• No results found

Het belang van inlichtingen en informatie

1.7 Factoren van invloed op commandovoering

1.7.7 Het belang van inlichtingen en informatie

Zonder informatie geen operatie. Inlichtingen zijn de resultante van kennis en begrip over de activiteiten, mogelijkheden (capabilities) en intenties van alle (relevante) actoren en factoren. De militaire functie inlichtingen voorziet in een zo volledig en actueel mogelijk beeld van de situatie en is een randvoorwaarde voor het kunnen functioneren van een militaire eenheid. Inlichtingen komen tot stand via het gericht verzamelen en analyseren van informatie. De commandant geeft richting aan het inlichtingenproces. Zijn belangstel-ling richt zich niet alleen op de ‘klassieke’ aspecten vijand, weer en terrein maar ook op informatie over historische, culturele, sociale en religieuze achtergronden van een crisis en de plaats, evenals de rol en betekenis van alle andere actoren15.

Capaciteiten voor inlichtingen (ISR-capaciteiten16) maken deel uit van diverse netwerken en moeten aan elkaar kunnen worden gekoppeld (modulair en interoperabel). Een netwerkge-richte benadering ondersteunt het verzamelen, analyseren en verspreiden van de juiste relevante informatie ten behoeve van korte actie-/reactietijden en snelle besluitvorming.

Een commandant wordt vrijwel altijd geconfronteerd met onzekerheid als gevolg van een informatietekort. Hoewel er in algemene zin veel informatie beschikbaar zal zijn, is niet altijd duidelijk welke informatie relevant is en is de informatie ook niet altijd beschikbaar op het juiste niveau. De relevantie van beschikbare informatie kan snel wijzigen als gevolg van wijzigingen in de geografische ruimte, de interactie tussen de vele actoren, de wijze van optreden van opponenten en de samenstelling van de coalitie in het inzetgebied. De eventuele onzekerheid als gevolg van een gepercipieerd tekort aan informatie mag echter niet leiden tot het uitstellen of niet nemen van besluiten en daardoor tot operationele verlamming. Tegelijkertijd geldt ook dat te snelle besluitvorming op basis van onvoldoende of foutieve informatie in een complexe omgeving met vele actoren kan leiden tot onge-wenste neveneffecten.

Het delen van relevante informatie tussen de betrokken partijen (militair en niet-militair),

15 De analyse van het operating environment kan plaatsvinden aan de hand van de factoren PMESII (politiek, militair, economisch, sociaal, infrastructuur en informatie – zie ook hoofdstuk 4).

16 Intelligence, Surveillance, Reconnaisance.

31 is essentieel voor situational awareness en een gemeenschappelijk begrip. Dit wordt vaak

beperkt door de regelgeving over informatiebeveiliging, maar ook door het vaak niet willen delen van de informatie (informatie is macht). Hoewel er altijd omstandigheden zullen zijn die het delen van informatie niet toestaan, dient de wil om te delen centraal te staan (‘duty to share’). Beveiliging van informatie moet zich richten op de wijze waarop informatie kan worden gewaarborgd zonder de effectiviteit van de ondersteuning aan te tasten. Daarbij vormt risicomanagement een integraal onderdeel van informatiebeveiliging. De uitdaging ligt hierbij in het vinden van (technische) oplossingen die betaalbaar en werkbaar zijn, met een voor de organisatie acceptabel risico.

1.7.8 De informatieomgeving

In toenemende mate is een verschuiving te constateren van traditionele conflicten tussen staten naar conflicten tussen niet-staatgebonden actoren, waarbij spanningen op politiek en sociaal gebied nog worden gecompliceerd door ideologische, religieuze en culturele verschillen. Steun van de lokale bevolking voor de lokale overheid en de militaire operatie is een belangrijke factor van invloed. Dat geldt ook voor de asymmetrisch optredende actoren in het operatiegebied die niet zijn opgewassen tegen een conventioneel-technolo-gisch overwicht en zoeken naar een andere omgeving om hun ´gevechten´ te kunnen winnen. Hun activiteiten in de fysieke omgeving dienen vooral ter ondersteuning van hun informatieactiviteiten, waarbij de beïnvloeding van de bevolking en bijvoorbeeld lokale politieke partijen centraal staat.

Bovenstaande aspecten van militaire operaties spelen zich af in de informatieomgeving. De informatieomgeving bestaat uit de informatie zelf en uit informatiesystemen, waaronder de mens. Het is de omgeving waar mensen informatie waarnemen, zich op basis van informa-tie oriënteren en op basis van informainforma-tie beslissen. Daarmee is de informainforma-tieomgeving de belangrijkste omgeving bij besluitvormingsprocessen.

Van de commandant wordt verwacht dat hij in staat is niet alleen de fysieke omgeving te beheersen, maar juist ook de informatieomgeving omdat in die omgeving essentiële effecten kunnen worden bereikt ten aanzien van de perceptie en het begrip van actoren in het operatiegebied. Het operationaliseren van de informatieomgeving geschiedt door middel van militaire Information Operations (Info Ops).

1.7.9 Media

Media zijn een deel van de informatieomgeving omdat ze een belangrijke rol spelen bij de beeldvorming. De media volgen en toetsen voortdurend het optreden. Beeldvorming beperkt zich dan ook niet tot het daadwerkelijke inzetgebied; juist de beeldvorming bij de

(politieke) achterban speelt een belangrijke rol. In een transparante informatiemaatschap-pij moet men zich bewust zijn van het feit dat elke handeling snel bekend is en kan leiden tot een waardeoordeel.

De media spelen een sleutelrol in het behouden van de publieke steun en de internationale goedkeuring voor de operatie. Commandanten dienen zich er voortdurend van bewust te zijn dat de beeldvorming via de media over de activiteiten een enorme invloed kan hebben op de internationale gemeenschap, het eigen thuisfront en niet in de laatste plaats op de houding van de partijen in het operatiegebied.

De aanwezigheid van media in het operatiegebied, of ze nu embedded17 zijn of onafhankelijk, is een gegeven waarmee commandanten op alle niveaus moeten omgaan. Een proactieve en goed gecoördineerde omgang met de media is daarom een belangrijke factor bij militaire operaties. Bij voorkeur geschieden de mediacontacten op basis van een informatiestrategie.

De interesse van de media zal in alle fasen van een operatie fors zijn, maar het aantal daad- werkelijk aanwezige media in het operatiegebied zal vooral afhangen van toegankelijkheid, individuele belangen van media en journalisten, en de mate van veiligheid in het gebied.

17 Embedded: letterlijk ‘ingebed’, of ‘te gast bij een militaire eenheid’. Afkomstig uit de Angelsaksische wereld, waar journalisten al langer wordt toegestaan om verslag te doen van militaire operaties. Embedded journalisten kunnen een belangrijke rol spelen in het welslagen van de missie door met hun reportages uit het gebied bij te dragen aan begrip en draagvlak. Embedded journalisten moeten zich houden aan een gedragscode.

Ze mogen geen informatie openbaar maken die de veiligheid van de troepen in gevaar kan brengen.

32

33 1.7.10 Vrijheid van handelen

Van de commandant wordt verwacht dat hij alle militaire activiteiten ontwerpt, plant en uitvoert op een dusdanige wijze dat de opgedragen doelstellingen worden gehaald. Om dit te realiseren en te kunnen anticiperen op onvoorziene situaties of nieuwe kansen dient de commandant voldoende vrijheid van handelen te hebben. Het is cruciaal dat een comman-dant voldoende vrijheid heeft om de aan hem toegewezen maritieme-, land- en luchtstrijd-krachten te kunnen ontplooien, de reserves te kunnen inzetten en prioriteiten te kunnen stellen. De mate van vrijheid die de commandant krijgt is echter sterk afhankelijk van de aard van het conflict en de daarmee samenhangende juridische aspecten, de samenhang tussen de militaire en niet-militaire activiteiten binnen de geïntegreerde benadering, en de (inter-)nationale belangen die in het geding zijn. De inzet van strijdkrachten ligt vaak onder een politiek vergrootglas waardoor het risico ontstaat van ‘back seat driving’ of micromanage-ment vanaf hoog niveau. Dat kan een beperkend effect hebben op de mate van vrijheid van commandanten.

De van oudsher traditionele niveaus van militair optreden, het strategische, operationele, tactische en technische niveau, raken met elkaar vervlochten. Tegelijkertijd worden verant- woordelijkheden voor besluitvorming en uitvoering op steeds lagere niveaus belegd als gevolg van toegenomen complexiteit op de grond. Commandanten op het tactische niveau voeren operaties uit waarbij ze de beschikking hebben over een breed scala aan middelen en waarbij de effecten van hun optreden verregaande consequenties kunnen hebben, ook buiten het traditionele militaire domein. Deze consequenties worden mede bepaald door de snelheid waarmee informatie over operaties zich verspreid en de perceptie van die informatie. Commandanten moeten leren omgaan met deze ‘strategische compressie’.