Samenvatting 1
Het eerste diepte-interview afgenomen in het Groninger Museum is met de 61 -jarige Frans. Frans heeft Pabo gestudeerd op HBO-niveau. De laatste tijd bezoekt hij vrij regelmatig een muse a, gemiddeld één keer per week. Hierbij vindt het het belangijk welke tentoonstellingen er te zien zijn en hoe deze zijn gepresenteerd. Hiernaast houdt hij ervan als musea iets meer in hun
tentoonstellingen stoppen, zo gaf hij beeldende kunst bij een tentoonstelling in Amsterdam als voorbeeld. Hiernaast vindt hij video ook veel toevoegen, je wordt er meer bij betrokken. Een struikelblok vindt hij de drukte en herrie in het museum (denk aan foto's en luide rondleidingen). Het bezoek draait uiteindelijk om de ervaring en het voorhouden van een spiegel aan de bezoeker, de mogelijkheid om op te gaan in de kunst.
Nieuwe techniek en media in het museum is hem wel opgevallen maar hij doet er zelf niet zo vaak aan mee. Liever bekijkt hij zelf het schilderij en zoekt het eventueel van tevoren of na afloop informatie op, niet tijdens het museumbezoek zelf. Wel zou hij eventueel een audiotour doen maar niet tijdens het eerste bezoek. In het Groninger Museum weet hij niet welke techniek/ media is ingezet en hij heeft nog nooit van de Beacontechnologie gehoord. Wel geeft hij aan, na de
toelichting, het erg interessant kan zijn voor bepaalde doelgroepen maar niet zo zeer voor hem zelf, wellicht in de loop van tijd. Wel is hij ervan overtuigd dat het veel kan toevoegen voor een museum. Hij vindt het belangrijk dat je zelf kan kiezen of je er gebruik van maakt of niet. Als we kijken naar de toepassingsmogelijkheden rondom deze technologie geeft hij aan de toevoeging van social media interessant te vinden, kijken wat de medebezoekers van de kunstwerken vinden. De huidige inzet van de app vindt hij qua uiterijk passen bij het museum en Arial is een fijn, vast lettertype. Hij vindt te vens dat niet alle kunstwerken vertegenwoordigd hoeven te worden in het museum maar dat een aantal uitgelichte kunstwerken voldoende zijn. De indeling redelijk
toegangbaar voor Frans en daar hoeft volgens hem niet veel aan veranderd worden. De informatie die hij bij kunstwerken interessant vindt komt neer op het idee van de kunstenaar. Zolang het gebruik optioneel blijft ziet Frans het zichzelf wel een keer testen in het museum.
Samenvatting 2
Bij dit diepte-interview is er in het Groninger Museum gesproken met twee respondenten. Bas van 62 uit Breugel met een universitaire achtergrond. Samen bezoeken zij ongeveer maandelijks een museum waarbij het dagje uit centraal staat. Hierbij gaat het om de ervaring en de interesse: om de curiositeit te bevredigen en de verwondering weer te geven. Bij de kunstwerken gaat het ook vooral om de context: de tijdsgees t, de kunstenaar, het idee achter het kunstwerk etc. Vandaag hebben ze gekozen omdat Bas in Groningen heeft gestudeerd en hij al een tijd niet in Groningen is geweest en hij had het museum nog nooit bezocht.
Hij is zelf net een uurtje aanwezig in het museum en weet niet veel over de toevoeging van nieuwe media en techniek in het museum, het is beide respondenten niet opgevallen. Ook hebben ze beiden nog nooit van iBeacons gehoord. Hij vraagt zich af hoe hij dat had kunnen weten als het nergens staat aangegeven in het museum, hij heeft de huidige uitingen over het hoofd gezien. Als we het hebben over de toepassingsmogelijkheden was de respondent een beetje overweldigd, hij gaf aan geen enkele app op zijn telefoon te gebruiken en dat dit wellicht iets is voor de jongere bezoekers van het museum. Wel geeft hij aan dat hij zelf vindt dat hij hiermee aan de slag loopt, hij vindt van zich zelf dat hij achter loopt op de tijd. Meer achtergrondinformatie bij kunstwerken vind hij wel fijn tijdens het museumbezoek, het thuis nogmaals bekijken. Hiernaast kan een app vooral jongere doelgroepen aanspreken volgens beide respondenten: het gaat om de manier van aanspreken en betrekken.
De huidige vormgeving van de app vinden de respondenten passen bij het Groninger Museum, voornamlijk door de grote foto van het museum op het beginscherm. Qua indeling vinden de respondenten de boel vrij ingewikkeld, het menu is bijvoorbeeld niet te vinden: mag duidelijker, meer als een website. Hiernaast gaven ze beiden aan dat meerdere talen erg belanglijk zijn. Bij de kunstwerken op de app vindt hij eenheid in het bieden van informatie belangrijk: er moet in ieder geval één laag van consistentie zijn, hierbij kunnen de tweede en derde lagen weer verschillen. Ook geeft hij aan dat er bij de inzet rekening gehouden zal moeten worden met een bepaalde doelgroep, 'dé museumbezoeker' bestaat niet. Bas gaf aan het fijn te vinden om wat structuur tijdens het museumbezoek te hebben, weten waar je begint en welke route je moet nemen om in een logische volgorde door het museum te lopen, zelf gebruikt hij vaak de pamfletten met informatie die in het museum zelf te verkrijgen zijn: de Groninger Museum app zou hier ook een bijdrage aan kunnen leveren. Hiernaast worden detailfoto's genoemd als een interessante toevoeging, focussen op details die je normaal gesproken misschien over het hoofd ziet. De respondenten vinden dat er van alle kunstwerken in ieder geval iets te vinden moet zijn op de app en geven aan dat er op deze manier ook kunstsuggesties gegeven kunnen worden.
Beide respondenten geven aan dat ze eerst nog even moeten leren voordat ze gebruik zouden maken van deze technologie. Ze denken dat de bezoekers die 'app -minded' zijn dit erg interessant zouden kunnen vinden maar zijn hier zelf gewoon vrij weini g mee bezig. Wellicht als ze meer 'geëvalueerd' zouden zijn op dit gebied en van tevoren zouden weten wat deze app/ technologie kan toevoegen dat ze wellicht wel een poging zouden wagen. Ze zitten simpelweg niet in die wereld.
Samenvatting 3
De derde gesproken bezoeker van het Gronigner Museum is de 41-jarige Irma uit Amersfoort, heeft maatschappelijk werk gestudeerd op HBO niveau. Zij bezoekt zo'n vijf maal per jaar een museum en is sinds kort in het bezig van een museumjaarkaart, waardoor ze verwacht wat vaker een museum te bezoeken in de toekomst. Hierbij vind ze het boeiend om in een museum te zien hoe mensen hun omgeving bekijken en hoe ze daar vorm aan geven, ze geeft aan dat het niet perse om educatie gaat. Hierbij draait het om gezelligheid, ze gaat vaak met een vriendin: ze ziet het als
een dagje uit. Irma heeft de keuze gemaakt voor het Groninger Museum omdat ze toevallig in de buurt was.
De respondent geeft aan niet zo zeer op de hoogte te zijn van nieuwe ontwikkelingen als we het hebben over media en techniek in musea, al geeft ze wel aan af en toe de audiotour raad te plegen. Hierbij vindt ze het belangrijk dat ze zelf kan kiezen waarbij ze extra informatie zou willen horen en waar niet, het heeft dus een ondersteunende rol op het museumbezoek. Verder begrijpt ze goed dat musea met de tijd meegaan en blijven experimenteren met nieuwe media, hienaast blijkt het dat ze tijdens haar bezoek aan het museum niet heeft gezien wat het Groninger Museum zelf biedt als we het hebben over nieuwe techniek en m edia.
Na een korte introductie over de Beacontechnologie en de mogelijkheden rondom deze technologie was de respondent een beetje overdonderd. Ze geeft aan dat ze zich kan voorstellen dat je aan de hand van zo'n app misschien meer betrokken raakt bij de tentoonstellingen. Hiernaast geeft ze aan het interessant te vinden dat bepaalde koppelingen gelegd zouden kunnen worden, hiermee doelt ze op het bieden van suggesties op basis van waar je als bezoeker bijvoorbeeld lang hebt gestaan in het museum. Ze geeft tevens aan het wel een keer te zou willen proberen in het museum, hierbij noemde de respondent de volgende toepassingsmogelijkheden: de indoor GPS/ plattegrond, het weergeven van detailfoto's, de tourfunctie, social media en de kunstsuggesties.
De huidige inzet van de app ziet ze als passend bij het museum al geeft ze aan de vormgeving een beetje ouderwets te vinden. Het Groninger Museum maakt meer gebruik van leuke en speelse accenten die de app een beetje mist. Als we het hebben over de indeling van de ap p blijkt het dat het voor de respondent vrij onduidelijk is. Zelf denkt ze dat als de app eenmaal up -and-running is dat zou ze weten hoe ze het zou moeten gebruiken maar het menu weet ze bijvoorbeeld niet te vinden. Hiernaast vindt ze de consistentie van informatie in de app zelf niet heel belangrijk al zal de dekking qua kunstwerken wel compleet moeten zijn. De informatie die ze graag bij kunstwerken en tentoonstellingen leest is het thema, de tijdsperiode en het achterliggende idee van de kunstenaar zelf. In het museum zelf heeft ze alle vormen van communicatie rondom dit medium over het hoofd gezien.
Samenvatting 4
Tijdens dit diepte-interview is er gesproken met Wim: 53 jaar oud, uit Wageningen, hoog opgeleid (wetenschappelijk onderwijs). De respondent bezoekt zo'n viermaal per jaar een museum en doet dit voornamelijk om lekker een dagje uit te gaan, soms alleen, soms met de kinderen. Vandaag heeft hij gekozen voor het Groninger Museum omdat hij in de buurt was en al bekend is met het museumgebouw. Hiernaast wist hij al dat de expositie van Werkman nog te zien was waar hij erg benieuwd naar was. Hierbij zoekt hij vaak van tevoren geen informatie op, vaak gaat hij naar al bekende plekken, wél heeft hij even snel de website bekeken. Hiernaast geeft hij aan n a afloop uit nieuwsgierigheid soms nog wel eens wat extra informatie opzoekt over de kunstwerken of kunstenaars.
Als we het hebben over nieuwe techniek en media in musea gaf Wim aan dat het hem is opgevallen dat musea steeds vaker gebruik maken van video e n computeranimatie, al maakt dit
vaak deel uit van de tentoonstelling zelf. Hiernaast heeft hij audiotours ook vaak voorbij zien komen, dit wil hij ook zelf nog wel eens gebruiken, hetzelfde geldt voor 3D toevoegingen op de tentoonstellingen. Hij maakt geen vast gebruik van dit soort toevoegingen, dat hangt af van de inzet. Over de toe voegingen in het Groninger Museum weet hij niet veel te vertellen, ook heeft hij nog nooit van de Beacontechnologie gehoord.
Na een toelichting over de techniek en de verschillende mogelijkheden voor een museum gaf de respondent aan de Beacontechnologie erg interessant te vinden al weet hij niet zeker of hij het zou gebruiken: hij denkt dat het misschien af kan leiden van de kunstwerken zelf. Hierbij geeft hij aan dat zijn kinderen dit zeker interressant zouden vinden. Voor het eigen gebruik gaf hij aan de indoor GPS functie wel practisch te vinden, hij vindt het Groninger Museum maar onlogisch af en toe. De huidige versie beschrijft Wim als helder en strak. Ook het lettertype zier er volgens hem helder en duidelijk uit. Hierbij geeft hij aan websitebouwer te zijn, voor hem is de indeling dan ook prima te volgen al laat hij wel weten dat dit misschien niet voor alle bezoekers zo vanzelfsprekend zal zijn: een duidelijke menu-button zal wellicht handig zijn. Over de inzet geeft hij aan de toegevoegde waarde goed te begrijpen, wel denkt hij dat alle kunstwerken gedekt zouden moeten worden met de app: niet iedereen zal dezeflde kunstwerken willen opzoeken. De communicatie -uitingen rondom het medium heeft hij niet gezien.
Samenvatting 5
Hugo is de vijfde respondent die gesproken is in het Groninger Museum. Hij is 46 jaar en komt uit Zutphen, heeft een WO studie gevolgd. Hugo bezoekt zo'n zes keer per jaar een museum maar geeft aan de laatste paar jaren wat minder in een museum te vinden is, door een verhuizing en een vol werkrooster. Hij gaat graag naar musea toe om nieuwe dingen te zien en inspiratie op te doen, hierbij geeft hij aan het fijn te vinden om er op deze manier even tussenui t te gaan. Als hij zijn kinderen mee neemt vindt hij educatie ook belangrijk. Vandaag heeft hij gekozen voor het Groninger Museum omdat hij met zijn werk toevallig in de buurt was en het meteen kon combineren. Voordat hij een museum bezoekt zoekt hij vaak even op wat er te zien is maar vandaag was hij simpelweg in de buurt.
Als we het hebben over nieuwe media en techniek in musea geeft de respondent aan te zien dat musea hier wel mee bezig zijn, het ene museum natuurlijk meer dan het andere museum. Hierbij geeft hij aan te begrijpen dat musea mee willen gaan in de tijd en hij kan dit dan ook goed waarderen. Zelf maakt hij hier en daar gebruik van deze toevoegingen, niet tijdens het gehele bezoek maar af en toe als ondersteuning van een tentoonstelling of ku nstwerk. Hugo heeft verder geen benul van de inzet van techniek en media door het Groninger Museum, van te voren heeft hij er niks over gelezen en tijdens zijn bezoek is hem niks opgevallen: hij vindt het Groninger Museum in dat opzicht vrij traditioneel.
Ook van de iBeacon heeft de respondent nog nooit gehoord. Na verdere uitleg over deze technologie geeft Hugo aan de potentie voor musea goed te begrijpen. Hij denkt dat het voor groepen vooral erg leuk kan zijn. Zelf geeft hij aan niet de persoon te zijn di e altijd op zoek is naar het nieuwste apparaatje en dat hij er dus ook niet zo zeer op gefocust is tijdens zijn
museumbezoek, maar als het iets extra's of ondersteunends kan bieden kan het interessant zijn. Hij denkt dat de spelfunctie voor bezoekers met kinderen erg handig kan zijn, een andere manier van de bezoekers bij de tentoonstellingen betrekken. Voor hem zelf zou hij de indoor GPS functie fijn vinden.
Over de vormgeving van de huidige inzet maakte Hugo de vergelijking met het Rijksmuseum, hij vindt de app er erg traditioneel uit zien. Het Groninger Museum is veel speelser en kleurrijker. Hij geeft aan dat het belangrijk is om de app zo makkelijk en overzichtelijk mogelijk te maken in het gebruik, gezien de doelgroep die op dat moment aanwezig was in het museum. Zelf denkt hij dat hij de app zonder problemen zou kunnen gebruiken. Hij geeft aan het verwarrend te vinden als niet alle kunstwerken vertegenwoordigd worden op de app, hij denkt dat dit zal leiden tot teleurstelling bij gebruikers. Aan de andere kant hoeft de informatievoorziening volgens de respondent niet overal hetzelfde te zijn, de afwisseling past ook bij het veelzijdige museum. De informatie die hij graag ziet bij een kunstwerk komt neer op de stroming en het idee achter de kunstwerken.
Samenvatting 6
De volgende gesproken respondent in het Groninger Museum heet Janneke, 47 jaar oud, komt uit Schiedam en is tijdens een weekendje Groningen met haar dochter op bezoek in het museum. Ze was zelf al bekend met het museum en dit is dan ook niet haar eerste bezoek, ze houdt van het aparte gebouw en de wisselende tentoonstellingen. Bij een museumbezoek vindt ze het belangrijk dat het niet te donker en serieus is, een museum moet open en verwelkomend zijn. Hiernaast is afwisseling belangrijk. Voordat ze een museum bezoekt zoekt ze vaak de filmpjes rond de tentoonstellingen op om een beeld te krijgen van wat ze kan verwachten.
Als we het hebben over het gebruik van nieuwe technieken en media in musea geeft Janneke aan dat dat haar eigenlijk nooit is opgevallen. Een audiotour of een andere toevoeging slaat ze vaak over, liever gaat ze zelf op onderzoek uit. Wel geeft ze aan bij kunstwerken graag wat extra informatie te lezen maar dat doet ze dan vaak op haar eigen manier: ze wilt nergens aan vast zitten. Over de toevoeging van media en techniek in musea in het Groninger Museum weet Janneke niet veel te vertellen, ze heeft het infocentrum even met haar dochter bekeken maar daar is het ook bij gebleven. Ze geeft aan het vervelend te vinden eerst al die ap paraten uit te moeten vogelen: informatie kan ze thuis ook opzoeken, daarvoor gaat ze niet naar een museum. Na het gehad te hebben over de Beacontechnologie blijkt het dat de respondent daar een beetje zenuwachtig van wordt, ze voelt zich een beetje in de gaten gehouden door al die technologieën: ze krijgt er een 'big-brother' gevoel van. In een museum krijgt ze al zo veel indrukken dat ze meer informatie alleen maar overweldigend zou vinden, achteraf zoekt ze soms wel informatie op. Een plattegrond vindt ze wel fijn maar een pamflet met plattegrond werkt volgens haar ook prima. De huidige versie van de app vindt Janneke wel bij het museum passen al heeft dit vooral te maken met het gebruik van de foto van het museum op de homepage. Het strakke en profession ele uiterlijk vindt ze fijn om op te lezen maar vindt ze niet zo goed passen bij het Groninger Museum, hiernaast had ze de tekst liever wat groter gezien. De afwisseling van informatievoorziening (detailfoto's, video's, tekst en audio) vindt ze een goede i nzet, het houdt de boel fris. Ze geeft
tevens aan dat de dekking wel compleet zou moeten zijn, hierbij geeft ze wel aan dat je anders zelf ook gewoon het internet er even bij kan pakken. Hierbij geeft ze ook aan dat het, gezien de samenstelling van de museumbezoekers, erg gebruiksvriendelijk gemaakt zou moeten worden.
Samenvatting 7
Tijdens dit diepte-interview in het Groninger Museum is er gesproken met een stel: Jetty en Frank van 50 en 53 jaar oud, uit Limburg. Zij bezoeken samen zo'n vier musea per jaar en maken hun keuze op basis van de exposities, al was het vandaag op de gok omdat ze toevallig in de buurt waren. Ze gaan graag naar musea omdat het ze aanzet tot denken en de wereld op een andere manier bekijken, ze gaan het liefste naar moderne musea. H un keuze maken ze vaak op basis van de media: bijvoorbeeld recensies in de krant of een fragment bij 'De Wereld Draait Door'.
Nieuwe media en techniek in musea willen de respondenten nog wel eens gebruiken en
beschouwen dit dan ook als positief. Een audiotour of aanvullende filmpjes gebruiken ze wel eens maar ze geven aan liever te lezen: op deze manier bepaal je je eigen snelheid en zit je nergens