• No results found

inmiddels een echt merk geworden is (Tijd voor Twee 11 november 2013).

BIJLAGE 5 TRANSCRIPTIES INTERVIEWS 5.1 Interviews met de ouders

5.1.2 Susanne 9 april

J: Zou je, als eerste, jezelf kort kunnen voorstellen?

S: Ja. Ik ben Susanne en ik ben moeder van Olav, hij is 9 jaar, en van Benthe, die is 7 jaar.

J: En welke verschillende sinterklaasprogramma’s ken je?

S: Nou, Het Sinterklaasjournaal, want dat kijken we altijd. Volgens mij heb je ook De Club van Sinterklaas, maar dat kijken we dus nooit. Verder weet ik het eigenlijk niet.

J: En kan je me uitleggen wat voor programma Het Sinterklaasjournaal is?

S: Het Sinterklaasjournaal begint altijd vlak voordat Sinterklaas in Nederland komt. En het programma beschrijft eigenlijk vooral hoe die intocht gaat en hoe Sinterklaas hier komt en hoe het is hier met zijn Zwarte Pieten en dan beleven ze allerlei avonturen. En uiteindelijk is het altijd weer de vraag: komt het allemaal wel weer goed met de

cadeautjes en alles? En het komt natuurlijk altijd goed. Dus het is een soort verslag van het zijn van Sinterklaas hier.

J: Wat vind je goed aan het programma?

S: Nou, wat ik heel leuk vind is dat het heel fantasievol is. Er zitten altijd een paar verhaallijnen in en die zijn altijd heel leuk bedacht en die zijn ook altijd met veel humor bedacht. Dat vind ik ook heel leuk. Dus het is voor kinderen heel leuk om te kijken, maar het is ook voor volwassenen heel leuk om te kijken. Dus dat vind ik heel goed eraan. Wat ik er ook goed aan vind, is dat er heel goed over wordt nagedacht. Want dat met die hele discussie over Zwarte Piet is, volgens mij, door de jaren heen opgebouwd. Dus het is niet een seizoen dat er aandacht aan wordt besteed, maar langzamerhand vindt daar volgens mij een verandering plaats. Dus dat vind ik heel goed.

J: En wat zouden de makers anders kunnen doen?

S: Nou, dat is meer de spanning er omheen. Dus op zich zijn de onderwerpen altijd goed gekozen. Ik heb een keer gehad, toen was er een baby kwijt, geloof ik.12 Toen dacht ik

wel: “Dat is niet zo handig.” Want hele kleine kinderen denken dan misschien dat zij ook kwijt kunnen raken. Dat was het enige wat ik volgens mij toen niet zo goed vond. Maar, het is vooral de spanning eromheen. Dat begint natuurlijk al een paar weken voordat het echt Sinterklaas is en je bent eigenlijk drie weken lang elke dag bezig met: “Oh,

Sinterklaas komt!” En misschien zijn andere kinderen daar minder gevoelig voor, maar mijn kinderen zijn daar heel gevoelig voor. Vooral mijn oudste was daar heel gevoelig voor. Dus ja, je zou de uitzendperiode ook korter kunnen maken, maar ja zo is het natuurlijk wel heel leuk. Maar, voor kinderen is het wel een hele lange spanningsboog, die drie weken.

J: En toen je dat verhaal over die baby zag, denk je er dan ook over na om je kinderen niet te laten kijken?

S: Nee, dat heb ik toen niet gedaan.

J: Praat je eigenlijk ook met de kinderen over wat er gebeurt in het programma?

S: Ja, maar het laatste jaar heb ik er niet altijd meer bij gezeten omdat ze nu wat ouder zijn. Maar, daarvoor praatte ik er wel over hoor, ja.

J: Heb je enig idee door wat voor omroep het programma wordt gemaakt?

S: Bij de NPO.

J: Vind je Het Sinterklaasjournaal beter bij een publieke of bij een commerciële omroep passen?

12 In 2010 ontdekten de Pieten in Het Sinterklaasjournaal dat er per ongeluk een ‘Babypiet’ met de boot was meegereisd naar Nederland (Het Sinterklaasjournaal Jaaroverzicht 2010).

S: Het past echt goed bij de Publieke Omroep. Want ik vind dat entertainment ook echt moet blijven bij de Publieke Omroep. Daar is natuurlijk nu discussie over. En ik vind dat de Publieke Omroep anders entertainment brengt dan de commerciële omroepen. Want De Club van Sinterklaas wordt volgens mij ook door de commerciëlen gemaakt. Ik weet het niet zo goed hoor want dat kijk ik dus eigenlijk nooit. Maar, Het Sinterklaasjournaal is ėn fantasievol, maar er zit ook altijd een leermoment in. Het is ook heel kindvriendelijk. Terwijl ik bij een commerciële omroep denk: “Kinderen vinden het allemaal al heel

spannend.” Op een gegeven moment wordt het bij een commerciële omroep ook te groot of krijgen ze te veel prikkels. De Publieke Omroep denkt daar veel meer over na. Ik vind het bijvoorbeeld ook jammer dat Sesamstraat bijvoorbeeld weg is, want ik vond dat een heel goed programma.13 Ja, ik vind echt dat er een verschil zit tussen Het

Sinterklaasjournaal en bijvoorbeeld De Club van Sinterklaas. Ik zou De Club van Sinterklaas ook nooit zelf opzetten want dat vind ik veel te opgeblazen en te groot. En dan denk ik: het is allemaal al zo spannend en dan komt dat er ook nog eens bij en ik vind dat Het Sinterklaasjournaal dat juist op een hele leuke en rustige manier doet. Dus, ik hoop dat ze het blijven doen.

Olav, op de achtergrond: De Club van Sinterklaas was ook echt met gemeneriken. Daar gaat het niet gewoon alleen over Sinterklaas.

S: Ja, dat is ook wel een goeie ja. Daar zitten altijd boeven bij. Ja, het is dan altijd: “wij”/”zij’. Wij tegen de rest. En bij Het Sinterklaasjournaal zitten er nooit boeven in. Er zitten weleens gekke, rare mensen in. Mensen die een beetje raar doen. Dat je denkt: “He, wat een malloten!” Maar, het zijn altijd een beetje mensen waarvan je denkt: nou, daar komt toch niets van terecht en dat werkt heel vertrouwwekkend. Terwijl, als je echte boeven hebt, die echt wat gemeens gaan doen, dan wordt het echt naar.

J: En waaraan merk je bij Het Sinterklaasjournaal dat ze zorgvuldig omgaan met de spanning van de kinderen?

S: Nou ja bijvoorbeeld bij die discussie over Zwarte Piet. Daar is echt over nagedacht. Het sluit goed aan bij de belevingswereld van kinderen. En het programma is gewoon veel minder schreeuwerig. Het is wat rustiger allemaal. En bijvoorbeeld bij dat item, wat jij de vorige keer hebt gemaakt, met al die korte nieuwtjes: dat zijn allemaal hele

eenvoudige, leuke dingen.14 Het hoeft niet groot te zijn. Het blijft veel meer bij de

belevingswereld van het kind en dat vind ik belangrijk. En daar kijken ze bij de Publieke Omroep veel beter naar dan bij de commerciëlen.

J: Ik begrijp wat je bedoelt. Zou je misschien kunnen beschrijven hoe een uitzending van

Het Sinterklaasjournaal is opgebouwd?

S: Even denken hoor. Dat is natuurlijk al weer eventjes geleden. Ja, eerst wordt altijd even uitgelegd wat we vandaag allemaal gaan zien. En je krijgt volgens mij ook altijd een korte terugblik van wat er gisteren is gebeurd. En er zit ook altijd zo’n verhaallijn in met die ‘Huispiet’. Ja, die telt altijd verkeerd. Dat is altijd heel grappig. Dan denk je altijd weer: “Wat een domme ‘Huispiet’.” Er is altijd een verhaal van cadeautjes die ergens

13 Vanaf 1 januari 2016 is Sesamstraat verplaats naar het themakanaal NPO Zappelin Xtra. Het kinderprogramma moest wijken voor een ander televisieprogramma: Tijd voor Max (NOS 5 november 2015).

14 In 2014 liep ik stage bij Het Sinterklaasjournaal en was ik onder andere verantwoordelijk voor de foto’s in de rubriek ‘Kort’. Ik heb toen ook Benthe, de dochter van Susanne, gefotografeerd.

rondzwerven. ‘Het Korte Nieuws.’ ‘Het Weer’ vonden we dit jaar ook wel erg leuk met die meneer van de Jakhalzen, volgens mij.15 Ja, ik denk dat dat het wel een beetje was.

J: Hoe vaak kijken de kinderen eigenlijk naar het programma?

S: Elke dag. En als ze al een aflevering missen, dan vinden ze dat jammer en willen ze het heel graag inhalen. Met Ziggo kon je het dan opnemen. Maar, elke aflevering wordt gezien.

J: En doen ze daarnaast nog iets met het programma? Want het programma heeft bijvoorbeeld ook een website…

S: Ja, dat weet ik. Maar, dat hebben we niet gedaan. We proberen het schermgebruik, iPads en social media en zo, zoveel mogelijk te beperken. Kijk, ik snap wel dat Het Sinterklaasjournaal meegaat in die nieuwe dingen, maar dat heb ik heel bewust

afgehouden. Want ik vind het genoeg dat we ernaar kijken. Ik denk dat de website wel heel leuk is hoor. Want die van Sesamstraat was ook altijd heel interactief en leuk en leerzaam. Maar, ik heb expres gedacht: die schermtijd is nu even voldoende. Je hoeft niet ook nog op de website.

J: Kijken jullie met het hele gezin naar Het Sinterklaasjournaal?

S: Het is meestal om 18.00 uur geloof ik en meestal zetten we het programma dan op pauze en dan gaan we eerst eten. Daarna gaan wij (Susanne en Jeroen) opruimen en dingetjes doen. Ik wil er eigenlijk altijd wel bij zitten en Jeroen ook, maar we kiezen er dan vaak voor dat de een erbij gaat zitten en de ander andere dingen doet. Maar, eigenlijk willen we het allemaal wel zien, ha, ha!

J: En waarom willen jullie het allemaal zien?

S: Ja, het is gewoon leuk! En het is grappig. Dat willen we echt meemaken met elkaar.

J: En als het programma dan voorbij is, hebben jullie het er dan nog over met de kinderen?

S: Jazeker. Bijvoorbeeld toen jij het ‘Korte Nieuws’ maakte. Toen herkenden ze heel veel mensen en gingen ze daar heel veel over napraten. Even denken hoor…

J: Vorig jaar was er bijvoorbeeld iets met Witte Wieven, vinden ze zoiets dan ook spannend?

S: Ja! Benthe vond dat niet spannend, maar Olav, de oudste, vond dat wel spannend. Daar hebben we toen veel over gepraat. Ja, goed dat je dat even zegt want dat was ik weer vergeten, maar dat vond Olav wel spannend. Dus toen heb ik dat wel uitgelegd. En hij is dan nu 9 dus hij kon het op een gegeven moment wel plaatsen, maar er zitten weleens spannende dingen in ja.

J: En doe je verder ook iets met de ontwikkelingen in het programma bij de manier waarop je zelf Sinterklaas viert?

S: Ja, dat doen we wel. Ze zeggen dan weleens in het programma dat de kinderen een tekening in hun schoen kunnen doen of dan wordt er bijvoorbeeld met letters gestrooid. Dat hebben ze dan een keer gezien en dat vinden ze dan heel leuk. Dus elk jaar doen we wel een keer iets met letters strooien. Ja, wat dat betreft is het zo gevarieerd dat je er wel wat uit kan pakken.

J: Hoe vieren jullie het sinterklaasfeest eigenlijk?

S: We beginnen met over Sinterklaas praten als Het Sinterklaasjournaal begint en dat is volgens mij rond Sint Maarten. En dan mogen ze dus elke keer kijken. Een keer in de week mogen ze hun schoen zetten. En dat doen we heel bewust op zaterdagochtend, want dan slapen ze in ieder geval op zondag wel uit anders worden ze te vroeg wakker.

15 In 2015 verzorgde Erik Dijkstra, oud-Jakhals van De Wereld Draait Door, af en toe het item ‘Het Weer’ in Het Sinterklaasjournaal als het personage ‘Jan Boerefluitjes’ (Het Sinterklaasjournaal

En Sinterklaas zelf doen we altijd bij oma en dan komen er allemaal zakken met cadeautjes. Maar, aankomend jaar is het het eerste jaar dat ze allemaal niet meer geloven dus misschien gaan we dan wel lootjes trekken.

J: En doen ze op school nog iets met Het Sinterklaasjournaal?

S: Nee, ze doen daar niets mee. Ze zitten op een vrije school en daar doen ze er niets mee, maar het schijnt dat ze op andere scholen er wel meer naar kijken. Maar, ik vind het prima zo hoor. Want het is wel een hele drukke periode. We hebben dan ook nog twee verjaardagen er tussenin. Dus ik vind dat je dat ook op een gegeven moment een beetje moet beperken. Het moet niet drie wekenlang de hele dag door Sinterklaas zijn want dan zijn de kinderen kapot aan het einde. Mijn kinderen in ieder geval. Omdat ze het zo leuk vinden.

J: En hoe vieren de kinderen het precies op de vrije school?

S: Ze mogen altijd een keer hun schoen, in het geval van de vrije school: hun slof, zetten. Dat is denk ik de week van tevoren. Ze doen Sinterklaas altijd heel eenvoudig, zonder luidsprekers of zoiets. Sinterklaas komt gewoon aanlopen en die gaat naar binnen en die gaat eerst in de centrale ruimte zitten. Dan gaan ze allemaal liedjes zingen en zo. En daarna gaat hij de kleuterklassen langs, maar hij gaat niet naar binnen want dat vinden de kinderen spannend. En de Zwarte Pieten gaan altijd over het dak. Dat vinden ze altijd heel leuk. En dat zijn dan eigenlijk de zesdeklassers die verkleed zijn.16 Dus dat

is ook wel leuk. Maar, ze doen het allemaal heel eenvoudig en dat vind ik wel belangrijk. Het is al spannend genoeg voor die kinderen. Dus: ga het niet heel erg opblazen of heel groot maken of met muziek buiten heel hard.

J: Er is natuurlijk nu veel discussie over Zwarte Piet in Nederland. Kan je me uitleggen waar die discussie over gaat?

S: Ja, dat gaat over ons verleden. En waar de rol van Sinterklaas vandaan komt en de rol van Zwarte Piet en dat dat ongelijkwaardig zou zijn. Daar gaat het over en of we daarin mee moeten gaan of dat je dan discrimineert.

J: En wat vind jij daarvan?

S: Ja, ik praat natuurlijk niet vanuit mijn achtergrond: ik heb geen donkere huidskleur of zo. Maar, ik kan me voorstellen dat mensen van buitenaf dat lastig vinden. Dus dat andere landen denken: “Wat is dit voor raar feest?” Maar, ik denk dat heel veel kinderen en ouders helemaal niet met die blik naar Zwarte Piet kijken. Die denken helemaal niet dat Sinterklaas iemand is die de macht heeft over Zwarte Piet. En ik zie het meer als een traditie, waar niks verkeerds aan zit. Voor mij zit er geen vorm van discriminatie meer in. Maar, wat ik wel leuk vind is dat Het Sinterklaasjournaal op een gegeven moment heeft bedacht dat de Pieten door de schoorsteen komen en dat ze daardoor allemaal vegen hebben. Dat vond ik een hele leuke. Ik denk: “Nou, zo kan het ook.” Het hoeft niet helemaal zwart, het kan ook met zwarte vegen. Dus dat heeft mij ook wel een beetje geholpen bij het uitleggen naar de kinderen. Maar, voor mij hoeft het niet weg en voor mij hoeft Zwarte Piet niet een hele andere rol te krijgen.

J: Dus als het figuur zich ontwikkelt kan dat wat jou betreft door middel van roetvegen?

S: Ja, ik vind die roetvegen wel een hele mooie. Daar heb je ook een soort verklaring voor. Ook bij die kleine kinderen. Ik vind de regenboogkleuren ook leuk. Vind ik ook goed, maar dan moet je daarvoor ook weer even bedenken hoe dat dan zo is gekomen. Voor als kinderen vragen gaan stellen. Nou ja, misschien zijn ze dan via de regenboog in de schoorsteen gekomen of zo, dat kan ook nog. Ha, ha! Maar, het is wel leuk om daar dan zo’n zelfde verhaal bij te hebben.

16 Op vrije scholen heten de groepen anders dan op de meeste basisscholen. ‘Klas 6’ is wat op de meeste basisscholen ‘groep 8’ wordt genoemd (Vrije School Michael Zwolle: Ons onderwijs).

J: Wat vind je de rol van Het Sinterklaasjournaal in die discussie?

S: Ik denk dat Het Sinterklaasjournaal daar zeker een rol in heeft gehad, door vrij neutraal te blijven, maar toch hun eigen weg te gaan. En ik zie wat Het

Sinterklaasjournaal doet toch een beetje als ‘de waarheid’ en de een die gaat veel meer de ene kant op, van het moet gewoon blijven en de ander gaat de andere kant op. Maar, als we Het Sinterklaasjournaal een beetje volgen, niet dat ik altijd letterlijk dat soort dingen maar blindelings volg hoor, maar dan komen we er wel uit. Ja, ik vind zeker dat ze daar wel een leidende rol in hebben.

J: En vind je ook dat dat moet, als programma van de Publieke Omroep?

S: Ja, dat vind ik wel, ja. Ik vind dat je best daar stelling in mag nemen en dat je vooral daarin je eigen weg mag gaan als Publieke Omroep. Ik vond het heel goed dat ze dat gedaan hebben. Dat ze zich niet helemaal mee hebben laten voeren, maar gewoon, zo zie ik het tenminste, hebben besloten: “Wij denken dat dit het goeie pad is en dat gaan we volgen.”

J: Oke, vind je ook dat over Zwarte Piet een beslissing moet worden genomen door iemand?

S: Nou, ik denk dat het ook een soort organisch proces is. Dat heeft tijd nodig om zich te ontwikkelen. En ik denk niet dat je van buitenaf kan zeggen: “Zo gaan we het doen” of “Nu schaffen we het af.” Ik denk dat dat zich moet ontwikkelen. Iedereen moet eraan wennen. Autochtone Nederlanders moeten eraan wennen, maar allochtonen moeten er misschien ook een beetje aan wennen. Ja, ik denk dat je dat langzamerhand en ook per situatie moet bekijken. Want in Amsterdam bijvoorbeeld mochten er, wat was het ook al weer, geen Zwarte Pieten meer of alleen gekleurde Pieten, zoiets. En ik denk dan: “Nou, misschien is dat voor Amsterdam een goeie oplossing, maar dat hoeft niet voor Zwolle een goeie oplossing te zijn.” Dus kijk ook naar de situatie waarin mensen zitten.

J: Als Sinterklaas aankomt, gaan jullie dan hier in de stad kijken of kijken jullie de intocht op televisie?

S: Nou, dat wisselt een beetje. Ik had me eigenlijk voorgenomen om wat vaker hier naar de intocht te gaan. Maar ja, soms komt het gewoon niet uit. En ik denk soms ook dat je wel, zeker als je hele kleine kinderen hebt, de intocht beter op TV kunt kijken. Want dat is heel overzichtelijk. In plaats van dat in heel veel drukte Sinterklaas een keer

langskomt, maar nu ze ouder zijn, zijn we volgens mij twee keer, nee zelfs maar een keer, naar de intocht geweest. Eigenlijk moeten we volgende keer toch weer even gaan. Ha, ha!

J: En als de intocht dan hier thuis bekeken wordt, gaan jullie het dan met z’n allen kijken?

S: Als het kan wel ja. Maar ja, soms heb je een andere activiteit. Ik heb het ook weleens teruggekeken toen ik er niet bij zat, ha, ha! In m’n eentje bedoel ik, he. Ha, ha! Dat is altijd leuk om te zien. Want de clou zit natuurlijk altijd in de intocht: van hoe het uiteindelijk afloopt. En ja, ik vind het gewoon een gezellig programma. Leuk om te zien