• No results found

Introductie van een nieuwe indicatorenset

In document Monitor Duurzaam Nederland 2011 (pagina 34-37)

Duurzame ontwikkeling is een aan tijd en plaats gebonden zoektocht

1.3 Introductie van een nieuwe indicatorenset

De eerste Monitor Duurzaam Nederland ging uit van een intergenerationeel perspectief op duurzame ontwikkeling. Hierbij stond de vraag centraal of onze levenswijze in het hier en nu niet ten koste zou gaan van toekomstige generaties. In deze tweede Monitor Duur- zaam Nederland willen we meer aandacht besteden aan de kwaliteit van leven zowel in het ‘hier en nu’ als in het ‘later’ en ‘elders’.

De vernieuwde indicatorenset bestaat uit drie afzonderlijke dashboards die de meest we- zenlijke aspecten van het begrip duurzame ontwikkeling zichtbaar maken, te weten (1) de kwaliteit van leven in het hier en nu, (2) de kansen van volgende generaties om hun wel- vaartsdoelen te realiseren en (3) de invloed die het Nederlandse welvaartsstreven heeft op de welvaart in de rest van de wereld. Deze drie dashboards gaan in op de belangrijke onderdelen van de Brundtlanddefinitie (behoeften hier en nu huidige generatie, zijn er voldoende hulpbronnen om in de behoeften te blijven voorzien en hoe zit het met de ver- deling?) en doen ook recht aan de aanbevelingen zoals die zijn gedaan in de studie van Stiglitz-Sen-Fitoussi (Stiglitz et al., 2009), het rapport van de Commissie Opschoor (Op- schoor et al., 2009) en het SER-advies over duurzame ontwikkeling (SER, 2010). De SER pleit in dit advies nadrukkelijk voor het verbreden van de indicatorenset om vooruitgang te meten en is voorstander van het ontwikkelen van een ‘dashboard’ aan samenhangende, overzichtelijke duurzaamheidsindicatoren.

Voor ieder van de drie dashboards is eerst vastgesteld welke thema’s daarin geadresseerd dienen te worden. Vervolgens is gezocht naar indicatoren die zo goed mogelijk een beschrijving geven van ieder van deze thema’s.

Kwaliteit van leven: De kwaliteit van leven van de huidige generatie is een zeer breed

begrip. Iedere generatie definieert opnieuw voor zichzelf, op basis van de dan geldende preferenties, welke doelen zij nastrevenswaardig vindt en welke ze ook relevant acht voor haar kwaliteit van leven.

De grote hoeveelheid literatuur die er over dit onderwerp bestaat, biedt echter wel hand- vatten om een checklist te maken van zaken die algemeen als belangrijk of zelfs onont- beerlijk voor de kwaliteit van leven worden beschouwd. Bij de keuze van de thema’s in de monitor is gebruik gemaakt van wetenschappelijke literatuur en van nationale en interna- tionale datasets op het gebied van kwaliteit van leven. Bij de themakeuze is onderscheid gemaakt tussen thema’s die betrekking hebben op het individu (o.a. gezondheid, onder- wijs, wonen, vrije tijd en bestaanszekerheid) en thema’s die omgevingsfactoren betreffen (o.a. natuur en luchtkwaliteit, veiligheid, sociale participatie en vertrouwen).

De keuze voor indicatoren is voor een belangrijk deel ingegeven door de beschikbaarheid van kwalitatief hoogwaardige data. Hier is het van primair belang dat de reeksen voor Nederland vanaf 2000 beschikbaar zijn zodat een idee kan worden gekregen hoe de diverse aspecten van de kwaliteit van leven zich gedurende het laatste decennium hebben ontwikkeld. Daarnaast is steeds geprobeerd die indicatoren te selecteren die een vergelijking met de andere landen van

1.3.1 De drie dashboards en bijbehorende thema’s

Kwaliteit van leven Hulpbronnen Nederland in de wereld

Welzijn en materiële welvaart Natuurlijk kapitaal Milieu en grondstoffen

welzijn land energie

materiële welvaart natuur grondstoffen

klimaat klimaat

Persoonlijke kenmerken energie

gezondheid bodemkwaliteit Handel en hulp

wonen waterkwaliteit hulp

opleiding luchtkwaliteit handel

vrije tijd

mobiliteit Menselijk kapitaal

bestaanszekerheid arbeid

pensioenen gezondheid

opleiding

Omgevingsfactoren

veiligheid Sociaal kapitaal

ongelijkheid sociale participatie en vertrouwen

sociale participatie en vertrouwen instituties 1)

instituties 1)

natuur Economisch kapitaal

luchtkwaliteit fysiek kapitaal

kennis schuld

de Europese Unie mogelijk maakt. Indien mogelijk, worden zowel objectieve als subjectieve scores op indicatoren gegeven. Een objectieve score op een indicator geeft de ontwikkeling weer zoals die door een buitenstaander kan worden waargenomen. Een subjectieve score geeft informatie over de wijze waarop burgers een toestand of een verandering percipiëren.

Hulpbronnen: Voor wat betreft de welvaart van de toekomstige generaties is dezelfde

werkwijze gevolgd als in de eerste monitor. Ook nu wordt het intergenerationele aspect van duurzame ontwikkeling geschetst aan de hand van de kapitaalbenadering. De keuze van thema’s en bijbehorende indicatoren is hier betrekkelijk rechttoe rechtaan, vooral om- dat kan worden voortgebouwd op een rijke stroom aan literatuur over kapitaaltheorie. En belangrijker nog, voor een aantal kapitaalvormen zijn reeds officiële statistische standaar- den ontwikkeld of in een vergaande staat van ontwikkeling.

De kapitaalliteratuur maakt een onderscheid tussen economisch, menselijk, natuurlijk en sociaal kapitaal. Voor de meest geschikte indicatoren op het gebied van economisch en natuurlijk kapitaal kan worden verwezen naar de statistische standaarden van het sys- teem van nationale rekeningen en het systeem van economische en milieurekeningen. Voor menselijk en sociaal kapitaal zijn nog geen officiële statistieken voorhanden, maar in deze monitor hebben we ook gekeken naar de aanbevelingen van de internationale Wor- king Group for the Statistics of Sustainable Development, een werkgroep waarin toonaan- gevende instellingen zoals Eurostat, de VN, de OESO en de Wereldbank participeren.

Nederland in de wereld: Het dashboard ‘Nederland in de wereld’, dat de internationale

dimensie van duurzame ontwikkeling moet belichten, staat nog in de kinderschoenen. Het onderwerp internationalisering is een wezenlijk onderdeel van het duurzaamheids- debat – mede gezien de centrale positie ervan in het Brundtland rapport – maar in de praktijk wordt dit onderwerp in duurzaamheidsrapporten maar mondjesmaat behandeld. In de eerste Monitor Duurzaam Nederland werd al aandacht besteed aan de milieudruk van Nederland op de rest van de wereld. De importen van natuurlijke hulpbronnen uit de rest van de wereld vormen immers een belangrijke pijler onder de Nederlandse economie. In navolging van het Brundtlandrapport ligt de nadruk op de relatie met de allerarmste landen. Om tot een evenwichtiger beeld van die relatie te komen, zijn ook de financiële stromen vanuit Nederland naar de ontwikkelingslanden in kaart gebracht. Uiteraard zijn er veel andere aspecten die in het dashboard ‘Nederland in de wereld’ een plaats zouden verdienen, zoals de internationale stromen van kennis en het vraagstuk van internationaal sociaal kapitaal. De momenteel beschikbare data zijn evenwel niet betrouwbaar genoeg om in een officiële indicatorenset op te nemen. Het streven is om op termijn ook aan deze internationale aspecten van duurzame ontwikkeling recht te doen.

1.4 Introductie van de thema­

In document Monitor Duurzaam Nederland 2011 (pagina 34-37)