Kabels en leidingen

In het plangebied bevinden zich geen planologisch relevante kabels en leidingen.

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

Klusmarkt/doe-het-zelf-zaak

In het plangebied zijn op dit moment nog bedrijfsopstallen van een voormalige meel- en vee-voederfabriek gevestigd. Gelet op het gemengde karakter van het plangebied en zijn omgeving (meel- en veevoederfabriek, nutsgebouw, agrarische bedrijven met bedrijfswoning en verschil-lende woningen) en de functie die het plangebied eerst had (onderdeel van de meel- en vee-voederfabriek) zal de vestiging van de klusmarkt de woon- en leefkwaliteit van de omgeving naar verwachting in positieve zin beïnvloeden.

Ter zake van het aspect geluid is het van belang dat in de vergunning Wet Milieubeheer ge-luidsgrenswaarden zijn geformuleerd waaraan het bedrijf moet voldoen. Op basis hiervan be-hoeft er niet gevreesd te worden voor geluidshinder als gevolg van het in werking zijn van het bedrijf.

Voor wat betreft geluidshinder als gevolg van wegverkeerslawaai is uit onderzoek gebleken dat ter plaatse van de maatgevende woning Molenstraat 135 de voorkeursgrenswaarde van 50 dB(A) niet wordt overschreden.

Verkoop consumentenvuurwerk

In de klusmarkt zal tevens verkoop van consumentenvuurwerk plaatsvinden. Ten aanzien van de verkoop van consumentenvuurwerk gelden de eisen van het Vuurwerkbesluit. Ingevolge dit besluit dient ook via het spoor van de ruimtelijke ordening expliciet aandacht te worden besteed aan de veiligheidsafstanden die gelden voor vuurwerkopslag. Voor bedrijven die minder dan 10.000 kg consumentenvuurwerk opslaan beperkt de veiligheidsafstand zich tot 8 m (gemeten vanaf de deuropening van de (buffer)bewaarplaats tot kwetsbare objecten zoals woningen).

Opslag en verkoop van vuurwerk vindt in de geplande klusmarkt aan de zijde van de Appelaar-sedijk plaats. Het verkooppunt voor vuurwerk en de opslag van vuurwerk hebben een eigen zelfstandige toegang nabij de expeditietoegang aan de zijkant van het pand. De opslagruimte en de verkoopruimte zijn strikt gescheiden van de overige voor publiek toegankelijke ruimten.

Opslag en verkoop van vuurwerk vindt conform de milieuvergunning alleen plaats gedurende de laatste week van december en de eerste week van januari.

De afstand tussen het verkooppunt en de dichtstbijzijnde woning bedraagt ongeveer 35 m. Na-dere regulering vindt via het milieuspoor (vergunning of melding) plaats. Inmiddels is hiervoor de noodzakelijke vergunning verleend.

Overigens is in dit bestemmingsplan een algemeen gebruiksvoorschrift opgenomen die de op-slag van meer dan 10.000 kg vuurwerk als een vorm van strijdig gebruik aanmerkt.

Verkooppunt voor motorbrandstoffen

Volgens de VNG-uitgave "Bedrijven en milieuzonering" geldt voor een verkooppunt voor motor-brandstoffen zonder verkoop van LPG een richtafstand ten opzichte van een rustige woonwijk van 30 m, onder meer vanwege het aspect externe veiligheid. Dit is echter een richtafstand, waar beargumenteerd van af mag worden geweken indien het een ander omgevingstype be-treft.

Uit de vergunning Wet milieubeheer (zie hieronder) blijkt dat de kleinste afstand tussen de afle-verzuil van het tankstation tot de dichtstbijzijnde woning ten minste 30 m bedraagt. In de voor-schriften, behorende bij deze vergunning, zijn met het oog hierop aanvullende bepalingen op-genomen, op basis waarvan er tussen 20:00 uur en 7:00 uur aflevering van brandstoffen alleen mag plaatsvinden via pompeiland 2 dat op een afstand van 38 m van de dichtstbijzijnde woning is gelegen. Hiermee wordt voldaan aan de gestelde richtlijnen.

Vergunning Wet milieubeheer

Bij besluit van 20 januari 2004 hebben burgemeester en wethouders van Moerdijk aan Sanders Detailhandel B.V. een vergunning ingevolge de Wet milieubeheer verleend voor het oprichten en in werking hebben van een inrichting voor een doe-het-zelfmarkt, vuurwerkverkoop, Agri en Tuin en tankstation met shop. In dat kader naar voren gebrachte bedenkingen zijn deels ge-grond en deels ongege-grond verklaard. In het verlengde hiervan is de ontwerpvergunning op het onderdeel geluid aangepast.

Onderzoek 17

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

4.6. Ecologie

Deze paragraaf betreft een samenvatting van het onderzoek naar het effect van het voornemen op de in en rond het plangebied mogelijk aanwezige natuurwaarden. De volledige ecologische toets is te vinden in bijlage 1.

Het doel van het onderzoek is:

- het bepalen van de noodzaak van aanvullend onderzoek;

- bepalen of het plangebied nabij een beschermd natuurgebied gelegen is;

- bepalen of ontheffing van de Flora- en faunawet redelijkerwijs te verwachten is.

Plangebied in omgeving

Het plangebied bestaat uit buiten gebruik zijnde bebouwing van een meel- en veevoederfabriek en ligt ten westen van de kern Fijnaart. Het maakt deel uit van de lintbebouwing aan de Molen-straat en de Appelaarsedijk. Het plangebied grenst in het noorden en het zuiden aan bebou-wing, waaronder een meel- en veevoederfabriek en enige agrarische bebouwing. Het gebied ten westen en oosten van het plangebied/de Appelaarsdijk is agrarisch in gebruik. Het plange-bied is op enkele honderden meters van de A59 gelegen. De op het plangeplange-bied aanwezige be-bouwing is sterk vervallen.

Door de ligging van het plangebied aan de regionale ontsluitingswegen en de aanwezigheid van de meel- en veevoederfabriek, is reeds sprake van verstoring van mogelijk aanwezige natuur-waarden in het gebied door geluid.

Conclusies beoordeling Gebiedsbescherming

Het plangebied vormt geen onderdeel van en is niet nabij een beschermd natuurgebied gele-gen.

Extra beschermde soorten

De werkzaamheden in het plangebied leiden tot mogelijke aantasting van de verblijfgebieden en/of verstoring van de volgende extra beschermde soorten:

- broedvogels: alle in het plangebied aanwezige broedvogelsoorten;

- vleermuizen: gewone dwergvleermuis en meervleermuis.

Extra te beschermen soorten mogen niet worden verstoord of aangetast. Derhalve is ontheffing van het ministerie van LNV niet mogelijk voor extra beschermde soorten.

De aantasting en verstoring van vogels dient te worden voorkomen door de werkzaamheden buiten het broedseizoen te laten starten.

Aanvullend onderzoek

Of de vleermuissoorten vaste verblijfplaatsen (zoals kraamkolonies) hebben in de te slopen be-bouwing, is onbekend. De gebouwen die enkelsteens zijn uitgevoerd, zijn naar verwachting niet geschikt als verblijfplaats. De bebouwing aan de Molendijk zou dit echter wel kunnen zijn. De bomenrij langs de Appelaarsedijk en de akkergebieden in de omgeving voorzien in het foera-geergebied van genoemde vleermuissoorten. Aanvullend onderzoek naar de aanwezigheid van vaste verblijfplaatsen in het plangebied voor deze extra te beschermen soorten wordt aanbe-volen. Gewone dwergvleermuis en meervleermuis zijn vleermuissoorten die het gehele jaar door in gebouwen een verblijfplaats hebben.

Overige beschermde soorten

De werkzaamheden in het plangebied leiden tot mogelijke aantasting van de leefgebieden en/of verstoring van de volgende overige te beschermen soorten:

- zoogdieren: wezel.

Het gaat hierbij om een soort die vrij algemeen voorkomt in Nederland. De verwachting is dat met de voorgenomen ontwikkeling de gunstige staat van instandhouding van de soort niet in het geding komt. Nader onderzoek naar de aanwezigheid van deze soort is niet noodzakelijk. Een ontheffing van het Ministerie van LNV is nodig voor de verstoring van genoemde soort, maar aangezien het hier om in Nederland vrij algemene soort gaat, is redelijkerwijs te verwachten dat deze verleend wordt.

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

Aantasting (van het leefgebied) en verstoring van extra beschermde soorten (vogels) dient te worden voorkomen door buiten het broedseizoen (april tot en met augustus) te starten met werkzaamheden.

Aanvullend onderzoek naar extra te beschermen soorten in het plangebied wordt aanbevolen voor gewone dwergvleermuis en meervleermuis.

Ontheffing voor de Flora- en faunawet van het Ministerie van LNV is noodzakelijk voor overige te beschermen soorten zoogdieren binnen het plangebied.

Deze ontheffing is redelijkerwijs te verwachten.

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

5. Juridische planbeschrijving

¹⁹

Het bestemmingsplan Locatie Sanders loopt vooruit op de verdere procedure van het ontwerp-bestemmingsplan Buitengebied Moerdijk. Te zijner tijd zal dit ontwerp-bestemmingsplan in het bestem-mingsplan Buitengebied worden geïntegreerd. De inhoud van de juridische regeling is om die reden afgestemd op de regeling die wordt gehanteerd in het ontwerpbestemmingsplan Buiten-gebied.

De gronden van het perceel Molenstraat 137-141 zijn ten behoeve van de realisering van de doe-het-zelf-zaak/klusmarkt annex productgroep dier en tuin en het verkooppunt voor motor-brandstoffen bestemd als Detailhandelsdoeleinden (D). Ter plaatse van de subbestemming Dbm is een bouwmarkt inclusief productgroep dier en tuin met opslag en verkoop van consu-mentenvuurwerk toegestaan. Op deze wijze wordt voorkomen dat andere vormen van detail-handel zonder meer van de aanwezige gebouwen gebruik kunnen gaan maken. Ter plaatse van de nadere aanwijzing verkooppunt motorbrandstoffen (vm) is een verkooppunt voor motor-brandstoffen zonder LPG-verkoop toegestaan.

De geprojecteerde bouwmarkt is strak bestemd, dat wil zeggen dat met een verdere uitbreiding geen rekening is gehouden. Het bouwvlak van het bouwperceel mag geheel worden bebouwd met gebouwen.

Binnen de bestemming Detailhandelsdoeleinden zijn verder bijbehorende voorzieningen, zoals parkeer- en groenvoorzieningen toegestaan. Ter plaatse van de buitenruimte van het perceel geldt de nadere aanwijzing (z). Hier mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

6. Economische uitvoerbaarheid

²¹

De voorgenomen ontwikkeling betreft een particulier initiatief. Op geen enkele wijze is de ge-meente Moerdijk financieel betrokken bij het totstandbrengen van deze ontwikkeling. Met het oog hierop is een nader onderzoek naar de economische uitvoerbaarheid van de plannen ach-terwege gebleven.

Ter zake wordt er volledigheidshalve op gewezen, dat op basis van de distributie-planologische verkenning kan worden geconcludeerd, dat er voldoende draagvlak is voor een volwaardige detailhandelsfunctie op deze locatie.

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

Adviesbureau RBOI

Rotterdam / Middelburg 264.11276.00

7. Inspraak en overleg

²³

Als onderdeel van het voorontwerpbestemmingsplan Buitengebied d.d. 8 augustus 2003, heeft de voorgenomen ontwikkeling reeds de inspraak en het overleg ex artikel 10 Bro doorlopen.

Met de in dat kader gemaakte opmerkingen is bij het opstellen van het voorliggende bestem-mingsplan ook rekening gehouden.

In dit hoofdstuk worden de resultaten van de inspraak en het overleg van het voorontwerpbe-stemmingsplan Buitengebied weergegeven, voorzover deze betrekking hebben op de voorge-nomen ontwikkeling van de Locatie Sanders.

In document moerdijk buitengebied (pagina 188-196)