• No results found

Vraag nr. 148 van 12 april 2001 van de heer FRANCIS VERMEIREN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 148 van 12 april 2001 van de heer FRANCIS VERMEIREN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 148 van 12 april 2001

van de heer FRANCIS VERMEIREN Paardekastanje – Vroegtijdige bladval

Tijdens de herfst van vorig jaar bleken de kastanje-bomen langs lanen en in de parken (o. m . in de Na-tionale Plantentuin van Meise) te zijn aangetast door vlinders, met als gevolg het vroegtijdig ver-dorren van hun bladeren. Dit verschijnsel heeft bij vele natuurliefhebbers de vrees doen ontstaan dat aangetaste bomen wel eens zouden kunnen afster-ven.

Door de overheid werd aangekondigd, nadat de aandacht werd gevestigd op het ongewoon blad-v e r l i e s, dat de beblad-voegde diensten een onderzoek zouden instellen en dat passende maatregelen zou-den worzou-den getroffen om de normale groei bij het begin van de lente te verzekeren.

1. Hebben de bevoegde wetenschappelijke dien-sten reeds duidelijkheid verkregen inzake het vroegtijdig verdorren van de bladeren van de kastanjebomen ?

2. Welke middelen worden aangewend om de vlin-derplaag te bestrijden en een normale bladgroei te verzekeren ?

Antwoord

1. De bladverbruining en vroegtijdige bladval bij paardekastanje kunnen aan verschillende oor-zaken worden toegeschreven. In de zomer 2000 betrof het vooral aantasting door de paardekas-tanjemineermot en de bladvlekkenziekte. Aantasting door de paard e n k a s t a n j e m i n e e r m o t (Cameraria ohridella)

Deze mineermot is afkomstig uit Midden- en Zuid-Europa en rukt geleidelijk op naar het n o o r d e n . Ze werd voor het eerst ontdekt in 1985 in Macedonië en werd later opgemerkt in H o n g a r i j e, O o s t e n r i j k , Slovenië en Italië. D e z e mot tast paardekastanje (Aesculus hippocasta-num) en zijn cultivars aan. Tamme kastanje (Castanea sativa) wordt niet aangetast. In 2000 werd een vrij algemene aantasting van paarde-kastanjes in het Vlaamse gewest vastgesteld. D e algemene verspreiding wijst erop dat dit insect waarschijnlijk reeds enkele jaren onopvallend hier aanwezig is. De snelle verspreiding vanuit haar oorsprongsgebied wordt wellicht mede

verklaard doordat poppen van dit insect mee-reizen met het intense vrachtverkeer.

De larven van de paardekastanjemineermot mi-neren de bladeren van de paardekastanje, d i t wil zeggen dat ze het bladmoes tussen de boven- en opperhuid van het blad wegvreten. Hierdoor ontstaan okerkleurige vlekken (mij-n e (mij-n ) , meestal begre(mij-nsd door twee zij(mij-nerve(mij-n. I (mij-n deze mineergang verpopt het insect. Zwaar aan-getaste bladeren vallen vroegtijdig af.

Bladvlekkenziekte veroorzaakt door de blad -schimmel Guignardia aesculi

Het schadebeeld veroorzaakt door de paarde-kastanjemineermot kan gemakkelijk worden verward met de bladvlekkenziekte die alge-meen voorkomt op de paardekastanje en die wordt veroorzaakt door de schimmel Guignar-dia aesculi. Typisch zijn de meer roodbruine, o n-regelmatige vlekken, meestal met gele omran-d i n g, omran-die ontbreekt bij aantasting omran-door omran-de paar-d e k a s t a n j e m i n e e r m o t . De blapaar-dranpaar-den krullen op en het verbruinde blad valt vaak vroegtijdig af. Het blad tegen het licht houden is een eenvou-dig middel om beide aantastingen te onder-scheiden : bij een aantasting door de paardekas-tanjemineermot zijn de larven, hun uitwerpse-len of de poppen duidelijk zichtbaar in de blad-mijn.

2. In het buitenland zorgt de paardekastanjemi-neermot voor ernstige vroegtijdige bladval. Herhaalde zware aantasting leidt vooral tot ver-minderd uitlopen van nieuwe scheuten in het voorjaar en tot een verzwakking van de boom, waardoor hij gevoeliger wordt voor andere ziekten en plagen. De paardekastanje is door deze aantasting echter zeker niet in zijn voort-bestaan bedreigd en de schaarse meldingen over het afsterven van bomen in het buitenland als gevolg van deze aantasting, zijn zeer omstre-d e n . Op korte termijn is een verminomstre-dering van de esthetische waarde van de bomen het be-langrijkste gevolg.

(2)

re-cente voorkomen en het ontbreken van gege-vens over de omvang en de ernst van de aantas-t i n g, aantas-twee belangrijke voorwaarden om uiaantas-t aantas-te maken of een bestrijding noodzakelijk is, w o r d t momenteel in het Vlaamse gewest geen syste-matische bestrijding uitgevoerd.

Mogelijke bestrijdingsmaatregelen zijn de vol-gende.

Preventie door verwijderen bladval

Voor kleine geïsoleerde aanplantingen, b i j v o o r-beeld in tuinen, l a n e n , e n z o v o o r t , kan het ver-wijderen en op een aangepaste manier compos-teren van de afgevallen bladeren in de herfst als een eenvoudige preventieve maatregel gelden. Bij het composteren moet de temperatuur vol-doende hoog zijn om de overwinterende pop-pen te doden.

Aangezien het insect als pop overwintert in de afgevallen bladeren, wordt hierdoor de eerste generatie motten in het volgende voorjaar gere-d u c e e r gere-d . Deze maatregel volstaat echter niet om de plaag volledig in te dijken.

Verzekeren van goede groeiomstandigheden Een goede water- en voedselvoorziening van de p a a r d e k a s t a n j e s, vooral in droge periodes, is be-langrijk voor de vitaliteit en de weerstand van de bomen tegen ziekten en plagen.

Geïntegreerde bestrijding

Geïntegreerde bestrijding waarbij het gebruik van een soortspecifieke lokstof de basis vormt. Hierbij worden de mannetjes door een kunst-matig hormoon in de war gebracht waardoor de paring niet lukt, of worden ze naar een val ge-lokt waarna ze worden gedood.

Deze methode is voor de bestrijding van de paardekastanjemineermot recentelijk ontwik-keld en de ervaringen ermee zijn nog beperkt. Biologische bestrijding

Biologische bestrijding door middel van natuur-lijke vijanden. Hierbij kunnen vooral parasitaire sluipwespen worden vermeld. In het buitenland wordt echter vastgesteld dat de poppen en ei-eren slechts in beperkte mate worden geparasi-t e e r d . Digeparasi-t is waarschijnlijk geparasi-te wijgeparasi-ten aan hegeparasi-t feigeparasi-t dat de paardekastanjemineermot niet inheems is en de parasieten zich nog niet op deze

nieuw-komer ingesteld hebben. Op korte termijn valt van biologische bestrijding weinig te verwach-ten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Vlaamse Vervoermaatschappij organiseerde een eerste, b e p e r k t e, kwalitatieve enquête over de 65-pluskaart in juli 2000, op een ogenblik dat nog niet alle Vlaamse

Op de eerstvolgende samenkomst van het coördinatiecomité tussen het Vlaams Gewest en Brussels Hoofdstedelijk Gewest zullen de wer- ken aan het waterzuiveringsstation van Neder- o v

Op het goedgekeurde programma van de admi- nistratie Wegen en Verkeer (afdeling Wegen en Verkeer Vlaams-Brabant) is dit jaar een krediet van 50 miljoen frank ingeschreven voor de

Bij de heraanleg van de A12 in Meise heeft de firma die het wegdek herstelt een verplaatsbare be- tonvermalingsinstallatie opgericht ter hoogte van de Plantentuin, evenwel

Deze maatregelen zijn van toepassing op wegen die worden beheerd door het Vlaams Gewest.. H e t Vlaams Gewest is evenwel niet bevoegd voor

Deze verslaggeving zal echter geen totaalbeeld opleveren van het aantal bedrijven dat mogelijk in de problemen zit met zijn vergunning, d o c h zal – zoals door mij gevraagd –

Na consensus over dit voorontwerp kan ontwerpfase 2 (detailontwerp tot aanbeste- dingsdossier) aangevat worden. a) Over de collector, zoals over alle zuiverings- infrastructuur die

Reeds bestaande instrumenten waar het aspect kan worden ondergebracht, zijn de code van goede landbouwpraktijken (hier wordt de aan- dacht gevestigd op het beheer van