• No results found

Vraag nr. 154 van 19 april 2001 van mevrouw ISABEL VERTRIEST

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 154 van 19 april 2001 van mevrouw ISABEL VERTRIEST"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 154 van 19 april 2001

van mevrouw ISABEL VERTRIEST Waterbeheer – Gavere

Gavere is van oudsher bekend voor zijn talrijke na-tuurlijke bronnen. Sommige van deze bronnen werden gecommercialiseerd, de meeste worden evenwel gebruikt door de omwonenden. Deze na-tuurlijke bronwaters kunnen nu wegens de vervui-ling en omwille van de volksgezondheid niet meer worden gebruikt, noch voor eigen consumptie, noch voor verkoop.

Bedrijven zijn overgeschakeld op hoogwaardig grondwater aangeboord in diepere lagen, of hoe de economie door vervuiling wordt aangetast en daar-door weer de natuurlijke bronnen uitput.

De Hogeschool Gent (departement Technologie en Industriële Wetenschap) voert sinds 1992 geregeld metingen uit. Uit deze metingen blijkt vooral dat de nitraatwaarden hoog zijn en nog stijgen. In het onderzoek wordt duidelijk een verband gelegd met de bemesting op de hogergelegen zandleem- e n leemgronden van Dikkelvenne, Baaigem en het omliggende.

Merkwaardig is ook dat bij de aanleg van riolerin-g e n , bronwater mee wordt afriolerin-gevoerd (al of niet be-z o e d e l d ) . Dit betekent dat de rioolwaterbe-zuiverings- rioolwaterzuiverings-installaties (RWZI) in Gavere en Dikkelvenne ook bronwater te verwerken zullen krijgen.

1. De beekvalleien Boeversbeek en Dikvijvers-beek zijn beschermd, maar zoals hierboven ge-s c h e t ge-s t , ontge-staat de vervuiling in de hogergele-gen gronden.

Staan er projecten op stapel om deze bronge-bieden beter te beschermen ?

2. Bij mijn weten is dit gebied niet als waterwinbied aangeduid, maar wordt er wel water ge-wonnen.

Is dat correct ? Indien dit niet als waterwinge-bied aangeduid is, moet dat dan niet ?

3. Het lijkt mij niet normaal om bronwater in rio-leringen te leggen.

Is die informatie correct en op welke manier wordt hiertegen opgetreden of wordt verdere inkapseling voorkomen ?

4. In hoeverre is er samenwerking met of mede-werking van de lokale besturen ?

Antwoord

1. Uit de gegevens van de Mestbank blijkt dat er in dit gebied (Gavere en omstreken) geen wa-terwingebieden zijn afgebakend waar er stren-gere bemestingsregels zouden moeten gelden. Om de vermesting voor een gedeelte te kunnen b e o o r d e l e n , kunnen we kijken naar de gegevens in de b i j l a g e. Daaruit blijkt dat zowel de pro-ductie als het gebruik van stikstof en fosfaat uit dierlijke mest in Gavere vrij laag is. R e k e n i n g houdende met de nettohoeveelheden mest die worden aangevoerd, komen we aan een gebruik van 200 kg stikstof per hectare uit dierlijke mest en een gebruik van 280 kg totale stikstof per h e c t a r e. De bemestingsnomen worden – glo-baal gezien – dus niet overschreden.

Wanneer we de buurgemeenten bekijken, dan is er enkel een hoge productiedruk in de gemeen-te Nazareth. Er wordt echgemeen-ter voldoende dierlij-ke mest afgevoerd om aan de wettelijdierlij-ke bemes-tingsnormen te voldoen.

Op het MAP-meetpunt (Mestactieplan – red.) van de gemeente Gavere is de norm van 50 mg nitraat/liter water sinds maart niet meer over-s c h r e d e n . Het duidelijk verband met de bemeover-s- bemes-ting van de hogergelegen landbouwgronden dat de Hogeschool Gent meent te moeten leggen en dat ze willen doen uitschijnen, moet met de no-dige omzichtigheid worden benaderd. D e Vlaamse volksvertegenwoordiger meldt dat de nitraatwaarden hoog zijn, zonder een cijfer te n o e m e n . Indien het hoge waarden betreft, d a n dient te worden gezocht naar andere vervuilen-de punten.

(2)

2002-2006 en aan de gemeente voorgesteld. M i d d e l s een gemeenteraadsbeslissing van 5 maart 2001 heeft de gemeente zich geëngageerd om dit pro-ject uit te voeren.

Voor de sanering van het afwaartse gedeelte van de Boeversbeek en de Dikvijversbeek wer-den de bovengemeentelijke projecten "collector Dikkelvenne" (20497) en "RWZI Dikkelvenne – 1ste fase" (21220) ondertussen ter uitvoering opgedragen aan de NV A q u a f i n . Ook hier zijn gemeentelijke werken echter noodzakelijk, zodat in totaal zeven projecten werden opgeno-men op het ontwerp van gemeentelijk subsidië-ringsprogramma 2002-2006.Ook voor deze pro-jecten heeft het gemeentestuur op 5 maart 2001 te kennen gegeven te zullen uitvoeren.

In het kader van het collectorproject "collector Dikkelvenne" en het project "RWZI Dikkel-v e n n e " , opgedragen op het inDikkel-vesteringspro- investeringspro-gramma 2001, bestudeerde de NV Aquafin het rioolstelsel van de deelgemeente Dikkelvenne – Gavere in een hydronautstudie.

De studie van het bestaande afwateringssys-teem toont aan dat het huidige sysafwateringssys-teem van open en ingebuisde grachten en rioleringen mo-menteel met elkaar verweven is. Tevens is op de steile helling tussen de Scheldevallei en de Kerkstraat/Nijverheidsstraat de aanwezigheid van bronnen vastgesteld aan de hand van de permanente waterstromen over de wegen. Het collectorproject is gesitueerd op de steile helling tussen de Ke r k s t r a a t / N i j v e r h e i d s s t r a a t en de Scheldevallei in de Sint-C h r i s t i a n a s t r a a t en Beekstraat. De collector saneert de afvalwa-terlozingen van Dikkelvenne op de Boevers-beek en zijlopen. Het project voorziet in een genwaterafvoer en een afvalwaterleiding. De re-genwaterafvoer sluit het hemelwater en het bronwater langs het tracé van de collector aan, en voert dit water naar een nabijgelegen water-l o o p. Gewater-let op de beperkte ruimte tussen de wo-ningen langs het tracé, wordt de regenwateraf-voer gedeeltelijk ingebuisd. De afvalwaterlei-ding transporteert het afvalwater van Dikkel-venne naar de RWZI gelegen in de Beekstraat, het effluent van dit zuiveringsstation wordt ge-loosd in de Boeversbeek.

De geplande collectorwerken "collector Dikkel-venne" zullen de afvalwaterlozingen op de wa-terlopen saneren. Conform de opdracht van de NV Aquafin wordt met het collectorproject en de RWZI het vervuilde water geproduceerd

door de huishoudens en de op riolering aange-sloten bedrijven, in dit gebied gezuiverd. H e t ligt niet in de opdracht van de NV Aquafin de vervuiling veroorzaakt door de landbouw aan te pakken.

2. De aanwezige limonadefabrikanten winnen water voor hun productieproces.

De aanduiding van waterwingebieden geldt in principe voor waterwinningen door drinkwater-m a a t s c h a p p i j e n , en niet voor particulieren en bedrijven.

3 en 4. Het collectorproject voorziet in de aanslui-ting van het bronwater langs het tracé op de re-g e n w a t e r l e i d i n re-g, zodat dit bronwater in het wa-terlopensysteem terechtkomt, en niet in de ri-oolwaterzuiveringsinfrastructuur.

Ook in de nog aan te leggen gemeentelijke rio-leringen wordt in een regenwatersysteem en een afvalwaterriool voorzien.

In afwachting van een toekomstige scheiding van afvalwater en regenwater (afkomstig van verharde oppervlakten) van de aan te sluiten straatrioleringen en aansluitingen van individu-ele woningen, zal de afvalwaterleiding noodge-dwongen een hoeveelheid hemelwater transpor-teren naar de RWZI.

Het moge duidelijk zijn dat de bestaande riole-ringsinfrastructuur (van voor 1991) vroeger tot doel had zowel het afvalwater als het regenwa-t e r, oppervlakregenwa-tewaregenwa-ter en grondwaregenwa-ter, zo snel mogelijk te evacueren (gemengde stelsels) en dat in veel gevallen grachten en beken werden i n g e b u i s d , en als "riool' zijn gaan fungeren, n i e t-tegenstaande zij nog een heel belangrijke af-voerfunctie voor hemel-, g r o n d- en oppervlakte-water behouden hebben.

Bij de inhaaloperatie gestart in 1991 (oprichting Aquafin) werden de aldus ontstane gecentrali-seerde lozingspunten opgenomen door de nieu-we collectoren en naar de (te bounieu-wen) RW Z I ' s getransporteerd.

(3)

gewor-den zijn, zou een vertraging van nog eens vele jaren met zich meegebracht hebben.

Aangezien de aansluiting van dergelijke conti-nue "properwater"debieten uiteraard heeft ge-leid tot verdunning en onderbelasting van RW-Z I ' s, organiseerd de VMM sinds meerdere jaren (begin 1995) zogenaamde "onderzoeksprocedu-res naar verdunning en onderbelasting" in sa-menwerking met de NV Aquafin en de betrok-ken gemeentebesturen. Het doel van deze pro-cedures is de oorzaken van de vastgestelde ver-dunning en onderbelasting van de RWZI's te bepalen en een actieprogramma ter remediëring ervan op te stellen.

Hierbij wordt er gespeurd naar de aansluiting van "properwater"debieten (waterlopen, g r a c h-t e n ,b r o n n e n , . . . ) op heh-t rioleringssh-telsel en wor-den er besprekingen met de betrokken instan-ties gevoerd om dit te verhelpen. Gebreken aan de zuiveringsinfrastructuur worden onder meer via terreinbezoeken en via studies geïnventari-s e e r d . Deze vormen de bageïnventari-sigeïnventari-s voor overleg met de betrokken actoren en voor de definiëring van nieuwe projecten of acties.

Een dergelijke onderzoeksprocedure wordt door de VMM opgestart indien bij de bemon-steringen van het influent van de RW Z I , in het kader van de oplevering van nieuwe of ver-nieuwde installaties of in het kader van de rou-tinematige bemonsteringen, blijkt dat de B Z V-concentratie (biologisch afbreekbare frac-tie) van het influent lager is dan 100 mg 02/ l . (O2: zuurstof – red.)

Naast deze gestructureerde onderzoeken (die nog niet worden opgestart voor de nog te bou-wen RWZI's Gavere en Dikkelvenne, v e r m i t s hiervoor uiteraard nog geen bemonsteringsre-sultaten ter beschikking zijn), wordt ook bij de advisering van de bovengemeentelijke en meentelijke projecten zeer sterk de nadruk ge-legd op maximale afkoppeling.

Zo werd in het technisch plan van beide RW-ZI's reeds melding gemaakt van een aantal be-kende grachtinlaten en werden de betrokken gemeenten hierover ingelicht.

In grote lijnen wordt het principe gehuldigd dat de beheerder van de leiding waarop een parasi-tair debiet is vastgesteld, de kosten voor de aan-passing van de leiding op zich dient te nemen.

In de praktijk betekent dit dat de gemeente, a l s beheerder van het gemeentelijk rioleringsstel-s e l , meerioleringsstel-stal wordt verzocht een aantal aanparioleringsstel-s- aanpas-singswerken uit te voeren. De VMM definieert in dit geval, met prioriteit, een optimalisatiepro-ject voor de betrokken gemeente op het subsi-diëringsprogramma voor gemeentelijke riole-ring (subsidie tot 75 % van de rioleriole-ringswer- rioleringswer-k e n ) . De gemeente wordt dan verzocht dit pro-ject te ondertekenen en uit te voeren. Of het project dan ook nog daadwerkelijk wordt uitgv o e r d , blijft echter steeds een gemeentelijke b e-voegdheid en dus afhankelijk van de bereidheid tot medewerking.

Anderzijds zijn er in een aantal gevallen ingre-pen noodzakelijk aan het bovengemeentelijk stelsel (voornamelijk plaatsen van terugslag-kleppen op bovengemeentelijke overstorten). Deze ingrepen worden door de NV Aquafin uit-g e v o e r d . Grotere inuit-grepen, waaronder afkoppe-len van waterlopen van categorie 2, zijn in een aantal gevallen opgenomen op het investerings-programma.

Tot slot worden in enkele gevallen ook acties verwacht van derden. Het kan hier gaan over particulieren (bv. aansluiten overlopen van p r i v é-vijvers) en andere overheden (administra-tie Wegen en Ve r k e e r, p r o v i n c i e, a d m i n i s t r a t i e Waterwegen en Zeewezen, polder, ...)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In Vlaanderen zijn geen bevers uitgezet. ) waargenomen in de Dijlevallei, maar het is nog onduidelijk over hoeveel dieren het gaat, h o e groot de territoria zijn, wat

Wat is de rechtsgeldigheid van een vergunning waarvoor kan worden aangetoond dat de regel- geving inzake de minimale bekendmaking van het openbaar onderzoek niet werd

1. Het klopt inderdaad dat de productie van steen- fruit in ons land achteruitgaat, alhoewel er de laatste jaren weer een lichte toename blijkt te zijn van de productie van

Ook voor de meeste an- dere grootstedelijke en enkele regionaalstedelij- ke gebieden werden door de afdeling Bos en Groen lokalisatiestudies opgestart om de meest gunstige plaats

Van voormelde vonnissen en arresten werden er 39 uitgevoerd ; negen vonnissen hebben nog geen kracht van gewijsde ; bij tien andere is de hersteltermijn nog niet verstreken

Op basis van tewerkstellingscijfers van 1994 (het referentie- jaar voor economische gegevens in het Ruimte- lijk Structuurplan Vlaanderen) kan de provin- ciale taakstelling

– Meer dan 22.000 percelen zijn gelegen in een bijzonder plan van aanleg (BPA ) .A a n g e z i e n de gemeente het initiatief neemt bepaalde gebieden te ordenen, mag hier worden

De hoge gehalten aan sulfaat (3,6 x de maximaal toegelaten concentraties) en chlo- ride (9 x de maximaal toegelaten concentraties) in het grondwater nabij het stort zijn afkomstig