Vraag nr. 241 van 7 juni 2001
van de heer FRANCIS VERMEIREN A12 Meise – Betonvermalingsinstallatie
Bij de heraanleg van de A12 in Meise heeft de firma die het wegdek herstelt een verplaatsbare be-tonvermalingsinstallatie opgericht ter hoogte van de Plantentuin, evenwel ook vlak naast een belang-rijke woonwijk. Bij de werkzaamheden ontstaan s t o f w o l k e n , die zich bij ongunstige windrichtingen over de huizen verspreiden.
Door welke instantie werd de plaats bepaald waar die installatie mocht worden gemonteerd ?
Is daarvoor geen V l a r e m-vergunning vereist en welke instantie moet deze vergunning eventueel afleveren ?
Antwoord
De brekerinstallatie waarvan sprake stond opge-steld op de werfsite, meer dan 100 meter ten noordwesten van het einde van de Potaardewijk. Het breken zelf veroorzaakt vrijwel geen stof, w e l het werfverkeer van en naar de breker. D a g e l i j k s werd de aan- en afvoerroute met water besproeid. Gezien de opstelling is hinder (enkel bij noordwes-tenwind) praktisch uitgesloten. Er werd dan ook geen enkele klacht ontvangen.
De plaats op de werf werd in onderling overleg tus-sen aannemer en bestuur vastgelegd.