• No results found

T A B A K S C U L T U U R .

Bij o r d o n n a n t i e v a n 14 A u g . 1900' (Stbl. 1900, No. 224) zijn n a d e r e voorzieningen getroffen voor J a v a en M a d o e r a t o t t e g e n g a n g v a n de ont-t r e k k i n g v a n ont-t a b s p l a n ont-t e n of b l a d e r e n a a n de r e c h ont-t h e b b e n d e n .

Deze voorzieningen luiden :

A R T . 1. D e Hoofden v a n Gewestelijk b e s t u u r op J a v a en M a d o e r a zijn bevoegd om, i n d i e n e n voor zooveel h e t algemeen b e l a n g d i t eischt, voor h u n geheele gewest of voor een gedeelte d a a r v a n t e verbieden-:

a. opstallen, v a n welken a a r d ook, s t a a n d e op g r o n d e n i n g e b r u i k bij I n l a n d e r s of n i e t - I n l a n d e r s , t e bezigen t o t h e t o p b e r g e n , d r o g e n of b e r e i d e n v a n t a b a k s p l a n t e n of b l a d e r e n , bestemd voor de E u r o p e e s c h e m a r k t , zonder d a a r t o e v a n h e t hoofd v a n plaatselijk b e s t u u r v e r k r e g e n schriftelijke v e r -g u n n i n -g , welke -gewei-gerd of i n -g e t r o k k e n k a n worden i n d i e n , n a a r zijn oordeel, een gegrond vermoeden b e s t a a t , d à t o n t t r e k k i n g v a n t a b a k a a n r e c h t h e b b e n d e n w o r d t beoogd ;

' b. h e t vervoeren, h e t doen vervoeren, en h e t i n o n t v a n g s t of b e w a r i n g n e m e n , tusschen z o n d e r s o n d e r g a n g en zonsopgang, v a n groene t a b a k s p l a n t e n of -bladeren of droge b l a d t a b a k , welke n i e t op d e voor den afscheep gebruikelijke wijze is v e r p a k t , behalve indien, d a a r t o e v a n of vanwege h e t Hoofd v a n Gewestelijk b e s t u u r eene schriftelijke v e r g u n n i n g is v e r k r e g e n , die alleen zal worden verleend wegens b u i t e n g e w o n e o m s t a n d i g h e d e n , u i t s l u i -t e n d -t e r beoordeeling v a n hem, die -t o -t h e -t geven d e r v e r g u n n i n g bevoegd is.

A B T . 2. D e vorige b e p a l i n g doet n i e t t e k o r t a a n de vrijheid v a n den i n l a n d e r , om zijne, op den bij hem i n g e b r u i k zijnden g r o n d s t a a n d e , woning en bijbehoorende gebouwen t e bezigen :

a. voor h e t b e w a r e n of bewerken v a n door h e m zelf, n i e t k r a c h t e n s overeenkomst m e t eenigen ondernemer, geteelde t a b a k s p l a n t e n of d a a r v a n afkomstige b l a d e r e n .

b. voor h e t tijdelijk in b e w a r i n g n e m e n v a n door h e m zelf, k r a c h t e n s overeenkomst m e t ' eenigen t a b a k s o n d e r n e m e r , geteelde t a b a k s p l a n t e n of d a a r v a n afkomstige b l a d e r e n , hetzij t e r g e r e e d m a k i n g v a n h e t p r o d u c t voor de inlevering, hetzij t e r voorloopige bereiding d a a r v a n , ingevolge a a n w i j z i n g v a n dien o n d e r n e m e r .

A R T . 3 . I n g e v a l v a n weigering of i n t r e k k i n g d e r v e r g u n n i n g , bedoeld sub a. v a n a r t . 1, k a n de a a n v r a g e r , m i t s b i n n e n 14 d a g e n , door tusschen-komst v a n h e t Hoofd v a n plaatselijk b e s t u u r , v a n die beschikking in h o o g e r beroep komen bij h e t Hoofd v â n Gewestelijk b e s t u u r .

A R T . 4. H e t Hoofd v a n Gewestelijk b e s t u u r regelt de wijze, w a a r o p a a n zijne k r a c h t e n s a r t . 1 t e n e m e n besluiten de noodige o p e n b a a r h e i d w o r d t gegeven.

A B T . 5. H i j , die m e t h e t b e p a a l d e bij of k r a c h t e n s deze o r d o n n a n t i e in strijd h a n d e l t of doet h a n d e l e n , w o r d t g e s t r a f t m e t eene geldboete v a n f 6.—

t o t f 2 5 . — of, i n d i e n hij een E u r o p e a a n of m e t dezen gelijkgestelde is, m e t gevangenisstraf v a n één t o t zes d a g e n , en i n d i e n hij een I n l a n d e r of m e t dezen gelijkgestelde is, m e t t e n a r b e i d s t e l l m g a a n de publieke werken voor den Kost zonder loon vpn d r i e t o t vijftien d a g e n .

D e bij h e t o n t d e k k e n der o v e r t r e d i n g a a n g e t r o f f e n w e r k t u i g e n of gereed-schappen en t a b a k s p l a n t e n of b l a d e r e n , zoomede, i n gevallen als bedoeld

147 Tabakscultuur.

sub o van artikel 1, de opstallen met hetgeen zieh daarin bevindt, worden in beslag genomen en kunnen bij het veroordeelend vonnis worden verbeurd verklaard.

ABT. 6. Deze ordonnantie is alleen van ftoepassing op Java en Madura, met uitzondering van de Vorstenlanden en van de particuliere landerijen beoosten en bewesten de Tjimanoek.

Tot verderen tegengang van misstanden bij de Tabaksindustrie op J a v a en Madoera is bij ordonnantie in Stbl. 1008, No. 467, nog bepaald, dat de gewestelijke raden op Java en Madoera 'bevoegd zijn de onderwerpen waarin bij ordonnantie in Stbl. 1900, No. 224, is voorzien, bij verordening te regelen.

Bij de inwerkingtreding van zoodanige verordening vervalt voor het be-trokken gewest de bij art. 1 van voornoemde ordonnantie aan de Hoofden van Gewestelijk bestuur op Java en Madoera verleende bevoegdheid, en worden krachtens die bepaling genomen besluiten geacht te zijn ingetrokken.

PEPERCULTUUR.

Bij ordonnantie in Stbl. 1003, No. 374 (gewijzigd bij Stbl. 190h, No.SSl), zijn bijzondere Voorzieningen getroffen tot tegengang van de onttrekking van peperranken of pepervruchten aan de rechthebbenden. Deze bepalingen

luiden : . . .

ART. 1. De hoofden van Gewestelijk bestuur op Java en Madoera zijn bevoegd om, indien en voor zooveel het algemeen belang dit eischt, voor hun geheele gewest of voor gedeelten daarvan te verbieden :. het vervoeren en het in ontvangst of bewaring nemen, tusschen zonsondergang en zons-opgang, van peperranken of pepervruchten in bereiden (Stbl. 1904, No.

251) of onbereiden staat, zonder daartoe van het hoofd van plaatselijk be-stuur of den voor dezen aangewezen Europeeschen of Inlandschen Bebe-stuurs- Bestuurs-ambtenaar eene schriftelijke vergunning te hebben verkregen, die alleen zal worden verleend wegens buitengewone omstandigheden, uitsluitend ter beoordeeling van hem die tot het geven der vergunning bevoegd is. (

ART. 2. Het hoofd van Gewestelijk bestuur regelt de wijze, waarop aan zijne krachtens art. 1 te nemen besluiten de noodige openbaarheid wordt gegeven.

ART. 3. Overtreding der krachtens art. 1 uitgevaardigde verbodsbepalingen wordt gestraft met eene geldboete van f 6.— tot f 26.—, of, indien de overtreder een Europeaan of met dezen gelijkgestelde is, met gevangenisstraf van één tot zes dagen, en, indien hij een Inlander of met dezen gelijkgestelde is, tenarbeidstelling aan de publieke werken voor den kost zonder loon van drie tot vijftien dagen.

De bij het ontdekken der overtreding aangetroffen werktuigen of gereed-schappen en peperranken of pepervruchten worden in beslag genomen en kunnen bij het veroordeelend vonnis worden verbeurd verklaard.

ABT. 4. Deze ordonnantie is niet van toepassing voor de residentiën Sperakarta en Djocjakaxta en de particuliere landerijen beoosten en bewesten de Tjimanoek.

Invoer van Theezaden. ^43 I N V O E R V A N T H E E Z A D E N .

Bij Stbl. 1913, no. 372 is afgekondigd de regeling eener deskundige controle op den invoer van theetzaden in Ned.-Indië, welke luidt als volgt :

ART. 1. (1) Het is verboden in Nederlandsch-Indië theezaden in te voeren, zonder deze vooraf door een door den Directeur van Landbouw, Nijverheid en Handel aan te wijzen deskundige zijn gekeurd en deze des-kundige schriftelijk vergunning tot den invoer heeft gegeven.

(2) Aan dit verbod zijn mede onderworpen de voorwerpen of net ma-teriaal, dienende of gediend hebbende tot verpakking der zaden.

(3) De keuring geschiedt uitsluitend te Tandjoeng-Priok.

(4) Om bijzondere redenen kan de Directeur van Landbouw, Nijver-heid en Handel den invoer elders zonder de in het eerste lid van dit artikel bedoelde keuring en vergunning toestaan.

/ A R T . 2. (1) De invoerder is verplicht van de aankomst van eene zending theezaden onverwijld schriftelijk kennis te geven aan den Direc-teur van Landbouw, Nijverheid en Handel, die zoo spoedig mogelijk door den in het eerste lid van artikel 1 bedoelden deskundige een onderzoek naar den toestand en de hoedanigheid der zaden doet instellen.

(2) Bij dat onderzoek' worden door dien deskundige voorzorgen ge-nomen tegen besmetting van theezaden door andere in de nabijheid van de plaats, waar het onderzoek wordt gehouden.

ART. 3. (1) De deskundige kan de afgifte van een vergunning tot invoer weigeren, indien :

a. niet kan worden overgelegd een in het land van herkomst afge-geven garantiebewijs ten bewijze, dat de zaden bij de aflevering daar te lande in. goeden staat verkeerden;

b. omtrent de tuinen, waaruit de zaden afkomstig zijn, door den invoerder geen naar het oordeel van bedoelden deskundige voldoende in-lichtingen kunnen worden verstrekt;

c. de invoerder ongenegen blijkt, van elke kist of ander collo zaden ten hoogste één honderd stuks kosteloos dan wel tegen vergoeding der factuurwaarde, af te staan voor het noodige onderzoek ;

d. de zaden naar zijn oordeel in zoodanigen staat verkeeren of van zoodanige hoedanigheid zijn, dat zij geacht moeten worden bij uitplanting nadeel te kunnen toebrengen aan bestaande thee-aanplantingen.

(2) De Directeur van Landbouw, Nijverheid en Handel bepaalt, door wie de sub a van het eerste lid van dit artikel bedoelde garantie-bewij-zen 'moeten zijn afgegeven.

(3) Zaden, waarvoor geen vergunning tot invoer wordt gegeven, worden, tenzij zij per eerste gelegenheid naar buiten Nederlandsch-Indië worden vervoerd, op kosten van den invoerder, op de door den deskundige aan te geven wijze vernietigd, zonder dat eerstgenoemde ter zake aan-spraak zal kunnen maken op eenige vergoeding.

ART. 4. (1) De deskundige is bevoegd te gelasten, dat de van be-smetting verdachte zaden, alvorens te worden ingevoerd, worden ontsmet.

(2) Deze ontsmetting geschiedt van Landswege, op kosten van den invoerder, buiten aansprakelijkheid van den Lande voor de gevolgen.

ART. 5. (1) De, vergunning, voorgeschreven bij het eerste lid van artikel 1, wordt door belanghebbende overgelegd bij het indienen te Tan-djoeng-Priok van aangiften tot invoer van verbruik.

.(2) Die vergunning wordt te Tandjong-priok mede overgelegd bij het doen van aangiften tot verzending naar eene plaats binnen het tolgebied

149

Invoer van Theezaden.

en tot doorzending naar eene plaats buiten het tolgebied maar binnen Nederlandsch-Indië gelegen, tenzij door den Directeur van Landbouw, Nijverheid en Handel, op grond van het vierde lid van artikel 1, is be-paald, dat de invoer elders zonder keuring kan plaats hebben.

ART. 6. (1) Invoer van theezadén, in strijd met het bepaalde in artikel 1, wordt gestraft met eene boete van ten hoogste f 1000.—.

(2) De vernietiging van zaden en verpakkingsmiddelen kan in het vonnis, zelfs bij vrijspraak, gelast worden.

Invoer van planten en zaden van kofflesoorten en variëteiten