• No results found

VliJHElD IN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "VliJHElD IN "

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VliJHElD IN

DEMOCRATIE

Zaterdag 22 decem,er 1956 - Na. 427

Wens van de redactie:

leen voorspoedig 1957

WEEKBLAD VAN Df VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATII

KERSTFE ST1956

·ne laatste maand des jaars is er een van velerlei verwachting. Aan de aanvang vooral voor het kind, tegen het einde ook voor de volwassene. Zo althans nemen wij het aan.

Eeuwenoude traditie stempelt zelfs heel decem- ber tot "advent", tot tijd van verwachting. Die . verwachting is dan gericht op de "komst" van Hem, wiens geboorte op Kerstfeest wordt her- dacht.

Misschien klopt hetgeen deze traditie ver- onderstelt niet ten volle meer op de werkelijk- heid van het heden. Naarmate ook het Kerst- feest meer en meer een familie- en geschenkeq- feest is geworden, is de oorspronkelijke bete- kenis van dit "hoge feest" der christenheid naar de achtergrond gedrongen. Maar voor miljoenen heeft het oude "Hoe zal ik u ont- vangen?" toch nog niet alle zin verloren.

·Of: is het zo, dat er ook bij hen, die in Kerst- feest nog wel iets. meer zien dan een huiselijk feest met zijn bijzondere en behaaglijke intimi- teit; een zekere aarzeling bestaat?

* * *

In het oudtestamentische boek Ezechiël

staat .. een verhaal, dat in dit verband

schien ohze aandacht verdient. De pro:fèêt ,;_:, zo wordt het daar beschreven - voelt .zich op een ogenblik door Gods hand geleid naar een vallei vol doodsbeenderen en hoort zich dan toeroepen: "mensenkind, zullen deze beenderen weder levend korden?" De profeet antwoordt:

Heer, Gij weet het. M.a.w.: ik weet het niet, mij lijkt het onmogelijk. Maar Ezechiël krijgt en aanvaardt de opdracht, dit onmogelijk schij- nende te beproeven.

Aanvankelijk gelukt het hem slechts, de beenderen weer samen te voegen tot lichamen, maar de geest was er niet in. Wanneer hij dan echter een "geest van de vier windstreken"

aanroept om de doden weer leven in te blazen, geschiedt het wonder: de doden worden levend en staan op hun voeten, een ontzaglijk groot leger.

* * *

We hebben hier duidelijk met een visioen te doen. Maar we weten, dat ook visioenen vaak in de wereld- en mensengeschie- denis tastbare gevolgen hebben gehad. Zo ook hier. En niet alleen voor de profeet, maar voor heel zijn volk. Want dit visioen loopt voor Eze- chiël uit op de opdracht: ga nu aan uw volk zeggen wat ge gezien hebt.

Dat volk verkeerde in de ellende der balling- s.chap. Maar nu hoort het de boodschap: God zal zijn volk daaruit verlossen en het zal weer levend worden in het l;:md zijner vaderen. Die boodschap houdt niet alleen de hoop levendig, zij wordt nqg werkelijkheid 'ook!

* * *

Het begin van Ezechiëls visioen past maar al te goed op de huidige wereldsituatie.

Wij leven als in een doodsvallei, waar wijd en zijd verbroken resten verspreid liggen. Resten onzer ·idealen en illusies, ruïnes van tot voor

In verband met de komende feest- dagen zal het eerstvolgende nummer van ons weekblad op 5 ianuari a.s. ver- schiinen.

kort vredige en fraaie dorpen en steden, res- ten van talloze mensenlevens. En als we ons dan - gelijk de profeet - hoorden toeroepen:

gij, zoon der aarde, beproef of nu uw brein het vatten kan, dat dit vaneengescheurde weer vergaderd kan worden, dan zouden wij geneigd zijn, met Ezechiël schouderophalend te zeggen:

God. moge het weten, wij niet.

Inderdaad: het kost ons, levende in deze verscheurde wereld, moeite, dan n<;>g verder te luisteren naar Ezechiëls verhaal . . . o~ naar dat van Kerstfeest. Klinkt dit laatste ons niet als een spot en een hoon in de oren?

* * *

Ook het Christendom kent zijn spannin- gen, zijn onverzoende tegenstellingen.

Ook de christen kan geen rust hebben in een wereld, die weet van vervolgden en ontheem- den, weet van dreiging en geweld. Hij kan al- leen boven angst en onrust en schrijnende te- genstellingen uitkomen, omdat hij wereld en leven ondanks alles gegrond weet in God, de Heilige en Almachtige.

Weet hij, weten wij dit altoos? Waarlijk?

. Och neEm, wqt zowel in het wereldleven als in ons pel'sooniük leven wordt dit weten in ons aangetast en ondermijnd door allerlei dingen, · die twijfel wekken. Daarom moge ik besluiten met een verhaal, dat ik eens las, van een jonge soldaat, die dodelijk gewond op een slagveld lag.

De avond is gedaáld en heeft een sluier ge- trokken over alle verschrikkingen rondom hem. De sterren schitteren aan de nachtelijke hemel, die dit oord des jammers overkoepelt.

Naar die sterrenhemel ziet het oog van de gewonde op, die daar nu neerligt, machteloos, bewegingloos, een verloren mensenkind temid- den van verlorenen. Hij raakt aan het peinzen:

hoe is dit alles mogelijk op deze aarde, terwijl zich daar zulk een stralende sterrenhemel bo- ven uitwelft? Hem wacht immers slechts een ellendige dood in een wereld, waarin niets van pure menselijkheid meer over is

* * *

Dan ziet hij over het slagveld een donkere schaduw bewegen. Een mens, een ge- . wonde als hij, kruipt over lijken naar hem toe.

Het blijkt een "vijand" te zijn, die hem ·heeft horen steunen en hem nu een dronk aanbiedt uit zijn veldfles. Die enkele teug verkwikt hem nog even. Maar méér verkwikt hem het weten, dat er zelfs hier nog menselijkheid,' erbarmen, medegevoel is. Hij sterft nog diezelfde nacht.

Maar stervende heeft hij gezien, hoe het van- eengescheurde toch weer vergaderd werd en het verdorde toch nog weer van de bodem op- stond. Zelfs van deze door granaten-produkt van menselijke boosheid - omgewoelde bo- dem.

* * •

De hulp, die de vrije wereld aan de Honga- ren biedt, is maar schamel. Toch wordt ook daarin nog iets van die naastenliefde uit- gedragen, die eis is van het Evangelie van Hem, wiens komst wij op Kerstfeest herden- ken. Zelfs de dapperen die nu ten offer vallen aan het schrikbewind, dat over Hongarije raast, mogen althans weten, dat hun landgeno- ten die de grens nog konden overschrijden, toch nog iets zien van het licht van waarheid en gerechtigheid, dat voor hen in eigen land ten onder schijnt gegaan.

Wanneer Ezechiël in zijn visioenen de beenderen weer tot skeletten ziet ver- . gaderen ontbreekt er één ding aan, het belang-

rijkste, de geest.

Zolang wij in eigen leven of in onze wereld het zonder de Geest moeten of menen te kun- nen stellen, blijft al ons werk lapwerk. Want dan is alle bezieling ons vreemd. Het resul·

taat: het lukt niet, het ware is het toch niet, constateren we dan met Ezechiël.

De grondtoon echter van diens visioen is deze: Bij . mij is niets onmogelijk, spreekt de Heer. Uit het graf .van uw ballingschap, uw nedergang, uw ontmoediging zal Ik u verlos- sen en gij zult weer levend worden.

Is dit geloof er in ons, nu?

O~k als wij thans het Kerstfeest tegemoet gaan?

"Het licht schijnt in de duisternis".

Dat wij dit verstaan! de R.

Ter inleiding van onze landhoowJ•nhriek

In het kader van de in het tweede halfjaar ge- leidelijk ingevoerde vernieuwing van ons blad doet het ons genoegen, thans ook een 14-daags landbouwrubriekje te kunnen aankondigen.

Een rubQjek, die niet r:· '~rst is bedoeld voor de rechtstreeks belanghebbenden in de agrarische sector - zij hebben o.a. hun eigen vakpers, waar de problemen dieper kunnen worden besproken - maar vooral voor hen, die nog altijd vreemd staan tegenover deze tak van ons economische leven.

Voor de tweede wereldoorlog was de volslagen onbekendheid met en de onverschilligheid van de gemiddelde "stedeling" voor de betekenis van het

"platteland" nog aanmf!rkelijk groter.

Oorlog en bezetting hebben ongetwijfeld velen in ons volk de ogen geopend voor de onschatbare betekenis van landbouw, tuinbouw e1~ veeteelt voor ons volksbestaan.

Dat is al een grote vooruitgang, maar het is nog niet voldoende.

Het is goed, wanneer ons volk als geheel en ons liberale volksdeel in het bijzonder, leert inzien, welk een gevaar, ook voor ons volkskarakter, is gelegen in de bedreiging van het voortbestaan van een zelfstandige, eigengeërfde Nederlandse boerenstand.

In ons vorige nummer heeft men reeds nadere bijzonderheden kunnen lezen over het Landbouw- congres van de V.V.D., dat op 2 en 3 maart op Woudschoten zal worden gehouden.

De redactie van ons blad wil op haar wijze me- dewerlten aan het nader tot elkander brengen van het agrarische en het niet-agrarische deel van ons volk.

HC't heeft daartoe tot zijn grote genoegen !r. L.

G. Oldenbanning, oud-secretaris van het Drents Landbouw GenootRchap en oud-redacteur van het Drents Lanclbouwblatl, thans hoofd van de bulten- dienst pers en propaganda van het Bedrijfslabora- - toriurn voor Grond- en Gewasonderzoèk te Arn-

hem, tevens lid van Iwt hoofdbet!tuur van de V.

V.D., bereid gevonden, een veertiendaags land- bouw-rubriekje in ons blad te verzorgen.

Een rubriekje, waarin geen ,.zware" problemen zullen worden behandeld, maar, overeenkomstig het karakter van ons blad, getracht zal worden, op eenvoudige wijze ook de leek op dit gebied iets te vertellen over de betekenis van deze tak van ons volksbestaan en van hetgeen het agrarische deel van ons volk beroert.

In dit nummer treft men voor de eerste maal deze rUbriek aan.

De uiteindelijke vorm is weilicht nog niet defi- nitief. We zullen aan de hand van de opgedane ervaring t.z.t. nog nader overwegen, op welke wijze deze haar blijvende gestalte in ons blad zal

kunnen vinden. A.

(2)

Flitsen van Het Binnenlwf (I)

Suiker. benzilte en gedistilleerd duurder • Sombere financieel·

economische toestand als gevolg van loon· en priispolitiek • De ciifers kloppen vrijwel precies • Mr. H. F. van Leeuwen waarschuw·

de reeds vorig iaar • Nieuwe verzwaring van belastingen nog te verwachten • Maatregelen aUeen zuiver te beoordelen als het gehele plan voor bestedingsbeperking bekend is.

Onze :t:ractie heeft vorige week l.n de Tweede Kamer tegen de be- lastingverhoging op suiker, benzine en gedistilleerd gestemd, nadat de motie van prof. Oud was verworpen om de belastingen nog even ongewijzigd te Ia..

ten, opdat de Kamer op een later tijd- stip beter zou kunnen oordelen over de regeringsvoorstellen wanneer ook de plannen bel:end zijn omtrent bezuiilli- ging en verdere verhoging van de belas- tingen in het kader van de bestediJ!·gs- beperking. Dan zouden de verschillende maatregelen onderling tegen elkaar kunnen worden afgewogen.

Met uitzondering van de woordvoer- der van de Partij van de Arbeid had- den alle sprekers het als een be·zwaar gevoeld, dat over bepaalde maatregelen · moest worden beslust zonder bekendheid met de verdere plannen van de rege- ring. Maar· bij de stemming over de motie-Oud schaarden ziCh alleen de communisten en de staatkundig-gere- formeerden achter de motie, zodat zij met 109 tegen 21 stemmen werd ver- worpen.

Onze fractie heeft nog wel haar stem gegeven ~n een amendement van de K.V.P.'er dr. Lucas om de verhoging van de belasting op benzine een_ tijdelijk karakter te geven tot 1 januari 1959.

Alleen ·de P. v. d. A. stemde tegen dat amendement. De reden waarom prof.

Oud vóór het amendement sterrw'le was vooral het leed te verzachten van dr.

Lucas, drie zo'n moeite had de verhoging van de benzinebelasting te slikken.

* * *

Alvorens het belastingdebat begon, legde minister Hofstra, heel on- gewoon, een verklaring af over de zor- gelijke financieel-economische toestand, waarin hij o.a. meedeelde, dat het tekort op de betalingsbalans over 1956 wordt geschat op 500 à 600 mdljoen gulden en dat de deviezenreserves van de Neder- landse Bank zijn gedaald van f 464 7 miljOen eind 1955 tot f 3908 miljoen op 3 d~ber j.l.

Die schildering van de financiële toe- stand had voor onze geestverwant mr.

H. F. van Leeuwen niets verrassends.

Zij is de log1ische consequentie, zei hij, van de gevolgde loon- en prijspolitiek, tezamen met een beleid, waarbij te zeer tot investeren werd gepri·l,;keld, een be- lejd van vasthoUden aan 'n te lage rente en van een onjuiste kredietpolitiek van de semd-officiële instanties.

Het kon niet anders dan dat daaruit een overbesteding rou result~ren, die ons nu is "M.,.,_,...,".,d~"t i!l een dratnati-

DR. LUCAS ... moeilijk slikken ...

sohe schildering van de betalingsbalans en de' financiële toestand. De minister heeft bierbij het slechte voorbeeld ge.

Volgd van het S.E.R.-rapport om alleen maar over symptomen en niet over de oorzaken van het scheeflopen van een en ander te spreken.

Wij hebben namelijk te doen met een beloningsinflatie, die .ik op 450 miljoen becijfer, aldus mr. Van Leeuwen. Wij hebben voorts een bestedingsinflatie op het gebied der investeringen, die ik op circa 500 miljoen stel. B~i volle werkge.

legenbeid _en vasthouden aan prijzen en tarieven zonder rekening te houden met gestegen kostenelementen moet dit in een achteruitgang van de betalingsba- lans resulteren tot de som dezer ·be- dragen.

Met behulp van de bijlagen van het SER-rapport kunt u deze cijfel"S veri- fiëren. Er wordt daarin namelijk gesteld een toeneming van de arbeidsprodukti- viteit van &,8 % en van de loonsom per

werknemer van 9 %. Tegenover een to- ta1e loonsom van 14 miljard. betekent dit een beloningsinflatie van 450 miljoen

De investeringen zijn in 1956 tegen- over 1955 gestegen met 800 mil- joen, te weten 300 miljoen in de indu- strie, 150 miljoen in de sector verkeer, 150 miljoen in de see' 'r woningbouw, 100 miljoen bij de overheidsinvesterin- gen van het Rijk en voor 100 miljoen bij de gemeenten. Som: 800 miljoen ofwel 121h % stijging vergeleken bij 1955, ter- wijl 5 % een meer normaal cijfer zou zijn geweest.

De vergelijking met 1955 mag gerust worden gemaakt, omdat het een jaar was waarin een evenwdcht in on,ze eco- nomie was bereikt.

De overexpansie beloopt hier dus cir- ca 500 miljoen.

De overbesteding, samengesteld 950 miljoen bedragende, vinden wij terug in de betalingsbalans, die naar de calcula- ties van het S.E.R.-rapport met 940 mil- joen slechter wordt dan verleden jaar.

Het klopt vrijwel precies en de minister behoeft het geenszins zo voor te stellen alsof dit als een verrassing uit de lucht is komen vallen.

Dit tekort wordt teruggevonden in de deviezenpositie, want het wordt voor het overgrote deel gefinancierd door het aanspreken van geldliquiditedten, waartegenover deviezen worden opge- vraagd. De middelen van de geld- en en kapitaalmarkt drogen hierdOOr op;

een noodtoestand i:s daardoor ontstaan, die om ingrijpen vraagt. Alles loopt verkeerd, doch niet anders dan moest worden verwacht.

* * *

Reeds verleden jaar, aldus vervolg- de de heer Van Leeuwen, heb ik in deze Kamer· kraohtig gewaarschuwd tegen de overspanningsverschijnselen die zich aftekenden en op remming aan- gedrongen.

In mei j.l. heb ik de loop van zaken voorspeld bij de behandeling van het wetsontwerp op de afbetalingsovereen-

t komsten. Uitvoerig sprak ik er over bij de algemene fnnanciële beschouwingen over de begroting. Ik heb verschillende publikaties aan het onderwerp gewijd.

Ik maakte de indruk van een defecte grammofoonplaat, die steeds hetzelfde herhaalt, merkte de minJister van Eco- nomische Zaken op. Blijkbaar niet vaak en luid genoeg, want eerst nu krijgen wij van regeringswege een erkenilling.

Onderwijl gaat de minister van Eco- nomische Zaken door met het propage- ren van een onhoudbaar prijsbeleid van camouflage.

* * *

De Staatsfinanciën zijn in januari 1956 nog in evenwicht, in óie zin dat wij zien, dat uit de eigenliJke uit- gaven van de centrale overheid geen in- flatoire tendenzen voortvloeien.

Deze mening wordt in het S.E.R.-rap- port gedeeld. Dlit is echtèr ten dele te danken aan het feit, dat door vervroeg- de inning de belastingontvangsten ruim hebben gevloeid. Ik kan mij levendig voorstellen, aldus mr. Van Leeuwen, dat de minister van Frinanciën voor 1957 het evenwic'l;lt in de staatsfinanciën somber inziet en dus maatregelen wil nemen om dit evenwicht te handhaven.

De meevaller van 1956 zal zich ndet her- halen en tal van uitgaven zijn belang- rijk hoger.

Omdat het wel vaststaat, dat de over- besteding niet van de staatshuishouding is uitgegaan, gaat· het om evenwichts,.

behoUd en niet om evenwichtsherstel. In·

deze situaNe is het de bestedingsbeper- king van de overheid zelf die prioriteit moet hebben. Belastingverhoging dient daarna te komen. Waarmee niet bedoeld is te zeggen, dat wij ndet bereid zouden zijn tot medewerking aan enkele fiscale maatregelen. ..

* * *

Met grote verwondering had mr.

Van Leeuwen kennis genomen van de mededeling van minister Hof- stra, dat het eventueel duurder worden

MR. VAN LEEUWEN ... grote verwond<;ring ..

van de produkten van' de landbouw zal moeten worden gefinancierd doo.: de overheid.

Hier is de minister volkomen op de verkeerde weg. Indden zou blijken, dat de prijzen, zoals die gelden voor Iand- bouwprodukten, te laag zijn, zullen de consumentenprijzen moeten worden ver- hoogd, niet de belastingen.

Overigens wilde mr. Van Leeuwen zich niet aansluiten bij de aanbeveling van de minister tot slaafse opvolging van het S.E.R.-rapport.

Hij gaf de regering in overweging een eigen lijn te volgen en raadde haar aan goed na te gaan of de bestedingsbeper- king van 700 miljoen wel een beste- dingsbeperking tot dit bedrag is. Voor zichzelf is hij voorlopig tot een andere conclusie gekomen en wel tot deze, dat wij er met het opvolgen van de raadge- Vlingen van de S.E.R. niet zijn.

Dit blijkt uit de te geringe verbete- ringen van de betalingsbalans, die de S.E.R. voorspelt na de opvolging van zijn raadgevingen. De regering moet regeren en niet de S.E.R.

Met de voorstellen tot verhoging van de belasting op suiker, ben- 2line en gedistilleerd heeft de regering de Kamer in een onaangename dwang- positie gebracht. Aanvankelijk leek het dat beslist moest worden over een ruil:

dat een tijdelijke algehele afschaffing van de omzetbelasting op textiel blijvend zou worden, en dat daartegenover een tweetal andere kostprijsverhogende be- lastingen zouden worden verzwaard, zij het dan, dat uit de ruil een netto-bate voor de schatkist zou voortvloeden.

IS :o.L~ 191S6 - PAG. 2 Maar in het S.E.R.-rapport, waar de·

regering ziCh acllter heeft gesteld, W«dt reeds rekening gehouden met de verhogling van de· belasting op suiker, benzine en gedistilleèrd en komt onder de aanbevelingen voor een (verdere) verhogling van de indirecte belastingen met 60 miljoen.

Terwijl wij heden bezig zijn te beslis- sen over de afschaffing van een belas- ting (op textiel) die juist dit bedrag zou opbrengen, zullen wij dus bij wijze van spreken, morgen genoopt worden een soortgelijke belasting te gaan in- voeren. Deze wijze van · behandeling staat ons n[et aan. Want dan zou het toch nu reeds voor de Kamer moeten vaststaan, dat de nieuw voor te stellen verzwaringen te verkiezen zullen zijn boven de invoering van de in 1955 ver- laagde omzetbelasting op textiel.

De regering heeft de voorkeur gege- ven aan verzwaring van belasting op benzine en gedistilleerd. De heer Van Leeuwen k·on zich deze voorkeur wel in- denken, maar hij vroeg of de regering daarbij ook heeft overwogen de omstan- digheid, dat na de nu voorgestelde maatregelen een nieuwe verzwaring van belastingen, die op de consumptie druk- ken, moet worden ingevoerd.

Zonder een duridelijk antwoord op deze vraag mag de regering in redelijkheid geen uitspraak van de Kamer verlan- gen. De regering zal ons moeten voor- leggen een plan tot bezuiniging en eventueel tot belastingverzwaring. In afwachting daarvan doen wij beter op niets vool'Uiit te k>pen en zou bij een- voudig amendement besloten kunnen worden tot tijdelijke continuëring, voor drie of zes maanden, van de vrijdom van textiel voor de omzetbelasting.

Mocht de regering hiervOOr beslist een compensatie willen, dan zou deze in een gedeeltelijke verwezenlijking van de voorstellen gevonden kunnen worden.

Aan het denkbeeld van de heer Van Leeuwen gaf prof. OUd concrete vorm in een motie. V oor het betoog van prof.

OUd moge worden verwezen naar de Flitsen (II) elders in dit nummer.

V. V, D-.

SIMPLUS

BRANDBLUSSERS

. Officlëel goeciÏ!ekeurd

Talrijke~

Veel meer wa.:srd clan de hostprijsl

SIMPLUS N. V.

DORDRECHT

"···"!·.-.·.·.·.·.·.·.·.·.v.t' •.•.. ·.·.·.v.·.·.·.·.-..·.·.·.·.-.·.·.·.·.···-,.·rl'tl'a-.·•-.···.-.-.,.

Tweede weekend

Liberaal Gesprek-centrum . te Lunteren

Onderwerpen: Wonin~bouw en Ambon

Op 19 en 20 januari 1957 zal ~ tweede weekend van het Liberaal ~

sprekeentnon in Hotel "De Boeckhorst" te Lunteren worden gehouden.

In dit tweede weekend zal zaterdagavonds ds. J. H, Ritzema Bos uit Doetinchem spreken over de kwestie Ambon, terwijl mr. D. Schultemaker des zondags het woord zal voeren crver het probieent van de wonin«boaw in ons land.

Alle kamers van Hotel ,,De Boeckhorst" te Lonteren zullen worden ver- warmd en in verband hiermede is de prijs voor een compleet weekend iefB verhoogd moeten worden.

De totale kosten voor het complete weekend bedragen thans f 10,.. per persoon. Voor dit bedrag ontvangt men des zaterdagavonds een

-e

maaltijd, logies met ontbijt, zondags tussen de middag een bro•dmaaltijd en 's avonds voor ~ vertrek wederom een warme maaltijd.

Het programma voor dit weekend ziet er als volgt uit:

Zaterdag 19 januari '57: 4 uur: aankomst der deelnemers;

6 uur: maaltijd;

8 uur: ds. J. H. Ritzema Bos spreekt over de kwestie Ambon.

Zondag 20 januari '57: 9-10.30 uur: ontbijt; daarna wandelin&" of kerk- gang;

12.38 uur: broodmaaltijd:

2 uur: mr. D. Schuitemalwr spreekt over Woningbouw;

5.00 uur: warme maaltijd;

6.30 uur: vertrek der deelnemers.

Opgave voor deelname u i t s 1 u i ten d door overs«hrijving van het bedrag ad. f 10,.. per persoon op girorekenill&' no. 67880 t.n.v. de Secretaris der V.V.D. te '8'-Gravenhage.

Aanmeldingen voor deelname worden behandeld in volgorde van binnen- komst, terwijl aan alle deelnemers na ontvangst van het verschuldigd 00- d:r&&" - bewijs VIUl deelneming zal worden toegezonden.

.,.". •.. ·.···--.-.-.-.·.-.-.-.-... ·.·.·-·-·.-.·.···-·.-.·~·-···-·.-.-.-... ·.·-·.·.:-.-.·.·.···-·-· ...

(3)

VBUHEID EN DEHOCaATD 2Z DECEMBER 1956 - PAG •. I

p.an, WEEK tot WEEK * In verbanel met de komende feest.' dagen zal het Algemeen Secretariaat van de Partii te Den Haag op maandag 24 en maandag 31 december a.s. ge-

Oorlog of vrede ?

Nog steeds houdt de internationale ont- wikkeling de gemoederen allerwegen bezig. Er is een ~kere stilte ingetreden, maar elkeen voelt, dat deze stilte er slechts een is, die aan de storm voorafgaat. Storm zal er on- getwijfeld komen, alleen weten wij nog niet uit welke hoek ze zal gaan waaien.

Men behoeft noch optimist, noch . pessimist te zijn om in alle objectiviteit te kunnen vast- stellen. dat het communisme zich in een crisis bevindt.

De satellietlanden van Rusland zijn zonder uitzondering niet voor de volle honderd pro- cent betrouwbaar te achten voor de Russische communistische machthebbers. Óok in de Sov- jet Unie zelf is een groeiend verzet onder de jonge intellectuelen onmiskenbaar.

Deze ontwikkeling is op zich zelf voor de vrije wereld verheugend, maar zij kan daarom -niet minder gevaarlijk zijn.

Wij zijn van oordeel, dat het vooral de West- Duitse minister van Buitenlandse Zaken is ge- . weest, die deze situatie op de juiste wijze in

een vergadering van de Verenigde Naties heeft gekenschetst.

De. ontwikkeling in de Oostelijke Staten van Europa is voor het Russische communisme een uiterst pijnlijke zaak. De grote vraag is echter thans hoe de Russische machthebbers op deze ontwikkeling zullen reageren.

Een soortgelijke ontwikkeling doet zich voor in de Arabische landen, waar de Russische in- filtratie niet precies "volgens de plannen" is verlopen._

Hoe zal Rusland hierop tenslotte reageren?

Dit is de belangrijke vraag. die de gehele we- reld nog steeds in een beklemmende spanning 'houdt.

* * *

Twee theorieën

. Met betrekking tot het bovenstaande, zijn er twee theorieën, die respectievelijk zijn gebaseerd op de redelijkheid en de even- . tuele onredelijkheid van de Sowjet Russische

leiders.

Gaat men uit van de redelijkheid of, zo men wil, van de veronderstelling, dat de machtheb- . bers in Rusland, hoe dan ook, hun gezond ver- stand zullen bewaren, dan behoeft de huidige toestand niet tot een paniekstemming te lei- den.

Immers, de wereld heeft een dergelijke situa- tie reeds eerder na de tweede wereldoorlog ge- kend. Wij denken hierbij aan de wel zeer ern- stige incidenten in Oost-Berlijn en aan de strijd

· in Korea.

Ook in deze gevallen werden niet alleen be- dreigingen geuit, maar kwam het openlijk tot

· wapengeweld. Een wapengeweld evenwel, dat zich localiseerde en dat zich niet uitbreidde

• tot een derde wereldoorlog. De Russen stelden het Westen op de proef en gingen tot het uiter- ste {zie vooral Korea) zonder evenwel een we- reldbrand te forceren.

De situatie in de Arabische landen en ook in Hongarije kan evenzeer van dien aard zijn.

Zelfs een gewapend conflict in de Arabische landen behoeft niet buiten de locale sfeer te treden. En in dit verband zou men kunnen stellen, dat Rusland nu wat de ontwikkeling in de Arabische staten betreft heel goed weet waar het aan toe is.

Maar deze medaille heeft ongetwijfeld ook een andere zijde. De ontwikkeling in de Oost- Europese staten kan voor de Sowjet-machtheb- bers fataal zijn. Zo fataal, dat de redelijkheid zoek raakt en het communisme in een wereld- oorlog nog de enige kans ziet zich te handha- ven of "met ere" ten on.iier te gaan.

Zodra er sprake zou zijn van een wanhoopa- politiek is uiteraard elke redelijkheid zoek en heeft het opbouwen van theorieën geen enkele zin meer.

De wereld wacht in angstige spanning af.

Het enige wat de westerse wereld kan doen, is paraat zijn en zijn paraatheid versterken. Het heeft geen andere keuze.

Dit beeld is ongetwijfeld somber, maar niet onwaarschijnlijk. Als het zo ver zou komen dat de wereld moet kiezen, welnu, dan moet zij ook kiezen.

Als ons ooit het mes op de keel zou worden gezet zou men zeker niet ten onrechte de vraag kunnen stellen, waarom onze vrijheid en onze levens meer waard zijn dan die van de Hon- gaarse vrijheidsstrijders.

* * *

Merkwaard~ liberaal of katholiek geluid? ,

Bij de jongste Kamerdebatten heeft onze fractieleider prof. Oud zeker niet ten onrechte een ernstige waarschuwing laten ho- ren met betrekking tot de positie en de invloed van de Sociaal Economische Raad.

Prof. Oud zeide o.m., dat het in Nederland niet zo moet worden, dat in de S.E.R. in het overleg tussen twee belangrijke groepen be- paald wordt, hoe het beleid zal zijn, dat in Nederland zal worden gevoerd.

Prof. Oud wenste volkomen terecht, dat dit beleid zal worden gevoerd en bepaald door de Regering en onder verantwoordeqjkheid aan en met medewerking - voor zover het wetge-

sloten ziin. ·

vende maatregelen betreft- van de Volksver- tegenwoordiging.

Als wij dat niet doen, zo zeide prof. Oud, gaan wij langzamerhand het gezag van de Re- gering en van de Volksvertegenwoordiging volstrekt ondermijnen.

Prof. Romroe nu, uit in de Volkskrant zijn verbazing over hetgeen prof. Oud met betrek·

king tot de S.E.R. heeft gezegd. Prof. Romme spreekt in dit verband dan ook van 'n "hoogst · merkwaardig liberaal geluid".

Welnu, wij laten die merkwaardigheid nu maar verder voor wat zij is.

Maar nog veel merkwaardiger is het feit, dat zowel het orgaan De Katholieke Werkge- ver en als wij ons niet vergissen, het katho- li_eke dagblad: De Tijd, zich in een soortgelijke zm hebben wtgelaten als prof. Oud in de Ka·

mer deed.

· In de gedachtengang van prof. Romme zou- den wij in dat geval dus van een "merkwaardig katholiek geluid" moeten spreken.

Hoe dan ook, merkwaardig blijft het. Dat is een feit.

KERSTDROOM VERVUI~D

CADEAU'I'JES VOOR HOFSTRA

(4)

VRLJBEID EN DEMOCRATIE

Flitsen . van Het Binnenhof (11)

Buitenmodel-vertoning in de Tweede Kamer • Angstpsyc:hose van minister Hofstra • Prof. Oud he~ft medeliiden met hem • Grotere verantwoordeliikheid voor de financ:ieel-ec:onomisc:he toestand ligt bii miaister Ziilstra - De reden waarom onze frac:tie tegen de belastingverhoging stemde.

De sombere verklaring over de fi- nancieel-economische toestand dit minister Hofstra vorige week in de Tweede Kamer aflegde voor de aanvang van het belastingdebat, noemde prof.

Oud een buitenmodel-vertoning, waar- van hij zich had afgevraagd: was het nu zo nodig, dat deze buitengewone verto- ning werd gegeven, deze coup de théatre;

het optreden van de minister bij het be- gin of liever vóór het begin van de be- raadslaging?

Ik kan daarvoor geen andere verkla- ring vinden, aldus prof. Oud, dan dat de minister een beetje heeft verkeerd on- der invloed van een soort angst-psycho- se. Ik bedoel niet een angstpsychose ten aanzien van de financiële toestand, want de minister zei, dat hij tegelijk de Ka- . mer een beetje gerust wilde stellen. De

toestand was wel ernstig, maar niet alar- merend.

Daarmee was .hij met zichzelf in te- genspraak want de gehele rede van de minister was toch bedoeld om alarm te ma•ken. Dat heeft blij~baar enigszins ef- fect gehad. De heer v. d. Wetering zei, dat de staatspapieren waren gedaald op de beurs. Als dit gebeurt, is het niet een goed effect van de rede van een minis- ter van Financiën.

Men moet met een dergelijke alarme- . ring voorzichtig zijn. Omdat men met

deze alarmering het vertrouwen in onze gulden ondermijnt, werkt men juist de bestedingSbeperking tegen, want het is een van die wonderlijke dingen, dat er, nadat het vertrouwen in die gulden ii!

ondermijnd, veel mensen in Nederland zijn, die zeggen: ik ga mij veel uitgaven veroorloven; ik koop maar liever een televisietoestel of iets anders, want mis- schien is over een poosje de gulden min- der waard en voor mijn guldens heb ik toch maar liever goederen in huis.

Deze minister is gelkomen in een toe- stand waarvoor hij, althans als bewinds- man, niet verantwoordelijk was. Dit heeft zich allemaal afgespeeld onder het vorige kabinet. Daarvoor dragen twee van zijn collega's, van Sociale Zaken (lonen) en van Economische Zaken (prij- zen) een zeer grote verantwoord!)lijk- heid.

Eigenlijk is de minister van Eeonomi- sche Zaken (prof. Zijlstra) in de sterk- ste mate verantwoordelijk voor de fi- nancieel-economische ontwikkeling zoals wij die in de achter ons liggende periode hebben gekregen. Gedurende de achter ons liggende jaren hebbeft wij telkens an tellkens gewaarschuwd.

* * *

Natuurlijk moeten wij de consequen- ties van de toestand, waarln wij op het ogenblik staan, aanvaarden. Dat geldt ook voor de oppositie. Wij zijn op- positie, maar dit neemt niet weg, dat wij het regeringsbeleid op zijn eigen me- rites zullen beoordelen. Wannee; er be- paalde maatregelen moeten worden ge-

MINISTliR HOFSTRA

•••... angstpsychose? .... _

1\omen, cMe wij juist ea aoodzakeli;jk achten, ook al zijn zij onaangenaam, dan zal de regering daarbij op onze steun kunnen rekenen.

Wat is op het oge!l'blik nodig en wat moet er dus gebeuren? Wij hebben ge- hoord, dat de regering het advies van de S.E.R. in het algemeen wel aanvaardt, maar dat zij het nog verder moet bestu- deren en dat het nog nader moet worden uitgewerkt.

Het wonderlijke is, dat nu bepaalde maatregelen van de Kamer worden ge- vraagd, die wij pas op hun juiste meri- tes kunnen beoordelen als wij het gehele plan van de regering kennen en als wij in de Kamer een gedachtenwisseling met de regering hebben gehad over het ge- hele probleem van de bestedingsbepe,·- king.

Terwijl die hele zaa!k dus nog han- gende is, komt de minister met bepaalde voorstellen en nu wordt de Kamer. onder druk gezet om vóór 1 januar·i die maat- regelen te aanvaarden, zoals oe rege- ring ze heeft voorgesteld zonder dat wij hebben kunnen spreken over het grote probleem van die bestedingsbeperking zelf.

Nu is de vraag deze: is het juist, af- gezien van de vraag hoe men denkt over de belastingverhoging op suiker, benzine en gedistilleerd en de definitieve vrij- stelling van textiel voor de omzetbelas- ting, om deze dingen er uit te halen en belangrijke beslissingen te nemen voor- dat wij het grote algemene debat heb- ben gehad?

Dit is naar de mening van prof. Oud bepaald niet juist. Hij kon de noodzaak daarvan ook niet inzien. Er zal immers geen maanden en maanden moeten wor- den gewacht op het plan van de rege- ring. Er mag integendeel worden ver- wacht, dat de nota van de regering .de Kamer spoedig zal bereiken. En prof.

Oud heeft geen enkel bezwaar om voor het bespreiken van deze zaak het kerst- reces te onderbreken.

* * *

Een en ander betekent voor mij, al- dus onze fractievoorzitter, dat wij de toestand die thans bestaat op het ge- bied van de belastingheffing (dat wil

H DECEMBER 19M - PAG. 4

PROF. OUD

... voorzichtig met alarm ...

zeggen: in. hoofdzaak het bestaan van een tijdelijke vrijstelling van omzetbelas- ting op textiel en suiker, die met ingar.g van 1 januari a.s. automatisch zou ver-

valle~) nog even moeten handhaven.

Waarom heeft de regering niet ge- zegd: wij zullen de beide vrijstellingen zeer tijdelijk verlengen - dat was in beide Kamers zonder enige moeilijkhe- den aangenomen - tot februari, even- tueel tot maart. Dan hebben wij t:jd om tezamen rustig te bespreken wat wij wil- len: of die vrijstelling vervallen moet blijven, geheel of gedeeltelijk, en wat daar tegenover moet staan, Dan kunnen wij dit bezien in het kader van het ge- hele plan.

Ik zeg volstrekt niet, dat mijn vrien- den en ik zich in de omstandigheden, waaronder wij op het ogenbli'k verkeren, tegen iedere belastingverhoging zullen verzetten. Wij begrijpen best, dat een belastingverhoging op een bepaal(: mo- ment onvermijdelijk zal blijken, _maar wij willen het geheel zien. Md name willen wij in de plannen van de rege- ring de verhouding zien tussen bezuini- ging en de belastingheffing,

* * Regeert de SI:H of regeert de. regering?

Minister Hofstra antwoordde dat hij uitstel tot 1 februari of l maart ver onvoldoende vond. Als men het vraagstuk iets rustiger gaat bepraten, duurt het overleg wel wat langer, aldus de minister, die meedeelde dat de grond- gedachte van de verhoging van de belas- ting op suiker, benzine en gedistilleerd, geboren is op de eerste dag dat hij in het gebouw aan de Kneuterdijk mocht zit- ten, terwijl zijn ervaring van tien jaar in de Tweede Kamer hem heeft geleerd, dat 'slechts door zeer grote medewerking van iedereen in de Kamer het mogelijk is geweest binnen acht weken deze voor- stellen te kunnen behandelen.

De angstpsychose van de minister zag prof. Oud echter tach nog even anders. Het was een angstpsychose tegenover de Kamer.

Prof. mr. P. J~ Oud waarschuwt vo~r ondermijning van gezag

De minister is bevreesd geweest, dat hij in de Kamer, gezien alle bedenkin- gen en bezwaren die er tegen gerezen waren, geen meerderheid zou krijgen voor de verzwaring .van de belasting op suiker, benzine en gedistilleerd.

Daarom moest de meerderheid van de Kamer eerst stevig onder druk worden gezet. Nu is het vertrouwen van de gro- te meerderheid der Kamer in het kabi- net wel niet zo buitengewoon groot, maar minister Hofstra en zijn collega's behoeven zich helemaal niet zo angstig te maken. Hun leven wordt hier niet zo gauw bedreigd, want . men . weet i1:1 de Kamer goed genoeg hoe moeiliJ1k het iS,

indien men dit kabinet naar huls zou

sturen, er een ander kabinet voor in zijn.

plaats te brengen.

Daarom zei prof. Oud: de minister moet voortaan niet zo angstig zijn. Hij is veel te angstig geweest. Hij had die verklaring rustig ·achterwege kunnen laten; dan was er nog geen ongeluk ge- beurd. Wij kennen hnmers de verhou~

dingen: er was dan wel w11t gemopperd, maar tenslotte had men het toch aan- vaard.

* * *

Waarschijnlijk zou bij de mopperen- de aanvaarding ook hebben ge- speeld, dat men wat medelijden met deze minister zou hebben gehad. Ik heb zelf, aldus prof. Oud, ook wat medelijden met de minister dat het met hem zo gegaan is, want hij moet op het ogenblik opko- men voor een heleboel waarvoor hij geen verantwoordelijkheid heeft gedragen.

Deze minister is gekomen in een boe- del, die er nu niet bepaald zo erg gun- stig uitzag en een minister van Finan- ciën heeft nu eenmaal niet het voor- recht van boedelbeschrijving, dat een ge- wone erfgenaam wel heeft.

Tijdens het belastingdebat vorige week in de Tweede Kamer zei prof. Oud, dat hij langzamerhand toch wel grote bezwaren heeft tegen de wijz-a, waàrop de problemen als de bestedings- beperking van de kant van de regering worden behandeld en tegen het feit, dat de regering zozeer haar eigen beleid di- rect ophangt aan adviezen, die moeten komen van de S.E.R .

. Toen dit kabinet optrad, aldus profes- sor Qud, wisten wij ook wel hoe de toe- stand was. Het mag nog iets erger zijn geworden, maar wij kenden de situatie volkomen.

Er is in de maanden van de kabinet;:;- formatie aan alle kanten over gespro- ken. Toen Wij in het eerste stadium van de formatie bij de heer Drees zaten, heb ik telkens gezegd, dat dit het brandende probleem was. Men had van de regering moeten verlangen, dat zij zelf met een plan was gelkomen.

In plaats daarvan wordt de zaak eerst aan de S.E.R. . gezondèn. Wij moeten maar rustig afwachten tot de s.E.R. met zijn raPI!ert komt. Da'ardoor koll).t de vraag op: wie regeert er nu in Neder- llind? Een vraag, die ook door mijn vriend, de heer Van Leeuwen, is ge- steld: regeert de S.E.R. of regeert de regering?

* * *

Prof, Oud heeft groot bezwaar tegen de gang van zaken zoals die op het ogenblik is. De minister heeft een stuk uit een krantenartikel (Van prof.

Romme) geciteerd, dat er eigenlijk op neerkomt: gij moet weten wat gij doet, maar pas op: het is buitengewoon ge- vaarlijk van het S.E.R.-advies af · te wijken.

Daartegen heb ~k bezwaar, aldus prof.

Oud. Want wat is het karakter van dit

(Ingezonden

EVEN AFWACHTEN

Het is vaak zo, dat verantwoordelijke figuren in onze samenleving, kennis ge- nomen hebbende van gebeurtenissen, waarvan het nieuws· hun langs verschillende·

wegen bereikte, voor het bepalen van een eigen standpunt eerst de N.R.C. wil- len afwachten.

In chaotische omstandigheden is het meer dan, ooit nodig, dat leidende figuren nuchter en kritisch blijven en zich aan de hand van betrouwbare gegevens be- zinnen op de persoonlijke ,houding, die op hun omgeving zo zeer van invloed kan zijn.

advies? Als het een objectief weten- schappelijk advies was, zou het nog wat anders zijn, maar het advies is een com- promis. Ik begrijp, dat er compromissen nodig zijn in onze tijd, Dat moet telkens

·gebeuren.

Wanneer er echter een compromis moet worden gesloten en de belangen van de verschillende bevolkingsgroepen tegen elkaar moeten worden afgewogen, wens ik dat het compromis in de eerste plaats wordt bepaald door het kabinet en dat bet kabinet daarmee bij de _Ka- mer zal komen en dat wij dan tezamen met de regering kunnen beslissen wat de beste oplossing is.

Ik heb alle respect voor de S.E.R. Ek heb ook alle respect voor de grote bete- kenis van de twee belangrijke groepen in de S.E.R., de groep van de ondernemers en die van de ar<beidersorganisaties.

Het overleg tussen deze groepering~n

is voortreffelijk. Dat juich ik van ganser harte toe.

* * *

Maar het moet in Nederland niet zo

•worden, dat in de S.E.R., in het overleg tussen twee belangi:ijke groepen, bepaald wordt hoe het beleid zal zijn dat in Nederland zal worden gevoerd, fl[

wens dat dit beleid zal worden gevoerd en bepaald door de regering en onder verantwoordelijkheid aan en met mede- werking - voorzover het wetgevende maatregelen betreft . - van de volksver- tegenwoordiging.

Als wij dat niet doen gaan wij lang- zamerhand bet gezag van ·de regering en van de volksvertegenwoordiging vol- strekt ondermijnen.

Dat moest mij everi van het hart, zei prof. Oud, al zullen wij over dit punt na- der kunnen spreken als te zijner tijd het grote debat over de bestedingsbeperking zal worden gevoerd. V. v. D.

mededeling)

Nadat prof. Oud zijn motie tot uitstel had ingediend handhaafde minister Hof- stra bij de replieken zijn bezwaar tegen uitstel, omdat het gevolg zou zijn, dat te zijner tijd een nieuw wetsontwerp moet worden ingediend voordat het nieuwe wetsontwerp de Kamer heeft ge- passeerd een belangrijk voorstel neemt gemiddeld een maand of negen-·

is het jaar 1957 ongeveer om.

Prof. Oud ving de minister op :~;ijn

eigen woorden. Een belastingvoorstel kost tenminste ·negen maanden. Dat be- grijp· ik niet, aldus prof. Oud.

De minister heeft vanmlddag gezegd:

dit belastingvoorstel is geboren op de dag, dat ik op de Kneuterdijk kwam.

Dat was, geloof ik, half oktober. Dit wetsontwerp is dus in twee maanden rijp om in deze Kamer aangenomen of niet aangeilomen te • worden en zulks over een paar dagen in de Eerste Kamer. Hoe.

de minister dus nu kan zeggen_ dat èen belastil'lg voorstel negen maanden moot kosten, begrijp ik niet.

Minister Hofstra antwoordde, dat de statistiek bevestigt, dat negen ~t~aanden

de gemiddelde tijd is.

De motie-Oud werd met 109 tegen 21 stemmen verworpen.

Daarna stemde onze fractie tegen de voorgestelde belastingverhogingen.

V. v.D-.

Het zou ons verheugen als hiertoe de N.R.C. een bescheiden bijdrage mocht leveren en daarom vragen wij U haar enige tijd regelmatig te willen lezen ter beoordeling in hoeverre zij. daartoe in staat is. We bezorgen U de N.R.C. gaarne zonder dat U dat enige verplichting oplegt.

Vraagt daarom VANDAAG even per briefkaart U de N.R.C. enige tijd op proef te bezorgen (daarin het kerstnummer begrepen).

NIEUWE ROTTERDAMSE COURANT

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

won, die rege- ringsverantwoordelijkheid niet ont- week, toen deze in 's lands belang noodzakelijk bleek en die zich nu door Trouw in één moeite door naar het hoofd

Immers boven de zakelijke dingen uit die daar hun beslag moeten krijgen, zal deze jaarvergadering door liberaal Neder- land gezien worden als een symptoom van het ook

B ij ons bestaat een grote vergaarbak, waarin alles wat aan de protestantse kant progressief denkt, predikt en ageert, (ook in het R.K. kamp), is ondergebracht, van

lers en uitgevers niet alleen aan de belangstellenden in het binnenland hebben gedacht maar aan allen, over de gehele wereld, die zich bezig hou- den met de

On- getwijfeld, het zal niet makkélijk zijn deze massa snel en in al zUn geledingen te bereiken, doch deze mogelijkheid mag ons niet afschrikken de waarheid te

·siale belangen en evenzeer voor die den genivelleerd; maar rijkdom heeft economische doelstellingen, die de daar ook zijn aantrekkelijkheid ver- regering wenst te

Molenaar het niet bij deze puntsgewijze aanduiding, maar voer- de hij voor elk zijner stelingen een reeks bewijzen aan, die, wanneer minister Jonkman het nu

vakkundige wijze te besturen, zullen zij door de geest van vrijheid en wel- behagen die in haar gezin heerst in- direct meer voor de maatschapp\j hebben gedaan,