• No results found

De zesde bijlage bevat een overzicht van organisaties, adressen en telefoonnummers

4.4 Voorbereiding op een sollicitatie

4.4.1 De sollicitatiebrief

Een sollicitatiebrief is niet overal een vereiste. Bij veel bedrijven kunt u gewoon langs gaan (na een afspraak gemaakt te hebben). Maar wordt er een brief gevraagd bedenk dan dat uw brief uw visitekaartje is. Die moet er dus goed en netjes uitzien. Een getypte brief is tegen-woordig zeer gebruikelijk. Een getypte brief ziet er vaak netter uit dan een handgeschreven brief en bovendien biedt typen het voordeel dat u meer informatie op één velletje kwijt kunt. Als een bedrijf een handgeschreven brief wil, wordt dit meestal in de advertentie gemeld. Schrijft u uw brief met de hand, gebruik dan bij voorkeur een zwarte ballpoint. Uw brief wordt in de meeste gevallen namelijk nog gekopieerd voor de leden van de sollicitatie-commissie.

In uw brief moet u in ieder geval twee vragen beantwoorden:

1. Waarom trekt de aangeboden baan bij juist die werkgever u aan?

2. Waarom denkt u aan de gestelde eisen te voldoen?

Gaat u in uw brief in op de eisen die in de advertentie gesteld worden en zet uw eigen ervaringen hier tegenover.

)

Houd uw brief kort en zakelijk (liefst één pagina), maar laat er wel uw enthousiasme voor de baan in doorklinken. Dring aan op een uitnodiging voor een gesprek.

Bij de brief stopt u een bijlage waarin u de volgende gegevens vermeldt:

• uw naam, adres, woonplaats, telefoonnummer en geboortedatum;

• uw opleidingen met datum van afronding;

• uw werkervaring: bij welke bedrijven u gewerkt heeft en in welke periode;

• uw ervaringen in vrijwilligerswerk en/of hobbies (voor zover van belang voor de gevraag-de functie).

Enkele algemene tips:

3. Heeft u vanwege uw arbeidsongeschiktheid lang niet gewerkt, dan komt dat in uw bijlage tot uitdrukking.

4. Het kan daarom nuttig zijn te vermelden dat u in de periode dat u niet gewerkt heeft arbeidsongeschikt was, maar dat dit nu niet meer het geval is. Leg er niet te veel nadruk op. Een werkgever wil alleen maar weten of u de geschikte kandidaat bent voor de aan-geboden baan!

5. Heeft u vanwege uw handicap aanpassingen nodig op het werk, dan kunt u twee dingen doen. U kunt het in uw brief vermelden of u kunt het bewaren voor later in het sollicita-tiegesprek. Vermeldt u het in uw brief, geef dan aan dat er mogelijkheden zijn voor vergoedingen via de uitvoeringsinstelling. Het voordeel van het niet vermelden is dat een werkgever u eerst ziet. Als hij u eenmaal geschikt vindt voor de functie, dan hoeven de benodigde aanpassingen geen probleem meer te zijn.

4.4.2 Een open sollicitatie

U kunt ook solliciteren als er nog geen vacature is. Dit kunt u op twee manieren doen. U kunt langs gaan bij de bedrijven waar u graag wilt werken of u kunt die bedrijven een 'open sollicitatiebrief' sturen. Veel bedrijven houden lijsten bij van mensen die open solliciteren.

Is er dan een vacature, dan nemen ze eerst die lijst door. Zo kan een bedrijf zich een dure advertentie en sollicitatieprocedure besparen.

4.4.3 Sollicitatiegesprek

Wordt u uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek, dan zal in dat gesprek nader ingegaan worden op uw brief en op de gestelde functie-eisen. Bedenkt u zich van te voren dat u niet de enige bent die belang heeft bij het gesprek. U wilt die baan misschien wel heel erg graag, maar het bedrijf wil ook erg graag een geschikte kandidaat. Een sollicitatiegesprek is dus tweerichtingsverkeer. U wilt weten of het werk en het bedrijf wat voor u is en de sollicitatiecommissie wil weten of u in het werk en het bedrijf zal passen.

Enkele tips:

1. Vraag van tevoren zoveel mogelijk informatie op bij het bedrijf. Een advertentie is vaak heel beknopt. Vooral als u op een hogere functie gaat solliciteren, kan het handig zijn om een jaarverslag of een uitgebreidere functieomschrijving bij het bedrijf op te vragen.

Bij het bedrijf maakt dit een positieve indruk: u wilt uzelf serieus voorbereiden. Infor-meer ook naar de samenstelling en de omvang van de sollicitatiecommissie. Tijdens het gesprek komt u dan niet voor verrassingen te staan.

2. Bedenk van tevoren of u nog vragen heeft over het werk of over de organisatie. Daar wordt meestal naar gevraagd. Maar stel geen vragen die u van te voren had kunnen uit-zoeken. Dat is zonde van de tijd en het maakt de indruk dat u uzelf slecht voorbereid heeft. U kunt uw vragen op papier meenemen naar het gesprek.

3. Het kan nuttig zijn van te voren het gesprek te oefenen met een bekende.

4. Draag kleding waarin u zich op uw gemak voelt, dan hoeft u zich daar tijdens het gesprek niet druk over te maken.

5. Bereidt u voor op vragen over uw arbeidsongeschiktheid. Men wil bijvoorbeeld graag weten of u vaak ziek bent. Wettelijk gezien mogen alleen bij bepaalde functies en alleen bij een medische keuring vragen over uw medische geschiktheid worden gesteld. Vragen naar uw arbeidsongeschiktheid tijdens een sollicitatiegesprek hoeft u dus niet te beant-woorden. Alleen wanneer u zelf het onderwerp wil bespreken, dan mag er over uw arbeidsongeschiktheid worden gesproken. Als u besluit op vragen naar uw arbeidsonge-schiktheid in te gaan, bedenk dan bij uw antwoorden dat u niet solliciteert omdat u arbeidsongeschikt bent, maar omdat u wilt werken! Probeer zo feitelijk mogelijk over uw arbeidsongeschiktheidsverleden te praten.

6. Een reden de arbeidsongeschiktheid zelf aan te snijden, kan zijn gelegen in het feit dat u vooroordelen bij de werkgever wil bestrijden. Deze vooroordelen kunt u bestrijden door kort en zakelijk uit te leggen of en zo ja in welke mate uw ziekte of handicap van invloed is op uw dagelijks functioneren.

7. Het kan zijn dat uw toekomstige werkgever voor u een plaatsingssubsidie kan krijgen. Er zijn inmiddels tal van mogelijkheden op dit terrein. Veel werkgevers zijn hiervan slecht op de hoogte. U kunt dergelijke mogelijkheden in uw sollicitatiegesprek noemen en bij-voorbeeld verwijzen naar uw arbeidsdeskundige. Leg er echter niet teveel nadruk op.

Men zal allereerst willen weten of u een geschikte kandidaat bent voor de functie.

4.5 Vrijwilligerswerk

4.5.1 Onkostenvergoeding vrijwilligerswerk

Vrijwilligers die meer dan € 700,- per jaar (€ 20,- per week) aan onkostenvergoeding ontvan-gen en organisaties die meer dan € 700,- per vrijwilliger per jaar uitbetalen, moeten aantonen dat het gaat om een vergoeding van reëel gemaakte onkosten. Kunnen zij dit niet aantonen, dan geldt de vergoeding als loon en moeten er inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen betaald worden.

Bij onkosten voor vrijwilligerswerk kunt u denken aan:

• reiskosten;

• telefoon/porti;

• kosten voor kleding;

• kantoorbenodigdheden;

• verblijf- en vergaderkosten;

• kosten voor oppas.

Soms is het mogelijk kosten die u gemaakt heeft voor uw vrijwilligerswerk als gift af te trekken bij uw aangifte inkomstenbelasting. Het moet dan gaan om reëel gemaakte kosten, die u in principe bij de vrijwilligersorganisatie kunt declareren. Door af te zien van declara-tie (bijvoorbeeld omdat de organisadeclara-tie er financieel niet al te rooskleurig bijzit) mag u de gemaakte kosten in redelijkheid als aftrekpost opvoeren. Het is wel verstandig van de organisatie een schriftelijke bevestiging te vragen m.b.t. de kosten en het afzien van decla-ratie, zodat u deze zonodig aan de inspecteur kunt overleggen. Overigens zijn de kosten slechts aftrekbaar voorzover ze (eventueel samen met andere giften) de drempel van 1% van uw onzuiver inkomen overschrijden.

4.5.2 Voorbeeld overeenkomst vrijwilligerswerk

Als u vrijwilligerswerk gaat verrichten kan het handig zijn uw werkzaamheden vast te leggen in een overeenkomst. Dit kan misverstanden voorkomen. Hierna vindt u een voorbeeldover-eenkomst die u, al dan niet aangepast, kunt gebruiken.

Voorbeeld vrijwilligersovereenkomst (Jan, 2004)

MODELOVEREENKOMST TEN BEHOEVE VAN VRIJWILLIGERSWERK (ALGEMEEN) De Stichting

vertegenwoordigd door en (de vrijwilliger) spreken het volgende af:

Artikel 1

De vrijwilliger zal ten behoeve van de stichting met ingang van:

(datum ingang overeenkomst) activiteiten verrichten. De activiteiten zullen bestaan uit:

(taakomschrijving) Artikel 2

De vrijwilliger is bereid voor het verrichten van de activiteiten in principe minimaal ... uur per beschikbaar te zijn.

Artikel 3

De vrijwilliger ontvangt een vergoeding op declaratiebasis van de werkelijk gemaakte kosten.

Artikel 4

In geval van verhindering (ziekte, vakantie) van de vrijwilliger zal deze tijdig de stichting op de hoogte brengen.

Artikel 5

De vrijwilliger bepaalt in overleg met de staf van de stichting de inhoud van de activiteiten. De vrijwilliger is ook betrokken bij de bepaling van het algemeen beleid (conform statuten/

huishoudelijk reglement van de stichting). Binnen het vastgestelde beleid kan de vrijwilliger eigen initiatief ontplooien.

Artikel 6

De vrijwilliger wordt begeleid door het staflid dat belast is met Artikel 7

De vrijwilliger is verantwoordelijk voor de taken die zij/hij op zich heeft genomen.

Artikel 8

In geval van geschillen tussen de vrijwilliger en staf zal de kwestie worden voorgelegd aan het bestuur. Vrijwilligers hebben de mogelijkheid tegen een beslissing in beroep te gaan. Een beroepscommissie van drie personen zal dan een bindende uitspraak doen.

Artikel 9

De stichting heeft een aansprakelijkheidsverzekering afgesloten. Voor de vrijwilligers is een collectieve ongevallenverzekering afgesloten.

Artikel 10

De vrijwilliger neemt bij het beëindigen van deze overeenkomst in principe een termijn van een maand in acht.

Wanneer door het aanvaarden van een betaalde baan daaraan niet kan worden voldaan, dient de vrijwilliger het werk zorgvuldig over te dragen, dan wel af te ronden. Op verzoek wordt een getuigschrift opgesteld.

Plaats, datum

Namens de Stichting: De vrijwilliger:

(naam) (naam)

4.6 Adressen

4.6.1 Belangenorganisaties van