• No results found

Dit tweede deel van de reïntegratiewijzer gaat over de werkhervatting met behulp van de eigen werkgever, UWV of

2.6 Een inkomen naast de uitkering

2.6.1 WIA/WAO en inkomsten uit arbeid

Bij iemand die een WAO-uitkering heeft, wordt als men weer inkomsten uit arbeid krijgt altijd eerst gekeken of er aanleiding is voor een herbeoordeling. Is het bijvoorbeeld lang geleden dat betrokkene gezien is door de verzekeringsarts en/of de arbeidsdeskundige, dan kunnen de inkomsten uit arbeid aanleiding zijn voor een oproep voor een herbeoordeling.

Deze herbeoordeling geschiedt dan volgens de algemene regels: de verzekeringsarts stelt vast in welke mate u te belasten bent, de arbeidsdeskundige berekent op grond hiervan uw theoretische verdiencapaciteit.

In de volgende rekenvoorbeelden gaan we ervan uit dat er geen aanleiding is voor een herbe-oordeling van de mate van arbeidsongeschiktheid op andere gronden dan de daadwerkelijke verdiensten. Is er alleen sprake van daadwerkelijke verdiensten, dan wordt aan de hand van de volgende formule bekeken of de verdiensten aanleiding vormen om de persoon in kwestie in te delen in een lagere arbeidsongeschiktheidsklasse.

maatmanloon – verdiensten

x 100% = arbeidsongeschiktheidspercentage maatmanloon

Het maatmanloon is het loon dat u verdiend zou hebben, als u niet ziek zou zijn geworden.

Dit loon wordt gebruikt om het arbeidsongeschiktheidspercentage vast te stellen.

)

Let op: Het maatmanloon dient geïndexeerd te worden. Cijfers hierover zijn verkrijgbaar via CBS en op internet.

Indexering is van groot belang, omdat dit een a.o. klasse kan verschillen.

Het WAO-dagloon is het loon dat u de dag voorafgaande aan de eerste WAO-dag verdiende, inclusief vakantietoeslag en eventuele andere toeslagen. Aan het WAO-dagloon zit wel een bepaald maximum. Verdiende u meer, dan wordt het dagloon vastgesteld op het maximum.

Het WAO-dagloon is bepalend voor de hoogte van de WAO-uitkering.

Voor wie te maken krijgt met de WIA, gelden de regels zoals beschreven in deel 1 van de reïntegratiewijzer. In het algemeen geldt dat uw uitkering hoger wordt, naarmate u meer werkt. De bijverdiensten worden voor 70% gekort op de IVA-uitkering. Net als bij de WAO, zal het UWV in geval van bijverdiensten ook kijken of er aanleiding bestaat voor een herkeuring en zal de IVA- of WGA-uitkering eventueel worden aangepast.

Rekenvoorbeeld 1

Jan is volledig arbeidsongeschikt (arbeidsongeschiktheidsklasse 80-100%). Hij ontvangt een uitkering van 70% van zijn WAO-dagloon. Zijn maatmanloon bedraagt € 75 per dag. Jan werkt 3 middagen in de week tegen een vergoeding van € 12,50 per dagdeel. Spreiden we de inkomsten over de hele week, dan bedragen de inkomsten per dag € 12,50 x 3/5 = € 7,50. Passen we de formule toe, dan zien we dat de inkomsten geen aanleiding vormen om het WAO-percentage van Jan aan te passen.

75 - 7,50

x 100% = 90%

75

Het arbeidsongeschiktheidspercentage wordt 90%. Jan blijft ingedeeld in de categorie 80-100%. Hij verdient € 163,13 per maand bij (21,75 x € 7,50).

Rekenvoorbeeld 2

In dit voorbeeld gaan we ervan uit dat Jan nog steeds volledig arbeidsongeschikt is, met een maatmanloon van € 75,- per dag. Hij werkt drie middagen in de week, maar nu tegen een vergoeding van € 25,- per dagdeel. Dit is dus twee keer zo veel als in het eerste rekenvoorbeeld.

Spreiden we de inkomsten over de hele week, dan bedragen de inkomsten per dag € 25,- x 3/5 =

€ 15,-.

Passen we de formule toe, dan zien we dat de inkomsten nog steeds geen aanleiding vormen het WAO-percentage van Jan aan te passen.

75 - 15

x 100% = 80%

Rekenvoorbeeld 3

Ook in dit rekenvoorbeeld is Jan volledig arbeidsongeschikt en heeft hij een maatmanloon van € 75,-per dag. Hij werkt 4 middagen in de week tegen een vergoeding van € 25,- 75,-per dagdeel. Dat is dus één dagdeel meer dan in rekenvoorbeeld 1 en 2. Spreiden we de inkomsten over de hele week, dan bedragen de inkomsten per dag € 25,- x 4/5 = €

20,-Passen we de formule toe, dan zien we dat de inkomsten aanleiding vormen het WAO-percentage van Jan aan te passen.

75 - 20

x 100% = 73%

75

Het arbeidsongeschiktheidspercentage wordt 73%. Jan wordt ingedeeld in de categorie 65-80%. Zijn WAO-uitkering wordt verlaagd van 70% van zijn WAO-dagloon (het percentage bij volledige

arbeidsongeschiktheid) naar 50,75% van zijn WAO-dagloon (dit percentage hoort bij de klasse 65-80%). Stel dat het WAO-dagloon van Jan gelijk is aan zijn WAO-maatmanloon (€ 75,- per dag), dan gaat zijn uitkering van € 1.141,88 per maand naar € 827,86 per maand. De uitkering is dus € 314,02 lager. Daar staat € 435,- aan inkomsten tegenover.

Rekenvoorbeeld 4

In dit voorbeeld gaan we ervan uit dat Jan nog steeds volledig arbeidsongeschikt is, met een maatmanloon van € 100,- per dag (dus € 25,- meer dan in de rekenvoorbeelden 1, 2 en 3). Hij werkt 4 middagen in de week tegen een vergoeding van € 25,- per dagdeel. Spreiden we de inkomsten over de hele week, dan bedragen de inkomsten per dag € 25,- x 4/5 = €

20,-Passen we de formule toe, dan zien we dat de inkomsten geen aanleiding vormen het WAO-percentage van Jan aan te passen.

100 - 20

x 100% = 80%

100

Het nieuwe arbeidsongeschiktheidspercentage is 80%. Jan blijft (nog net) in de categorie 80-100%.

Zijn inkomsten per maand worden € 435,- hoger.

Rekenvoorbeeld 5

Tot slot nog een voorbeeld waarbij Jan's maatmanloon € 50,- bedraagt (dus € 25,- minder dan in de voorbeelden 1, 2 en 3). Hij werkt 3 middagen in de week tegen een vergoeding van € 25,- per dagdeel. Spreiden we de inkomsten over de hele week, dan bedragen de inkomsten per dag € 25,- x 3/5 = €

15,-Passen we de formule toe, dan zien we dat de inkomsten aanleiding zijn tot indeling in een lagere klasse ondanks dat Jan een dag minder werkt dan in het vorige voorbeeld.

50 - 15

x 100% = 70%

50

Het arbeidsongeschiktheidspercentage wordt 70%. Jan wordt ingedeeld in de categorie 65-80%. Zijn WAO-uitkering wordt verlaagd van 70% van zijn WAO dagloon (het percentage bij volledige

arbeidsongeschiktheid) naar 50,75% van zijn WAO-dagloon (dit percentage hoort bij de klasse 65-80%). Stel dat het WAO-dagloon van Jan gelijk is aan zijn WAO-maatmanloon (€ 50.-- per dag), dan gaat zijn uitkering van € 761,25 per maand naar € 551,91 per maand. De uitkering is dus € 209,35 lager. Daar staat € 326,25 aan inkomsten tegenover.

)

Vanaf 2006 bedraagt de maximaal vaststaande onkostenvergoeding (het zogenaamd forfaitair bedrag) voor mensen met een arbeidsongeschiktheidsuitkering € 1.500,- per jaar. Hogere vergoedingen kunnen worden opgevat als bijverdiensten. Vergoedingen voor daadwerkelijk gemaakte kosten, zoals reiskosten, worden niet als bijverdiensten gezien.