• No results found

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD"

Copied!
64
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

EUROPESE COMMISSIE

Brussel, 7.4.2022 COM(2022) 137 final

VERSLAG VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Negende verslag van de Commissie inzake btw-registratie, -inning en -

controleprocedures volgens artikel 12 van Verordening nr. 1553/89 van de Raad (EEG,

EURATOM)

(2)

Inhoudsopgave

1. INLEIDING... 2

1.1. Een nieuwe benadering: voortbouwen op succesverhalen ... 2

1.2. Verzamelen en analyseren van gegevens ... 3

2. GEMEENSCHAPPELIJK BELANG: HET BELANG VAN DE BTW VOOR DE LIDSTATEN, DE EUROPESE UNIE EN DE BELASTINGPLICHTIGEN ... 3

2.1. Nalevingskloof (btw-kloof) ... 3

2.2. Effect van de btw-kloof op de eigen middelen ... 7

2.3. Btw-administratie en nalevingslasten voor bedrijven ... 8

3. BTW-REGISTRATIE EN RISICOANALYSE ... 8

3.1. Bijstand aan belastingplichtigen door betere communicatie ... 8

3.2. Volledigheid van de databank van voor de btw geregistreerde belastingplichtigen ... 9

4. BTW, INFORMATIETECHNOLOGIE EN NIEUWE TECHNOLOGIEËN ... 18

4.1. Elektronische handel ... 18

4.2. Mini-éénloketsysteem ... 19

4.3. Digitalisering, informatietechnologie en gegevensanalyse ... 24

4.4. Nalevingsbeheerplannen ... 27

4.5. “Dienstverlening aan belastingplichtigen: ... 28

4.6. Gebruik van gegevens voor btw-nalevingsdoeleinden ... 30

4.6.1. Verzamelen van gegevens ... 30

4.6.2. Geïnformeerde beslissing: gegevens laten werken ... 32

5. AANGIFTE EN BETALING ... 33

5.1. Tijdige aangifte ... 33

5.1.1. Elektronische aangifte ... 33

5.1.2. Controle op de naleving van de termijnen voor de btw-aangifte... 34

5.2. Betaling van btw ... 36

6. INNING VAN BTW-SCHULDEN, TERUGGAVEN EN CONTROLES ... 38

6.1. Inning van btw-schulden ... 38

6.2. Btw-teruggave ... 41

6.3. Volledigheid van de rapportageverplichtingen: btw-controles ... 42

7. BTW-BOEKHOUDING, VERANTWOORDINGSPLICHT EN GESCHILLEN ... 49

7.1. Btw-boekhouding, interne controles en externe evaluaties ... 49

7.2. Procedure voor de beslechting van btw-geschillen ... 50

8. COVID-19 EN BTW: AANBEVELINGEN VOOR DE INNING EN INVORDERING VAN BTW ... 52

9. CONCLUSIE... 53

BIJLAGE 1: INDEX VAN AANBEVELINGEN ... 55

BIJLAGE 2: INDEX VAN AFBEELDINGEN EN TABELLEN ... 57

(3)

1. Inleiding

Openbare diensten — van medische zorg tot ontwikkeling van infrastructuur en van onderwijs tot landsverdediging — zijn essentieel voor ons dagelijks leven, maar kosten wel geld. Er zijn belastingen nodig om deze diensten te financieren en de belasting over de toegevoegde waarde (btw) levert een essentiële en vaak primaire bijdrage aan de begrotingen van de lidstaten1. Een ondermaatse administratie van de btw ondermijnt de ontwikkeling en de groei van en het vertrouwen in de overheid. Een doeltreffende btw-administratie met efficiënte processen en procedures is daarom in ieders belang: nationale overheden, EU-instellingen, belastingplichtigen en burgers.

Bij Verordening (EEG, Euratom) nr. 1553/89 van de Raad van 29 mei 19892 wordt de Commissie opgedragen om de drie jaar een beoordeling uit te voeren van de nationale procedures voor de registratie van belastingplichtigen en voor de vaststelling en inning van de btw, alsmede van de voorschriften en resultaten van de nationale btw-controlestelsels. Vervolgens kunnen mogelijke herzieningen worden overwogen om de doeltreffendheid van deze procedures te verbeteren. Dit verslag is in overeenstemming met dat mandaat en heeft betrekking op de periode 2016-2019.

Sinds 1989 zijn acht van dergelijke beoordelingsverslagen uitgebracht3. In het meest recente verslag4, dat in december 2017 werd gepubliceerd, wordt gepleit voor het doorbreken van het hokjesdenken en het verbeteren van de btw-administratie door betere samenwerking tussen belastingdiensten. In dit verslag5 worden enkele van de waarschijnlijke oorzaken van inkomstenverlies in kaart gebracht en worden uitdrukkelijk aanbevelingen gedaan voor maatregelen om dit probleem aan te pakken door de btw-administratie te versterken. (De aanbevelingen staan in de kaders hieronder. Voor een samenvatting van de aanbevelingen, zie bijlage 1.) Dit is met name belangrijk in de context van de veranderingen die digitalisering en nieuwe technologieën in onze economieën teweegbrengen. In dit verslag worden ook de ervaringen en goede praktijken van de nationale btw- administraties gepresenteerd.

De komende maanden en jaren, wanneer de EU en de wereldgemeenschap proberen te herstellen van de gevolgen van de COVID-19-crisis, zal een billijke en efficiënte belastingheffing alleen maar belangrijker worden. De lidstaten hebben snel maatregelen op het gebied van de btw genomen, samen met andere gerichte maatregelen om het pad naar herstel te effenen. In dit verslag wordt beoordeeld of de belastingdiensten klaar zijn om het hoofd te bieden aan moeilijke situaties, met inbegrip van de COVID-19-gerelateerde noodsituaties, en om met zo min mogelijk verstoringen te blijven functioneren.

1.1. Een nieuwe benadering: voortbouwen op succesverhalen

De belastingdiensten zijn allemaal actief in dezelfde sector: inning van belastingen. Vooral op een behoorlijk geharmoniseerd gebied zoals de btw hebben zij veel soortgelijke functies, maar kunnen zij verschillen wat betreft organisatie, activiteiten, fiscaal beleid en prioriteiten.

In dit verslag wordt een stap terug gezet en wordt de btw-administratie vanuit een breder perspectief bekeken om vast te stellen wat de lidstaten doen. Er wordt een mogelijke aanpak aanbevolen om in de gehele EU tot vergelijkbare prestaties te komen. De hele levenscyclus van de btw wordt gevolgd, van de registratie van btw- plichtigen tot de btw-controle na teruggave.

1 Belastingen over de toegevoegde waarde maken gemiddeld ongeveer 7 % van het bruto binnenlands product (bbp) uit (circa een vijfde van de totale overheidsinkomsten) en zijn dus een van de belangrijkste bronnen van inkomsten (https://ec.europa.eu/eurostat/statistics- explained/index.php/Tax_revenue_statistics).

2 PB L 155 van 7.6.1989, blz. 9.

3 De verwijzingen naar de acht eerdere verslagen zijn opgenomen in Bijlage 3: Referenties.

4 COM(2017) 780 final.

5 Aangezien btw ook een eigen middel van de EU-begroting is, moet de Commissie op grond van de huidige wettelijke regelingen (Verordening nr. 1553/89) een verslag opstellen over de in de lidstaten toegepaste procedures voor de btw-administratie en dit verslag

(4)

Het vergelijken van prestatiegegevens is de eenvoudigste manier om goede prestaties en goede praktijken te identificeren. Uiteenlopende definities, een gebrek aan volledigheid en robuustheid van de gegevens en de onvergelijkbaarheid van soortgelijke functies in diverse omgevingen (omvang, politieke organisatie, sociale structuren enz.) maken een volledige benchmarking echter onmogelijk. De bestaande diversiteit vormt zonder twijfel de grootste uitdaging bij het vergelijken van de kosten en prestaties van belastingdiensten.

Andere factoren, zoals het gedrag van de btw-plichtigen (bv. de bereidheid om belasting te betalen), de kwaliteit van de btw-toepassingswetgeving en andere voor de btw bepalende factoren (bv. omvang van de detailhandel, structuur van de belastingplichtige, geografische ligging, grootte van het land, economisch klimaat en werkloosheid), zijn van invloed op de btw-kloof, maar zijn bijna onmogelijk te beoordelen.

Dit verslag is weliswaar geen benchmarkingoperatie, maar brengt wel mogelijkheden tot verandering en verbetering in kaart en besteedt ook aandacht aan de specifieke kenmerken van elk land. Dergelijke mogelijkheden zijn vaak van kwalitatieve (“zachte”) aard en moeilijk vast te stellen.

1.2. Verzamelen en analyseren van gegevens

Om de gegevens te verzamelen, heeft de Commissie alle lidstaten een enquête over specifieke kwesties toegezonden. Aan de hand van 109 verschillende vragenreeksen (vrije tekst, enkelvoudige en meervoudige keuze, matrix enz.) en tabellen heeft de Commissie 8 700 antwoorden verzameld.

Wij hebben gebruikgemaakt van validatiemethoden (bv. kruiscontroles, vergelijkingen met andere bronnen en belangrijke verificatievragen) om de kwaliteit van de ontvangen gegevens te verifiëren en te bevestigen. De Commissie heeft via diverse kanalen contact opgenomen met de lidstaten om geconstateerde onregelmatigheden te bespreken. Alle lidstaten konden hun antwoorden herzien. De kwaliteit en nauwkeurigheid van de gegevens lopen nog sterk uiteen. De lidstaten moeten ernaar streven om binnen de gestelde termijn kwalitatief hoogwaardige gegevens te verstrekken.

Het Verenigd Koninkrijk heeft zich op 31 januari 2020 teruggetrokken uit de Europese Unie. Aangezien het verslag betrekking heeft op de periode 2016-2019 en het recht van de Unie gedurende de overgangsperiode volledig van toepassing bleef op en in het Verenigd Koninkrijk, hebben alle verwijzingen naar “lidstaten” en alle berekeningen (bv. verschillende ratio’s en percentages) ook betrekking op het Verenigd Koninkrijk. Het Verenigd Koninkrijk heeft zijn volledige medewerking verleend.

2. Gemeenschappelijk belang: het belang van de btw voor de lidstaten, de Europese Unie en de belastingplichtigen

2.1. Nalevingskloof (btw-kloof)

De capaciteit van de belastingdiensten om belasting over de toegevoegde waarde (btw) te innen, is een urgente zaak voor de lidstaten, de EU, de Europese bedrijven en de burgers. De btw levert een essentiële en grote bijdrage aan de nationale begrotingen van de lidstaten6 en is een belangrijke bron van eigen middelen van de EU-begroting. De verschuldigde, maar door de belastingdiensten niet geïnde btw werd in 2019 echter geschat op

6 De belastingen over de toegevoegde waarde maken gemiddeld ongeveer 7 % van het bbp uit (circa een vijfde van de totale Btw-registratie

en risicoanalyse

Dienstverlening aan belasting-

plichtigen en nalevingsbeheer

Aangifte en betaling van

de btw

Inning, invordering en teruggave

van de btw

Huidige uitdagingen op het gebied van de btw

(5)

134 miljard EUR in nominale termen en op 10,3 % uitgedrukt als percentage van de totale verschuldigde btw7 (Afbeelding 1). Dit wordt de “btw-kloof” genoemd: het verschil tussen de totale verschuldigde btw en het door de belastingdiensten van de lidstaten daadwerkelijk geïnde bedrag, dat als zodanig de gederfde btw-inkomsten ten opzichte van een theoretische btw-berekening weergeeft. De Commissie berekent en publiceert de btw-kloof jaarlijks8 met het oog op het verzamelen van vergelijkbare gegevens en indicatoren over de omvang van de derving van btw-inkomsten. De btw-kloof betreft een schatting van het inkomstenverlies om redenen die in vier brede categorieën kunnen worden ingedeeld: 1) btw-fraude en btw-ontduiking, 2) btw-ontwijkingspraktijken en - optimalisering, 3) faillissementen en financiële insolventies en 4) administratieve fouten. Voorts moet worden opgemerkt dat de btw-kloof wordt geschat op basis van nationale statistieken9. Tot slot is de bestuurlijke capaciteit van de lidstaten om naleving te vergemakkelijken en btw-fraude te bestrijden in dit verband een zeer belangrijke factor. Hoewel elk van deze redenen voor de btw-kloof om een andere beleidsreactie vraagt, kan de kloof zelfs onder optimale omstandigheden niet volledig worden weggewerkt, bijvoorbeeld wat betreft gederfde btw als gevolg van faillissementen en financiële insolventies. Het kwantificeren en monitoren van de btw-kloof kan helpen om doelgerichte maatregelen te ontwikkelen en de effectiviteit ervan te controleren. Als zodanig kan de btw-kloof worden beschouwd als een indicator voor het meten van de doeltreffendheid van de btw- invorderings- en -nalevingsmaatregelen in elke lidstaat.

Afbeelding 1: Ontwikkeling van de btw-kloof in de EU

Bron: Europese Commissie (2021) — Btw-kloof in de EU - Verslag 2021

Hoewel het EU-brede beeld in de loop der tijd een verbetering laat zien, lopen de statistieken bij een onderlinge vergelijking tussen de lidstaten sterk uiteen, variërend van 1 % tot 35 % van de totale theoretisch verschuldigde btw in een lidstaat (Afbeelding 2). Er zijn goede voorbeelden waaruit blijkt dat er vooruitgang kan worden geboekt en dat de btw-kloof kan worden verkleind: over het geheel genomen is de btw-kloof ten opzichte van 2018 in 18 lidstaten kleiner geworden. Naast Kroatië en Cyprus is de btw-kloof het sterkst afgenomen in Griekenland, Litouwen, Bulgarije en Slowakije. In deze vier landen is de btw-kloof gedaald met 2,2 % tot 3,2 % (–3 procentpunten). Een andere groep landen bestaat uit Zweden, Finland en Estland. In deze lidstaten wordt het verlies aan btw-inkomsten al jarenlang geschat op minder dan 5 % van de verschuldigde btw. De toename van de btw-kloof was, afgezien van Malta, het grootst in Slovenië (+3 procentpunten) en Roemenië (+2,3 procentpunten).

7 Btw-kloof in het EU-verslag 2021.

8 De door de Commissie gemaakte schatting van de btw-kloof is gebaseerd op een top-downmethode en op door de lidstaten verstrekte gegevens over de nationale rekeningen en ingediende eigen middelen (d.w.z. btw-staten). Deze cijfers worden gebruikt om een schatting te maken van de btw die theoretisch verschuldigd is geworden in de verschillende subaggregaten van de economie ten opzichte van de daadwerkelijk geïnde btw.

9 De voor de berekening van de btw-kloof gehanteerde methode berust op cijfers uit de nationale rekeningen die worden opgesteld door de nationale statistische instanties. Aanvullende gegevens die kunnen worden gebruikt om tot een nauwkeurigere schatting van de btw-

0,0%

2,5%

5,0%

7,5%

10,0%

12,5%

15,0%

0 25 50 75 100 125 150

2016 2017 2018 2019

EUR miljard (linker as)

% van totale verschuldigde btw (rechter as)

(6)

Afbeelding 2: Btw-kloof als aandeel van de totale verschuldigde btw, 2018 en 2019 — in %

Noot: De gegevenslabels hebben betrekking op de btw-kloof als aandeel van de totale verschuldigde btw in 2019 Bron: Europese Commissie (2021) — Btw-kloof in het EU-verslag 2021

De verschillen in de schattingen van de btw-kloof tussen de lidstaten weerspiegelen de verschillen wat betreft belastingnaleving, -fraude en -ontwijking, faillissementen, insolventies en bestuurlijke capaciteit. Hoewel ook andere factoren, zoals de economische ontwikkeling en de organisatie van de nationale statistieken, van invloed zijn op de schattingen, geven de omvang van en vooral de trend in de btw-kloof een indicatie van de prestaties van de nationale belastingdiensten.

Tabel 1: Btw-kloof voor 2016-2019 (in miljoen EUR en als percentage van de totale verschuldigde btw)

Jaar Lid- staat

2016 2017 2018 2019

Miljoen E

UR % Miljoen E

UR % Miljoen E

UR % Miljoen E

UR %

België 3 513 10,9 % 4 126 12,2 % 4 007 11,4 % 4 444 12,3 %

Bulgarije 621 12,3 % 648 12,2 % 617 10,8 % 508 8,3 %

Tsjechië 2 499 16,0 % 2 223 13,1 % 2 567 13,8 % 2 835 14,3 %

Denemarken 2 539 8,7 % 2 528 8,3 % 2 516 7,9 % 2 778 8,6 %

Duitsland 22 091 9,2 % 23 212 9,3 % 24 291 9,4 % 23 443 8,8 %

Estland 115 5,5 % 117 5,2 % 98 4,0 % 116 4,5 %

Ierland 1 426 10,2 % 1 910 12,8 % 1 541 9,8 % 1 721 10,1 %

Griekenland 5 374 27,3 % 6 730 31,5 % 6 237 29,0 % 5 350 25,8 %

Spanje 4 577 6,1 % 5 411 6,8 % 5 252 6,3 % 5 840 6,9 %

Frankrijk 14 852 8,8 % 15 329 8,6 % 14 428 7,9 % 13 858 7,4 %

Kroatië 553 8,4 % 482 6,9 % 553 7,4 % 77 1,0 %

Italië 36 852 26,5 % 32 611 23,3 % 32 415 22,9 % 30 106 21,3 %

Cyprus 47 2,7 % 169 9,4 % 171 8,6 % 54 2,7 %

Letland 309 13,2 % 402 15,7 % 277 10,2 % 237 8,3 %

Litouwen 1 070 26,1 % 1 116 25,2 % 1 137 24,4 % 1 048 21,4 %

1,0 1,4 2,72,94,4 4,5

6,6 6,9 7,1 7,47,98,3 8,3

8,68,78,88,9 9,610,111,312,3 14,316,1

21,3 21,4 23,5

25,8 34,9

0 5 10 15 20 25 30 35 40

HR SE CY FI NL EE LU ES SI FR PT LV BG DK AT DE UK HU IE PL BE CZ SK IT LT MT EL RO

2018 2019 median

(7)

Jaar Lid- staat

2016 2017 2018 2019

Miljoen E

UR % Miljoen E

UR % Miljoen E

UR % Miljoen E

UR %

Hongarije 1 748 14,2 % 1 891 13,9 % 1 261 8,9 % 1 483 9,6 %

Malta 244 25,6 % 225 21,7 % 203 18,1 % 287 23,5 %

Nederland 2 651 5,3 % 3 190 6,0 % 3 039 5,5 % 2 660 4,4 %

Oostenrijk 2 466 8,3 % 2 605 8,4 % 3 033 9,4 % 2 895 8,7 %

Polen 7 880 20,3 % 6 810 15,8 % 5 288 11,6 % 5 379 11,3 %

Portugal 2 123 11,9 % 1 847 9,9 % 1 759 9,0 % 1 609 7,9 %

Roemenië 6 453 37,0 % 6 797 36,8 % 6 258 32,7 % 7 411 34,9 %

Slovenië 186 5,3 % 142 3,9 % 163 4,1 % 298 7,1 %

Slowakije 1 360 20,0 % 1 206 16,9 % 1 414 18,3 % 1 313 16,1 %

Finland 985 4,8 % 1 320 6,1 % 884 4,0 % 646 2,9 %

Zweden 1 228 2,8 % 1 713 3,7 % 1 483 3,3 % 597 1,4 %

Verenigd Koninkrijk 20 102 10,7 % 20 714 11,3 % 19 835 10,5 % 17 176 8,9 %

EU 144 452 12,1 % 145 698 11,5 % 141 059 11,1 % 134 436 10,3 %

Bron: Europese Commissie (2021) — Btw-kloof in de EU

Van de 28 lidstaten nemen er 25 schattingen van de btw-kloof op in hun verschillende methoden voor het monitoren van de omvang van de onjuiste rapportage (met als uitzondering Duitsland, Malta en Zweden).

Veertien lidstaten maken gebruik van zowel interne schattingen als van schattingen van de Commissie, terwijl acht lidstaten, namelijk Tsjechië, Ierland, Spanje, Luxemburg, Hongarije, Nederland, Oostenrijk en Portugal, zich uitsluitend baseren op de EU-cijfers. Bulgarije, Estland en het Verenigd Koninkrijk gebruiken uitsluitend hun interne schattingen. De Commissie handhaaft de aanbeveling uit het vorige verslag dat de lidstaten moeten investeren of blijven investeren in het schatten van hun eigen btw-kloof en dat zij deze nader moeten analyseren.

Door inzicht te verwerven in de btw-kloof, kunnen nationale beleidsmakers het effect van hun beleidsmaatregelen meten en deze aanpassen om de btw-naleving te verbeteren.

Enkele lidstaten (11/28) hebben hun interne schattingen van de btw-kloof doorgegeven. In het algemeen waren er geen significante verschillen (gemiddeld 1-2 procentpunten) tussen de interne schattingen en de schattingen van de Commissie. Dit toont eens te meer de juistheid aan van de door de Commissie gepubliceerde jaarcijfers.

Bijna alle lidstaten zijn van mening dat de studies en schattingen van de btw-kloof nuttig zijn om meer inzicht te krijgen in de omvang van de onjuiste rapportage van btw-verplichtingen, maar de mate van waardering varieert.

Er zij op gewezen dat lidstaten die niet veel investeren in het schatten van de btw-kloof, een schatting wel nuttig achten, maar in mindere mate.

(8)

Afbeelding 3: Perceptie van het nut van de schattingen van de btw-kloof in relatie tot de nalevingswerkzaamheden van de belastingdiensten in de lidstaten

Vraag 4.8: “In hoeverre hebben de studies/schattingen van de btw-kloof uw belastingdienst geholpen om uw toekomstige nalevingswerkzaamheden doelgerichter te maken?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw 2.2. Effect van de btw-kloof op de eigen middelen

De eigen btw-middelen voor de begroting van de Unie worden geheven op de btw-grondslag van elke lidstaat.

De btw-grondslagen worden eerst geharmoniseerd overeenkomstig de EU-regels voordat de te betalen eigen btw-middelen worden berekend10. Hetzelfde percentage wordt vervolgens geheven op de geharmoniseerde grondslag van elke lidstaat, die echter maximaal 50 % van het bruto nationaal inkomen (bni) van de lidstaat bedraagt11.

De prestaties van de btw-administratie in de lidstaten zijn rechtstreeks van invloed op de inkomsten van de EU.

Aangezien de door elke lidstaat geïnde netto-btw-inkomsten worden gebruikt om de geharmoniseerde grondslag vast te stellen, is de btw-kloof van invloed op zowel de inkomsten van de lidstaten als op de eigen btw-middelen van de EU. Juridisch gezien heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie een duidelijk verband gelegd tussen de inning van de btw op nationaal niveau en de beschikbaarheid van de overeenkomstige middelen voor de EU-begroting12.

Het aandeel van op de btw gebaseerde bijdragen is in de loop der tijd afgenomen en elke daling van de eigen btw-middelen moet worden gecompenseerd door een overeenkomstige stijging van de op het bni gebaseerde bijdragen13, die door elk van de lidstaten worden betaald.

De cijfers van de btw-kloof in de lidstaten kunnen worden beschouwd vanuit verschillende invalshoeken, zoals het percentage van de kloof of de omvang ervan in absolute waarde, die allemaal hetzelfde algemene beeld van de misgelopen inkomsten geven.

10 Om de verstoringen als gevolg van uiteenlopende btw-tarieven en -structuren in de lidstaten tot een minimum te beperken, is de btw- grondslag hypothetisch geharmoniseerd met het oog op de berekening van de eigen middelen. Deze geharmoniseerde btw-grondslag wordt berekend door het totaal van de door elke lidstaat geïnde jaarlijkse netto-btw-inkomsten te delen door het gewogen gemiddelde btw-tarief, waarmee de tussentijdse btw-grondslag wordt verkregen. De tussentijdse grondslag wordt vervolgens aangepast met positieve of negatieve compensaties.

11 Deze regel is bedoeld om te voorkomen dat minder welvarende lidstaten met een hoger verbruiksaandeel een bedrag moeten afdragen dat niet in verhouding staat tot hun bijdragevermogen (zodat de regressieve aspecten van op de btw gebaseerde middelen worden verholpen). In een land met een relatief lagere welvaart zullen immers het verbruik en daarmee de btw een hoger percentage van het nationaal inkomen uitmaken. Vijf lidstaten (Kroatië, Cyprus, Luxemburg, Malta en Slovenië) hebben van de maximering van 50 % geprofiteerd.

12 Arrest van het Hof van Justitie van 26 februari 2013, Åkerberg Fransson, C-617/10, ECLI:EU:C:2013:105, punt 26: “[…] de ontvangsten omvatten uit de toepassing van een uniform percentage op de btw-grondslag die op uniforme wijze is vastgesteld volgens voorschriften van de Unie, er een rechtstreeks verband bestaat tussen de inning van de btw-ontvangsten met inachtneming van het toepasselijke Unierecht en de terbeschikkingstelling van de overeenkomstige btw-middelen van de begroting van de Unie, aangezien elk mankement in de inning van de btw-ontvangsten potentieel tot verlaging van de btw-middelen van de Unie leidt”.

13 De bni-middelenbron is een aanvullende bron van eigen middelen, die de ontvangsten verschaft welke in een begrotingsjaar nodig zijn 21%

46%

29%

4%

In hoge mate(BG, EL, HU, IT, PL, UK)

Enigszins(AT, BE, HR, CZ, DK, EE, IE, LV, LT, MT, RO, SK, ES)

Niet echt(CY, FI, DE, LU, NL, PT, SI, SE)

In het geheel niet(FR)

(9)

Afbeelding 4: Btw-kloof in de EU in gemiddelde waarde over de verslagperiode a. Btw-kloof als percentage van de totale verschuldigde btw b. Btw-kloof in miljoen EUR

Bron: Europese Commissie (2021) — Btw-kloof in de EU

2.3. Btw-administratie en nalevingslasten voor bedrijven

Hoewel de beginselen van de btw zijn geharmoniseerd, kunnen de regels in verschillende lidstaten op verschillende wijze worden vastgesteld en toegepast, waardoor de nalevingslasten voor het bedrijfsleven sterk uiteenlopen.

De doelmatigheid en doeltreffendheid van de belastingdiensten beïnvloeden zowel de kosten van de belastinguitvoering voor de overheid als de nalevingskosten voor het bedrijfsleven. Aangezien de btw een groot deel van de administratieve lasten voor bedrijven uitmaakt, is het even belangrijk om de kwaliteit van de btw- administratie te verbeteren. De beoordeling van de administratieve lasten voor btw-plichtigen valt echter buiten het bestek van dit verslag.

Aanbeveling 1: Bereken en analyseer de nationale btw-kloof en de verschillende componenten ervan (intracommunautaire ploffraude, elektronische handel enz.).

3. Btw-registratie en risicoanalyse

De registratie en nummering van belastingplichtigen (bedrijven, individuele personen en andere entiteiten die voor de btw zijn geregistreerd) vormen een fundamentele eerste stap in het beheer van de btw, die belangrijke administratieve processen versterkt als de informatie in de registratiedatabank volledig, nauwkeurig en up-to- date is. Bij de registratie worden de btw-plichtigen opgenomen in nationale btw-databanken.

In het vorige verslag heeft de Commissie de lidstaten aanbevolen om:

 meer inspanningen te leveren om belastingplichtigen, met name buitenlandse belastingplichtigen, bij te staan bij de naleving van hun btw-registratieverplichtingen (aanbeveling 4);

 na te denken over toewijzing van btw-identificatienummers en registratienummers van het systeem voor de uitwisseling van btw-informatie (VIES) (aanbeveling 5);

 de geldigheid van de btw- en VIES-registratiegegevens stelselmatiger te verifiëren (aanbeveling 6).

3.1. Bijstand aan belastingplichtigen door betere communicatie

Aangezien de lidstaten in het vorige verslag werd geadviseerd meer inspanningen te leveren om belastingplichtigen bij te staan bij het naleven van hun btw-registratieverplichtingen, is een vervolgvraag opgenomen om de vooruitgang op dit punt te beoordelen. De lidstaten gaven in hun antwoorden aan dat onlineregistratie op grote schaal beschikbaar is en dat belastingplichtigen over de onlineregistratie en de daarmee samenhangende verplichtingen worden geïnformeerd.

(10)

Afbeelding 5: Online-informatie over btw-registratieverplichtingen

Vraag 3.3: “Informeert de belastingdienst belastingplichtigen online over hun btw-registratieverplichtingen en de registratieprocedure? Bijvoorbeeld via een webpagina, applicaties enz.”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Afbeelding 6: Beschikbaarheid van onlineregistratie in de EU-lidstaten Vraag 3.8: “Is onlineregistratie […]”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Aanbeveling 2: Informeer belastingplichtigen online over hun btw-verplichtingen en maak onlineregistratie mogelijk.

3.2. Volledigheid van de databank van voor de btw geregistreerde belastingplichtigen

Er moet een evenwicht worden gevonden tussen enerzijds het bevorderen van nieuwe economische activiteiten door middel van gemakkelijke btw-registratie en anderzijds het bestrijden van btw-fraude. Het verrichten van een economische activiteit in een EU-lidstaat is mogelijk met alleen een actief btw-nummer, zelfs zonder een vaste inrichting in die lidstaat. Een zorgvuldige beoordeling van de aanvragers in de registratiefase is daarom een cruciale stap in de opsporing van mogelijke fraudegevallen.

Om btw-fraude te bestrijden, kan onder bepaalde omstandigheden een aanvraag voor een btw-nummer moeten worden afgewezen. De registratieprocedure moet een risicoanalyse14 omvatten op basis van informatie die de aanvrager in de registratiefase heeft verstrekt en die is getoetst aan informatie van derden en indien nodig opgeschoond nadat de belastingplichtige om uitleg is gevraagd.

De lidstaten moeten ervoor zorgen dat de informatie in hun btw-databanken volledig en nauwkeurig is en regelmatig wordt bijgewerkt. Daartoe moeten zij beschikken over een veelzijdig IT-registratiesubsysteem dat gekoppeld is aan andere IT-subsystemen van de belastingdienst en dat hen in staat stelt de ontvangst van btw- aangiften op te schorten, herinneringen te versturen, aanslagen te schatten en andere maatregelen te nemen ten aanzien van belastingplichtigen die tijdelijk inactief zijn. Zij moeten managementinformatie over de btw- registratie kunnen verschaffen en regelmatig kunnen nagaan in hoeverre de VIES-databank zekerheid biedt over de geldigheid ervan.

14 Idealiter mag de risicoanalyse geen grote gevolgen hebben voor de totale duur van het registratieproces. Bij de analyse moet rekening worden gehouden met verschillende realiteiten in de lidstaat, zoals het aantal fraudegevallen, de beschikbaarheid en nauwkeurigheid van informatie van derden en de maturiteit van de belastinguitvoering. Bovendien moeten bedrijven snel duidelijkheid kunnen krijgen

96%

4%

Ja (27 lidstaten) Nee (RO)

5 9 niet verplicht, maar wel mogelijk(AT, BG, HR, EE, 14

FI, DE, EL, IT, LV, LU, PT, ES, SE, UK) verplicht(CZ, DK, HU, IE, LT, MT, NL, SK, SI)

niet mogelijk(BE, CY, FR, PL, RO)

(11)

Om de integriteit van btw-registratiedatabanken vast te stellen, heeft de Commissie ook gevraagd naar het aantal belastingplichtigen, de btw-registratie en de registratie in het mini-éénloketsysteem (MOSS), de uitgevoerde registratiecontroles en de verwachte btw-aangiften en -inkomsten15.

In het vorige verslag werd geconstateerd dat in de lidstaten registratieprocedures van kracht zijn en dat onlineregistratie steeds populairder wordt. Daarnaast zijn in sommige lidstaten “éénloketsystemen” voor de registratie van ondernemingen beschikbaar en bij het btw-registratieproces zijn verscheidene instanties betrokken, zoals kamers van koophandel. Onder de lidstaten is een enquête gehouden over de automatische uitwisseling van informatie tussen belastingdiensten en verschillende instanties die belast zijn met de registratie van bedrijven.

Afbeelding 7: Automatische uitwisseling van informatie tussen belastingdiensten en andere nationale instanties die met registratie zijn belast

Vraag 3.2: “3.2. Wordt er automatisch informatie uitgewisseld tussen de belastingdienst en deze instanties [die belast zijn met de registratie van bedrijven, bijvoorbeeld de kamer van koophandel]?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Om de volledigheid en de nauwkeurigheid van btw-databanken te waarborgen, zijn een betere integratie van relevante databanken en een daadwerkelijke uitwisseling van informatie tussen de betrokken nationale actoren van essentieel belang.

Aanbeveling 3: Verbeter de automatische uitwisseling van informatie tussen belastingdiensten en andere nationale instanties.

De registratiedatabanken van de lidstaten moeten minimuminformatie over de belastingplichtige bevatten om aan de norm van volledigheid en nauwkeurigheid te voldoen. De meeste relevante gegevens over belastingplichtigen moeten vanaf het moment van registratie in de btw-databank zijn opgenomen.

15 Hoewel de nauwkeurigheid en betrouwbaarheid van de in het kader van de enquête ontvangen informatie niet kunnen worden vastgesteld, bieden de vergelijking van de antwoorden en de jaarlijkse variatie in de gegevens waardevolle inzichten op verscheidene gebieden. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om de vraag of inactieve of dubbele records van de belastingplichtigen worden verwijderd, of slapende records worden geïdentificeerd en of het IT-systeem eerstelijnspersoneel een volledig beeld van de gegevens van de

11%

21%

68%

Nee(CZ, MT, UK)

Ja, met sommige nationale instanties(AT, HR, CY, HU, SK, ES)

Ja, met alle nationale instanties(BG, DE, EE, FI, FR, DE, EL, IE, IT, LV, LT, LU, NL, PL, PT, RO, SI, SE)

(12)

Afbeelding 8: Informatie die vereist is voor een nieuwe btw-registratie in de EU-lidstaten

Vraag 3.4: “Welke informatie is vereist bij de registratie van een nieuwe belastingplichtige (uitgezonderd het MOSS)? (meerdere antwoorden mogelijk)”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

In het algemeen worden de databanken van voor de btw geregistreerde belastingplichtigen goed bijgehouden in de lidstaten. Zij bevatten het merendeel van de relevante gegevens over de belastingplichtigen en de erin opgenomen informatie volstaat om op doeltreffende wijze met hen te communiceren. In de meeste lidstaten (24/28) is bij de registratie van een nieuwe btw-plichtige het grootste deel van de informatievelden vereist. Tien lidstaten, namelijk Denemarken, Ierland, Griekenland, Kroatië, Cyprus, Litouwen, Hongarije, Oostenrijk, Portugal en het Verenigd Koninkrijk, hebben alle velden opgenomen. In de meeste lidstaten die niet de minimaal vereiste velden in hun databank hebben opgenomen, moeten andere velden worden ingevuld of moet vervangende informatie worden verstrekt, zoals bankgegevens, verwachte omzet, identificatiegegevens van de wettelijke vertegenwoordiger(s), financieringsbronnen en gegevens over werknemers. Er kan efficiëntiewinst worden behaald door deze velden te integreren op het moment van registratie, zodat zij onmiddellijk in de databank verschijnen. Daarmee zou worden voorkomen dat nationale belastingdiensten aanvullende informatie moeten opvragen via individuele verzoeken.

Aanbeveling 4: Houd een nauwkeurige en volledige btw-databank bij.

Uit de analyse is gebleken dat er geen systematische correlatie is tussen de btw-kloof en indicatoren zoals het aantal geregistreerde belastingplichtigen, het aantal voor de btw geregistreerde bedrijven en de bij de registratie gevraagde informatie. Er kan een lichte correlatie bestaan tussen de omvang van de btw-kloof en de gemiddelde waarde van de geïnde btw per belastingplichtige. De lidstaten met de hoogste waarde van de inkomsten per voor de btw geregistreerde belastingplichtige (Luxemburg, Ierland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk) lijken een relatief kleinere btw-kloof te hebben.

Afbeelding 9 toont de mate waarin de lidstaten btw-registratiecontroles uitvoeren en waarin zij nagaan of de registratieaanvragen authentiek zijn en of de aanvragers aan de wettelijke vereisten voor registratie voldoen.

9

14

20 21

25 27 27 28 Volledige naam van de

belastingplichtige (alle lidstaten)

Aard van de bedrijfsactiviteiten (NACE-bedrijfstak)(alle lidstaten behalve SI)

Bedrijfs- en postadres(alle lidstaten behalve SK)

Contactgegevens(alle lidstaten behalve IT, PL, SE)

Datum van registratie(AT, HR, CY, CZ, DK, FI, FR, EL, HU, IE, IT, LT, LU, MT, NL, PL, PT, RO, SI, ES, UK)

Toepasselijke btw-verplichtingen(AT, BE, HR, CY, DK, EE, FI, FR, DE, EL, HU, IE, LT, LU, PL, PT, RO, ES, SE, UK)

Identiteit van de verbonden entiteiten(AT, DE, CY, DK, EL, HU, HR, IE, IT, LT, NL, PT, SI, UK) Segment belastingplichtigen(LU, LT, SI, AT, ES, BE, DK, HR, PT)

(13)

Afbeelding 9: Verificaties en voorafgaande controles betreffende de btw-registratie

a. Vraag 3.5: “Welke informatie is vereist bij de registratie van een nieuwe belastingplichtige (uitgezonderd het MOSS)?

(meerdere antwoorden mogelijk)”

b. Vraag 3.6: “Voert uw belastingdienst voorafgaande controles uit vóór de btw-registratie?

(meerdere antwoorden mogelijk)”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

In het algemeen maken de lidstaten gebruik van risico-indicatoren; de verificaties worden systematisch uitgevoerd en kunnen zo nodig ook controlebezoeken aan een belastingplichtige omvatten. Er zijn procedures om te waarborgen dat de aanvragen voor registratie authentiek zijn en dat de aanvragers aan de wettelijke vereisten voldoen.

Griekenland, Italië, Cyprus, Malta en Portugal zouden echter baat kunnen hebben bij meer consistentie in de voorafgaande controles. Tsjechië en Spanje wordt aangeraden de identiteit van de aanvrager (ID) beter te verifiëren, terwijl Bulgarije, Tsjechië, Spanje, Malta, Nederland, Roemenië en Zweden hun bepalingen betreffende wettelijke verificatie van btw-registraties opnieuw zouden moeten bekijken.

Sommige lidstaten meldden andere voorafgaande verificaties. Deze zijn gebaseerd op verschillende bronnen, zoals deskresearch, openbare informatie, bezoeken ter plaatse voorafgaand aan de registratie, en strafregisters.

Informatieverzoeken aan andere nationale instanties, interviews/bijeenkomsten met directeuren of hun gemachtigde vertegenwoordigers en het gebruik van specifieke vragenlijsten voor risicobeoordeling zijn eveneens een gangbare praktijk. Het zou ook een goede praktijk kunnen zijn om te zorgen voor interoperabiliteit tussen belasting- en douanerisicocriteria die relevant zijn voor de btw (signalen in verband met douaneregeling 42 kunnen bijvoorbeeld ook verband houden met het risico van btw-fraude).

In verschillende antwoorden werd verwezen naar administratieve en internationale samenwerking als aanvullende bron van verificatie.

Aanbeveling 5: Voer wettelijke en ID-verificaties uit en verricht systematische voorafgaande controles op basis van risico-indicatoren.

Het percentage afgewezen btw-registratieverzoeken geeft een indicatie van de kwaliteit van het risicobeoordelingsproces en varieert van 0 % in Italië tot meer dan 20 % in Letland en Litouwen. Lidstaten met een laag percentage afgewezen btw-registraties hebben gewoonlijk een grotere btw-kloof en lidstaten met een hoger percentage afwijzingen presteren in dit opzicht doorgaans beter. Italië en Griekenland antwoordden

14

20

26 Verificatie van de identiteit van de

aanvrager(alle lidstaten behalve CZ en ES) Wettelijke controle(AT, BE, HR, CY, DK, EE, FI, FR, DE, EL, HU, IE, IT, LV, LT, LU, PL, PT, SK, SI)

Andere voorafgaande controles(AT, BE, BG, HR, CZ, DK, HU, IE, LV, NL, PL, RO, ES, SE)

3 2

8

13 15 Ja, op basis van risico-indicatoren(AT, BE, 19

BG, DK, EE, ES, FI, FR, IE, LU, LV, MT, NL, PL, RO, SE, SI, SK, UK)

Ja, systematisch(AT, BE, BG, ES, DK, FI, DE, HR, HU, LT, LU, SE, SI, SK, UK)

Ja, inclusief bezoeken ter

plaatse/controlebezoeken(AT, BE, BG, CZ, DK, DE, IE, LV, LU, MT, PL, SK, SI) Ja, andere voorafgaande controles(HR, CZ, FR, IE, MT, NL, SK, ES)

Ja, incidenteel(EL, MT)

Nee(CY, IT, PT)

(14)

bijvoorbeeld met respectievelijk “nul” en “geen gegevens beschikbaar”; in Roemenië daalde het totale percentage afgewezen btw-registraties van 14,5 % in 2016 tot 2,2 % in 201916.

De lidstaten kunnen baat hebben bij het opbouwen van een institutioneel geheugen van registratieverzoeken, met name van afgewezen verzoeken, om meer inzicht te krijgen in het rechtmatige belang van een aanvrager bij het verrichten van een economische activiteit en in zijn capaciteit om deze uit te voeren.

Afbeelding 10: Registratie van aanvragers aan wie geen registratie is verleend

Vraag 3.7: Houdt uw administratie een register bij van aanvragers aan wie geen registratie is verleend?

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

De meeste lidstaten (19/28) houden een register bij van aanvragers aan wie geen registratie is verleend. Alle lidstaten moeten deze goede praktijk toepassen en indien nodig een wijziging van de nationale wetgeving overwegen.

Aanbeveling 6: Houd een register bij van aanvragers aan wie geen registratie is verleend.

De meeste lidstaten controleren de in de btw-registratiedatabank opgenomen gegevens aan de hand van informatiebronnen van derden, zoals andere overheidsregisters, om de integriteit en de nauwkeurigheid van hun databanken te verbeteren. Dit is een goede praktijk en de lidstaten moeten het voorbeeld volgen van Denemarken, Estland, Ierland, Griekenland, Frankrijk, Kroatië, Letland, Litouwen, Luxemburg, Roemenië en Zweden.

Afbeelding 11: Kruiscontrole van de btw-registratiegegevens met informatie van derden

Vraag 3.9: “Worden de in de btw-registratiedatabank opgenomen gegevens gecontroleerd aan de hand van informatiebronnen van derden (bv. andere overheidsregisters zoals het handelsregister) om ervoor te zorgen dat de gegevens up-to-date zijn?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Aanbeveling 7: Controleer de gegevens in de btw-registratiedatabank aan de hand van informatiebronnen van derden.

Daarnaast heeft de Commissie getracht meer informatie te krijgen over het bestaan en de aard van de processen voor het opsporen van bedrijven en personen die zich wel moeten registreren maar dat niet doen en, even belangrijk, over de resultaten van deze processen. De belastingdiensten die de eerste vraag met “ja” hebben beantwoord, beschikken over verschillende processen om niet-geregistreerde bedrijven op te sporen.

16 Twee andere lidstaten lieten tussen 2016 en 2019 dezelfde trend in afgewezen registraties zien als Roemenië: Bulgarije (van 22,8 % tot 2

7 Ja(AT, BE, BG; CZ, DE, DK, ES, FR, HU, 19

IE, LT, LU, LV, MT, NL, PL, SI, SK, UK) Nee(CZ, EE, EL, FI, IT, PT, RO)

Nee, dat staat de wetgeving niet toe(HR, SE)

2

6 8

10 Ja, er worden op grote schaal kruiscontroles

uitgevoerd met behulp van geautomatiseerde processen(HR, DK, EE, FR, EL, IE, LV, LT, LU, RO, SE)

Ja, op routinebasis(BE, BG, NL, PT, SK, SI, ES)

Ja, op ad-hoc-basis(CY, CZ, DE, IT, MT, PL)

(15)

Afbeelding 12: Processen voor het opsporen van belastingplichtigen die zich niet registreren en van economische sectoren met een aanzienlijk aantal niet-geregistreerde bedrijven

Vraag 3.11.a: “Geef aan welk soort initiatieven uw belastingdienst heeft toegepast.

(meerdere antwoorden mogelijk)”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw Afbeelding 13 geeft meer informatie over de betrokken economische sectoren.

16

20 20 Informatie van derden(AT, BE, BG, CY, FI, FR,

DE, EL, ES, HR, HU, IE, IT, LT, LU, LV, PT, SE, SK, UK)

Een programma van inspecties op bedrijfslocaties en bij handelaren, met inbegrip van

onaangekondigde bezoeken aan handelszones om niet-geregistreerde bedrijven op te sporen(AT, BE, BG, CY, DE, EL, ES, FI, FR, HR, HU, IE, IT, LT, MT, PT, RO, SE, SK, UK)

Andere initiatieven(AT, BE, BG, CZ, DK, EE, ES, FR, IE, LV, NL, PL, PT, SE, SI, SK)

(16)

Afbeelding 13: Processen voor het opsporen van belastingplichtigen die zich niet registreren en van economische sectoren met een aanzienlijk aantal niet-geregistreerde bedrijven

Vraag 3.11.b: “Voor welke economische sectoren heeft uw belastingdienst op basis van die initiatieven een aanzienlijk aantal niet-geregistreerde bedrijven geïdentificeerd? (meerdere antwoorden mogelijk)”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Aanbeveling 8: Zorg ervoor dat u over processen beschikt om belastingplichtigen op te sporen die zich niet registreren en richt u op de specifieke economische sectoren met een aanzienlijk aantal niet- geregistreerde bedrijven.

Zoals in het vorige verslag is opgemerkt, werken de lidstaten geleidelijk toe naar een registratieprocedure op basis van risicobeoordeling. Om te beoordelen of deze procedure tot aanzienlijke vertraging leidt voor belastingplichtigen die een btw- en een VIES-registratienummer aanvragen, werd de tijd die nodig is voor de verwerking van een verzoek vergeleken met de gegevens van de vorige periode.

5 8 6

8 9

10

15 17

20 20 Verschaffen van accommodatie en

maaltijden(AT, BE, BG, CY, CZ, DE, EL, ES, HR, HU, IE, IT, LT, LU, LV, MT, PT, RO, SE, SK)

Elektronische handel als onderdeel van de detailhandel(AT, BE, BG, CY, FI, FR, DE, EL, ES, HR, HU, IE, IT, LT, LU, LV, MT, PT, RO, SE)

Bouwnijverheid(AT, BE, BG, CY, DE, ES, FI, HR, IE, IT, LT, LU, LV, MT, RO, SE, SK)

Groot- en detailhandel; reparatie van auto's en motorfietsen(BE, BG, CZ, DE, EL, ES, HR, HU, IT, LT, LU, LV, PT, RO, SK)

Vervoer en opslag(AT, BE, DE, ES, FI, IT, LU, LV, RO, SE)

Landbouw, bosbouw en visserij(BE, BG, DE, ES, HR, IT, LV, PT, RO)

Vrije beroepen en wetenschappelijke en technische activiteiten(BE, DE, HR, IE, IT, LV, RO, SK)

Industrie (BE, BG, DE, IT, LV, RO)

Andere sectoren(BE, DE, EE, EL, ES, FR, LV, SE)

Geen sector(DK, NL, PL, SI, UK)

(17)

Afbeelding 14: Tijd (in dagen) die nodig is om in de EU-lidstaten een btw- en een VIES-registratienummer te verkrijgen

Vraag 2.2.g: “Minimumaantal dagen dat nodig is voor het verkrijgen van een […]”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Het beeld voor de langere termijn valideert eerdere bevindingen: de aanpak op basis van risicobeoordeling leidt niet tot een significante vertraging van het registratieproces en de belastingdiensten werken toe naar een samenvoeging van het btw-identificatienummer en het VIES-registratienummer tot een uniek identificatienummer.

Aanbeveling 9: Neem een risicobeoordelingsprocedure in het registratieproces op.

Volgens het btw-stelsel zijn intra-EU-leveringen van goederen vrijgesteld van btw in de lidstaat van levering wanneer zij worden verricht aan een in een andere lidstaat gevestigde belastingplichtige. De lidstaat waar een belastingplichtige is gevestigd, neemt de voorbelasting voor zijn rekening. Daarom moet iedere belastingplichtige die dergelijke leveringen verricht, kunnen controleren of zijn afnemers in een andere lidstaat belastingplichtig zijn en over een geldig btw-identificatienummer beschikken.

Daartoe houdt elke belastingdienst een elektronische databank bij met de btw-registratiegegevens van handelaren die in de lidstaat zijn gevestigd, met inbegrip van het btw-identificatienummer, de naam van de handelaar en het adres van de handelaar. Het geautomatiseerde VIES is opgezet om nationale belastingdiensten in staat te stellen gegevens over intra-EU-leveringen uit te wisselen. Belastingplichtigen kunnen VIES-on-the-Web raadplegen om een bevestiging te krijgen van de btw-nummers van hun handelspartners.

Om hun reactie op de aanbeveling van een meer systematische verificatie van de geldigheid van de btw- en VIES-registratiegegevens te beoordelen, werd de lidstaten gevraagd of er na de registratie in het VIES een vervolgcontrole plaatsvindt.

3,4 3,5

3,5

2,5 2,3 2,3

2,1 4,7

4,4

2,6

1,9 1,9 1,9 1,9

0 1 2 3 4 5

2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019

[…] btw-nummer […] VIES-nummer

(18)

Afbeelding 15: Vervolgcontrole op de VIES-registratienummers in de EU-lidstaten

a. Vraag 3.12: “Vindt er na de registratie in het VIES een vervolgcontrole plaats op de geldigheid ervan?”

b. Vraag 3.13: “Verwijdert uw belastingdienst in geval van fraude het VIES-identificatienummer uit het VIES- systeem?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Overeenkomstig artikel 22 van Verordening (EU) 904/2010 van de Raad zijn de lidstaten verplicht controles uit te voeren na de registratie als zij voorafgaand aan de registratie alleen preliminaire controles uitvoeren. Slechts een minderheid van de lidstaten (18 %) antwoordde dat zij deze gegevens niet verifiëren, tegenover meer dan 30 % van de belastingdiensten die volgens het vorige verslag geen procedures voor controle na de registratie toepasten.

In twintig lidstaten gelden bepalingen op grond waarvan het VIES-nummer in geval van fraude kan worden geschrapt, hetgeen de Commissie als een goede praktijk beschouwt. Denemarken en Cyprus hebben aangegeven dat zij de geldigheid van het VIES-nummer na registratie niet verifiëren en Bulgarije, Estland, Polen, Slowakije en Finland gaven aan dat zij de VIES-nummers bij fraude niet schrappen. Duitsland, Zweden en het Verenigd Koninkrijk gaven aan dat zij de geldigheid van het VIES-nummer na registratie niet verifiëren en het VIES-nummer in geval van fraude niet schrappen.

De lidstaten wordt aangeraden het voorbeeld van de meerderheid te volgen. Het btw-stelsel ondersteunt de interne markt van de EU en de btw-fraudeketen is doorgaans lang en omvat twee of meer landen. Soms is het nodig om tegen binnenlandse handelaren op te treden om te voorkomen dat de btw-fraude naar een andere lidstaat wordt “geëxporteerd”.

Aanbeveling 10: Voer een vervolgcontrole op de VIES-registratienummers uit en analyseer de mogelijkheid om het VIES-nummer in geval van fraude op te schorten of te schrappen.

Een succesvolle belastingdienst moet het btw-registratieproces monitoren en de resultaten van zijn btw- nalevingsmaatregelen evalueren. De IT speelt hierbij een essentiële rol en helpt de belastingdiensten bij het controleren van gegevens en het opsporen en analyseren van risico’s. Daarom moet de registratie-informatie worden gekoppeld aan andere IT-subsystemen, zoals aangifte, betaling, inning en controle, en moet zij managementinformatie genereren die het besluitvormingsproces ondersteunt.

21%

46%

29% Ja, systematisch(AT, BG, CZ, EE, ES, FI, FR, HR, HU, IT, LT, LV, PL, PT, RO, SI, SK)

Ja, incidenteel(BE, EL, IE, LU, MT, NL)

Nee(CY, DE, DK, SE, UK)

71%

29%

Ja(AT, BE, CY, CZ, DK, EL, ES, FR, HR, HU, IE, IT, LT, LU, LV, MT, NL, PT, RO, SI)

Nee(BG, DE, EE, FI, PL, SE, SK, UK)

(19)

Afbeelding 16: Analyse van de belangrijkste onderdelen van het IT-registratiesubsysteem

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Aangezien de Commissie de onderlinge koppeling van interne subsystemen niet rechtstreeks kan beoordelen, werd de lidstaten gevraagd of het IT-subsysteem voor btw-registratie van hun belastingdienst gekoppeld is aan andere IT-subsystemen. De meerderheid (90 %) bevestigde dat dit het geval was; alleen in Tsjechië, Estland, Cyprus en Malta is een dergelijke koppeling niet beschikbaar.

Bovendien hebben Denemarken, Estland, Ierland, Griekenland en Kroatië “ja” geantwoord op de meeste vragen naar het bestaan van een doeltreffend IT-subsysteem voor de indiening en verwerking van btw-aangiften.

Bulgarije, Tsjechië, Italië, Malta, Nederland en Polen gaven daarentegen aan dat hun systeem minder onderdelen bevat.

Aanbeveling 11: Koppel het IT-systeem voor registratie-informatie aan andere subsystemen van de belastingdienst, zoals aangifte, betaling, inning en controle.

Wat de goede praktijk bij de registratie betreft, wordt in het algemeen opgemerkt dat de lidstaten in veel gevallen vooruitgang boeken in de richting van een geïntegreerd systeem van risicobeoordeling en een online-interface ontwikkelen waarmee belastingplichtigen wijzigingen in hun gegevens onmiddellijk kunnen melden.

Aanbeveling 12: Maak het voor btw-plichtigen mogelijk hun voor de btw relevante gegevens via een beveiligde onlineverbinding te raadplegen, te visualiseren en te wijzigen.

4. Btw, informatietechnologie en nieuwe technologieën 4.1. Elektronische handel

Elektronische handel maakt de handel toegankelijker, maar zet ook de deur open voor fraude. De Europese Rekenkamer merkte op dat er “voor veel uitdagingen op het gebied van de inning van btw […] nog een

20 21

23 24 Vraag 3.15.a: "Is het IT-subsysteem voor

btw-registratie van de belastingdienst gekoppeld aan andere IT-subsystemen (bv.

verwerking van aangiften en betalingen)?" -

"Ja"(Nee: CY, CZ, EE, MT)

Vraag 3.15.c: "Genereert het IT- registratiesysteem van de belastingdienst managementinformatie over de btw- registratie (bv. statistieken van geregistreerde belastingplichtigen naar soort entiteit, locatie en economische sector)?" - "Ja"(Nee: AT, CY, EE,

Vraag 3.15.d: "Onderzoekt het management van de belastingdienst regelmatig in hoeverre de VIES-databank zekerheid biedt over de geldigheid van het VIES-

identificatienummer van btw-plichtigen?" -

"Ja"(Nee: DK, FR, HR, LT, NL, SE, UK)

Vraag 3.15.b: "Biedt het IT-subsysteem van de belastingdienst de mogelijkheid om de ontvangst van btw-aangiften en de verzending van herinneringen, ambtshalve aanslagen en andere maatregelen met betrekking tot inactieve belastingplichtigen op te schorten?

(20)

oplossing [moet] worden gevonden” en verzocht de Commissie “de werking van de verkoop van goederen op afstand binnen de EU en het mini-éénloketsysteem (MOSS) [te] monitoren”17.

Belastingdiensten moeten hun belastingplichtigen kennen en een register bijhouden van de bedrijven die online goederen en diensten aan afnemers leveren (business-to-consumer). Slechts de helft van de lidstaten (België, Bulgarije, Tsjechië, Denemarken, Ierland, Griekenland, Italië, Cyprus, Letland, Litouwen, Luxemburg, Hongarije, Oostenrijk en Slowakije) heeft echter bevestigd dat zij een register bijhouden van het aantal voor de btw geregistreerde belastingplichtigen die online goederen of diensten verkopen.

Afbeelding 17: Lidstaten die een register bijhouden van voor de btw geregistreerde belastingplichtigen die online verkopen

Vraag 3.14: “Houdt uw belastingdienst een register bij van het aantal voor de btw geregistreerde belastingplichtigen die via internet goederen of diensten verkopen?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

Bovendien lopen de aantallen (of de schattingen van de aantallen) belastingplichtigen voor elektronische handel sterk uiteen, van meer dan 10 000 in Bulgarije, Tsjechië, Griekenland en Letland tot minder dan 100 in Italië (71), België (25) en Oostenrijk (5).

Aanbeveling 13: Houd een register bij van belastingplichtigen voor elektronische handel.

4.2. Mini-éénloketsysteem

Het mini-éénloketsysteem (MOSS) voor de btw is een facultatieve regeling die belastingplichtigen de mogelijkheid biedt de btw in slechts één EU-lidstaat aan te geven in plaats van in meerdere EU-lidstaten. Het systeem is van toepassing op grensoverschrijdende telecommunicatie-, televisie- en radio-omroepdiensten en digitale diensten die worden verleend aan niet-belastingplichtigen. Het MOSS18 biedt exploitanten van deze diensten de mogelijkheid hun btw-aangiften in te dienen en de aan verschillende EU-lidstaten (lidstaten van verbruik) verschuldigde btw te betalen via een onlinesysteem in een van de EU-lidstaten (lidstaat van identificatie).

17 Speciaal verslag nr. 12/2019 van de Europese Rekenkamer https://op.europa.eu/webpub/eca/special-reports/e-commerce-12-2019/nl In een voortdurende inspanning om de btw te moderniseren voor grensoverschrijdende elektronische handel is het mini-éénloketsysteem per 1 juli 2021 uitgebreid tot alle grensoverschrijdende transacties. Hiermee wordt voortgebouwd op de succesvolle invoering van één enkele btw-aangifte voor digitale B2C-diensten in 2015, ook wel de MOSS-aangifte genoemd.

18 In de EU gevestigde bedrijven die voor het MOSS-onlineplatform kiezen, moeten zich registreren in het land waar zij zijn gevestigd of 6

8 Nee(DE, EE, ES, FI, FR, HR, MT, NL, PL, 14

PT, RO, SE, SI, UK)

Alleen schattingen(BE, CY, CZ, HU, IE, LT, LU, SK)

Ja(AT, BG, DK, EL, IT, LV)

(21)

Afbeelding 18: Totaalbedragen van het MOSS voor 2019 (Unieregeling en niet-Unieregeling) in de EU- lidstaten

a. Lidstaat van verbruik b. Lidstaat van identificatie

Noot: waarden in miljoen EUR

Bron: Europese Commissie (2021) — Monitoring van het mini-éénloketsysteem

De invoering van het MOSS-systeem in 2015 was een succes. Vanwege de verschillen tussen de lidstaat van identificatie en de lidstaten van verbruik is een hoge mate van vertrouwen tussen alle betrokkenen van essentieel belang voor de werking van het systeem. Dit vertrouwen is gebaseerd op de zorgvuldigheid van de lidstaten, met name in hun communicatie (bij voorkeur via een specifiek kanaal) met bedrijven die van de regeling gebruikmaken, in het registratieproces (controles van handelaren voordat zij zich voor het MOSS19 registreren) en bij controles (die kunnen leiden tot uitschrijving, bijvoorbeeld van inactieve belastingplichtigen).

(22)

Afbeelding 19: MOSS — btw-registratiecontroles

Vraag 2.4: ”Welk soort registratiecontroles voor MOSS-doeleinden wordt er in uw land (als lidstaat van identificatie) systematisch uitgevoerd? (meerdere antwoorden mogelijk)”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw Afbeelding 20: MOSS — specifieke informatiekanalen

Vraag 4.4: “Dienstverlening aan belastingplichtigen: heeft uw belastingdienst […] een specifiek informatiekanaal?”

Bron: Europese Commissie (2019) — Enquête naar de administratie, inning en controle van de btw

De meeste lidstaten vragen alleen om basisgegevens, zoals contactgegevens (volledige naam, bedrijfs- en postadres van de belastingplichtige enz.), datum van oprichting/registratie, aard van de activiteiten en economische sector. Daarom hebben zij soms slechts een beperkte kennis van in het MOSS geregistreerde bedrijven.

Zeventien lidstaten (België, Bulgarije, Duitsland, Ierland, Griekenland, Spanje, Letland, Luxemburg, Hongarije, 17

2

8

12

17 19 Contactgegevens(alle lidstaten 26

behalve AT en EL)

Datum van oprichting/registratie(BE, BG, CY, DK, EE, FI, FR, HU, IE, IT, LV, MT, NL, PL, PT, RO, SE, SI, SK)

Aard van de activiteiten en/of economische sector(BE, CZ, DE, DK, FI, FR, IE, IT, LT, LU, MT, NL, PL, PT, SE, SI, SK)

Toepasselijke verplichtingen tot aangifte en betaling van btw(AT, BE, CY, EE, ES, FR, HR, IE, LU, MT, PL, SE)

Identiteit van de verbonden entiteiten en de gelieerde partijen van de belastingplichtige(AT, BE, DK, LT, LU, LV, PL, SE)

Onderverdeling van belastingplichtigen (bv. naar omvang)(NL, SE)

Andere voorafgaande controles(BE, BG, DE, EL, ES, FI, HU, IE, LU, LV, MT, PL, RO, SE, SI, SK, UK)

75%

25%

Ja(BG, CY, CZ, DE, DK, EE, EL, ES, FR, HR, HU, IE, IT, LT, LU, LV, MT, PT, RO, SI, SK)

Nee(AT, BE, FI, NL, PL, SE, UK)

(23)

 eerdere registraties en gebruik van de MOSS-regeling;

 vragen over personen die zijn uitgeschreven als gevolg van een wijziging van de lidstaat van identificatie;

 zoeken op identificatienummer voor meervoudige registraties (meer dan één lidstaat);

 verificatie of de onderneming al dan niet een vaste inrichting in het land heeft;

 bankgegevens enz.

Sommige lidstaten (Slovenië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) gaan ook na of er een webpagina is dan wel of er andere middelen voor de distributie van elektronische diensten zijn, of inschrijving in openbare registers van derde landen heeft plaatsgevonden en welk soort levering wordt verricht.

Aanbeveling 14: Zet een specifiek informatiekanaal voor het MOSS op en voer systematisch voorafgaande registratiecontroles ten behoeve van het MOSS uit.

Uit de antwoorden van de lidstaten blijkt dat het aantal in het MOSS geregistreerde bedrijven wat de Unieregeling betreft in de periode 2016-2019 is toegenomen. De relatieve groei van de niet-Unieregeling was groter, aangezien daarin ook het basiseffect van het kleine aantal registraties aan het begin van de geanalyseerde periode tot uitdrukking komt. De laatste tijd lijkt de stijgende trend van het aantal in het MOSS geregistreerde belastingplichtigen te zijn gekeerd, wat zou kunnen wijzen op een snellere uitschrijving van inactieve belastingplichtigen.

Afbeelding 21: MOSS — ontwikkeling van de registraties/uitschrijvingen op EU-niveau (2016-2019) a. Unieregeling

b. Niet-Unieregeling

Bron: Europese Commissie (2020) (2020) — Statistieken over het MOSS

De ontwikkeling op het niveau van de lidstaten ziet er echter anders uit: in sommige landen, zoals Estland en Nederland, was er in de betrokken periode sprake van een aanzienlijke toename, terwijl in andere landen, zoals Duitsland, Ierland, Frankrijk, Polen en Slowakije, het aantal MOSS-registraties afnam.

9 108

10 502

12 163 11 966

836

698

1 854

2 806

444

1 305

1 320

1 873

1 000 2 000 3 000 4 000 5 000

0 3 000 6 000 9 000 12 000 15 000

2016 2017 2018 2019

Registratie in het MOSS (linker as)

Uitschrijving uit het MOSS op verzoek (rechter as)

Uitschrijving uit het MOSS

"ambtshalve" (rechter as)

552 563

670

783

44 52 52

115

142 206 146 134

100 200 300 400

0 250 500 750 1 000

2016 2017 2018 2019

Inschrijving in het MOSS (linker as)

Uitschrijving uit het MOSS op verzoek (rechter as)

Uitschrijving uit het MOSS

"ambtshalve" (rechter as)

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met deze verordening kan het EU-register voldoen aan de vereisten voor fase 4 zoals die in de herziene EU-ETS- richtlijn zijn vastgesteld, bijvoorbeeld door de

Dat financieel kader is vastgelegd in Verordening (EU) nr. De toewijzing voor plattelandsontwikkeling en de toewijzing voor marktgerelateerde uitgaven en

De begroting voor 2007 is in Besluit 2007/102/EG van de Commissie van 12 februari 2007 tot goedkeuring van het werkprogramma voor 2007 voor de uitvoering van het

Door de cijfers over de TF’s, AC’s en GPM’s die in dienst zijn op 31 december (tabel 6) te combineren met die over het aantal werklozen dat een uitkering heeft ontvangen (tabel 7),

In officiële statistieken zijn de meningen verdeeld over de vraag of de kosten voor gebouw en grond (die samen de aankoopkosten van een woning vormen) kunnen worden

Dat financieel kader is vastgelegd in Verordening (EU) nr. De toewijzing voor plattelandsontwikkeling en de toewijzing voor marktgerelateerde uitgaven en

Wat de specifieke evaluatiepunten betreft die in artikel 26 van Verordening (EU) nr. 1214/2011 zijn vermeld, kan worden geconcludeerd dat: 1) er momenteel geen behoefte

Er zij op gewezen dat dit het eerste verslag is betreffende gegevens over het gebruik van dieren die werden verzameld volgens de gewijzigde rapportagevoorschriften van de