• No results found

Structuurbepaling en -geleiding

In document A.1 Het Technisch Vademecum Bomen (pagina 30-34)

D Eigenschappen en functies van bomen

D.1.4 Structuurbepaling en -geleiding

Door de aandacht te trekken geleidt een boom de blik in de richting die de beheerder of ontwerper in gedachten had. Op deze manier versterken bomen structuren en lijnen zoals zichtassen in parken en openbaar groen. Op een grotere schaal hebben ze hetzelfde effect in de stad of het open landschap. Ze Kapelbomen zijn vaak lindes.

39 Eigenschappen en functies

leveren contrasten door hun kleur, textuur en vorm. Als structuurdrager maakt een boom de structuur leesbaar. Op deze manier zorgen bomen ook voor verkeersgeleiding en voor het verzachten van het kunstmatige en harde aanzicht van de stad.

Omwille van deze belangrijke functie moet het aanplanten van bomen goed overdacht worden. Gezien zijn zeer lange levensduur kan een verkeerd aangeplante boom voor lange tijd zaken verbergen die net gezien moesten worden of omgekeerd dingen benadrukken die je liever verstopt had. Een boom kan op de voorgrond treden of een achtergrond vormen. Bij correcte inplanting (en dus planning) bieden bomen een sterke opwaardering van pleinen, speelpleinen en woonwijken. Bij een verkeerde inplan-ting zal een boom altijd een bron van problemen blijven. Bomen kunnen ook gebruikt worden om ge-leding en onderscheid van wijken en stadsdelen zichtbaar te maken of net een structurele binding van de diverse stadsdelen duidelijk te maken. Op een lager niveau bepaalt de boomsoortkeuze of straten al dan niet als een eenheid gezien worden.

De architecturale eigenschappen van bomen worden dankbaar gebruikt bij het inrichten van parken en openbaar groen en dit zeker in de stad. Bomen kaderen scènes, leiden blikken, doorbreken ruimtes of definiëren deze net. Bomen zijn echter geen ondoorzichtige obstakels. Hun verschijning omvat zoveel meer subtiliteiten, gaande van het fijne takkennetwerk met een grote doorzichtigheid in de winter tot de diepgroene ondoorzichtige massieven die bomenrijen ’s zomers zijn, met daartussen eindeloze variaties.

Bomen kunnen een veiligheidsrisico betekenen. Mensen moeten echter op een veilige, ongehinderde manier kunnen gebruik maken van de openbare ruimte. Het bomenbeheer moet hierop afgestemd worden. Voor straat- en laanbomen en dreefbomen bijvoorbeeld moet de takvrije stamlengte en de breedte tussen de bomenrijen aangepast zijn aan de gebruikers van de weg, zodat de takken geen gevaar opleveren. Omgekeerd moeten bomen langs wegen beschermd worden tegen verkeerd of on-rechtmatig gebruik. Zo gaan veel monumentale bomen verloren door te zwaar verkeer te dicht tegen de bomen, door onderhoudsverkeer of door evenementen in parken.

De verticale structuur van de hoogbouw wordt benadrukt door het gebruik van piramide-eiken.

40 Eigenschappen en functies

D.1.5 Educatie

Door mensen te betrekken bij het beheer kan een zekere responsabilisering bekomen worden. Als iedereen zich betrokken voelt met het welzijn van de bomen in zijn omgeving, zowel in de stad als in parken, kan dit het draagvlak voor het gekozen beheer alleen maar vergroten. Als het om bomen gaat, zien we heel vaak ‘not in my backyard’ gedrag. Iedereen wil graag in een groene omgeving wonen, maar niet als de boom een stuk van hun tuin overschaduwt of blaadjes en vruchten laat vallen in de voortuin. Door participatie kan het draagvlak voor openbaar groen gevoelig verhoogd worden en kan opnieuw gekozen worden voor kwaliteitsvolle bomen in plaats van zoals nu maar al te vaak voor kleine, onderhoudsintensieve en meestal kwaliteitsloze bomen.

Het beheer van openbaar groen wordt als referentie gebruikt: mensen kopiëren de werkwijzen die wor-den toegepast in het openbare domein en bij bomen. Beheerwerken aan bomen hebben daarom een niet te onderschatten educatief neveneffect, ook voor het bomenbeheer in privé-tuinen. Mede daarom moet het bomenbeheer gestoeld zijn op kennis en kunde en moet bij werken aan bomen kwaliteit altijd als vertrekpunt gekozen worden.

Los van het educatieve van het beheer is er ook het ecologische educatieve luik, vooral voor kinderen.

Bomen zijn organismen die een grote levensgemeenschap ondersteunen en zijn bijgevolg een dank-bare kapstok om kinderen een aantal ecologische basisprincipes mee te geven, die bovendien aansluit bij hun leefwereld. Bomen zorgen daarnaast voor een zekere binding met de natuur en met de seizoe-nen, waardoor ook het algemene natuurbewustzijn vergroot.

Mensen kopiëren de werkwijzen die toegepast worden op het openbaar domein naar hun eigen tuin.

41 Eigenschappen en functies

D.1.6 Wetenschap

Voor het behoud van de genetische diversiteit van boomsoorten hebben parken en openbaar groen een grote rol, vooral door de aanwezigheid van vele oude bomen, vaak van een zeldzame soort of culti-var. Om die genenpool niet verloren te laten gaan, kan een collectie van bomen aangelegd worden, als solitairen aangeplant doorheen een park (eventueel enkel soorten en cultivars uit één geslacht). Voor een oude boom afsterft, kunnen vruchten geoogst of stekken genomen worden, zodat genetisch exact hetzelfde oude type heraangeplant kan worden.

Een andere mogelijkheid is de aanleg van een arboretum, met solitairen of bomengroepen. Waar ar-boreta in oorsprong dienden om de gebruiksmogelijkheden van vreemde boomsoorten in ons klimaat te onderzoeken, hebben deze nu vooral een educatieve waarde (Meer info in publicatie ‘Arboreta’ van ANB).

Oude bomen of terreineenheden met oude bomen zijn ook waardevol als moedermateriaal voor au-tochtone bomen en struiken. Dit zijn bomen en struiken die zich na de laatste ijstijd spontaan bij ons gevestigd hebben en zich dus optimaal aan onze klimaatomstandigheden aangepast hebben.

Ook moet er tot op zekere hoogte ruimte zijn in het openbaar groen voor proefprojecten zoals het aanplanten van nieuwe soorten of variëteiten of het gebruiken van nieuwe technieken bij aanplanting en beheer. Uiteraard enkel als dit op een goed onderbouwde manier gebeurt.

In een arboretum wordt een systematische collectie aangelegd van verschillende boomsoorten.

42 Eigenschappen en functies

In document A.1 Het Technisch Vademecum Bomen (pagina 30-34)