• No results found

Overzicht van de winning van delfstoffen

In document H H H IH IJ^HHHHHHHHHMHHHHHBHiV (pagina 129-135)

Overheidszorg voor den veestapel

1. Overzicht van de winning van delfstoffen

Zooals uit onderstaande tabel blijkt, zijn niet alleen de wereldmarktprijzen van nao-enoeo- alle mijnbouwproducten — behalve die van goud en aardolie — wederom gedaald, m a a r is in Nederlandsch-Indië ook de productie van vele delfstoffen verminderd.

Delfstofproducties Nederlandsch-Indië.

Delfstof 1931 1932 Tin 27 813,72 t o n 17 057,92 ton

Steenkool 1 404 4 0 4 ^ ,, 1 0 5 0 226

Goud 3 113 283 gram 2 424 848 gram Zilver 45 816 268 ,, 26 2 0 1 0 8 6

Aardolie 4 698 0501 ) t o n 6 093 164 ton

D i a m a n t 287,25 k a r a a t 267,25 k a r a a t M a n g a a n e r t s .. 14 541 ton 8 287 ton Koper joduur

" (uitvoer) .... . 189,7 ,, 204,1 ,, Asf altgesteente 2 394 ,, 850 ,,

Zwavel 1 7 1 7 » 7 6 3 8

Fosfaat HO „ v a n 27 % 2 724 „ v a n 30 %

P2O6 * . o .

Wolframiet ... 0,983 ,, v a n 68,1 % nihil WO„

Hoewel in mindere m a t e dan in 1931, hebben de mijnbouwmaatschappijenhare,

•productie in 1932 verder ingekrompen, uitgezonderd die, welke aardolie en zwavel produceerden. Deze productiebeperking geschiedde — behalve voor de tmbedrijven — vrijwillig, d.w.z. zonder voorafgaande afspraak m e t andere m n n -bouwondernemingen. ' '

Tengevolge van de sterk terugloopende tinconsumptie zagen de deelnemers aan de internationale tinrestrictie zich verplicht, die restrictie nog verder door

t e voeren. , 0 w.

Overigens moge worden verwezen naar hetgeen hierover onder Z. l m is

61 De weeskamer te Makassar zette het bedrijf der einde 1931 gefailleerde Mijn-bouwmaatschappij „ B o l a n g M o n g o n d o u " t o t November 1932 voort, waarbij oude

«lakken van de concessie Goeroepahi en eenig alluviaal erts van de concessie Tapaibekin verwerkt werden. D a a r n a is de onderneming definitief gesloten.

Ook door de Mijnbouwmaatschappij „ A e q u a t p r " werd de winning en ver-werking der goud (zilver) -ertsen wegens u i t p u t t i n g van den voorraad voor goed

stilgelegd. , . w

De ontginning door I n l a n d e r s van kolen en ertsen bleet ook m 1 9 3 i van geringe beteekenis en beperkte zich tot het wasschen van d i a m a n t m de Zuider-en Oosterafdeeling van Borneo Zuider-en h e t winnZuider-en van goud Zuider-en steZuider-enkolZuider-en langs de groote rivieren van de Westerafdeeling en Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo.

Slechts valt nog als bijzonderheid t e melden, dat in de laatste m a a n d e n van 1932 een belangrijke toeloop van Dajaks uit de binnenlanden van Borneo naar d'e Soengai L a p a n in het stroomgebied van de Boven-Kahajan ontstond, waar zij uit primair erts goud wonnen.

x) Verbeterd cijfer.

126 DE ECONOMISCHE TOESTAND.

De productie der ontginningen door I n l a n d e r s bedroeg aan d i a m a n t 267.25 k a r a a t ter waarde van f 13 762; goud 4375 gram in de Westerafdeeling en 1500 gram in de Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo en steenkolen 563, resp.

27 376 ton in de juistgenoemde residenties.

Van de overige delfstoffen werd door I n l a n d e r s op de Welirang in de residentie Malang nog ± 60 ton zwavel gewonnen, ter waarde van f 1958.

Voor verdere gegevens moge verwezen worden naar het Jaarboek van het Mijnwezen en n a a r deel I I van dit Verslag.

2. Tin.

Tin werd in 1932 door het L a n d gewonnen op het eiland B a n g k a ; door de Gemeenschappelijke Mijnbouwmaatschappij „ B i l l i t o n " , in. welke onderneming het Gouvernement voor 5/8 aandeelhouder is, op h e t gelijknamige eiland; dooi-de Singkep Tin Maatschappij op het eiland Singkep en in eene geringe hoeveel-heid door de I n l a n d s c h e bevolking nabij B a n g k i n a n g ( S u m a t r a ' s W e s t k u s t ) .

T e r r e i n .

Bangka.

Billiton.

Singkep.

Koendoer.

Koto Sebelim-bing.

0 n t g i n n e r.

Gemeenschappelijke Mijnbouwmaat-Singkep Tinmaatschappij

Ned.-Indische

Tin-Exploitatie-Maat-Totaal . . .

Tinproductie (in tonnen van 1000 kg).

1931.

17 397,21 . 9 223,05 1 169,09 24,37

27 813,72

1932.

11 450,39 4 989,20 612,38

5,96 17 057,93 M e t deze productie n e e m t Nederlandsch-Indië na Malakka en Bolivia nog steeds de derde plaats onder de wereld-tinproducenten in. De wereld-productie in 1932 bedroeg ± 94 000 ton, tegen 144 483 ton in 1931, terwijl de zichtbare tinvoörraden einde 1932 46 302 ton waren, tegen 51 769 ton einde 1931.

Tinsituatie. I n het vorig Verslag werd reeds melding g e m a a k t v a n de vorming in 1931 van oen I n t e r n a t i o n a l e Tin Eestriotie Overeenkomst, waarbij zich aansloten de Begeeringen van Nederlandsch-Indië, Malakka ( F e d e r a t e d en Unfederated Malay S t a t e s ) , Bolivia, Nigeria en Siam, en waarbij het j a a r q u o t u m voor de aangesloten landen per 1 J a n u a r i 1932 was gesteld op ± 100 000 Engelsche ton. Door den verderen terugloop der consumptie was h e t noodig eene verdere drastische beperking der productie en van den export van tin per 1 J u l i 1932 in te voeren, hetgeen geschiedde door de a a n n e m i n g van h e t z.g. gewijzigd Byrne-schema.

I n groote trekken k o m t dit schema op het volgende neer. De productie werd gedurende J u l i en Augustus 1932 of geheel gestopt öf gedurende die twee m a a n d e n onder controle vastgehouden in de landen, waar het erts geproduceerd of gewoonlijk versmolten werd. Van het aldus gecontroleerde erts of m e t a a l werd 1 0 % per m a a n d vrijgegeven in de daarop volgende 10 m a a n d e n .

M e t ingang van 1 J u l i 1932 werden de quota verminderd en wel t e z a m e n m e t 17 040 Engelsche tons per j a a r . Dit laatste k w a m neer op eene productiebeperking v a n de vijf aangesloten landen t o t op ongeveer een derde van de productie van 1929.

Daardoor werd h e t q u o t u m gebracht ingaande 1 J u n i op 81 096 Engelsche t o n e n 1 J u l i 1932 op 64 056 ton, waarop het einde 1932 nog gefixeerd was.

De in 1931 gevormde I n t e r n a t i o n a l e Tiiipool, die ± 21000 ton controleerde (welke hoeveelheid in de zichtbare wereldvoorraden is b e g r e p e n ) , bleef m 1932 in-t a c in-t I n verband m e in-t de prijssin-tijging in 1933, als gevolg v a n de in-toegepasin-te drasin-ti- drasti-sche productiebeperking, kon medio van dat jaar een aanvang worden g e m a a k t m e t de geleidelijke liquidatie van deze pool. De z.g. 2de pool, welke m J u n i 1932 werd gevormd m e t het doel tot eene spoedige stabilisatie van den tmprijs te komen, controleerde 5000 ton, doch is sedert geheel geliquideerd.

Banqkatinwinning. De productie over 1932 bedroeg n e t t o 114 417 quintalen tin tegen n e t t o 173 940 quintalen in 1931; een belangrijke teruggang m productie dus, welke een gevolg was van de internationaal overeengekomen

productie-H e t daarvoor benoodigd grondverzet was 16 583 036 m3, w a a r v a n 9 418 554 m3

werd verricht m e t behulp van grondpompen, terwijl in de baggermolenontgmmngeii 7 164 482 m: ! door 6 tinbaggermolens, 1 gewone baggermolen en 1 snijkopzuiger werden verzet. „ „ . . „ . „ . . . ,.

De ertsreserve op 31 December 1932 werd berekend op 3 324 252 quintalen tin.

D e exploitatie-uitgaven over 1932 bedroegen, -exclusief r e n t e en afschrijving, verminderd m e t de bijzondere ontvangsten en de korting op de, salarissen,

+ f 10 897 000.

~ De opbrengst van het verkochte tin bedroeg ± f 9 716 000, terwijl, tengevolge van de deelneming aan de tinpools, de tinvoorraad steeg m e t 21 417 quintalen en de waarde m e t + f 3 379 000.

"* H e t exploitatie-overschot (bruto-winst) beliep dientengevolge ± ï 119Ö 000.

Voor de afschrijving moest worden gerekend op een bedrag v a n + 1 2 286 000, terwijl de aan het L a n d uit t e keeren r e n t e over het m het bedrijf gestoken

kapitaal ± f 1702 000 heeft bedragen. r m m .

Op deze wijze becijferd, k o m t m e n dus t o t een verhes van ±.± 1 /90 000.

De boekwaarde van h e t bedrijf bedroeg einde 1932 + f 17 750 700. _

E i n d e 1932 waren bij het bedrijf werkzaam 9473 werklieden, van wie 5738 op contract m e t poenale sanctie, 1596 c o n t r a c t a n t e n zonder poenale sanctie en 2139 vrije werklieden, terwijl het beheer werd gevoerd door den bedrijfsleider m e t een personeel van 315 personen. _ ' , ' . , , ±

De gezondheidstoestand van de arbeiders was gunstig. H e t ziektepercentage van de contractarbeiders bedroeg 1,31 %.

D e zorg voor oude arbeiders bestond t o t 1 Augustus uit h e t verstrekken van gratis rijst aan gewezen mijnwerkers, daarna uit eene geldelijke tegemoetkoming van f 3 per m a a n d , terwijl het bedrijf een oude m a n n e n - h u i s t e M u n t o k bekostigde.

Door het bedrijf werden atelier-werklieden opgeleid.

Voor nadere bijzonderheden wordt verwezen n a a r het Jaarboek v a n het Mijn-wezen in Nederlandsch-Indië en het Jaarverslag der Bangkatinwinning.

N V Gemeenschappelijke Mijnbouiv Maatschappij „Billiton". De productie in het werkjaar 1 J u n i 1931 tot en m e t 31 Mei 1932 bedroeg 126 173 pikols tin

(7670 long t o n s ) . . De gemiddelde sterkte aan Chineesche mijnwerkers bedroeg 9712, van wie 4993 m a n bij de ontginningen waren tewerkgesteld ; de overigen waren ingedeeld bij verschillende nevenbedrijven en werken.

I n verband m e t de tin-restrictie werden einde Mei 1932 op Billiton 2 pomp-baeeerontsinnineen stop gezet; in het werkjaar 1932/'33 bleven er slechts 7 m bedrijf Verder werden nog omstreeks voormeld tijdstip een spuitbaggerontgmmng en een. emmerbaggerontginning stop gezet, zoodat slechts één spuitbagger on 2 emmerbaggers in bedrijf bleven.

Aan wolframiet werd in 1932 niets geproduceerd.

Sinqhep Tin Maatschappij. De productie in 1932 bedroeg 612 t o n t i n ; de gemiddelde sterkte aan E u r o p e a n e n bedroeg 20, aan Chineesche arbeiders 314, aan J a v a n e n , Maleiers en Vreemde Oosterlingen 307.

Ook in 1932 werd in de Smgkep Zeetinconcessie niet gewerkt.

128 DB ECONOMISCHE TOESTAND.

Tengevolge v a n de aanhoudende malaise en de d a a r m e d e gepaard gaande productiebeperking moesten de werkzaamheden v a n 4 spuitontginningen worden ge-staakt, terwijl de werkzaamheden op de overblijvende spuitontginning belangrijk werden ingekrompen.

De ertsreserve bedroeg op 30 J u n i 1932 13 993 t o n .

Gedurende h e t boekjaar 1931/ '32 werd 1597 kg wolframiet van 6 3 . 4 % W O , verkocht v a n in vorige jaren verkregen productie.

Voor verdere details moge verwezen worden n a a r de jaarverslagen der ge-noemde ondernemingen.

3. Steenkolen.

Steenkolen werden in Nederlandsch-Indië in 1982 gedolven door h e t Gouverne-m e n t , door particuliere Gouverne-maatschappijen en door I n l a n d e r s in hoeveelheden, zooals onderstaande s t a a t aangeeft.

T e r r e i n .

Oembilin-mijnen.

Boekit Asam-mijnen.

Poelau Laoet-mijnen.

Djangkang-Oost.

Goenoeng Batoe Besar.

Batoe Panggal.

Loa Boekit.

Rantaupandjang.

Borneo.

Res. Palembang.

0 n t g i n n e r.

G o u v e r n e m e n t . . . .

Mijnbouw- en Handel-maatschappij „Menoe-han"

Mijnbouw- en Handel-maatschappij „Goe-noeng Batoe Besar" . Oost

Borneo-Maatschap-Pij

Erven Pangeran Mangkoe Steenkolen-maatschappij

„Parapattan" . . .

Idem

Totalen . . .

Kolenproductie in tonnen.

1931.

507 545 303 246 96 298

50 560 146 420 37 454 229 752

33 033 1) 96 1 404 404 i)

1932.

374 170 241 390

5 712

129 318 46 961 224 736 27 939

1 050 226 Kolenmarkt. D e toestand op de kolenmarkt werd gedurende 1932 nog slechter d a n h e t vorig jaar h e t geval w a s . D e depreciatie v a n de m u n t e e n h e i d in

ver-schillende kolen-produceerende landen en de lage vrachten voor import-kolen drukten de kolenprijzen in Nederlandsch-Indië t o t een bijkans ongekend laag peil.

Ondanks h e t uitvallen v a n de Poelau Laoet-mijnen n a S e p t e m b e r 1931 moest de productie der twee overige Landssteenkolenmijnen in 1932 belangrijk verder worden beperkt, daar in verband m e t de slechte economische omstandigheden h e t verbruik van kolen allerwegen in zeer groote m a t e terugliep. D e gezamenlijke productie der twee overige Landssteenkolenmijnen bedroeg 615 560 t o n in 1932.

tegen 810 791 t o n in 1931.

H e t totaal der afleveringen aan kolenverbruikende L a n d s d i e n s t e n bedroeg r u i m 32 % minder d a n in 1931. Speciaal de afname door de Staatsspoorwegen op J a v a en door de Marine gaven eene belangrijke vermindering te zien.

J) Verbeterd cijfer.

E e n gedeelte van het gruis, afkomstig van de Boekit Asam-mijnen, werd wederom verwerkt in de brikettenfabriek t e Tandjoengpriok en h e t verkregen product (7000 ton) grootendeels afgeleverd aan de Staatsspoorwegen op J a v a .

M e t de belangrijkste particuliere afnemers werden jaarcontracten gesloten voor de levering van steenkolen gedurende 1932.

De hoeveelheid kolen, welke door bemiddeling van de Verkoopsorganisatie van het d e p a r t e m e n t v a n Gouvernementsbedrijven naar het buitenland verkocht werd, liep in vergelijking m e t de jaren 1929/1931 aanzienlijk terug. Dit is toe t e schrijven aan de mindere behoefte, terwijl ook door de gedeprecieerde valuta in verschillende afzetgebieden, het zaken doen bemoeilijkt of onmogelijk werd ge-m a a k t .

Oembilin-steenkolenmijnen. E e n vergelijkend overzicht der producties, afzet, hoofdelijke producties en kwaliteit over de laatste 2 jaren geeft de volgende tabel.

B r u t o productie in t o n n e n Eigen verbruik in t o n n e n N e t t o productie in t o n n e n

Aantal tonnen afgeleverd a a n : Gouvernementsdiensten

Particulieren

Hoofdelijke productie per dagdienst der mijnsterkte ..

totale sterkte Aschgehalte stukkool %

Calorisch effect in calorieën

H e t aantal a m b t e n a r e n einde 1932 bij het bedrijf werkzaam bedroeg 132 (101 E u r o p e a n e n , 25 I n l a n d e r s en 6 Chineezen), tegen 142 (onder wie 110 E u r o -peanen) op einde 1931. Verder waren 332 I h l a n d s c h e b e a m b t e n in dienst van het bedrijf, tegen 408 het jaar tevoren.

Door de verminderde productie moest de arbeiderssterkte verder worden in-gekrompen, terwijl de werving geheel bleef stopgezet en geen terugzending van l a u k e h ' s plaats h a d .

D e sterkte aan arbeiders bedroeg o p :

einde 1931 einde 1932

"Vaste arbeiders zonder contract 1654 1334 C o n t r a c t a n t e n onder poenale sanctie .. 1048 nihil Losse arbeiders (Maleiers) 988 770 Dwangarbeiders (veroordeelden) 1191 739 V a n de bovengenoemde 4 categorieën v a n arbeiders, n.1. vaste niet-contrac-t a n niet-contrac-t e n , conniet-contrac-tracniet-contrac-tanniet-contrac-ten, losse arbeiders en dwangarbeiders bedroeg de gemiddelde dagsterkte resp. 1534, 436, 864 en 968 m a n , w a a r v a n op het werk resp. 92 % , 86 % , 9 6 % en 90 %.

De boekwaarde van het bedrijf, inclusief het kolenetablissement t e E m m a -haven, bedroeg einde 1931 f 9 615 772. Op de aanleg- en uitbreidingsrekening werd bijgeboekt f 109 010 en afgeschreven f 1136 115, zoodat de boekwaarde einde 1932 f 8 588 667 bedroeg.

De ontvangsten bedroegen (exclusief voorraadmutaties) + f 2 866 000, tegen f 4 843 000 in~1931 en de bedrijfsuitgaven (zonder r e n t e en afschrijving) + f 3 309 600, tegen f 5 052 600 in 1931, de aan het L a n d uit t e keeren r e n t e over h e t in het bedrijf gestoken kapitaal beloopt ± f 531800, tegen f 612 400 in 1931.

9 1931

507 545 23 398 482 147

280 482 196 482 0,500 0,320 1,67

7400

1932 374 170

24 210 349 960

234 562 123 706 0,651 0,351 2,23

7260

130 D E ECONOMISCHE TOESTAND.

Boekit Asam-steenkolenmijnen. Vergelijkende cijfers over de l a a t s t e 2 jaren, betreffende producties, afzet en hoofdelijke producties, vindt m e n m den volgenden s t a a t :

in t o n n e n van 1000 kg 1931 1932 B r u t o productie 303 246 2 4 1 3 9 0 Eigen verbruik 23 155 22 770 Netto productie 280 091 218 620 Gemiddelde dagproductie 1 014

Verzonden aan de brikettenf abriek 1 5 2 8 6 1 2 8 6 9

Afgeleverd aan Gouvernementsdiensten 75 098

,, particulieren • 215 379 123 769 Hoofdelijke productie per dagdienst der mijnsterkte 0,432 0,528

,, totale sterkte 0,314 0,356 E i n d e 1932 waren bij het bedrijf 54 Europeesche a m b t e n a r e n werkzaam.

Gemiddeld waren gedurende 1932 tewerkgesteld 984 J a v a ansehe c o n t r a c t a n t e n en 1360 vrije werklieden.

De ontvangsten bedroegen (exclusief voorraadmutaties) + 1 1 4 1 4 000, tegen f 2 609 000 in 1931, de bedrijfsuitgaven (zonder rente en afschrijving) ± f 2 1 0 5 000 tegen f 3 407 000 in 1931. De aan het L a n d uit t e keeren r e n t e over het in het bedrijf gestoken kapitaal beloopt ± f 438 000, tegen f 482 000 over 1931.

Voor verdere bijzonderheden moge worden verwezen naar h e t Jaarboek van het Mijnwezen en de Jaarverslagen der Gouvernementssteenkolenmijnen.

N V Steenkolen Maatschappij Parapattan. Deze m a a t s c h a p p i j , welker aan-d e aan-d e n geheel in h a n aan-d e n zijn v a n aan-de Koninklijke P a k e t v a a r t Maatschappij, proaan-du- produ-ceert steenkolen op haar concessie E a n t a u p a n d j a n g in de onderaf deeling Beraoe van de Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo.

I n dit bedrijf vonden gemiddeld 40 E u r o p e a n e n en 1800 I n l a n d e r s en Vreemde Oosterlingen een loonend bestaan.

De ondergrondsche mijnarbeid wordt in hoofdzaak verricht door J a v a a n s c h e contractarbeiders, terwijl bovengronds vele Chineezen, Bandjareezen, Manado-neezen en andere landslieden als vrije arbeiders en ambachtslieden werkzaam zijn.

D e productie wordt, op enkele kleine incidenteele leveringen aan het L a n d na, geheel afgenomen door de Koninklijke P a k e t v a a r t Maatschappij, die deze kolen uitsluitend gebruikt op h a a r eigen schepen. De totale productie, verdeeld m stuk-kolen, nootjeskolen en gruisstuk-kolen, bedroeg in 1932 n e t t o 215 845 ton. De productie in. 1932 werd gedrukt door de ongunstige tijdsomstandigheden, welke, m verband m e t de verplichting van de Koninklijke P a k e t v a a r t Maatschappij om de m e t het L a n d en m e t derden gecontracteerde kolenleveranties geheel af t e n e m e n , zich t e n volle deden voelen in de afname van de eigen mijn.

Met de in verband m e t de marktpositie bedongen prijzen dekt de Vennoot-schap gewoonlijk juist hare onkosten. Winstuitkeering kon in de afgeloopen jaren niet p l a a t s h e b b e n ; ook voor 1932 zal daarvan waarschijnlijk geen sprake zijn.

N. V. „Oost-Borneo-Maatschappij". I n 1932 vond de winning van steenkolen op de steenkolenconcessie B a t o e Panggal (Zuider- en Oosterafdeeling van B o r n e o ) , toebehoorend aan de N . V. ,,Oost-Borneo M a a t s c h a p p i j " , plaats op de terreinen Loa-Koeloe en Loa-Boeah.

De gemiddelde dagproductie in 1932 bedroeg 419 ton, tegen 462 ton in 1931.

De totale productie beliep n e t t o 128181 ton en bruto 129 318 t o n ; deze cijfers waren voor 1931 143 487 en 146 420 ton.

H e t gemiddeld hoofdelijk ondergrondsch effect was 0,617 t o n ; het gemiddeld totaal effect 0,359 t o n ; de gemiddelde dagsterkte in de mijn was 613 m a n , buiten de mijn 409 m a n .

D e productie der mijnen was als volgt ( n e t t o in t o n n e n van 1000 kg) :

Loa-Koeloe . . . . Loa-Boeah . . . .

In 1932. . . In 1931. . .

Gezeefd.

62938 9 337 72 275 78 025

Ongezeefd.

5 058 3 766 8 824 19 149

Gruis.

43 218 .3 864 47 082 46 313

Totaal.

111214 16 967 128 181 143 487 Opgekocht werden van een I n l a n d s c h e ontginning aan de Mahakam-riyier 406 ton kolen. Afgescheept werden, inclusief opkoop-kolen, 65 305 (vorig jaar 89 711) ton gezeefde kool, 10 4 3 9 ( 1 8 694) ton ongezeefde kool en 46 822 (53132) ton gruiskool of totaal 122 566 ton, tegen 161537 ton in 1931.

H e t vervoer der kolen n a a r de verschillende bestemmingshavens geschiedde in hoofdzaak m e t de schepen, der Koninklijke P a k e t v a a r t Maatschappij.

Door de zeer ongunstige positie der kolenmarkt moest t o t belangrijke bedrrjts-inkrimping, gepaard gaande m e t het ontslag van. vele Europeesche en I n l a n d s c h e werkkrachten, worden overgegaan. _

De electrische centrale t e Loa-Koeloe produceerde m 98 a bedrijf suren 3 072 270 kwh waarvan t e n behoeve van de N. V. „Samarinda-Tenggarongsche Electriciteits M a a t s c h a p p i j " voor de verlichting van Samarinda en Tenggarong 593 632 kwh werd afgegeven.

Mijnbouw- en Handel Maatschappij „Menoehan". Door deze maatschappij werd in 1932 bij den aanleg van een smalspoorbaan voor de openlegging van hare concessie Djangkang-Oost (Zuider- en Oosterafdeeling van Borneo) 5712 ton steenkolen gewonnen.

Verdere gegevens zijn opgenomen in de jaarverslagen der verschillende onder-nemingen.

In document H H H IH IJ^HHHHHHHHHMHHHHHBHiV (pagina 129-135)