• No results found

Het oplossen van knelpunten in kleine teelten waar het aantal toegelaten

bestrijdingsmiddelen beperkt is, zou kunnen bijdragen aan het terugdringen van het aantal MRL- overschrijdingen in producten van kleine teelten zoals waargenomen in de periode 2003-2005.

Andere factoren die van invloed kunnen zijn op trend

Er zijn te weinig gegevens om de residugehaltes te relateren aan de variatie in weersomstandigheden in de jaren 2003, 2004 en 2005. Daar waar een vergelijking enigszins mogelijk was leek 2003 een jaar waar de kans op (te hoog) residu in aardbei groter was dan in 2004 en 2005. Dit zou de waargenomen trend lichtelijk kunnen beïnvloeden. In het algemeen bleek uit dit deelonderzoek dat er te weinig gegevens zijn om een verband tussen variatie in weersomstandigheden en het percentage MRL-

overschrijdingen aan te tonen. Aangezien er wel de nodige metingen zijn verricht kan hieruit voorzichtig geconcludeerd worden dat er geen grote invloed geweest zal zijn van verschillen in

weersomstandigheden.

Stichting Natuur en Milieu en andere maatschappelijke organisaties voeren sinds 2000 acties die met name aandacht vragen voor gesommeerde blootstelling aan organofosfaten en carbamaten. Het aantal MRL-overschrijdingen van deze organofosfaten is van 0,8% in 2003 gedaald naar 0,2% in 2003. Het effect van de acties van milieuorganisatie op de handel in agrarische prodcuten en het gedrag van de teler is wel een onderwerp van gesprek, maar het is niet mogelijk gebleken om een direct kwantitatief verband vast te stellen.

Tabel 9.11. Overzicht percentage MRL-overschrijdingen in de periode 2003-2005 voor Nederland, EU en Derde landen voor alle stoffen en de stoffen behorend tot de organofosfaten en carbamaten

NL EU Derde landen

Alle stoffen Alleen org.f + carb Alle stoffen Alleen org.f + carb Alle stoffen Alleen org.f + carb 2003 3,5 0,8 15,4 4,0 9,7 3,9 2004 3,2 0,3 20,0 2,5 11,6 2,4 2005 2,5 0,2 12,5 1,5 15,6 4,6

Daarnaast behoort een groot aantal van de organofosfaten tot de groep van stoffen die in de periode 2003-2005 geharmoniseerd zijn. Het is niet te herleiden of de waargenomen daling nu komt door de acties van de milieuorganisatie of door de harmonisatie.

9.4 Relatie MRL-overschrijdingen en voedselveiligheid

9.4.1 Overschrijdingen van de acute toxicologische grenswaarde

Een MRL wordt vastgesteld op basis van Goede Agrarische Praktijk (GAP). GAP houdt in dat niet meer bestrijdingsmiddel gebruikt mag worden dan strikt noodzakelijk voor het effectief bestrijden van de ziekte of plaag. Vervolgens worden op basis van deze GAP veldproeven opgezet en uitgevoerd, waaruit moet blijken hoeveel residu achter blijft in de gewassen. Deze hoeveelheden worden vermenigvuldigd met de consumptiehoeveelheden van de gewassen en zo wordt bepaald of de toxicologische

grenswaarden overschreden worden. Is dit het geval dan mag het middel niet toegelaten worden, tenzij er aanvullende informatie wordt verstrekt over afbraak van het residu door voedselbereiding of over een gunstigere verdeling van het residu in het mengmonster en dat na herberekening blijkt dat de uitkomst nu wel onder de toxicologische grenswaarde ligt. Op deze wijze wordt op voedselveiligheid getoetst. Vaak zullen de gevonden residugehaltes lager liggen dan de toxicologische grenswaarde. De MRL’s zijn dan strenger dan strikt nodig vanuit het perspectief van volksgezondheid. Een normoverschrijding hoeft dan ook niet direct ernstig te zijn als het gaat om de volksgezondheid. Een transparant onderscheid

tussen ernstige en minder ernstige normoverschrijdingen zou in de huidige communicatie over MRL- overschrijdingen en mogelijke risico’s voor de volksgezondheid verhelderend kunnen werken.

Daarnaast heeft een norm altijd betrekking op één agrarisch product of voedingsmiddel in relatie tot één residu van een bestrijdingsmiddel. Het is een feit dat mensen combinaties van voedingsmiddelen eten, en dat mensen blootgesteld worden aan meer dan één residu.

Voor bestrijdingsmiddelen met een acuut toxische werking is de ernst van de overschrijding uit te drukken in de mate waarin de Acute Referentie Dosis, de grenswaarde voor acute toxiciteit, wordt overschreden. Dit wordt berekend met de puntschatting of de Nationale (of Internationale) Estimated Short-Term Intake (NESTI of IESTI). De puntschatting houdt rekening met liefhebbersconsumptie (97,5% van consumptieverdeling voor het betreffende voedingsmiddel), het residugehalte, afbraak van het residu door voedselbereiding (processing) en verdeling van het residu over het bemonsterde product (homogeniteit of variabiliteit). De methode voor de puntschatting is opgesteld door de WHO en wordt vooral gebruikt voor de beoordeling van de toelating van nieuwe bestrijdingsmiddelen.

Voor het beoordelen van een risico voor de volksgezondheid op basis van lopende meetprogramma’s hebben de Voedsel- en Warenautoriteiten van de EU-lidstaten afgesproken om de puntschatting ook te gebruiken als basis voor het zogenaamde ‘Rapid Alert System for Food and Feed’ (RASFF). Indien een lidstaat op basis van de berekening met de puntschatting constateert dat de acute toxicologische

grenswaarde na invulling van informatie over processing en homogeniteit wordt overschreden, worden de Europese Commissie en andere lidstaten hiervan direct op de hoogte gesteld. De puntschatting is een instrument dat gerelateerd is aan partijcontrole. Ook voor de puntschatting geldt dat ze betrekking heeft op één agrarisch product of voedingsmiddel in relatie tot één residu.

Door het systeem van RASFF kunnen mogelijke problemen wel snel en effectief aangepakt worden. In 2003 zijn bijvoorbeeld druiven uit India uit de handel genomen omdat bij voortduring bleek dat er na berekeningen met de puntschatting te hoge residugehaltes voorkwamen op deze druiven. De VWA heeft sinds het bestaan van RASFF twaalf keer een melding gemaakt van een overschrijding van de acute toxicologische grenswaarde. Dit aantal moet niet verward worden met de percentage vermeldt in tabel 9.12.

De puntschatting houdt rekening met de invloed van voedselbereiding op het residu en de homogeniteit van het residu in het mengmonster. Informatie hierover ontbreekt veelal. De uitkomsten van de

berekeningen worden in grote mate beïnvloed door deze onzekerheden (zie tabel 9.11; [39]). Indien aangenomen wordt dat de homogeniteit overeenkomt met de hoge default waarden, zoals gebruikt in de toelating, ontstaat er veel eerder een overschrijding van de acute toxicologische grenswaarde, dan wanneer hier aannames worden gemaakt dat de factor lager zou kunnen zijn. In deze evaluatie is gezocht naar informatie over het verlagende effect van voedselbereiding op het residugehalte en de werkelijke homogeniteit van het residu in een mengmonster.

Tabel 9.12. Percentage van de puntschattingen die leiden tot een overschrijding van de acute toxicologische grenswaarde. Berekeningen zijn uitgevoerd per jaar en herkomst van het product, en onder verschillende scenario’s voor processing en homogeniteit. Alle positieve meetresultaten, onafhankelijk of er wel of niet een MRL-overschrijding is geconstateerd, zijn meegenomen

NL2 EU2 IMP2

Jaar Scen Scen Scen 3 Scen 2 Scen 2 Scen 3 Scen 1 Scen 2 Scen 3

2003 0,62 0,47 0,21 3,98 2,98 1,36 4,77 3,03 1,28

2004 0,35 0,27 0,16 2,59 1,63 0,45 3,49 2,09 0,73

2005 0,28 0,16 0,08 2,82 1,45 0,32 3,56 1,93 0,30

1Scen1: default homogeniteitfactoren, geen processing;Scen 2: homogeniteit is default en, geen processing; Scen

3: homogeniteit is default of werkelijke waarde, met processing

2NL = Nederland; EU = Europese Unie (exclusief NL); IMP = import (landen buiten de EU).

In het RASFFis afgesproken dat er geen meldingen gemaakt worden van een overschrijding van de acute toxicologische grenswaarden als er geen sprake is van een MRL-overschrijding. In principe ontbreekt dan de wettelijke basis voor handhaving. Incidenteel komt het voor dat de acute

toxicologische grenswaarde wordt overschreden, maar niet de MRL. De oorzaak ligt in het proces van herbeoordeling. De toxiciteit wordt dan als eerste herbeoordeeld, en pas later worden de bijhorende MRL’s aangepast. Bij de vaststelling van een nieuwe toxicologische grenswaarde wordt echter wel nadrukkelijk gesteld dat ook een herbeoordeling van de MRL’s moet plaatsvinden. Het verdient aanbeveling de MRL’s van deze herbeoordeelde bestrijdingsmiddelen zo spoedig mogelijk vast te stellen om verwarring te voorkomen.