• No results found

Bepalingen nopens de rechten én verplichtingen van de werkgevers en de werklieden van Inlandschen en daarmede gelijkgestelden landaard.

(Stbl. 1915, No. 4SI), ,

De in genoemd staatsblad afgekondigde ordonnantie luidt : Ten eerste :

ART. 1. Onverminderd het bepaalde bij de arit. 11 en 14 der Wervings-ordonnantie (Stbl. 1914, No. 613), kunnen, ten behoeve van ondernemin-gen van handel, landbouw of nijverheid — voor zoover naar het oordeel van den Directeur van Justitie de onderneming niet onder den kleinen land- of tuinbouw gerangschikt of als kleinbedrijf aangemerkt moet wor-den — zoomede ten behoeve van openbare werken en van wor-den aanleg en de exploitatie van, spoor- en tramwegen, werklieden in dienst worden ge-nomen krachtens een schriftelijke werkovereenkomst, aangegaan op den voet van en met de gevolgen omschreven in deze ordonnantie.

ART. 2. Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder : a. w e r k g e v e r : de in Nederlandsch-Indië gevestigde natuurlijke rechtspersoon, die een onderneming drijft als bedoeld in art. 1, of, indien deze niet in Nederlandsch-Indië gevestigd is, diens aldaar bij authentieke akte aangestelde vertegenwoordiger. Waar in deze ordonnantie de term ,,onderneming" wordt gebezigd, omvat deze mede ,,openbare werken" en ,,aanleg en exploitatie van spoor- en tramwegen", als bedoeld in art. 1 ; b. b e h e e r d e r : de persoon, die belast is met de rechtstreeksche

lei-i l l K o e l lei-i e o r d o n n a n t lei-i ë n . S u m . O o s t k u s t .

d i n g van de o n d e r n e m i n g in h a a r geheelen omvang of v a n een op zichzelf s t a a n d gedeelte d a a r v a n ; , - . < , , , c j „ A

c w e r k m a n of w e r k l i e d e n : de t o t de m l a n d s c h e of d a a r m e d e gelijkgestelde bevolking behoorende volwassen mannelijke of vrouwelijke koelies en ambachtslieden, die bij eene werkovereenkomst zich t o t h e t verr i c h t e n v a n averrbeid hebben veverrbonden en geen deel u i t m a k e n v a n de m -heemsche bevolking v a n h e t gewest, w a a r i n de o n d e r n e m i n g v a n den werk-gever is gelegen ; - . • . ,

t o t de inheemsche bevolking worden m e t medegerekend de m h e t ge-west geboren en a l d a a r gevestigde a f s t a m m e l i n g e n v a n v a n b u i t e n h e t -gewest afkomstige I n l a n d e r s ; / ' ' .

d. i m m i g r a t i e - c o n t r a c t : de schriftelijke werkovereenkomst, welke b u i t e n h e t gewest w o r d t a a n g e g a a n , of welke voor de eerste m a a l m h e t gewest w o r d t gesloten m e t werklieden, die v a n een p l a a t s d a a r b u i t e n zijn gekomen of a a n g e b r a c h t ;

r e ë n g a g e m e n t s - c o n t r a c t : de schriftelijke werkovereenkomst, welke in alle a n d e r e gevallen i n h e t gewest w o r d t g e s l o t e n ;

e. g e z i n : de m a n en de vrouw, die zich bij h e t sluiten van een werk-overeenkomst als e l k a n d e r s echtgenooten hebben opgegeven, m e t de nog niet-volwassen k i n d e r e n van een h u n n e r of v a n h u n beiden, zoomede de m a n en de vrouw, die tijdens den d u u r der werkovereenkomst gehuwd zijn, . m e t de nog n i e t volwassen k i n d e r e n van een h u n n e r of van h e n beiden.

A m . ,3. (1) De werkovereenkomsten worden gesloten voor een b e p a a l d a a n t a l achtereenvolgende j a r e n of m a a n d e n , g e r e k e n d v a n de d a g t e e k e -n i -n g der a k t e , e-n wel voor de-n d u u r v a -n t e -n hoogste d r i e j a r e -n voor ee-n i m m i g r a t i e - c o n t r a c t en t e n hoogste a c h t t i e n m a a n d e n voor een reëngage-m e n t s - c o n t r a c t .

(2) De tijd, g e d u r e n d e welken de w e r k m a n n i e t heeft g e w e r k t wegens ziekte, v e r m i n d e r d m e t een t i e n d e gedeelte van den d u u r der, werkover-eenkomst. en de tijd, welke hij heeft verzuimd wegens verlof d a n wel wegens desertie,, alsmede de dagen, g e d u r e n d e welken hij een vrijheidsstraf heeft o n d e r g a a n , worden bij de b e r e k e n i n g v a n den d u u r der verrichte-diensten of van de overeenkomst n i e t m e d e g e t e l d . ' E v e n m i n worden daarbij medegerekend de dagen, waarop de w e r k m a n zonder geldige reden h e t werk heeft verzuimd. Bij de b e r e k e n i n g v a n den in deze alinea bedoelden tijd w o r d t h e t j a a r op 360 d a g e n en de m a a n d op 30 d a g e n gesteld.

(3) D e z i e k t e d a g e n , welke n i e t zijn doorgebracht in een door h e t Hoofd v a n Gerwestelijk b e s t u u r a a n te wijzen z i è k e n i n r i c h t i n g , worden, behoudens d e i n art.. 4 alinea 'S d e r d e lid gemelde gevallen, als verlofdagen a a n g e -m e r k t .

(4) I n geen geval m a g de verlengde d u u r d e r d i e n s t b e t r e k k i n g h e t d e r d e gedeelte van den overeengekomen c o n t r a c t s d u u r overschrijden.

(5) V a n de d a g e n , waarop n i e t is g e w e r k t , en v a n de r e d e n e n , w a a r o m geen werk is v e r r i c h t , w o r d t op door h e t Hoofd v a n Gewestelijk b e s t u u r voorgeschreven wijze door den b e h e e r d e r a a n t e e k e n i n g gehouden en m a a n -delijks opgaaf g e d a a n a a n een door d a t Bestuurshoofd a a n t e wijzen a m b t e n a a r .

A B T . 4. ,(1) D e werkovereenkomsten l) v e r m e l d e n :

1. den n a a m , den ouderdom ( n a a r g i s s i n g ) , de p l a a t s van oorspronkelijke h e r k o m s t , den l a n d a a r d , en zoo mogelijk den s t a m v a n den w e r k m a n c. q. de werklieden, alsmede den h a a m van de echtgenoote.

2. den n a a m v a n den werkgever, den n a a m van diens o n d e r n e m i n g (en) waarvoor de w e r k m a n is g e h u u r d , zoomede v a n de a f d e e l i n g ( e n ) " w a a r i n de o n d e r n e m i n g (en) l i g t ( l i g g e n ) .

3. de soort van arbeid, waarvoor de w e r k m a n is a a n g e n o m e n en h e t a a n t a l w e r k u r e n , hetwelk n i e t meer zal mogen b e d r a g e n d a n t i e n p e r

!) De modellen dezer overeenkomsten zijn te vinden in Stbl. 1915, No. 424.

)

Xoelieordonnantiën. 112 Sum. Oostkust.

etmaal, indien de arbeid wordt verricht tusschen 5$ uur des voormiddags en 6 uur des namiddags en 8 per etmaal, indien de arbeid geheel of ge-deeltelijk tusschen 6 uur des. namiddags en 5J uur voormiddags, dan wel

geheel of gedeeltelijk onder den grond wordt verricht. v

\ dor werklieden bij spoor- en tramwegondernemingen voor publiek ver-keer in exploitatie kan, voor zoover zij bestemd zijn voor diensten op den weg, de stations en de treinen, de werkovereenkomst een diensttijd van twaalf uren per etmaal voorschrijven.

De werkovereenkomst, aangegaan ten behoeve van de in het vorig lid bedoelde ondernemingen kan voor alle werklieden (zonder onderscheid mede bepalingen inhouden, die in buitengewone omstandigheden, bij voor-komende ongevallen of ter verzekering van de veiligheid en de regel-matigheid van het verkeer, tot langer dienst- of werktijd verplichten tegen een loon per uur gelijk aan 15/100 dan wel 15/120 van het gewone dag-loon, al naarmate de bij werkovereenkomst vastgestelde diensttijd tien of twaalf uren per etmaal bedraagt.

Onder het aantal overeengekomen werkuren moet mede worden geteld de tijd, gedurende welken de werkman voor extra, werkzaamheden wordt gebezigd, als transporten, wachtdiensten, enz., alsmede de tijd welke noodig is voor het rollen en indeelen van de werklieden en om den afstand af te leggen bij het begin' van den, werkdag van de woning van den werk-man tot de plaats zijner tewerkstelling en, na afloop van den arbeid, van de plaats zijner tewerkstelling tot aan zijne woning.

De werkman kan niet gedwongen worden meer dan zes achtereenvol-gende uren te arbeiden; de. rusttijd bedraagt ten minste één uur. Ten aanzien van werklieden bij spoor- en tramwegondernemingen voor publiek verkeer in exploitatie kan van dit voorschrift mèt toestemming van het Hoofd van Gewestelijk bestuur worden afgeweken.

4. het loon voor overwerk, zijnde de arbeid buiten het aantal overeen-gekomen uren per etmaal, hetwelk alleen kan worden verricht op verzoek van den beheerder en met toestemming van den werkman.

5. het bedrag van het aan den werkman toekomend loon, hetwelk per dag arbeids moet worden vastgesteld en als basis van berekening dient bij het werken in dagtaak, zoomede bij het werken op stukloon en in aan-neming, tenzij ' hieromtrent contractueel anders is ' overeengekomen, en overigens de wijze waarop de loonen worden uitbetaald, met dien ver-stande, dat de werkman recht heeft op het bedongen dagloon op de bij de overeenkomst -bedongen rust- en feestdagen, alsmede, indien hij bereid en in staat was arbeid te verrichten, doch de . beheerder of diens per-soneel daarvan geen gebruik maakt of heeft mogen maken; dit laatste ter beoordeeling van het Hoofd van plaatselijk bestuur of van een an-deren door het Hoofd van Gewestelijk bestuur aan te wijzen ambtenaar.

6. het bedrag en de verrekening der genoten voorschotten.

Het maximum bedrag, hetwelk aan voorschot mag worden verleend, wordt door het Hoofd van Gewestelijk bestuur vastgesteld.

7. den duur der werkovereenkomst.

8. de rust- en de voor den werkman gebruikelijke godsdienstige feest-dagen, waarop niet gewerkt wordt, zullende het aantal rustdagen ten minste twee in de maand bedragen. _ ,

Van vrouwelijke werklieden mag bovendien geen arbeid worden ge-vorderd kort vóór hare te verwachten bevalling, noch binnen dertig dagen na die gebeurtenis of na een miskraam, noch gedurende de eerste twee dagen van de menstruatieperioden. Deze dagen kunnen worden beschouwd als ziektedagen, al zijn ze niet in een ziekeninrichting doorgebracht.

9. de verplichting van den werkgever om op zijn kosten te voorzien in de huisvesting en geneeskundige behandeling en verpleging van den

werk-11 o Koelieordonnantiën.

Sum. Oostkust.

man en diens gezin, alsmede om aan het achtergebleven gezin v a n d e n Z t e n z i m woning verpleegden werkman tijdens den duur van diens ziekte koSeloos vogedingP te \erstrekken, ingeval dat gezin met m zun levensonderhoud kan voorzien.

10 de verplichting van den werkgever om op zijne kosten bijeventueel .overlijden van den werkman tijdens den duur van de werkovereenkomst voor diens behoorlijke begrafenis te zorgen. ' __

11 de verplichting van den werkgever om den werkman, tenzij deze in het gUeTwenscnt te blijven en daartegen op grond van de t e r z a k e meldende bepalingen geen bezwaar bestaat, na afloop vari z jne werkover-fcnkomst met zijn g e i n naar de plaats van zijne oorspronkelijke herkomst kosteloos terug te zenden. .. '

12, het beding, dat de werkman niet tegen zijn wil van zijn gezin zal

WT3dendegTerriShting van den werkman om de hem door den beheerder aangewezen woning in zindelijke« staat te houden en volgens hare

bestem-mÏg Lgt S t i p " w a a r o p de werkman zich op de onderneming behoort te bevinden en bij den beheerder behoort aan te melden h p h e o r d e r

15 het beding, dat op verzoek van den werkgever, c. q den belieeraer . f ' v a n den wegman, hetlij wegens voortdurende ongeschiktheid tot den arbeid van den werkman, hetzij in andere bijzondere gevallen, ^ter beoor-deling van het Hoofd van plaatselijk bestuur of van een anderen door het Hoofd van Gewestelijk bestuur aan te wijzen ambtenaar, de werk-overeenkomst als ontbonden wordt beschouwd van af het tijdstip, waarop die ambtenaar daarover ten gunste van de J « * o ^ d e ^ a ^ m t o p r B j k zal hebben gedaan, zullende de andere partij zich hierbij hebben neder te leggen en afzien van alle. rechten en aanspraken, welke aan een zoo-danige verbreking van de overeenkomst zouden kunnen worden ontleend.

( 2 Ï l n de werkovereenkomsten mogen ook andere bedingen worden opgenomen dan in deze ordonnantie en het/ daarbij behoorende

model-contract zijn vermeld, met dien verstande, dat niet-nalevmg van die an-dere bedingen, geen strafrechtelijke aansprakelijkheid ten gevolge heeft en dat, voor zoover die bedingen in strijd zijn met de voorschriften van deze ordonnantie of met bedoeld model, zij als met geschreven worden beschouwd, blijvende de contracten overigens van kracht.

Ara 5. Bij spoor- en tramwegondernemingen voor publiek verkeer in exploitatie is de werkgever bevoegd om op den werkman die: op de n voet van deze ordonnantie eene werkovereenkomst heeft gesloten, toe te passen de dienstreglementen bedoeld bij art. 3 van het algemeen reglement op den aanleg en de exploitatie van tramwegen f ?t macbinale beweegkracht, bestemd voor algemeen verkeer in Nederlandsch-Indie (Stbl. 1905, No. 516).

AKT 6 (1) Indien de onderneming of ondernemingen waarvoor de werkman zich heeft verbonden, aan een anderen werkgever over gaat ot -overgaan, blijft de werkovereenkomst gedurende den daarbij bedongen duur van kracht en blijven de voorschriften van deze ordonnantie daarop van toepassing, voor zoover de overeenkomst, betreft de onderneming, waar de werkman bij den overgang werkzaam was De nieuwe werkgever treedt alsdan ten. aanzien van den werkman m alle rechten en verplich-tingen, welke voor den oorspronkelijken werkgever uit de

werkovereen-komst voortvloeiden. , (2) Van den in de vorige alinea bedoelden overgang moet door den

nieuwen werkgever binnen drie dagen nadat hij is opgetreden, aan het Hoofd van plaatselijk bestuur mededeeling worden gedaan met vermelding van zijn naam en van zijn woonplaats. Is de nieuwe werkgever geen werk-gever in den zin van deze ordonnantie, dan worden de

werkovereenkom-Koelieordonnantiën. 2.14 Sum. Oostkust.

sten van af het tijdstip van vorenbedoelden overgang als ontbonden be-schouwd.

ART. 7. (1) Met uitzondering van de op den voet van de voor Java en Madoera geldende Wervingsordonnantie aangegane rechtsgeldige immi-gratie-contracten en behoudens het bepaalde in de vorige alinea, zijn de immigratie-contracten niet rechtsgeldig voordat van het bestaan daarvan gebleken is uit akten, verleden ten overstaan van een door het Hoofd van Gewestelijk bestuur aan te wijzen ambtenaar, die bevoegd is om zoo voor zich zelven.als voor de werklieden de akten te onderteekenen.

(2) De immigratie-contracten, gesloten op een plaats in het buitenland, waar volgens de uitdrukkelijke en openlijke verklaring der Regeering vol-doende controle op de landverhuizing wordt uitgeoefend, moet worden be-krachtigd door een door het Hoofd van Gewestelijk bestuur aan te wijzen ambtenaar.

Die bekrachtiging wordt alleen geweigerd, als de werkovereenkomst niet voldoet aan de vereischten, gesteld bij art. 4 van deze verordening, dan wel indien de werkovereenkomst niet binnen den daarvoor gestelden ter-mijn aan den betrokken ambtenaar is aangeboden.

(3) Een gelijke bekrachtiging als in het eerste lid van de vorige alinea bedoeld, wordt vereischt voor de reëngagements-contracten.

(4) De medewerking tot het tot stand komen van de in de eerste alinea bedoelde akten of . de bekrachtiging der in de vorige alinea be-doelde contracten wordt door den betrokken ambtenaar geweigerd, indien de / werkovereenkomst niet voldoet aan de daaromtrent bij of krachtens deze ordonnantie gestelde vereischten of niet binnen den daarvoor vast-gestelden termijn aan hem is aangeboden, dan wel bij hem het vermoeden bestaat van aanwezigheid van dwang, dwaling of misleiding.

(5) Bij de in de 2e en 4e alinea bedoelde weigering kan de werkgever c. p. de beheerder binnen twee dagen de beslissirfg van het Hoofd van Gewestelijk bestuur inroepen. Is binnen dien termijn die nadere beslissing niet ingeroepen of heeft genoemd bestuurshoofd het beroep afgewezen, dan is art. 16 van toepassing.

(6) Bij weigering der bekrachtiging verliest de werkovereenkomst hare rechtsgeldigheid van af den dag der weigering.

(7) Van de totstandkoming of van de bekrachtiging van elke werk-overeenkomst wordt door den betrokken ambtenaar aan den voet van elk exemplaar der akte melding gemaakt en aanteekening gehouden in een register, waarvan het model door den Gouverneur-Generaal wordt vast-gesteld.

Voor deze registratie is de ondernemer één gulden per werkman ver-schuldigd.

Het Hoofd van Gewestelijk bestuur regelt de wijze, waarop deze be-dragen in 's Lands kas worden gestort.

(>8) Het Hoofd van Gewestelijk bestuur regelt den termijn, binnen welken de akten der in de 2e en 3e alinea van dit artikel bedoelde werk-overeenkomsten aan den betrokken ambtenaar moeten zijn aangeboden.

De akten der werkovereenkomsten zijn vrij van zegel en worden volgens een door . den Gouverneur-Generaal vast te stellen model in tweevoud opgemaakt waarvan een exemplaar bestemd is om in het archief van het Hoofd van plaatselijk bestuur bewaard te blijven.

ART. 8. (1) Een werkman, die eene werkovereenkomst als bedoeld in art.

7 heeft gesloten,, kan tijdens den duur van die overeenkomst niet door een anderen werkgever in dienst worden genomen.

_ (2) Een in strijd met dit voorschrift aangegane werkovereenkomst is nietig.

ART. 9. (I) Behoudens het bepaalde in de vorige alinea mag ae werk-man zich van de onderneming, waar hij werkzaam is, niet verwijderen

i , - Koelieordonnantiën.

Sum. Oostkust.

zonder schriftelijke vergunning afgegeven door den beheerder of door iemand door dezen daartoe aangesteld, behalve op dagen waarop van hem krachtens de overeenkomst geen werk kan worden gevorderd en wan-neer hij Machten wegens slechte behandeling van den werkgever, den beheerder of diens personeel gaat inbrengen.

(2) Bij spoor- en tramwegondernemingen voor publiek verkeer in exploi-tatie, mag de werkman, bestemd voor diensten op den weg, de stations of de treinen, gedurende den bepaalden werktijd den hem aangewezen post onder geen voorwendsel zonder vergunning van zijn chef verlaten.

Mocht de werkman zich over slechte behandeling van den werkgever, den beheerder of diens personeel willen beklagen bij de bevoegde autoriteit, zoo staat hem dit vrij ook op werkdagen en zonder vergunning van zijn chef Van zijn voornemen om te gaan klagen zal door hem echter min-stens 24 uren te voren, na afloop van zijn dienst behooren te worden kennis gegeven aan den chef van het naastbijgelegen station of de naast-bijgelegen halte.

(3) De werkman is verplicht geregeld zijn arbeid te verrichten, de hem door den beheerder of diens personeel gegeven bevelen met betrekking tot zijn contractueele: verplichtingen getrouw na te komen en m alles zich overeenkomstig zijn contract te gedragen.

(4) De werkman is verplicht bij rampen van hooger hand of dreigend gevaar, op aanzegging van den beheerder of diens personeel, ook buiten bij de 'werkovereenkomst bedongen werkuren en op dagen, waarop anders niet gewerkt wordt, voor zoover hij zich op die dagen op de onderneming bevindt, hulp te verleenen, waarvoor geen loon verschuldigd is.

ART. 10. (1) Werklieden, die tijdens den duur der overeenkomst buiten -de on-derneming terecht gestaan of een vrijheidsstraf on-dergaan hebben, dan wel zij, die na een afwezigheid wegens verlof, ziekte of anderszins niet derwaarts binnen den toegestanen of door het Plaatselijk Bestuur voldoende geachten tijd terugkeeren, kunnen namens de politie door personeel van den werkgever naar de onderneming teruggevoerd worden.

In bepaalde gevallen, ter beoordeeling van het Hoofd van plaatselijk bestuur, kan de politie daarbij op kosten van den werkgever hare be-middeling verleenen.

(2) Eveneens draagt de werkgever de kosten van opzending van den werkman naar de plaats, waar hij tengevolge van eene overtreding van deze ordonnantie moet terechtstaan.

ART. 11. Werklieden, die zonder schriftelijke toestemming van den be-trokken directeur-geneesheer zich verwijderen uit de in de ordonnantie van

6 September 1910 (Stbl. No. 469) bedoelde ziekeninriclitingen, waarin zij zijn opgenomen, kunnen op verzoek van dien geneesheer door de politie of namens deze door het personeel van den werkgever voor rekening van dezen naar voormelde ziekeninrichting worden teruggevoerd.

ART. 12. (1) De werkgever is verplicht zorg; te dragen, dat zijne werk-lieden goed worden behandeld,, dat het bedongen loon hun geregeld en rechtstreeks wordt uitbetaald, dat aan de werklieden en hunne gezinnen kosteloos eene voegzame huisvesting met goed bad- en drinkwater en, m eene behoorlijke ziekeninrichting, vrije geneeskundige behandeling en ver-pleging met inbegrip van de noodige medicamenten worden verschaft, ook ingeval van verwonding, niet in zijn dienst ontstaan.

(2) De werkman of het lid van diens gezin, die ter verpleging in een ziekeninrichting wordt opgenomen, heeft, zoolang hij aldaar wordt ver-pleegd, recht op vrije,, volledige, toebereide voeding.

(3) De werkgever is verplicht zorg te dragen, dat het vervoer der werk-lieden naar de ondernemingen, waarvoor zij zich hebben verbonden^ en

Koelieordonnantiën. 116 Sum. Oostkust.

naar de ziekeninrichtingen, waarin zij wegens ziekte zullen worderL op-genomen, plaats vindt op de door liet Hoofd van Gewestelijk bestuur voorgeschreven wijze.

(4\ De werkgever is voorts verplicht op de door het Hoofd van Gewes-telijk bestuur te bepalen wijze aan de werklieden de gelegenheid te geven om geregeld1 kennis te nemen van den stand hunner rekening en het aan-tal verzuimdagen, zoomede hun een volgens een .-door dat bestuurshoord vastgesteld model opgemaakte kaart te verstrekken, waarop -de naam, de landaard of stam, de werkelijke of geschatte ouderdom, de lichaamslengte in centimeters, de datum van indiensttreding, de duur der overeenkomst van den betrokken werkman benevens de naam van de onderneming, waar-toe hij behoort en de dagen waarop hij vrij is, zijn aangeteekend.

(5) De werklieden zijn verplicht die kaart steeds bij zich te dragen, als zij zich van de onderneming verwijderen en dezelve op aanvraag aan het bestuur te vertoonen.

(6) Van het in geld uit te betalen gedeelte van het loon van den werk-man mogen, behoudens ..het bepaalde in art. 5, alleen die inhoudingen

plaats vinden, welke bij de werkovereenkomst bepaald zijn, zoomede wegens de ten behoeve van den werkman door den werkgever voorgeschoten belasting en de betalingen, waartoe de werkman bij rechterlijke uitspraak is veroordeeld. Geen inhouding mag plaats vinden voor aan den werkman door den werkgever, den beheerder, of diens personeel, opgelegde boeten.

(7) In peen geval mogen de in de vorige alinea, bedoelde inhoudingen ' gezamenlijk meer bedragen dan een vierde gedeelte van het sedert de laatste loonbetaling verdiende loon, met dien verstande, dat bij de ont-. binding der werkovereenkomst bovendien de voor den werkman voorge-schoten, door dezen nog niet terugbetaalde, belasting in haar geheel van het verdiende loon mag worden ingehouden.

AKT. 18. De werkgever is verplicht op de door het Hoofd van Geweste-lijk bestuur voorgeschreven wijze de betaal- . en andere boeken, benevens ' cïe rekening-courant van dèn werkman, aan te houden en desverlangd aan

het bestuur en aan de ambtenaren van de Arbeidsinspectie inzage te

het bestuur en aan de ambtenaren van de Arbeidsinspectie inzage te