• No results found

Brief van OPTA aan KPN inzake beoordeling van KPN vergoeding vast-mobiel Nummer: OPTA/EGM/2000/201486 Datum: 19 mei 2000

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Brief van OPTA aan KPN inzake beoordeling van KPN vergoeding vast-mobiel Nummer: OPTA/EGM/2000/201486 Datum: 19 mei 2000"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Brief van OPTA aan KPN inzake beoordeling van KPN vergoeding vast-mobiel Nummer: OPTA/EGM/2000/201486

Datum: 19 mei 2000

Bij brief van 12 mei, met bovengenoemd kenmerk, heeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) een voorstel van KPN voor verlaging van de retentie vast-mobiel ontvangen. Dit voorstel is een vervolg op de brief van 28 april 2000, waarbij het college KPN een aanwijzing heeft gegeven als bedoeld in artikel 35 en 36 van het Besluit ONP huurlijnen en telefonie (hierna: het BOHT) met betrekking tot haar voorstel van 18 februari 2000 voor invoering van gedifferentieerde tarieven voor gesprekken vanaf het vaste net van KPN naar mobiele aansluitingen.

Bij deze aanwijzing heeft het college een procedure vastgesteld op basis waarvan nieuwe gedifferentieerde eindgebruikerstarieven voor bellen van vast naar mobiel tot stand dienen te komen. Bij de totstandkoming van deze gedifferentieerde tarieven wordt de mate van

kostenoriëntatie van de vergoeding van KPN voor het gebruik van het vaste net als een zeer

belangrijk onderdeel beschouwd. Alvorens voorstellen voor gedifferentieerde eindgebruikerstarieven voor bellen van vast naar mobiel op grond van artikel 36 van het BOHT te beoordelen, zal het college eerst die vergoeding van KPN op kostenoriëntatie te beoordelen.

Voorstel KPN

KPN heeft een voorstel gedaan voor een retentie voor verkeer van vast naar mobiel tot en met de 1e

verkeerscentrale (hierna: EVKC), uitgesplitst naar piek en dal. Daarnaast heeft KPN een retentie voorgesteld voor verkeer tussen 2 EVKC’s, uitgesplitst naar piek en dal. Beide retenties zijn afgeleid van de retentie die KPN op nationale buba-gesprekken behaalt.

KPN stelt de volgende tarieven inzake de retentie vast-mobiel voor: - retentie voor verkeer van vast naar mobiel tot en met de 1e EVKC:

in de piek XXX ct/min in de dal XXX ct/min

- retentie voor inter-EVKC verkeer: in de piek XXX ct/min

in de dal XXX ct/min

(2)

Beoordeling

Het college stelt vast dat KPN thans een retentie voor verkeer tot en met de 1e EVKC en voor verkeer

tot en met de 2e EVKC heeft voorgesteld die op alle punten voldoet aan het gestelde in de

aanwijzing van 28 april 2000.

Allereerst heeft KPN een gemiddelde retentie voor zowel de piek- als de dalperiode bepaald. Daarbij heeft KPN zich gebaseerd op het aantal buba-gesprekken en het aantal buba-gespreksminuten over geheel 1999 en de buba-tarieven, zoals die gelden per 1 april 2000.

Na het vaststellen van de gemiddelde retentie heeft KPN een onderscheid gemaakt tussen een retentie waarbij het netwerkbeslag één EVKC dan wel twee EVKC’s beslaat.Het verschil tussen deze twee retenties betreft de vergoeding die moet worden vastgesteld voor het inter-EVKC verkeer. Deze vergoeding is bepaald door vast te stellen wat in buba-gesprekken de retentie is voor gebruik van het inter-EVKC net. Daarbij is informatie ontleend aan het kostentoerekeningssysteem voor spraaktelefonie met betrekking tot gebruik van netwerkcomponenten. De gemiddelde retentie voor het inter-EVKC verkeer is vervolgens gesplitst naar een retentie voor de piek- en een retentie voor de dalperiode. Deze splitsing is gebaseerd op de omzetverhouding van de buba-omzet in de piek- en die in de dalperiode. Aansluitend heeft KPN de in eerste instantie berekende gemiddelde retentie (piek/dal) uitgesplitst naar een retentie voor gebruik van het vaste net tot en met de 1e EVKC en

een retentie voor gebruik tot en met de 2e EVKC. Deze uitsplitsing is gebaseerd op de eerder

bepaalde inter-EVKC retentie en het gemiddelde netwerkbeslag van alle mobiele operators

gezamenlijk. Voorts is door KPN aangegeven wat de operator-specifieke retentie is in zowel de piek-als de dalperiode. Deze is afhankelijk van het beslag dat de betreffende operator op het vaste net van KPN legt. Vervolgens is voor zowel de piek- als de dalperiode op basis van de gemiddelde duur van gesprekken naar de betreffende operator vastgesteld wat per operator, uitgaande van een call set up van 8,51 ct/min exclusief btw, de omvang van het conveyance gedeelte van de retentie bedraagt.

Oordeel

Gelet op het bovenstaande alsmede de overwegingen in de aanwijzing van 28 april jl. is het college van oordeel dat KPN, tot het moment dat het college het in de aanwijzing aangekondigde onderzoek naar de wijze van kostentoerekening voor gesprekken van vast naar mobiel afgerond heeft, ten hoogste de bovengenoemde retenties dient te hanteren als de vergoeding voor het gebruik van het vaste net bij gesprekken van vast naar mobiel.

Vervolgprocedure

(3)

het vaste net van KPN naar de betreffende mobiele operator, gedifferentieerde

eindgebruikerstarieven vast te stellen. Dit voorstel dient KPN vervolgens binnen twee weken na dagtekening van deze brief bij het college in te dienen. Binnen deze periode dient KPN de berekende retentie en het daarvan afgeleide eindgebruikerstarief met de mobiele operators af te stemmen. Het college heeft kennisgenomen van de operator-specifieke retenties die KPN berekend heeft. Tenzij KPN met operators anders overeenkomt, dient KPN zich bij haar tariefvoorstel daarop te baseren. KPN dient mobiele operators één week tijd te geven om eventueel het terminating tarief aan te passen.

Zoals het college ook reeds in zijn brief van 28 april jl. heeft aangegeven zal de beoordeling door het college van het tariefvoorstel voor gedifferentieerde eindgebruikerstarieven vervolgens plaatsvinden op grond van artikel 36 van het BOHT. Het college merkt daarbij op dat het tariefvoorstel tenminste een per betreffende mobiele operator voldoende uitgesplitste

onderbouwing van de berekening van het tarief en een schriftelijke bevestiging van de betreffende mobiele operator over de gehanteerde terminating tarieven en de daaruit volgende

eindgebruikerstarieven dient te bevatten. Vervolgens dient KPN uiterlijk binnen twee weken na positieve beoordeling van het tariefvoorstel door het college de voorgestelde eindgebruikerstarieven te introduceren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gezien deze wettelijke verplichting inzake nummerportabiliteit en de commerciële keuze van de aanbieders om verkooppunten in te schakelen, is het college van oordeel dat de

Met het onderhavige voorstel voor gedifferentieerde eindgebruikerstarieven geeft KPN gevolg aan het standpunt van het college van 19 oktober 1999 over de nadere invulling die

Het onderhavige voorstel van KPN is een vervolg op de brief van 28 april 2000, waarbij het college KPN op grond van het Besluit ONP huurlijnen en telefonie (hierna: het BOHT)

Teneinde eindgebruikerstarieven vast te kunnen stellen is nodig dat per mobiele operator een retentie voor zowel piek als dal wordt vastgesteld die afhankelijk is van het

Het onderhavige voorstel van KPN is een vervolg op de brief van 28 april 2000, waarbij het college KPN op grond van het Besluit ONP huurlijnen en telefonie (hierna: het BOHT)

Op 18 december 2001 heeft het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) een voorlopig besluit genomen in het geschil tussen KPN Mobile

2003.. Deze norm van redelijkheid dient te worden vastgesteld tussen partijen. Het geschil staat echter niet op zichzelf, er zijn reeds drie vergelijkbare geschillen aanhangig

1 Beleidsregels inzake de redelijkheid van vaste terminating tarieven, OPTA/IBT/2003/201171, 18 april 2003.. Deze norm van redelijkheid dient te worden vastgesteld tussen