• No results found

DEEL II: Instrumenten waarmee de erflater zijn nalatenschap kan regelen

Afdeling 2: Mogelijke manieren om het erfrecht van de langstlevende echtgenote of de kinderen te

268. Naargelang de situatie kan het zijn dat de beschikker zijn langstlevende echtgenote of zijn kinderen wenst te bevoordelen. Daarbij zal bovendien vaak getracht worden om ook via het testament conflicten na zijn overlijden tussen voornoemde partijen te vermijden. De vraag is hoe dit kan worden gerealiseerd. Hieronder zullen de voornaamste mogelijkheden worden besproken die relevant zijn in het kader van nieuw samengestelde gezinnen.

2.1.

Het erfrecht van de langstlevende echtgenote beperken (en dus het erfrecht van de

kinderen van de erflater vergroten)

269. Eerder in deze masterproef is al aangehaald dat het erfrecht van de langstlevende echtgenote, inclusief de reserve, serieus kan worden beperkt of zelfs helemaal kan worden afgenomen via een Valkeniersbeding in het huwelijkscontract.415 Als de nieuwe echtgenote niet wenst mee te werken, kan een

Valkeniersbeding niet worden opgemaakt. De ouder kan dan wel een testament opmaken waarbij voornoemd probleem zich niet stelt aangezien dit eenzijdig wordt opgesteld. Het grote verschil met een Valkeniersbeding, is dat het bij testament niet mogelijk is om de langstlevende echtgenote te onterven. De beschikker kan het recht van vruchtgebruik waarop de langstlevende echtgenote recht heeft conform het wettelijk erfrecht wel beperken, maar de reserve van de langstlevende echtgenote mag niet worden aangetast.

Indien de erflater dit niet respecteert, zal de langstlevende echtgenote haar reserve kunnen opeisen, tegen de bewoording van het testament in. Hieromtrent gelden dezelfde regels als bij schenkingen, wat betekent dat de langstlevende echtgenote de inkorting zal kunnen vorderen van de legaten die haar rechten aantasten.416 De inkorting gebeurt in waarde en de langstlevende echtgenote zal de inkorting van een legaat

kunnen verkrijgen voor maximaal het bedrag gelijk aan de waarde van het vruchtgebruik op dat legaat. De waarde van het vruchtgebruik zal dan worden berekend aan de hand van de omzettingstabellen (supra nr. 38).417

414 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 133-134, nr. 180.

415 Supra nr. 163 e.v.

416 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 139, nr. 192.

417 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

270. Ook de gezinswoning toebedelen aan een legataris kan niet zomaar. Indien de beschikker toch de gezinswoning aan een legataris heeft toebedeeld, zal die legataris het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenote moeten dulden. Die legataris zal zolang de langstlevende echtgenote leeft, enkel blote eigenaar zijn van die woning.418

2.2.

Het erfrecht van de langstlevende echtgenote vergroten (en dus het erfrecht van de

kinderen van de erflater beperken)

271. Eerst en vooral moet ook wat betreft de kinderen worden benadrukt dat zij niet kunnen worden onterfd aangezien ook de zij recht hebben op een voorbehouden deel van de nalatenschap van hun ouder. Indien hun reserve toch in het gedrang zou komen, zullen zij de inkorting van de legaten kunnen vorderen.

272. Indien de beschikker de rechten van zijn kinderen in zijn nalatenschap zo veel als mogelijk wenst te beperken, kan hij ervoor opteren om hen enkel hun reserve toe te kennen. Dit wil zeggen dat de beschikker het volledig beschikbaar deel van zijn nalatenschap aan zijn echtgenote zal legateren. Zijn echtgenote zal daarbovenop dan ook nog het vruchtgebruik hebben op het erfdeel van de kinderen.419

273. De beschikker kan er ook voor opteren om in zijn testament in te schrijven dat zijn volledige nalatenschap voor zijn langstlevende echtgenote is, onder de verplichting voor zijn echtgenote om een bedrag gelijk aan de reserve van de kinderen (na aftrek van de waarde van het vruchtgebruik waarop de langstlevende echtgenote recht heeft) aan die kinderen te betalen. De ouder zorgt er zo voor dat zijn kinderen hun erfdeel in waarde krijgen en als iedereen daarin voldaan is, heeft geen van de kinderen nog iets te eisen uit de nalatenschap van hun ouder. Dit zal voornamelijk in situaties waarin de erflater geen of weinig contact met zijn kinderen had een goede oplossing zijn. Op die manier zal de langstlevende echtgenote de bezittingen die al jaren haar vertrouwde omgeving vormen, mogen behouden.420 De omvang van het bedrag

voor de kinderen zal worden uitgedrukt in een percentage van de nalatenschap en de langstlevende echtgenote zal dan het beschikbaar deel en het vruchtgebruik op de reserve van de kinderen krijgen.421

418 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 140, nr. 193.

419 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 142, nr. 197.

420 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 143, nr. 199.

421 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

Voorbeeld

Stel dat de langstlevende echtgenote 40 jaar is op het moment van het overlijden van haar echtgenoot. Dan heeft haar vruchtgebruik een waarde van 43,04 % op de reserve van de kinderen. Dus 21,52 % op de hele nalatenschap. Dat betekent dat de langstlevende echtgenote recht heeft op 50 % (het beschikbaar deel) + 21,52 % (waarde van haar vruchtgebruik op de nalatenschap)= 71,52

% van de nalatenschap en dus zal 28,48 % van de nalatenschap voor de kinderen zijn.422

Dergelijke regeling in het testament kan overigens bovenop de huwelijksvoordelen komen die de langstlevende echtgenote via een huwelijksovereenkomst kreeg toebedeeld.423

274. De beschikker kan ook een minder drastisch testament opmaken en ervoor opteren om bepaalde goederen te legateren aan de langstlevende echtgenote, goederen waarvan hij zeker wil zijn dat zij ze zal krijgen. Dan zullen zijn kinderen de inkorting kunnen vragen indien hun reserve werd aangetast, maar dit zal in waarde gebeuren waardoor de langstlevende echtgenote die goederen zal kunnen behouden en de kinderen enkel geld zullen krijgen.424

2.3.

Conclusie

275. De beschikker heeft veel mogelijkheden om via zijn testament af te wijken van het wettelijk erfrecht en een regeling op maat van zijn gezin te maken. Dit kan gaan van de wil om bepaalde goederen toe te bedelen aan de langstlevende echtgenote tot haar zo ver als mogelijk onterven.

276. Zeker in nieuw samengestelde gezinnen kan dit dan ook een oplossing bieden voor de beschikker om conflicten tussen zijn kinderen en zijn echtgenote na zijn overlijden te vermijden. Al zal hij misschien beter ook nog andere voorbereidingen treffen en niet enkel een testament opmaken aangezien er in conflictsituaties vaak betwisting rijzen omtrent de geldigheid van het testament zelf.425

277. De wetgever heeft voor alle duidelijkheid niet voorzien in bijzondere regels om bij testament bijvoorbeeld de langstlevende echtgenote geheel dan wel gedeeltelijk te onterven in het kader van nieuw samengestelde gezinnen. De beschikker kan de aanspraken van zijn echtgenote of zijn kinderen in zijn

422 Gebaseerd op een voorbeeld uit: H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B.

VERDICKT, Vermogensplanning tussen echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 143, nr. 198.

423 H. CASMAN, A.L. VERBEKE, N. NIJBOER, S. SLAETS en B. VERDICKT, Vermogensplanning tussen

echtgenoten anno 2020, Mortsel, Intersentia, 2020, 143, nr. 199.

424 G. DEKNUDT en S. BERGHMAN, “Nieuw samengestelde gezinnen: Langdurige erfenistwist of

strategische vermogensplanning?”, VIP 2018, afl. 4, (19) 32.

425 G. DEKNUDT en S. BERGHMAN, “Nieuw samengestelde gezinnen: Langdurige erfenistwist of

nalatenschap wel begrenzen tot de reserve. Indien hij verder gaat, riskeren de legatarissen geconfronteerd te worden met een vordering tot inkorting. Al is een de facto onterving op zich wel mogelijk aangezien de inkorting nog altijd gevorderd moet worden. De langstlevende echtgenote kan er aldus bijvoorbeeld perfect voor opteren om de wensen van haar echtgenoot te respecteren en niet op te treden tegen de legaten aan de kinderen.

278. Tot slot dient er te worden gewezen op het feit dat een testament dat werd opgemaakt voor 1 september 2018 best eens wordt nagekeken aangezien er sedert 1 september 2018 een aantal zaken gewijzigd zijn. Indien men met zijn testament hetzelfde resultaat zou willen bekomen onder het huidige recht als onder het oude recht, dan past de beschikker best zijn testament aan of maakt hij een nieuwe op.426 Op

die manier worden discussie omtrent de juiste draagwijdte van het testament en de bedoeling van de erflater vermeden.

426 B. VAN DEN HOUTE, “De mogelijkheden van de Wet Valkeniers in het vernieuwde familiaal

vermogensrecht” in R. BARBAIX en N. CARETTE (eds.), Tendensen Vermogensrecht 2019, Mortsel, Intersentia, 2019, (199) 210-211, nr. 17.

DEEL III: De impact van de hervorming op de rechten van de