ADVIEZEN – Welstands- en Monumentencommissie 2
Gemeente Den Haag, 20 januari 2021 Locatie:
Videoconferentie Aanwezig:
Karen van Vliet Plv. voorzitter
Joris Molenaar Lid
Olivier Graeven Lid Secretaris:
Marianne Miguel Kirsten van der Plas
A. HAMERSTUKKEN
De commissie is akkoord gegaan met de adviezen uit de ter plekke voorgelegde hamerstukkenlijst(en):
Hamerstukkenlijst A voor vaststelling op 20 januari 2021
B. INGEKOMEN BOUWPLANNEN
De commissie heeft over onderstaande plannen geadviseerd. De adviezen zijn ter plekke vastgesteld.
1 Anna Paulownaplein 1
Wcie 20210120/202014653
Bouwen (beginselaanvraag): het veranderen van het kantoor Anna Paulownaplein 1 door het toevoegen van twee bouwlagen en per bouwlaag 1 woning.
Niet akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Eerder heeft de commissie aangegeven met de opzet van het plan niet te kunnen instemmen. Ook over de architectonische uitwerking adviseerde zij negatief.
Het ontwerp is in opzet niet veranderd. Het onderhavige pand is (anders dan in het eerdere advies beschreven) gesitueerd in het rijksbeschermd stadsgezicht Centrum, en vormt een belangrijke schakel in de compositie van het Anna Paulownaplein. Bij haar advisering kijkt de commissie naar het pand op zichzelf en naar de inpassing van het ontwerp in zijn omgeving, in dit geval de structuur van het plein.
De noordwestelijke zijde van het Anna Paulownaplein heeft een opvallende openheid. De twee gebouwen op de kop van de Anna Paulownastraat richting Laan van Meerdervoort zijn bewust los gehouden van de rest van de pleinbebouwing. Op de plek waar nu het onderhavige pand staat lag oorspronkelijk een tuin. Het open karakter van het plein werd in de loop van de geschiedenis al aangetast door het bouwen van een eerste en
vervolgens een tweede laag. Het verdere dichtbouwen van deze luchtige hoek van het plein zou leiden tot een ernstige verstoring van de historisch-ruimtelijke structuur en de schaal van de bebouwing, die de basiswaarden vormen van dit beschermd stadsgezicht.
Op deze locatie is een uitbreiding van de bestaande bebouwing slechts voorstelbaar als deze duidelijk ondergeschikt aan de pleinstructuur is vormgegeven, zowel in opzet als in architectonische uitwerking. Hieraan voldoet het voorliggende ontwerp niet.
2 Dirk Hoogenraadstraat 129
Wcie 20210120/202006179
Bouwen (beginselaanvraag): het veranderen van de woning Dirk Hoogenraadstraat 129 door het realiseren van een bijgebouw.
Akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
De commissie kan in beginsel met het voorstel instemmen. Er is goed gereageerd op de eerdere opmerkingen. De boeiborden zijn nu op dezelfde hoogte als bij de buren en de uitvoering van het metselwerk van de gevels zorgt voor een homogeen beeld.
De commissie betreurt dat het kadasterplan een naadloze aansluiting aan de gevel van de buren niet mogelijk maakt. Grondruil met de buren is eventueel een oplossing. Indien dit niet mogelijk is, vraagt de commissie, bij het uitwerken van het voorstel tot bouwplan, om goed te zoeken naar een betere aansluiting, bijvoorbeeld haaks op de gevel van het buurpand en met een knik in de straatgevel.
3 Dr. de Visserplein 89
Wcie 20210120/202017259
Bouwen (beginselaanvraag): het vergroten van de woning Dr. de Visserplein 89 door het maken van een dakopbouw.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
De commissie heeft het eerdere voorstel negatief beoordeeld. Zij kon zich een
dakopbouw op deze woning voorstellen, maar was van mening dat de gekozen typologie een te grote impact had op het straatprofiel van dit kleinschalige binnengebied.
Het voorliggende ontwerp ziet af van een toegevoegde bouwlaag. De bestaande woning wordt uitgebreid door de eerste verdieping volledig te bouwen, en het bestaande terras naar het dak te verplaatsen.
De commissie kan zich deze opzet in hoofdlijnen voorstellen, maar kan op onderdelen nog niet instemmen met het aangepaste ontwerp.
Het onderhavige pand is gesitueerd in een gemeentelijk beschermd stadsgezicht. De kenmerken van de omgeving dienen op zijn minst gerespecteerd te worden en waar mogelijk versterkt. Dit betekent dat elke aanpassing van een bestaand gebouw zorgvuldig dient te worden vormgegeven, in relatie tot zijn omgeving, en aan alle zijden.
De bestaande zijgevel eindigt met een klein dakschild boven een rijk gedetailleerde dakgoot. De voorgestelde uitbreiding betreft een simpel volume op de borstwering van het huidige terras gezet en is zowel in opzet als in uitwerking helemaal niet aan de bestaande architectuur gerelateerd. Het bestaande dakschild, dakgoot en dakranden dienen doorgetrokken te worden tot aan de nieuwe achtergevel. De commissie vraagt om een naadloze aansluiting van de nieuwe zij- en achtergevel op de bestaande.
Het dakterras komt te dicht bij de voorgevel. Het hek dient naar achteren te worden verplaatst, minstens tot aan de voorkant van de schoorsteen.
De commissie vraagt nogmaals om het (mogelijk) eindgevelbeeld voor het hele blok te tekenen, zodat inzichtelijk wordt of de aansluiting op het buurpand een zorgvuldig
ensemble oplevert. Het nu getekende aanzicht van het buurpand is niet compleet en niet conform de werkelijkheid.
4 Hofwijckplein 65 en 67
Wcie 20210120/202021094
Bouwen (beginselaanvraag): het vergroten van de woningen Hofwijckplein 65 en 67 door het maken van een extra bouwlaag ten behoeve van 2 woningen.
Niet akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
De commissie kan met een dakopbouw op deze locatie instemmen, maar niet met de voorgestelde opzet en architectonische uitwerking.
De onderhavige panden maken deel uit van een eenheid van zes, onderverdeeld in twee vrijwel gelijke eenheden van drie. De voorgevel van elke pand is beëindigd door een rechte gevel aan de smalle beuk en een steil voorschild met een dakkapel aan de brede beuk.
Het optrekken van de bestaande gevel zorgt voor een te grote schaalsprong tussen de kop van het blok en het eenlaagse gebouw ernaast. In hetzelfde blok is, op een
architectonische eenheid met een plat dak, een dakopbouw geaccordeerd in de vorm van een kap over de gehele eenheid. Een driezijdig dakschild is ook denkbaar op het
ensemble van drie waarvan de twee onderhavige panden deel uitmaken. Echter, de helling van het bestaande dakschild is te steil om over een hele verdiepingshoogte te worden doorgetrokken. Het toegevoegde dak dient dus een flauwere helling te krijgen, waardoor er ter plaatse van het bestaande voorschild een mansarde dakvorm ontstaat.
Door dezelfde hellingshoek aan de kopse kant toe te passen, wordt de overgang naar de lage bebouwing verzacht. Het nieuwe dak dient ondergeschikt aan de bestaande
gevelbeëindiging te worden vormgegeven, met dakramen in plaats van dakkapellen.
Aan de achterzijde is gekozen voor een setback met een verspringing. De commissie onderschrijft deze keuze, mits de sprong en de grote pui uitgelijnd worden op de bestaande gevel. Een doorgetrokken gevel met een op de onderste gevel afgestemde indeling is ook voorstelbaar.
Om de volumeopbouw goed te kunnen beoordelen, ziet de commissie graag een tekening van het mogelijke toekomstbeeld over de hele eenheid voorgelegd.
5 Hofwijckplein 74A
Wcie 20210120/202015765
Bouwen: het vergroten van de woning Hofwijckplein 74A door het maken van een dakopbouw.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Eerder kon de commissie zich op dit pand een dakopbouw in de vorm van een kap voorstellen, maar kon met het voorstel niet instemmen. Zij beoordeelde onder andere het
toegevoegde dakschild als te hoog en te stijl, de dakkapellen als te fors en het optrekken van de goothoogte aan de zijgevels als storend voor de beleving van de kap.
In het aangepaste ontwerp is op het eerdere advies onvoldoende gereageerd.
De brede dakkapel in de voorgevel is vervangen door twee kleinere, maar deze zijn nog te fors in relatie tot de bestaande gevel. Hun horizontale hoogte/breedte verhoudingen concurreren sterk met de verticale geleding van de bestaande architectuur. Een verdere splitsing in meerdere smalle dakkapellen is toch nodig om de beoogde ondergeschiktheid van de daklaag te bereiken.
De positie van de dakkapellen aan de achterkant is ongewijzigd. De commissie vraagt nogmaals om deze te verlagen. Zij dienen ten minste verticaal gecentreerd te worden.
Hoewel de verticale stukken in de zijgevels lager en smaller zijn geworden, zijn zij nog niet aan het dakschild ondergeschikt. Zijn dienen aan alle zijden los in het dakschild te staan.
Voor de materiaalkeuze verwijst de commissie naar de belendende panden. De voorgestelde bitumen shingles zijn esthetisch te laagwaardig om in dit beschermd stadsgezicht toegepast te worden. De zinken afwerking van de zijwangen dakkapellen is atypisch, bij de buurpanden zijn deze van hetzelfde materiaal als het dakvlak. Ook in de detaillering dient dezelfde verfijning als bij de buren terug te komen.
De commissie constateert dat de draaideel zoals in detail 4 getekend niet overeenkomt met de geveltekening.
In de kleuren- en materialenstaat dienen alleen de kleuren en materialen van de nieuwe gebouwonderdelen te worden gespecificeerd.
Om te kunnen beoordelen of het nieuwe dakschild op de buurpanden mooi aansluit, vraagt de commissie om het legpatroon en de kleur van de dakbedekking te specificeren, en ziet graag een fotografische bemonstering voorgelegd.
6 Jasmijnstraat 98
Wcie 20210120/202022412
Bouwen: het veranderen en vergroten van de woning Jasmijnstraat 98 door het maken van een dakopbouw en een constructieve doorbraak.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
De commissie kan met het voorstel niet instemmen. Een dakopbouw op deze locatie, zelfs met een setback, zorgt voor schaalverstoring in het gevelbeeld van deze smalle straat.
7 Kamperfoeliestraat 43
Wcie 20210120/202019857
Bouwen: het vergroten van de woning Kamperfoeliestraat 43 door het maken van een dakopbouw.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Eerder kon de commissie zich een dakopbouw op dit bouwblok voorstellen, maar zij kon met de voorgestelde hoofdvorm en architectonische uitwerking niet instemmen.
In het voorliggende ontwerp heeft de doorgemetselde voorgevel plaats gemaakt voor een behoorlijke setback met een dakterras. Deze aanpassing beoordeelt de commissie als positief. Met de nu doorgemetselde achtergevel kan zij echter niet instemmen. Deze zorgt voor een te abrupte overgang naar de lagere bebouwing aan de achterkant. De
commissie adviseert om daar een setback van ongeveer 1m, gemeten vanaf de voorkant van de daklijst, toe te passen.
Met de indeling van de voorgevel gaat de commissie niet akkoord. Zij vroeg eerder om deze in de vorm van een attiek met een regelmatige open-dichtverhouding te ontwerpen.
Hiermee werd gedacht aan een autonome indeling met een regelmatige afwisseling van smalle openingen zonder bovenlichten en smalle baksteen penanten. De voorgestelde openingen zijn te breed, de deuren en zijlichten kunnen beter van elkaar worden losgekoppeld. De daklijst is nu qua maatvoering voldoende ondergeschikt aan de
bestaande dakrand, maar dient tot de bovenkant van de kozijnen te worden verlaagd om de hoogte van de dakopbouw optisch te drukken. Deze opmerkingen gelden ook voor de achtergevel.
Om de gevelindeling goed te kunnen beoordelen, ziet de commissie graag een tekening van het mogelijke toekomstbeeld over het hele blok voorgelegd.
Een houten balkonhek in een lichte kleur is gebruikelijk aan de binnenkant van een blok, aan de straatgevel adviseert de commissie echter om een zo transparant mogelijk stalen hekwerk in een donkere kleur toe te passen.
Om te kunnen beoordelen of de nieuwe gevel op het bestaande metselwerk mooi aansluit, vraagt de commissie om het metselverband, type voegwerk en kleur te specificeren, en ziet graag een fotografische bemonstering voorgelegd.
8 Laan van Eik en Duinen 18
Wcie 20210120/202022362
Bouwen: het vergroten van de woning Laan van Eik en Duinen 18 door het maken van een dakopbouw.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Hoewel de commissie zich een dakopbouw op dit bouwblok kan voorstellen kan zij niet instemmen met het ontwerp.
Uit de tekeningen valt niet op te maken hoe het onderhavige ontwerp is afgestemd op de belendende (nu in aanvraag zijnde) dakopbouw op nr 8. De commissie kan slechts
weloverwogen adviseren als zij inzicht heeft in beide ontwerpen en de relatie/aansluiting tussen beiden helder is.
Bij een verdere behandeling van dit plan, krijgt de commissie graag een tekening van het mogelijke toekomstbeeld over het hele blok voorgelegd.
9 Madepolderweg ongenummerd (Park Madestein, kavel 06)
Wcie 20210120/202020610
Bouwen (beginselaanvraag): het bouwen van een woning aan de Madepolderweg ongenummerd (Park Madestein, kavel 06).
Niet akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Hoewel de commissie zich in beginsel een vrijstaande woning op deze locatie voor kan stellen kan zij niet instemmen met voorgestelde ontwerp.
De commissie constateert dat op de onderhavige locatie een sympathiek wijkje kan ontstaan, een invulling van het lint van de Madepolderweg en een overgang naar de achter liggende (toekomstige) nieuwbouw. Om weloverwogen te adviseren is echter meer informatie nodig over de (toekomstige) context, essentieel voor een vanzelfsprekende inpassing van de onderhavige woning in zijn omgeving.
Voor een volgende beoordeling vraagt de commissie dan ook om de bebouwing aan de Madepolderweg te tekenen – het wijkje waar de onderhavige woning onderdeel van uit gaat maken- in de context van de bestaande lintbebouwing en achterliggende
(toekomstige) nieuwbouw.
10 Madepolderweg ongenummerd (Park Madestein, kavel 07)
Wcie 20210120/202019764
Bouwen (beginselaanvraag): het bouwen van een woning Madepolderweg ongenummerd (Park Madestein, kavel 07).
Niet akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Hoewel de commissie zich in beginsel een vrijstaande woning op deze locatie voor kan stellen kan zij niet instemmen met voorgestelde ontwerp.
De commissie constateert dat op de onderhavige locatie een sympathiek wijkje kan ontstaan, een invulling van het lint van de Madepolderweg en een overgang naar de achter liggende (toekomstige) nieuwbouw. Om weloverwogen te adviseren is echter meer informatie nodig over de (toekomstige) context, essentieel voor een vanzelfsprekende inpassing van de onderhavige woning in zijn omgeving.
Voor een volgende beoordeling vraagt de commissie dan ook om de bebouwing aan de Madepolderweg te tekenen – het wijkje waar de onderhavige woning onderdeel van uit
gaat maken- in de context van de bestaande lintbebouwing en achterliggende (toekomstige) nieuwbouw.
11 Paviljoensgracht 129 en Doubletstraat 1
Wcie 20210120/201905452
Bouwen/Cultuurhistorie: het veranderen en vergroten van de woning Paviljoensgracht 129 en het splitsen tot 4 woningen, alsmede het veranderen van het stucwerk van de gevel van de prostitutie-inrichting Doubletstraat 1.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota en beoordeeld in het kader van de dubbelbestemming ‘Waarde-Cultuurhistorie’.
Eerder beoordeelde de commissie de uitwerking van beginselplan naar bouwplan op hoofdlijnen als zorgvuldig. Zij kon, op onderdelen van de detaillering en het kleurenpalet echter niet instemmen met het ontwerp.
Het pand aan de Paviljoensgracht is in bouwhoogte teruggebracht, in combinatie met een nieuwe open-dichtverhouding levert dit een evenwichtige hiërarchie binnen de gevel op.
Het pand wordt nu beleeft als een rustige invulling met kloppende verhoudingen binnen de gevelwand.
Het voorgestelde metselwerk als gevelmateriaal voor de voorgevel was denkbaar maar oogde vlak. De nu voorgestelde verbijzonderingen in het metselwerk leveren nog niet het gewenste reliëf op. De commissie beoordeelt zowel de rollagen boven de vensters als de plint als te summier. De plint mag zich als een trasraam manifesteren. Voor het
naastgelegen wit gestuukte hoekpand vraagt de commissie om een hardstenen plint toe te passen.
De commissie is benieuwd naar de steenkeuze, het metselverband en de voeg. Cruciaal voor een zorgvuldige en vanzelfsprekende aansluiting op de bestaande architectuur. Een monsterboard met toe te passen kleuren (en specificatie in kleurcodes) dient aan de commissie te worden voorgelegd
Tot slot wil de commissie twee suggesties meegeven. Het pand aan de Paviljoensgracht fungeert als overgang naar het Heiliggeest hofje. In de zijgevel wordt het pannendak onderbroken door een balkon met melkglasplaat. Deze melkglasplaat is verder naar achteren geschoven, zodat deze zo min mogelijk in het zicht is vanuit het hofje. De commissie vraagt echter om het ophogen van het pannendak te overwegen in plaats van de melkglasplaat. Tevens suggereert de commissie de goothoogte van het pand aan de Paviljoensgracht symmetrisch te maken ten behoeve van een evenwichtig eindbeeld.
12 Paviljoensgracht 129 en Doubletstraat 1
Wcie 20210120/201905452
Monument: het veranderen en vergroten van de woning Paviljoensgracht 129 en het splitsen tot 4 woningen, alsmede het veranderen van het stucwerk van de gevel van de prostitutie-inrichting Doubletstraat 1.
Akkoord
Het pand aan de Paviljoensgracht fungeert als overgang naar het Heiliggeest hofje. In de zijgevel wordt het pannendak onderbroken door een balkon met melkglasplaat. Deze melkglasplaat is nu op verzoek van de commissie verder naar achteren geschoven, zodat deze zo min mogelijk in het zicht is vanuit het hofje en is daarmee akkoord. De
commissie vraagt echter om het ophogen van het pannendak te overwegen ipv de melkglasplaat. De detaillering van de aansluiting op het hofje is voor het overige eerder reeds als zorgvuldig beoordeeld.
13 Roerstraat 29
Wcie 20210120/202022397
Bouwen: het veranderen en vergroten van de woning Roerstraat 29 door het maken van een dakopbouw en het maken van een constructieve doorbraak.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Hoewel de commissie zich een dakopbouw op dit bouwblok kan voorstellen kan zij niet instemmen met de hoofdvorm en de architectonische uitwerking. De keuze voor een individueel schild acht zij in dit geval niet de juiste.
De gevel aan de Roerstraat betreft een architectonische eenheid en dit vraagt om een beëindiging in één gebaar: een doorlopend schild. Voor de onderhavige locatie betekent dit een dakopbouw in de vorm van een voorschild, eventueel met zorgvuldig
gepositioneerde dakkapellen binnen dit schild. De commissie beoordeelt de nu
voorgestelde dakkapellen nog als te fors en te grof gedetailleerd. Het boeiboord van de dakkapel concurreert met de dakrand van de dakopbouw; de commissie vraagt deze in afmetingen terug te brengen.
Bij een verdere behandeling van dit plan, krijgt de commissie graag een tekening van het mogelijke toekomstbeeld over het hele blok voorgelegd. Dit beeld kan tevens verhelderen of de straatwand de maat en hoeveelheid van de nu voorgestelde dakkapellen kan
hebben.
NB: Op de hoek Drogersdijk/Roerstraat van dit bouwblok is een dakopbouw in de vorm van een individueel schild vergund, echter betreft de onderliggend architectuur een andere architectonische eenheid binnen hetzelfde blok en is dit schild op deze hoek legitiem.
14 Scheldeplein 4 en 4A
Wcie 20210120/202020962
Bouwen: het veranderen van de woningen Scheldeplein 4 en 4A door het maken van een dakopbouw, het wijzigen van de indeling, het maken van 2 constructieve doorbraken op de 2e verdieping.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Eerder heeft de commissie ingestemd met de hoofdvorm en architectonische uitwerking van de onderhavige dakopbouw waarbij zorgvuldig wordt doorgemetseld vanuit de bestaande voor- en zijgevel. Voor de uitwerking van beginselplan naar bouwplan heeft zij het belang van materialen en detaillering meegegeven, in het bijzonder de detaillering van de dakrand – geprofileerd metselwerk én afwerking.
De commissie kan ten aanzien van de detaillering niet instemmen met het voorliggende bouwplan. In de gevel aan het Scheldeplein is een verticale stijl toegevoegd aan één van de vensters. De commissie ziet de noodzaak van deze stijl niet en vraagt deze te
verwijderen. Zij mist de horizontale stijl – zoals zichtbaar bij de kozijnen ter hoogte van de eerste verdieping- in de bovenlichten van de dakopbouw en vraagt deze toe te voegen.
De detaillering van de dakrand, in de vorm van een aluminium daktrim, beoordeelt de commissie als te mager. De commissie kan zich een zinken dakrand voorstellen als beëindiging maar wellicht biedt onderzoek naar de oorspronkelijke dakrand een ander inzicht.
De commissie pleit voor een zorgvuldige uitlijning van de puien in de achtergevel.
Om te kunnen beoordelen of de nieuwe gevel mooi aansluit op het bestaande metselwerk, vraagt de commissie om het metselverband, type voegwerk en kleur te specificeren, en krijgt zij graag een fotografische bemonstering voorgelegd..
15 Scheldestraat 99
Wcie 20210120/202016428
Bouwen: het vergroten van de woning Scheldestraat 99 door het maken van een dakopbouw.
Niet akkoord
Het bouwplan is getoetst aan de Welstandsnota .
Eerder kon de commissie zich een dakopbouw op dit bouwblok voorstellen, echter kon zij niet instemmen met de voorgestelde architectonische uitwerking.
In hetzelfde ensemble, op nummer 111, is een vergelijkbaar initiatief reeds vergund. Het voorliggende ontwerp was er aan de voorkant voldoende op afgestemd. Aan de
achterzijde was voor een andere typologie gekozen, waardoor een goede aansluiting bij een eventuele toekomstige dakopbouw op het tussenpand onmogelijk werd. Ook de uitbouw op het dakterras zorgde voor een rommelig beeld. De commissie vroeg om daar een rechtgetrokken zinken mansardedak toe te passen, om het kaplandschap consistent te houden.
In het voorliggende aangepaste ontwerp is een rechtgetrokken zinken mansardekap getekend die echter ter plaatse van de achteraanbouw 90 graden gedraaid is beëindigd.
De nageleverde AI maakt duidelijk dat dit zowel in de wachtsituatie (als de buren niet
bouwen) als in de eindsituatie een te gecompliceerd afgekapt beeld oplevert. Daarom wordt geadviseerd om de mansarde van het hoofdhuis door te trekken tot op de
belending zodat er een zorgvuldige aansluiting op eventuele toekomstige dakopbouwen voldoende geborgd wordt. De commissie mist detaillering. De detaillering van
aanpassingen dient tevens te worden aangeleverd.
16 Stavangerstraat 49
Wcie 20210120/202013669
Bouwen: het veranderen van de voorgevel van de woning Stavangerstraat 49 door het vervangen van een raam door een deur.
Dit plan is, op verzoek van de jurist, van deze agenda gehaald.
17 Theresiastraat 256
Wcie 20210120/202017930
Bouwen (beginselaanvraag): het veranderen en vergroten van de woning Theresiastraat 256 door het maken van een dakopbouw met dakterras.
Niet akkoord
Het beginselplan is getoetst aan de Welstandsnota.
Eerder kon de commissie zich een dakopbouw op dit bouwblok voorstellen maar kon zij niet instemmen met de voorgestelde hoofdvorm en architectonische uitwerking. De voorgestelde setback achtte de commissie niet de juiste keuze voor dit bouwblok. De vier doorgemetselde lagen die hierdoor ontstonden, hebben een te grote impact op de
beleving en ruimtelijke kwaliteit van de straat en levert, in de toekomst, een asymmetrisch straatprofiel op. De schaalsprong ten opzichte van de omliggende bebouwing werd te groot.
De commissie kan instemmen met de hoofdvorm van de dakopbouw in het voorliggende aangepaste ontwerp. Het schild meandert mee met de plasticiteit in de bestaande gevelwand, met ter hoogte van de portieken een vertanding. De nu toegepaste
verschillende hellingshoeken leveren echter nog geen evenwichtig kappenlandschap en gevelbeeld op. Hier dient meer evenwicht in te worden bereikt. De commissie vraagt de dakramen meer verticaal in plaats van rechthoekig binnen het schild vorm te geven.
Bij een verdere behandeling van dit plan, krijgt de commissie graag een tekening van het mogelijke toekomstbeeld voorgelegd over de hele architectonische eenheid en de
aansluiting op de naastgelegen architectonische eenheid. Er dient per architectonische eenheid sprake te zijn van een afgerond en harmonisch geheel.
Karen van Vliet
Plv. voorzitter Welstands- en Monumentencommissie