om hieraan een einde te m a k e n .

Voorts werden verkoopplaatsen voor verpakt zout opgericht te Loeboeklinggau (res. P a l e m b a n g ) , Pangoeroeran (res. Tapanoeli), B a t o e r e t n o en Giritontro (gouv.

S o e r a k a r t a ) , terwijl t e S l e m a n (gouv. J o g j a k a r t a ) door tusschenkomst van een z.g. particulieren verkooper briketzout verkrijgbaar werd gesteld.

Bovendien werd in het gouvernement der Molukken op een a c h t t a l plaatsen in vrije concurrentie tegen den monopolieprijs van 12 cent per briket verpakt zout verkrijgbaar gesteld. De r e s u l t a t e n echter van deze proefneming, ingezet ter beoordeeling van de mogelijkheid van eventueele invoering aldaar van de zout-regie, vielen zoodanig tegen, d a t werd overgegaan tot opheffing van vier dier verkoopplaatsen.

Opgeheven werden voorts de verkoopplaatsen voor verpakt zout t e Moeara Klingi (res. P a l e m b a n g ) en t e Tempel (gouv. J o g j a k a r t a ) , zoomede de particu-liere^verkoopplaats t e B a t o e r e t n o (gouv. S o e r a k a r t a ) .

Gedurende 1933 konden in de Vorstenlanden voor een negental trajecten vrij belangrijk lagere vervoersprijzen voor verpakt zout worden bedongen.

In°verslagjaar werden 5 fraudes geconstateerd; aan zout en zoutgelden werd een bedrag van f 3819 verduisterd, w a a r v a n f 127 door de betrokken reken-plichtigen werd terugbetaald.

De winning van zout uit de zoutwaterwellen in de voormalige afdeelmgen Grobogan en Bojolali leverde in verslagjaar een cijns op van f 2 0 000, tegen f 19 000 in 1932.

In document BIBLIOTHEEK^KITLV HHHHHHHH! (pagina 123-127)