• No results found

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN EN AAN DE OCCASIONELE REDDERS"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

COMMISSIE VOOR FINANCIËLE HULP AAN SLACHTOFFERS VAN OPZETTELIJKE GEWELDDADEN

EN

AAN DE OCCASIONELE REDDERS ---

A.R. M 10-1-0325

Beslissing van 28 november 2012

De eerste kamer van de Commissie, samengesteld uit:

de heer P. DE SMET, voorzitter,

de heer L. LOOS en de heer L. VAN ENDE, leden,

bijgestaan door de heer B. VAN BEURDEN, plv. secretaris, spreekt de volgende beslissing uit in de zaak van:

de heer Jack X.

geboren op ../../1992

De Commissie nam kennis van:

- het verzoekschrift, neergelegd op het secretariaat van de Commissie op 19 maart 2010 waarbij verzoeker om de toekenning heeft gevraagd van een financiële hulp voor schade als gevolg van een opzettelijke gewelddaad;

- de uitgevoerde onderzoeksinstructies;

- het verslag opgemaakt door de verslaggever op 25 januari 2011 overeenkomstig de artikelen 11 en 12 van het K.B. van 18 december 1986;

- het advies van de Minister van Justitie, neergelegd op 14 februari 2011;

- het zittingsblad dd. 30 maart 2011 waarbij de behandeling van de zaak uitgesteld werd sine die teneinde verzoeker in de gelegenheid te stellen om zich aan een medisch onderzoek te onderwerpen en hiervan een verslag voor te leggen bevattende een geactualiseerd beeld van zijn fysieke en psychische toestand;

- het geactualiseerd deskundigenverslag van dr. J. V., neergelegd op het secretariaat van de Commissie op 18 juli 2012;

- de regelmatige kennisgevingen aan de partijen van de procedurestukken en van de (nieuwe) rechtsdag vastgesteld op 24 oktober 2012.

(2)

De Commissie hoorde in haar openbare zitting van 24 oktober 2012:

- de verslaggever in het verslag over de feitelijke toedracht van de zaak en over de middelen van de partijen.

- De verzoeker en de Minister van Justitie zijn niet verschenen noch iemand voor hen.

*

* *

I. Feiten en medisch-psychische gevolgen:

Volgens het deskundigenverslag dd. 10 augustus 2009 van dr. Johanna W.:

“ 2. ONDERZOEK VAN JACK X.

Relevante gegevens uit de voorgeschiedenis

Jack is geboren op ../../1992. Hij volgt deeltijds onderwijs: 2 dagen werk, 3 dagen opleiding in een voortraject als lasser in het kringloopcentrum.

Voorheen zat hij in een leercontract maar na een operatie aan zijn tanden waarbij hij één dag teveel onwettig afwezig was, heeft men hem het leercontract ontzegd, zegt hij.

Hij is blij dat hij nu daar zit.

Voordien zat hij in het type 3 BUSO opleidingsvorm 3 internaat en in de lagere school in het bijzonder lager onderwijs.

Hij nam een tijdlang Dipiperon omwille van gedragsmoeilijkheden. De medicatie is nu gestopt.

Het relaas van de feiten

Hij vertelt dat hij een stuk bij zijn grootouders werd opgevangen in het weekend en dat zijn oom Francis en Louis daar aanwezig waren. Dat hij bij hen sliep en dat Francis hem heel erg veel heeft betast en seksuele handelingen stelde op hem maar dat hij dat niet durfde zeggen uit schrik en dus zweeg.

Francis betastte hem altijd, na een tijd moest hij hem ook betasten.

Ook met Louis is het gebeurd zegt hij, eenmaal toen ze nog een weekend zijn gaan slapen heeft Louis hen meegenomen naar een leegstaand appartement. Hij weet niet meer hoe het uitgekomen is. Hij zegt dat hij alles gezegd heeft aan de politie en dat hij er thuis niet wil over praten omdat hij het voor hemzelf wil houden.

Hij zegt helemaal niet blij te zijn dat hij naar hier moet komen om er nog eens over te vertellen. Voor de rest zegt hij niets meer te weten. Hij denkt dat hij tot zijn 10 à 11 jaar die zaken heeft meegemaakt.

De gevolgen van de feiten

Hij vertelt dat hij dat meedraagt. Dat hij er dikwijls over denkt, dat hij er over piekert en dat hij bang is in het donker.

Zeker als het nacht is, zegt hij, gaan er duizend vragen door mijn hoofd.

"Sowieso zegt hij durf je er toch niets over zeggen. Ik heb het ook nooit durven zeggen en als dat allemaal naar boven komt dan heb ik daar schrik van."

(3)

Testpsychologisch onderzoek

Hij toont zich als een zeer terughoudende jongen die moet aangespoord worden om toch iets te vertellen. Hij heeft erg weinig zelfvertrouwen maar is verstandiger dan zijn beide broers.

In de zinnenaanvultest zien we dat hij erg mooi kan schrijven, dat hij leuke zinnen kan maken, dat hij zich heel goed thuis voelt bij zijn vader en zijn moeder maar hij heeft vooral veel steun aan zijn vader. Naar zijn moeder toe heeft hij een wat ambivalente relatie.

Hij schrijft dat hij roept als hij angstig is, dat de toekomst van hem naar de kloten is door de ooms. Hij heeft zich afgezonderd van de familie. En "hij wenste dat zijn vader niet de broer is van hen."

Verder schrijft hij "nooit mocht ik bij mijn grootouders gaan slapen." "Mijn grootste bekommernis mijn vader, mijn grootvader en mijn moeder", schrijft hij.

'''s Nachts denk ik soms hoe het gebeurd zou kunnen zijn, eens zal ik er over heen kunnen gaan, hoop ik."

Geen opmerkingen van partijen ontvangen Bespreking

Het is duidelijk een jongen die heel wat geslotener is, hij is verstandiger dan zijn beide broers, denkt na over wat hem overkomen is, zit er duidelijk mee maar probeert alles toch te ontkennen en heel diep weg te drukken om toch enigszins te kunnen functioneren. De feiten op hem gepleegd hebben geen fysische letsels nagelaten maar duidelijk wel psychische letsels. Er is een gering zelfvertrouwen, er zijn tekenen van een chronisch verlopende posttraumatische stressstoornis met angsten, niet goed slapen, er blijven over piekeren en om te overleven probeert hij de zaken zo weinig mogelijk op te halen en er niet aan te denken.

Ook Jack ging gedurende 2 jaar naar de Dienst Geestelijke Gezondheidszorg en hij werd 3 maand opgenomen op de kinderpsychiatrie in het Universitair Ziekenhuis van ....

We weerhouden qua invaliditeit 5% omwille van een chronisch verlopende posttraumatische stressstoornis. In de toekomst moet voorbehoud gemaakt worden omdat bijkomende life-events of stressomstandigheden de problematiek kunnen verergeren. Ook medicatie kan dan terug nodig zijn."

Geactualiseerd deskundigenverslag dd. 2 juli 2012 van dr. Jan V.:

“Hij is geboren op ../../92 en woont eveneens bij zijn ouders in de …straat in .... Geen plannen om het huis te verlaten, had gedurende 3 maanden een vriendin.

Hij volgde de opleiding voor lasser in … bij ... (een tehuis voor kinderen met

moeilijk gedrag). Voor de praktijk was hij geslaagd maar niet voor de theorie, maar stopte toch op 18 jaar. Ondertussen heeft hij via interim een aantal jobjes verricht bij verschillende bedrijven, nu maakt hij een kans om in een tuinbouw bedrijf te gaan werken. Hij houdt zich nu bezig door aan auto's te werken en in de tuin te helpen. Nu is het voor hem thuis redelijk.

Vroeger zat hij veel bij zijn grootouders omdat moeder hem niet moest. In de week zat hij op Inter- naat en in het weekend bij grootouders. Hij vertelt dat moeder hem sloeg tot ze bloed zag!! Nu gaat de relatie beter maar echt praten gaat nog niet.

De feiten hebben zeker drie jaar geduurd, hij kan ze moeilijk voor de geest halen; vindt zichzelf een gesloten boek en wil ook niet praten hierover, zeker niet tegen een vreemde. Hij beaamt het verhaal van zijn broers. Bij hem zouden de feiten het langst aangesleept hebben. Elk weekend gebeurde er wel iets in de sexuele zin. Hij werd betast of men verplichtte hem om iets bij zijn ooms te doen. Ooit zou oom Louis hem meegetrokken naar een leegstaand appartement om daar sexuele handeling te stellen. De herinneringen blijven hem achtervolgen en dit stoort hem ook in het vinden en behouden van een relatie met een vrouw. Sex is moeilijk bij een vrouw, zeker wanneer deze sexuele vragen begint te stellen . Hij kan zich nog herinneren hoe hij uit de school is gehaald en naar ... is vervoerd voor ondervraging en testing. Hij vindt het ook erg voor zijn vader, want het zijn toch zijn broers.

Grootmoeder kan maar niet zwijgen over haar 2 zonen in de gevangenis en dit irriteert hem

(4)

steeds. Wanneer een tante zet dat hij op oom Francis gelijk gaat een dolk in zijn hart. Bij hem spelen de beide ooms een rol in zijn verhaal van sexuele intimidatie en misbruik.

Zodoende kunnen we zeggen dat Jack heel erg lijdt onder de feiten die hij jaren heeft ondergaan. Hij is hierin niet mededeelzaam om de details weer te geven maar in enkele uitspraken die hij doet is goed aan te voelen dat hij nog steeds lijdt. Bv wanneer tante een opmerking maakt, als hij denkt aan zijn vader, als hij het heeft over de gevolgen om een relatie te ontplooien. Zijn andere traumatische ervaringen rond de behandeling door zijn moeder zijn zeker ook van invloed op zijn psychische gezondheid en zijn groei in het leven. Toch lijken de feiten die hij onderging door toedoen van zijn ooms meer impact te hebben dan de nu relatief goede relatie met zijn moeder. De gevolgen zijn verder strekkend dan bij zijn andere broers en zullen van verdere invloed zijn voor zijn leven. In vergelijking met het onderzoek van collega W. schat ik de ernst van de gevolgen groter dan vastgesteld in haar rapport. “

II. Vervolging

II-1. Bij arrest dd. 29 maart 2006 van het Hof van Beroep te ... werd Francis X. (“de eerste”) veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar en werd de internering van Ludovicus X. (“de tweede”) bevolen, onder meer:

“ BEKLAAGD VAN:

DE EERSTE, A)

Het misdrijf dat beschouwd wordt als verkrachting met behulp van geweld gepleegd te hebben, zijnde elke daad van seksuele penetratie, van welke aard en met welk middel ook, die gepleegd wordt op de persoon van het kind dat de volle leeftijd van veertien jaar niet had bereikt, met de omstandigheid dat het kind geen volle tien jaar was op het ogenblik der feiten, met de omstandigheid dat de schuldige behoort tot degenen die over het slachtoffer gezag hebben,

namelijk:

A.1. Te ... en te … . tussen 01/01/2001 en ../../2001. meermaals. op niet nader bepaalde tijdstippen.

op de persoon van X. Paul, geboren te ... op ../../1991.

A.2. Te ..., tussen 01/01/2001 en ../../2002. meermaals. op niet nader bepaalde tijdstippen.

op de persoon van X. Jack, geboren te ... op ../../1992.

A.3. Te ..., tussen 01/01/2001 en 19/11/2002. meermaals. op niet nader bepaalde tiidstippen.

op de persoon van X. Wesley, geboren te ... op ../../1993.

A4. […]

B) […]

C)

Het misdrijf dat beschouwd wordt als zijnde verkrachting met behulp van geweld gepleegd te hebben, door een daad van seksuele penetratie, van welke aard en met welk middel ook,die gepleegd wordt op de persoon van het kind dat de volle leeftijd van veertien jaar niet heeft bereikt, met de omstandigheid dat de schuldige behoort tot degenen die over het slachtoffer gezag hebben, namelijk:

(5)

C.l. Te ... en te ... tussen ../../2001 en 19/11/2002. meermaals. op niet nader bepaalde tijdstippen.

op de persoon van X. Paul, geboren te ... op ../../1991.

C.2. Te ..., tussen ../../2002 en 19/11/2002, meermaals. op niet nader bepaalde tijdstippen.

op de persoon van X. Jack, geboren te ... op ../../1992.

D)

Aanranding van de eerbaarheid met geweld of bedreiging gepleegd te hebben op de persoon van een minderjarige, geen volle zestien jaar oud op het ogenblik van de feiten, met de omstandigheid dat de schuldige behoort tot degene die over het slachtoffer gezag hebben,

namelijk:

D.1. Te ... tussen 01/01/2001 en 19/11/2002. meermaals, op niet nader bepaalde tiidstippen.

op de persoon van X. Paul, geboren te ... op ../../1991, X. Jack, geboren te ... op ../../1992 en X.

Wesley, geboren te ... op ../../1993.

D.2. […]

E) […]

F) […]

G) […]

DE TWEEDE,

H) Te ... tussen ../../1998 en 23/09/1998. meermaals. op niet nader bepaalde tijdstippen.

Het misdrijf dat beschouwd wordt als verkrachting met behulp van geweld, zijnde elke daad van seksuele penetratie, van welke aard en met welk middel ook, gepleegd te hebben op de persoon van het kind X. Paul dat geboren te ... op ../../1991, met de omstandigheid dat het kind geen volle tien jaar was op het ogenblik der feiten;

I)

Aanranding van de eerbaarheid met geweld of bedreiging gepleegd te hebben op de persoon van een minderjarige, geen volle zestien jaar oud op het ogenblik van de feiten, met de omstandigheid dat de schuldige behoort tot degene die over het slachtoffer gezag hebben,

namelijk:

I.1. […]

I.2. Te ..., tussen ../../1998 en 14/04/2003. meermaals. op niet nader bepaalde tiidstippen, op de persoon van X. Paul, geboren te ... op ../../1991.

J. […]

K. […]

Dit arrest verwierf kracht van gewijsde op strafrechtelijk gebied (schrijven parket-generaal).

II-2. Bij vonnis dd. 23 december 2009 van de correctionele rechtbank te ..., ter afhandeling van de burgerlijke belangen, werden Francis X. en Ludovicus X. in solidum veroordeeld tot betaling aan:

(6)

- de h. en mevr. Marc X. en Marie Y. beiden de som van € 1.000 wegens morele schade;

- de h. Paul X. de som van € 5.500;

- de h. en mevr. Marc X. en Marie Y. q.q. hun kinderen Jack en Wesley X., telkens de som van € 5.500;

meer de intresten, meer een RPV van € 1.100.

III. Mogelijkheden tot schadeloosstelling

III-1. De instrumenterend gerechtsdeurwaarder deelt mee dat uitvoeringspogingen geen zin hebben;

beide veroordeelden verblijven al enkele jaren in de gevangenis.

III-2. Verzoeker (en zijn ouders) verklaren dat zij geen verzekering hebben afgesloten die de schade kan dekken resulterend uit de voorgebrachte feiten.

IV. Begroting van de schade door verzoeker

Verzoeker vraagt een hulp van € 5.500 meer de intresten, conform het vonnis van 23 december 2009.

V. Beoordeling door de Commissie

Het verzoekschrift aan de Commissie is regelmatig naar de vorm en het werd tijdig neergelegd.

De wetgeving betreffende de hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden verleent aan de slachtoffers geen subjectief recht op "schadeloosstelling", maar wel op het eventueel bekomen van een "hulp", gesteund op het principe van de collectieve solidariteit. Uit de aard zelf van de hulp volgt dat de "volledige vergoeding" van het door de slachtoffers geleden nadeel niet wordt gewaarborgd. Bij het beoordelen van een hulp dienen de voorschriften van de artikelen 31, 31bis, 32, 33 en 33bis van de wet van 1 augustus 1985 nageleefd te worden.

De Commissie verzekert geen integrale schadeloosstelling. Ze kan, naar billijkheid, een financiële hulp toekennen voor de schadeposten die limitatief zijn opgesomd in artikel 32, § 1, van de wet van 1 augustus 1985:

“Voor de toekenning van een hulp aan de personen als bedoeld in artikel 31, 1°, steunt de commissie uitsluitend op de volgende bestanddelen van de geleden schade:

1° de morele schade, rekening houdend met de tijdelijke of blijvende invaliditeit;

2° de medische kosten en de ziekenhuiskosten, met inbegrip van de prothesekosten;

3° de tijdelijke of blijvende invaliditeit;

4° een verlies of vermindering aan inkomsten ten gevolge van de tijdelijke of blijvende arbeidsongeschiktheid;

5° de esthetische schade;

6° de procedurekosten;

7° de materiële kosten;

8° de schade die voortvloeit uit het verlies van een of meer schooljaren.”

(7)

Het principe dat de bijzaak de hoofdzaak volgt is hier niet van toepassing; immers de schuldenaar van de toegekende hulp, zijnde de Belgische Staat, is niet de veroorzaker van de schade. De zienswijze van de Commissie ten aanzien van de intresten werd bevestigd bij arrest nr. 165.787 van de Raad van State d.d. 12 december 2006.

Wat de hoofdsom betreft gaat de Commissie, alle omstandigheden in acht nemend en naar billijkheid oordelend, akkoord om het gevraagd hulpbedrag van € 5.500 zonder meer toe te kennen.

*

* *

OP DIE GRONDEN, De Commissie,

Gelet op:

- de artikelen 17 § 1, 39 tot 42 van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 tot regeling van het taalgebruik in bestuurszaken;

- de artikelen 28 tot 41 van de wet van 1 augustus 1985 houdende fiscale en andere bepalingen, laatst gewijzigd bij wet van 30 december 2009;

- het koninklijk besluit van 18 december 1986 betreffende de commissie voor financiële hulp aan slachtoffers van opzettelijke gewelddaden en aan de occasionele redders, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 7 december 2006,

Verklaart het verzoek ontvankelijk en kent verzoeker een hulp toe van € 5.500.

Aldus uitgesproken te Brussel, in openbare zitting en in de Nederlandse taal op 28 november 2012.

De plv. secretaris, De voorzitter,

B. VAN BEURDEN P. DE SMET

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Rekening houdende enerzijds met de ernst van de feiten en de opgelopen schade en anderzijds met de door de wet uitgesloten schadeposten en de reeds ontvangen bedragen,

Verzoeker vraagt om de toekenning van een hulp van € 10.167,04 meer de intresten maar laat na om dit bedrag te begroten waardoor hij zijn schade ten belope van dit bedrag

“op niet nader te bepalen data, tussen 14 november 2001 en 6 december 2002, meerdere malen, met voorbedachten rade, opzettelijk verwondingen of slagen te hebben

De Commissie meent aan verzoekster een globale noodhulp te kunnen toekennen, ex aequo et bono bepaald, hetgeen haar in staat moet stellen om haar dringende medische

- het verzoekschrift, neergelegd op het secretariaat van de Commissie op 18 februari 2013 waarbij verzoekster om de toekenning heeft gevraagd van een financiële hulp

- een causaal verband tussen de gewelddaad en de opgelopen schade. Bovendien vereist artikel 31, 1°, van de wet dat verzoeker ten gevolge van deze feiten een ernstige lichamelijke

Tot slot meent de Commissie de aandacht van de verzoeker erop te moeten vestigen dat uit samenlezing van artikel 32 (in casu § 2) van de wet van 1 augustus 1985, dat de

Rekening houdende enerzijds met de ernst van de feiten, met de door de verzoeker geleden schade zoals zij blijkt het neergelegde dossier en anderzijds met de door de wet uitgesloten