• No results found

Klinkerbotsing bij niet-samenstellingen

In document Technische Handleiding (pagina 107-111)

Er wordt onderscheiden tussen klinkerbotsing bij twee en bij drie opeenvolgende klinkerletters. Het tweede geval betreft uitsluitend een combinatie van een enkele klinkerletter en een dubbele klinker (bijvoorbeeld ie, eu, ei).

9.3.1 Twee opeenvolgende klinkerletters

Niet als samenstelling beschouwde woorden of woorddelen (afleidingen, flexie-vormen en morfologisch ongelede woorden) waarin de laatste letter van een

lettergreep en de eerste letter van de volgende lettergreep de tekens voor één klinker of tweeklank kunnen voorstellen, krijgen bij klinkerbotsing een trema.

klinkerbotsing, dus trema geen klinkerbotsing, dus geen trema

1 aa, ae, ai, au ao

2 ee, ei, eu ea, eo, eij

3 ie ia, io, iu, ii

4 oe, oi, oo, ou oa

5 ui, uu ua, ue, uo

6 iji (ij+i)

7 ya, ye, yi, yo

Voor de volledigheid zijn in de rechterkolom hierboven de lettervolgordes eij en iji opgenomen, hoewel daar strikt gesproken niet van twee maar drie opeenvolgende letters sprake is, terwijl j geen klinkerletter is. Maar ze bevatten de digraaf ij die voor de lezer een zeer sterke perceptuele eenheid vormt.

Enkele voorbeelden van klinkerbotsing bij afleidingen, geflecteerde en ongelede woorden:

1 Kanaän, faëton, iaën, tetraëder, cocaïne, archaïsch, maïs (maar er is ook een uitspraakvariant mais), judaïca, Emmaüs

2 creëren, preëminent, preëmptief, reële, beïnvloeden, deïsme, geüpdatet, reünie, reüsseren

3 appreciëren, biënnale, conciërge, diëten, essentiële, oliën, patiënt 4 coëfficiënt, poëzie, coïncidentie, stoïcijn, egoïsme, coöperatie, coöpteren,

coördinator, protozoön, Pinthoüs

5 continuïteit, druïde, fluïde, fluïdum, intuïtie, linguïstiek, vacuüm, duümviraat Geen klinkerbotsing en dus geen trema in:

1 aorta, chaotisch

2 theater, geavanceerd, archeoloog, theorie, beijveren, geijkt

3 materialistisch, dia, iaën, biologie, functioneel, genius, geranium, kopiist, sjiitisch 4 boa, coalitie

5 situatie, jaguar, duel, continue, intellectuele, duo, virtuositeit 6 zijig

7 cyanide, lobbyen, hobbyist, embryo

De opeenvolging e + ij (beijveren, geijkt) wordt niet als klinkerbotsing opgevat, hoewel e hier gevolgd wordt door i en de medeklinkerletter j. Maar het effect van de digraaf ij op de lezer is zo sterk dat hij niet in verwarring wordt gebracht. Iets analoogs geldt voor ij + i (zijig).

In tegenstelling tot samengestelde woorden wordt in niet-samengestelde woorden geen klinkerbotsing ervaren in woorden met de opeenvolging i + i, zoals kopiist, buiig.

Er is geen sprake van klinkerbotsing in de volgende gevallen aangezien de opeen-volgende klinkerletters er wel degelijk één klinker of tweeklank en één lettergreep voorstellen:

/Ai/ bonsai, dalai lama, foeyonghai, mais (maar er is ook een uitspraakvariant maïs), taifoen, maestro

/çi/ ahoi, boiler, tjaptjoi, polaroid /Ai/ en /E˘/ aerodynamica, aerosol /Ai/ en /e/ taekwondo

/e/ gynaecoloog, promovendae /Ei/ deiktisch

Hierbij moet worden gewezen op de volgende gevallen:

1. Afleidingen op -achtig worden gespeld zoals samenstellingen en krijgen bij klinkerbotsing dus een streepje. Enkele voorbeelden:

lila-achtig, opera-achtig lelieachtig, lenteachtig

2. Ofschoon we hier met twee lettergrepen en dus met klinkerbotsing te maken hebben, wordt geen trema geschreven in uitheemse woorden die als uitheems ervaren worden en die hun oorspronkelijke spelling behouden. Enkele voorbeelden:

clientèle (naast cliënteel), dies, Inuit, maestoso, paella, bel paese

3. Er wordt geen trema geschreven op de Latijnse uitgangen -eus, -eum, -ei, -aeus.

Enkele voorbeelden:

baccalaureus, museum, extranei, uraeus

In een enkel geval ontbreekt het trema ook op een oorspronkelijk Latijns woord op -uum, zoals mutuum, perpetuum mobile

Maar het trema wordt in overeenstemming met de regel wel geschreven in:

continuüm, duümviraat, vacuüm.

4. Er wordt ook geen trema geschreven op de Franse uitgangen -ien, -ienne. Enkele voorbeelden:

elektricien, opticien, musicienne, lesbienne

5. Bij een woord met een diakritisch teken, zoals het accent op é, blijft het accent behouden en wordt geen trema gespeld. Enkele voorbeelden:

carrière, première, variété

6. In de woorden linguïst en pinguïn en ermee gevormde samenstellingen of afleidingen, wordt gu als /gw/ of /ƒw/ uitgesproken. Hoewel hier geen klinker-botsing in de boven gedefinieerde zin is, worden ze minstens sinds de Woordenlijst 1954 met een trema geschreven, en wordt afgebroken tussen u en i .

Andere vergelijkbare woorden met gui, qui, tui zonder klinkerbotsing worden regelmatig gespeld. Voorbeelden:

sanguine, sanguinisch, Guinea, quiz, exquisiet, gratuit Zie verder ook 14.5.3.

7. Bij woordafbreking vervalt het trema. Enkele voorbeelden:

ia-en, continu-iteit, ru-ine, stero-ide, ego-isme, athe-ist, bedoe-ien Opmerking

De umlaut heeft dezelfde vorm als het trema, maar vervult een andere functie. De umlaut geeft in leenwoorden aan dat de klank van de klinker (ä, ö, ü) waarop hij staat, in de oorspronkelijke taal verandert (zie 2.5.2). Enkele voorbeelden:

fröbelschool, salonfähig, überhaupt

9.3.2 Drie of meer opeenvolgende klinkerletters

Bij woorden met drie of meer opeenvolgende klinkers die tot twee lettergrepen behoren, en waarvan twee klinkers samen een klinker of tweeklank voorstellen, geldt een bijzondere regel. De regel luidt:

alleen de e en i krijgen een trema, en wel op voorwaarde dat ze niet op een i volgen.

Enkele voorbeelden:

barbecueën, bedoeïen, drieënhalve, drieëntwintig, feeëriek, geëerd, geëigend, geëuropeaniseerd, genuïen, heroïek, hindoeïstisch, ideeën, jezuïet, jouïsseren, moeë, mozaïek, onderzeeër, poëem, reëel, roekoeën, smeuïg, tweeërlei, weeïg

Er wordt daarom geen trema geschreven in, aioli, apprecieerde, begroeiing, dieet, essentieel, geapprecieerd, geijld, geuit, sjiiet, twee-eiig, uitzaaiing

accentueert, appuyeren, geaaid, geautomatiseerd, geoefend, geout

Hierbij moet op het volgende worden gelet:

1. Gaat het om de combinatie ie+e, dan hangt het van de klemtoon af of er een e wegvalt of niet. Wordt ie beklemtoond, dan wordt ieë geschreven; heeft ie geen klemtoon, dan wordt ië gespeld. Enkele voorbeelden:

allergieën, calorieën, genieën, therapieën

dependentiën, exercitiën, furiën, koloniën, materiën, oliën

2. Sommige telwoorden waarin zich bij -en-, uitgesproken als /´n/, klinkerbotsing voordoet, worden niet als samenstelling behandeld en krijgen geen streepje, maar een trema. Enkele voorbeelden (zie ook 6.2):

drieëntwintig, tweeënveertigste, tweeënhalf

3. Bij woordafbreking vervalt het trema. Enkele voorbeelden:

bedoe-ien, jezu-iet, knie-en, moza-iek, roekoe-en

4. In het werkwoord wiiën, afgeleid van de eigennaam Wii, wordt een trema geschreven omdat hier het grafeem ii behandeld wordt als een variant van het reguliere grafeem ie, op dezelfde wijze dus als drieën, spieën.

10 Hoofdletters en kleine letters

10.1 Inleiding

Ons schrift, dat via het Latijn en het Oudgrieks teruggaat op een Semitisch schrift, was oorspronkelijk een kapitaalschrift. In de eerste eeuwen van onze jaartelling hebben zich in het Latijnse schrift uit de hoofdletters kleine letters ontwikkeld.

Er bestaan verschillende termen om de twee grote lettertypen te benoemen:

- kleine letter, onderkastletter

- hoofdletter, bovenkastletter, kapitaal

Tegenwoordig schrijven we standaard in kleine letters. Hoofdletters gebruiken we in de Nederlandse taal:

- aan het begin van een eigennaam;

- om respect uit te drukken;

- in sommige Duitse woorden;

- in sommige letteraanduidingen, symbolen en afkortingen;

- als een woord aan het begin van een zin staat.

Er gelden geen beperkingen op het gebruik van hoofdletters in creatief taalgebruik.

Bijvoorbeeld in namen van producten en bedrijven worden bij toepassing van het

‘donorprincipe’ geregeld hoofdletters gebruikt waar ze niet nodig zijn, of die afwijken van de regel. Het donorprincipe houdt in dat de schrijfwijze die de oprichter, de ontwerper of de eigenaar van een instelling of merk heeft gekozen, gerepecteerd wordt. Zie ook 10.2.4, 10.12 en 10.13.

In document Technische Handleiding (pagina 107-111)