• No results found

Vraag nr. 201 van 19 april 2002 van mevrouw ISABEL VERTRIEST

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 201 van 19 april 2002 van mevrouw ISABEL VERTRIEST"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 201 van 19 april 2002

van mevrouw ISABEL VERTRIEST Bosgebied Burkel (Maldegem) – Sanering

Op het grondgebied van de gemeente Maldegem ligt in Burkel een gebied ingekleurd als industrie-t e r r e i n . Diindustrie-t industrie-terrein ligindustrie-t in heindustrie-t verbindingsgebied tussen de bossen van Burkel en het Drongenge-b i e d , die samen met het Ke i g a t Drongenge-b o s-O o s t w i n k e l , Het Leen in Eeklo-O o s t w i n k e l-Waarschoot en de Lembeekse bossen de overblijfselen vormen van wat vroeger de grote bosgordel van het Meetjes-land was. Op het gewestplan heeft het gebied als nabestemming bosgebied. Dit is gezien de ligging in de verbindingsas Burkel-Drongengebied een lo-gische bestemming.

Dit industrieterrein in Burkel is een plaats waar destijds klei werd gewonnen (cuesta Oedelem-Z o-mergem) en waarvan de kleiputten als restant in het landschap zijn overgebleven. Een aantal van die putten is later opgevuld met as uit de IVM-v e r-brandingsoven in Balgerhoeke-Eeklo en met afval van de gemeente Maldegem (IVM : I n t e r c o m m u-nale Vereniging voor Huisvuilverwerking Meetjes-land).

Het is volgens een studie een sterk vervuilde site, er zit allerlei ongezonds in bodem en grondwater. De industriële en afvalactiviteiten liggen er nu vol-ledig stil. Enkel sanering en bebossing moeten nog g e b e u r e n , maar blijkbaar schuiven de gemeente en IVM dit (dure) plaatje voor zich uit en doen, o n-danks herhaalde vraag in de gemeenteraad van Maldegem, niets.

In 1996 werd reeds een oriënterend bodemonder-zoek uitgevoerd. Uit de conclusies bleek dat er se-rieuze aanwijzingen waren voor een ernstige be-d r e i g i n g. Een beschrijvenbe-d bobe-demonbe-derzoek uitge-voerd in 1997, concludeerde dat er inderdaad ern-stige bedreiging was.

1. Zijn er uit het oogpunt van de bodemsanering nog problemen om dit gebied effectief te sane-ren ?

Zo ja, welke en op welke termijn worden ze op-gelost ?

Zo neen, wat houdt de uitvoering van de sane-ring nog tegen ?

2. De nabestemming is bosgebied, dus ideaal voor opname in de bosuitbreiding.

Wie neemt de bosuitbreiding onder zijn hoede ?

Antwoord

1. Vooreerst verschaf ik meer duidelijkheid inzake de ernst van de bodemverontreiniging. Op basis van het beschrijvend bodemonderzoek uitge-voerd door Belconsulting van 21 november 1997 wordt het volgende geconcludeerd.

Er is een stijgende trend voor de gehalten aan nitriet en ammonium in het grondwater. De stij-gende trend van ammonium in het grondwater wijst op een biologisch afbraakproces met als mogelijke bron mestgebruik. De lokale zink- en arseengehalten in het grondwater die gevonden werden in het oriënterend onderzoek, w e r d e n niet bevestigd in het beschrijvend onderzoek, zodat ze niet als een bedreiging moeten worden b e s c h o u w d . De hoge gehalten aan sulfaat (3,6 x de maximaal toegelaten concentraties) en chlo-ride (9 x de maximaal toegelaten concentraties) in het grondwater nabij het stort zijn afkomstig van uitloging van percolaat in het grondwater en vormen een reden voor verdere sanering. D e verspreiding van chloriden en sulfaten in het grondwater is beperkt in ruimte, maar er zijn dus wel saneringsmaatregelen noodzakelijk. D e invloed op het leefmilieu is momenteel echter nog beperkt.

Het voormalige stortgebied is verdeeld over drie kadastrale percelen. Elk kadastraal gebied is eigendom van verschillende eigenaars, n a m e-lijk Terra Product NV, De Burkel NV en de in-tercommunale IVM. De saneringsplicht is dus verdeeld over drie verschillende partijen. Te-vens is de gemeente Maldegem betrokken bij de b e s p r e k i n g e n , daar zij, naar eigen zeggen, e e n zekere aansprakelijkheid draagt.

(2)

De vooropgestelde saneringstechniek is een wa-terdichte bovenafdekking en een geohydrologi-sche isolatie van het grondwater. Een deel van het terrein is bestemming industrie, een deel kleiontginning met nabestemming bos. De na-bestemming bos is een probleem, daar hoog-stammige beworteling de afdekking aantast. Tussen partijen wordt bekeken of zij met deze variant akkoord kunnen gaan.

Door erkende bodemsaneringsdeskundige Bel-consulting werd daarnaast tevens een voorstel uitgewerkt waarbij een deel van de terreinen verder zou worden gebruikt. Hierbij zou de af-dekking een zekere meerwaarde genereren naar verder gebruik van de terreinen. Ter compensa-tie zouden de omringende gronden (eigendom De Burkel) bebost worden. Aangezien dit ech-ter niet kan binnen de huidige bestemming, dient hiervoor nog een BPA te worden uitge-werkt ( B PA : b i j zonder plan van aanleg – red.). De verschillende partijen hebben hieromtrent echter nog geen principeakkoord.

2. Een overeenkomst is afgesloten tussen het Vlaams Gewest (afdeling Bos en Groen), d e provincie Oost-Vlaanderen en het Streekplat-form Meetjesland om, in het kader van de doel-stellingen van het Ruimtelijk Structuurplan V l a a n d e r e n , in de bosuitbreidingsregio Meetjes-land geschikte terreinen voor bosuitbreiding te lokaliseren.

De offerte voor deze studie loopt. De studie zelf zal acht maanden in beslag nemen.

Het is duidelijk dat de zone tussen het Dron-gengoed en Burkel als aandachtsgebied in deze studie onder de loep zal worden genomen. H e t ontginningsgebied met nabestemming bos vormt hiervan een onderdeel.

Het lijkt op het eerste gezicht logisch dat dit ge-bied in aanmerking komt voor bebossing. N o c h-tans lijken sommige delen nog in aanmerking te komen voor natte heideontwikkeling op kleibo-d e m s, een in Vlaankleibo-deren zeer zelkleibo-dzaam vegeta-t i e vegeta-t y p e. Anderzijds moevegeta-t (cfr. b o v e n v e r m e l d e problemen in verband met de sanering) ook kening gehouden worden met de effectieve re-alisatietermijn.

In ieder geval zal er na de studie beter zicht zijn op de toekomstmogelijkheden en zullen ook af-spraken gemaakt worden over wie de diverse realisaties voor zijn rekening zal nemen. U i t e r-aard moet er dan afstemming komen tussen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In Vlaanderen zijn geen bevers uitgezet. ) waargenomen in de Dijlevallei, maar het is nog onduidelijk over hoeveel dieren het gaat, h o e groot de territoria zijn, wat

Afhankelijk van de voortgang van de bespre- kingen in het kader van het strategisch plan voor de linker- en rechteroever kan het voor- ontwerp niet vroeger dan in het najaar

Dit project van het Onderzoekscentrum Kind en Samenleving wil enerzijds een aan- tal praktijkexperimenten opzetten en bege- leiden die tot doel hebben de kinderen en de jeugd te

Op welke manier wordt er bij de evaluatie van de structuurplannen door de administratie Ruimtelijke Ordening, Huisvesting en Monu- menten en Landschappen (Arohm)

Dit betekent dat met betrekking tot de vereiste Vlaamse medefinanciering de beloften zijn ge- maakt en er normaliter kan worden verwacht dat alles zal worden uitgevoerd zoals

De verdeling van de door de vier Belgische EOGFL-garantiebetaalorganen (BIRB voor de uitvoerrestituties en interventies aan uitvoer- en verwerkingsbedrijven ; D G 3 voor de

De individuele afwijkingen op de voorschriften van een bijzonder plan van aanleg of verkave- lingsvergunning op basis van artikel 49 van het coördinatiedecreet konden vóór

Van de 42 firma's zijn er veertien buitenlandse firma's (voornamelijk Franse bedrijven) die via Antwerpen uitvoeren en waarvoor 168,39 mil- joen euro (6.793 miljoen frank) werd