• No results found

Besluit in geschil G.57.02 inzake Dutchtone vs O2

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Besluit in geschil G.57.02 inzake Dutchtone vs O2"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Besluit in geschil G.57.02 inzake Dutchtone vs O2

OPTA/IBT/2002/203311

Besluit van het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit op grond van artikel 6.3 van de Telecommunicatiewet in het geschil tussen:

de naamloze vennootschap Dutchtone N.V. (hierna: Dutchtone), gevestigd te Den Haag, verzoekster

gemachtigden: mrs. M.J. Geus en G.J. Zwenne, advocaten te Den Haag

en

de besloten vennootschap O2 (Netherlands) B.V. (hierna: O2), gevestigd te Amsterdam, verweerster

gemachtigde: mr. T.M. Snoep, advocaat te Den Haag.

1 INLEIDING

Onderwerp van het geschil

1. Dutchtone verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en O2 zullen gelden ter zake van de tarieven, die O2 aan Dutchtone vraagt voor het termineren van telefoonverkeer op haar mobiele netwerk (hierna: MTA1-tarieven).

Opzet van het besluit

2. Het besluit en zijn totstandkoming wijken, zoals hieronder wordt uiteengezet en gemotiveerd, af van de gebruikelijke procedure bij het college. Door het grote aantal overeenkomstige geschillen dat bij het college aanhangig is gemaakt, heeft het college ervoor gekozen om uit proceseconomisch oogpunt een vereenvoudigde procedure als bedoeld in artikel 10 van de Procedureregeling toe te passen. Veel van de zienswijzen die partijen hebben ingebracht komen ook overeen. De overwegingen met betrekking tot deze overeenkomstige zienswijzen van partijen zijn in een bijlage bij het onderhavige besluit opgenomen. In deze bijlage is ook het juridisch kader opgenomen, opdat deze bijlage zoveel mogelijk een zelfstandig leesbaar karakter krijgt. In het lichaam van het besluit zijn vervolgens de feiten en de standpunten van partijen voor zover deze specifiek zijn voor het geschil en de overwegingen ter zake opgenomen. Het college beoogt op deze zoveel mogelijk uniforme wijze de toegankelijkheid van zijn besluitvorming inzake de MTA-tarieven te vergroten. Het onderhavige besluit wijkt evenwel af in die zin dat voor de overwegingen van het college wordt verwezen naar de eerdere besluiten ten aanzien de MTA-tarieven van O2. De bijlage is slechts relevant voor zover het betreft het in hoofdstuk 1 neergelegde juridisch kader.

(2)

2 VERLOOP VAN DE PROCEDURE

3. Voor het verloop van de procedure verwijst het college naar de stukken die in bijlage I van dit besluit zijn opgesomd.

3 FEITELIJKE GRONDSLAG VAN HET GESCHIL

4. Dutchtone en O2 zijn aanbieders van mobiele openbare telefoonnetwerken en –diensten in de zin van artikel 1.1, onderdelen m en n, van de Telecommunicatiewet (hierna: Tw). De netwerken van Dutchtone en O2 zijn direct gekoppeld. Deze directe koppeling wordt gebruikt voor het afwikkelen van verkeer op elkaars netwerken. Daartoe is tussen partijen op 17 september 2001 een

overeenkomst gesloten.

5. Partijen hebben bij het aangaan van deze overeenkomst overeenstemming bereikt over de tarieven die zij in rekening brengen voor het termineren op hun respectievelijke mobiele netwerken van telecommunicatieverkeer dat afkomstig is van eindgebruikers die zijn aangesloten op het mobiele telecommunicatienetwerk van de andere partij. Beide partijen zijn aldus op de hoogte van elkaars MTA-tarieven. Op basis van verkeersvolumes over de periode vierde kwartaal 2000-derde kwartaal 2001 stelt het college vast dat het gemiddelde van de door O2 gehanteerde MTA-tarieven

[bedrijfsvertrouwelijk xxxx] eurocenten bedraagt2.

6. Bij schrijven van 6 september 2002, kenmerk DUTCN-0006, heeft Dutchtone het college verzocht op grond van artikel 6.3 van de Tw de regels vast te stellen die tussen haar en O2 zullen gelden ter zake van de MTA-tarieven van O2.

7. Bij brief van 19 september 2002, kenmerk DUTCN-0006, bevestigt Dutchtone desgevraagd dat in het licht van het feit dat O2 op dat moment inmiddels te kennen had gegeven dat haar verzoek om geschilbeslechting in de procedure met kenmerk G.19.02 als onvoorwaardelijk kon worden

beschouwd, het de bedoeling is dat het college op dat moment ook in geschil G.57.02 een beslissing dient te nemen.

4 HET STANDPUNT VAN PARTIJEN 4.1 Het standpunt van Dutchtone

8. Voor de standpunten van Dutchtone verwijst het college naar de door Dutchtone ingebrachte stukken. Het standpunt van Dutchtone laat zich als volgt samenvatten:

9. Dutchtone stelt zich in de eerste plaats op het standpunt dat het college niet bevoegd is om in te grijpen in de vaststelling van de MTA-tarieven. Mocht die bevoegdheid desondanks komen vast te staan of indien het college Dutchtone zou verplichten om haar MTA-tarieven te verlagen – hetgeen het college heeft gedaan in het geschil tussen O2 en Dutchtone – dan kan dit naar de mening van Dutchtone alleen indien ook de andere mobiele operators op de Nederlandse markt – zoals in casu O2- aan een zelfde (of lager) maximum tarief worden gebonden.

(3)

4.2 Het standpunt van O2

10. O2 heeft bij telefax van 30 september 2002 aan OPTA laten weten dat zij op 14 augustus 2002 beroep heeft aangetekend tegen de beslissing op bezwaar van het college in de zaak KPN Mobile tegen O2. In dit licht geeft O2 te kennen haar argumenten om redenen van proceseconomie in – onder andere – het onderhavige geschil met Dutchtone niet te zullen herhalen.

5 BEOORDELING VAN HET GESCHIL

11. De inhoud van de Beleidsregels, zoals aangepast bij het besluit van 22 juli 2002 dient hier als herhaald en ingelast te worden beschouwd. Zij maken integraal onderdeel uit van de overwegingen die aan de besluitvorming van het college in het onderhavige geschil ten grondslag liggen.

12. In het licht van het feit dat O2, hoewel zij daartoe in de gelegenheid is gesteld, te kennen heeft gegeven ervan af te zien haar zienswijze te geven en te volstaan naar de argumenten die zij heeft aangevoerd in de zaak KPN Mobile vs. O2 (geschil met nummer 16.01), volstaat het college op zijn beurt met de verwijzing naar zijn reactie op die argumenten in dat geschil. Daarbij verwijst het college met name naar de beslissing op bezwaar van 19 juli 2002, met kenmerk

OPTA/JUZ/2002/201770. De bijlage II bij dit besluit is dus slechts relevant voor zover het betreft het in hoofdstuk 1 neergelegde juridisch kader. De in de bijlage vervatte overwegingen van het college behoeven hier dus niet als herhaald en ingelast te worden beschouwd.

Overwegingen inzake de bepaling van een redelijk tarief De invulling van de redelijkheid; marginale toetsing

13. In aanvulling op hetgeen hierboven is vermeld stelt het college in het onderhavige geschil vast dat MTA-tarieven, die O2 jegens Dutchtone hanteert, onredelijk zijn, omdat het gemiddelde MTA-tarief gelegen is boven het maximaal redelijke niveau, zoals vastgesteld in de Beleidsregels.

6 CONCLUSIE

14. Het college komt op basis van de Beleidsregels en de voorgaande overwegingen tot het oordeel dat hij in het onderhavige geschil bevoegd is ten aanzien van de MTA-tarieven van O2 regels te stellen. Voorts oordeelt het college dat het stellen van regels aangaande de MTA-tarieven van O2

gerechtvaardigd is. Het college komt immers op basis van de Beleidsregels tot de conclusie dat het gemiddelde MTA-tarief dat O2 in rekening brengt bij Dutchtone onredelijk is, omdat dit MTA-tarief gelegen is boven het maximaal redelijke niveau, zoals neergelegd in de Beleidsregels3. Het college stelt een maximaal redelijk gemiddeld MTA-tarief conform de Beleidsregels vast, nu O2 geen feiten of omstandigheden heeft aangevoerd die aanleiding geven om af te wijken van de invulling, die het college in de Beleidsregels aan de redelijkheid bij het stellen van regels ten aanzien van MTA tarieven heeft gegeven.

15. In de onderstaande tabel is de bovengrens voor het gemiddelde MTA-tarief weergegeven dat O2 als gebruiker van 1800 MHz frequenties vanaf 1 december 2002, onderscheidenlijk 1 april 2003, in rekening mag brengen voor het termineren van verkeer dat afkomstig is van het netwerk van

(4)

Dutchtone. Deze tarieven zijn vastgesteld aan de hand van de in hoofdstuk vier van de Beleidsregels neergelegde beoordelingssystematiek.

Gemiddeld MTA-tarief heden4 1 december 2002 1 april 2003

O2 Vertrouwelijk

[xxxx]

18,28 16,48

Bedragen in eurocenten per minuut

16. In de Beleidsregels is tevens opgenomen dat O2 gehouden is om aan te tonen dat het gemiddelde van de tarieven in haar MTA-tariefstructuur (bestaande uit de tarieven voor set-up en conveyance in de piek- en dalperioden) omgerekend naar een enkel tarief per minuut, niet hoger uitkomt dan de in de bovenstaande tabel opgenomen gemiddelde tarieven. Het college zal O2 op grond van artikel 18.7 van de Tw verzoeken om dit voor de door haar met ingang van 1 december 2002 te hanteren

tariefstructuur op uiterlijk 1 november 2002 onderbouwd aan te tonen. Ten aanzien van de wijze van onderbouwing zij verwezen naar de berekeningswijze, zoals in alinea 37 van de Beleidsregels is opgenomen.

17. Overigens wijst het college er met nadruk op dat het O2 niet is toegestaan om de verlaging van het gemiddelde MTA-tarief te compenseren door verhoging van bestaande dan wel invoering van nieuwe vergoedingen, die zij in het kader van de mobiele call termination dienstverlening vraagt5.

18. Voor een volledige uiteenzetting van de door het college voorgestane regulering en de daaraan ten grondslag liggende overwegingen zij verwezen naar de Beleidsregels, zoals aangepast bij besluit van 22 juli 2002 en de daarbij behorende toelichting.

4 Het college heeft dit gemiddelde MTA-tarief vastgesteld op basis van verkeersvolumes in de periode vierde kwartaal 2000-derde kwartaal 2001.

(5)

DICTUM

Het college besluit op grond van artikel 6.3 van de Tw als volgt:

(1) O2 is jegens Dutchtone gehouden om met inachtneming van de Beleidsregels voor het

termineren van telefoonverkeer dat origineert op het mobiele netwerk van Dutchtone met ingang van 1 december 2002 een gemiddeld MTA-tarief te hanteren dat niet hoger is dan 18,28

eurocenten per minuut;

(2) O2 is jegens Dutchtone gehouden om met inachtneming van de Beleidsregels voor het termineren van telefoonverkeer dat origineert op het mobiele netwerk van Dutchtone met ingang van 1 april 2003 een gemiddeld MTA-tarief te hanteren dat niet hoger is dan 16,48 eurocenten per minuut;

(3) wijst het door Dutchtone meer of anders verzochte af.

Aldus besloten te Den Haag, op 17 oktober 2002,

HET COLLEGE VAN DE ONAFHANKELIJKE POST EN TELECOMMUNICATIE AUTORITEIT, namens het college,

mr. L.Y. Gonçalves-Ho Kang You

Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen binnen zes weken, aanvangende met ingang van de dag na die waarop dit besluit is bekendgemaakt, daartegen een bezwaarschrift indienen bij de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit.

Het bezwaarschrift moet worden gericht aan:

Het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit Postbus 90240

2509 LK Den Haag

(6)

Bijlage I bij het besluit inzake het geschil G.57.02

Het college heeft bij zijn omschrijving van het geschil tussen partijen als verwoord in de brief, waarvan deze bijlage onderdeel uitmaakt, de navolgende stukken in overweging genomen:

1. Brief van Dutchtone aan Opta d.d. 6 september 2002, kenmerk 2002104434, inzake voorwaardelijk verzoekschrift Dutchtone-O2;

2. Brief van OPTA aan Dutchtone d.d. 11 september 2002, kenmerk 2002/202722, inzake ontvangst voorwaardelijk verzoekschrift Dutchtone;

3. Brief van OPTA aan O2 d.d. 16 september 2002, kenmerk 2002/202798, inzake inbehandelingneming voorwaardelijk verzoekschrift Dutchtone en verzoek om zienswijze;

4. Brief van OPTA aan Dutchtone d.d. 16 september 2002, kenmerk 2002/202800, inzake inbehandelingneming verzoekschrift en verzoek tot indiening ontheffingsverzoek Dutchtone; 5. Brief van Dutchtone aan Opta d.d. 19 september 2002, kenmerk 2002104715, inzake aanvulling op

voorwaardelijk verzoek;

6. Brief van OPTA aan O2 d.d. 25 september 2002, kenmerk 2002/202974, inzake afschrift aanvulling voorwaardelijk verzoek Dutchtone;

7. Brief van Dutchtone aan Opta d.d. 30 september 2002, kenmerk DUTCN-006, inzake reactie op verzoek tot indiening ontheffingsverzoek;

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

O2 verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Ben zullen gelden ter zake van

In aanvulling op hetgeen is vermeld in randnummer 52 van bijlage II bij dit besluit stelt het college in het onderhavige geschil vast dat de MTA-tarieven, die Dutchtone jegens

Derhalve verzoekt O2 het college voorwaardelijk om de terminating tarieven die Tele2 KPN Telecom in rekening brengt voor het afwikkelen van verkeer dat origineert op het netwerk van

In aanvulling op hetgeen is vermeld in randnummer 52 van bijlage II bij dit besluit stelt het college in het onderhavige geschil vast dat de MTA-tarieven, die Vodafone jegens

uitsluitend voor het geval het college met recht van mening zou zijn dat er verschil tussen de MTA- tarieven die Vodafone respectievelijk O2 hanteren gerechtvaardigd is en volgens

Tele2 verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en O2 zullen gelden ter zake

Tele2 verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Dutchtone zullen gelden

KPN Telecom verzoekt het college van de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit (hierna: het college) om de regels vast te stellen die tussen haar en Dutchtone zullen