• No results found

De groep met Paramaccaans als thuistaal

Thuistaalprofielen van de leerlingen

Groep 4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo Onbekend Totaal

3.11 De groep met Paramaccaans als thuistaal

Uit Tabel 3.31 blijkt dat in totaal 250 leerlingen aangeven dat bij hen thuis Paramaccaans ge-sproken wordt. De meerderheid van de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal zit in klas 4 glo en de rest is gelijk verdeeld over de klassen.

Tabel 3.31 Aantal leerlingen per klasgroep met Paramaccaans als thuistaal

Groep 4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo Onbekend Totaal

Aantal 108 44 48 34 16 250

De meerderheid van de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal is geboren in Suriname (86%). De rest van de leerlingen geeft aan in buurlanden als Frans-Guyana (6%) en Guyana (4%) en overige/onbekende landen geboren te zijn (4%).

In Tabel 2.16 zagen we al dat de meerderheid van de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal in Paramaribo en Wanica woont, op enige afstand gevolgd door de districten in het

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Chi Ned Chi/Ned

binnenland. De overige districten tellen slechts weinig leerlingen met Paramaccaans als thuistaal.

Uit Tabel 3.32 blijkt duidelijk dat bij de meeste leerlingen met Paramaccaans als thuistaal thuis ook Nederlands (86,8%) en Sranan (78,8%) gesproken wordt. Aukaans (62,8%), Saramaccaans (53,6%), Engels (33,6%) en Aluku (29,6%) zijn andere talen die gesproken worden naast Paramaccaans als thuistaal.

Tabel 3.32 Talen die bij de Paramaccaanse taalgroep thuis gebruikt worden naast Paramaccaans

Taal Aantal %

Nederlands 217 86,8

Sranan 197 78,8

Aukaans 157 62,8

Saramaccaans 134 53,6

Engels 84 33,6

Aluku 74 29,6

Portugees 26 10,4

Arowaks 25 10,0

Sarnami 22 8,8

Surinaams-Javaans 21 8,4

Karaïbs 18 7,2

Chinees 12 4,8

Spaans 7 2,8

Frans 3 1,2

3 andere talen 3 1,2

In de volgende figuren wordt op basis van de door de leerlingen gerapporteerde gegevens het thuistaalprofiel van de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal gepresenteerd. Achtereen-volgens wordt ingegaan op taalvaardigheid, taalkeuze, taaldominantie en taalpreferentie.

Figuur 3.50 geeft een overzicht van de taalvaardigheid in het Paramaccaans van de leer-lingen in de Paramaccaanse thuistaalgroep.

Figuur 3.50 Taalvaardigheid in het Paramaccaans

De leerlingen met Paramaccaans als thuistaal rapporteren in alle klassen een goed ontwikkel-de vaardigheid in het verstaan van het Paramaccaans (61% - 88%); maar hun spreekvaardig-heid is veel minder hoog ontwikkeld (46% - 71%). De lees- en schrijfvaardigspreekvaardig-heid in het Paramaccaans is in alle klassen laag. De leesvaardigheid is 26% in 4 glo, 20% in 6 glo, 40%

in 2 lbgo/mulo en 38% in 4 lbgo/mulo. De schrijfvaardigheid in het Paramaccaans ligt in alle

0 10 20 30 40 50 60 70 80 90 100

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Verstaan Spreken Lezen Schrijven

88 Meertaligheid in het onderwijs in Suriname klassen lager: 21% in 4 glo, 20% in 6 glo, 33% in 2 lbgo/mulo en 23% in 4 lbgo/mulo. Deze gegevens wijzen op een geringe geletterdheid in het Paramaccaans.

Figuur 3.51 geeft een overzicht van de keuze voor het Paramaccaans van de leerlingen in de Paramaccaanse thuistaalgroep met hun moeders, vaders en broers en/of zussen.

Figuur 3.51 Taalkeuze voor het Paramaccaans in het gezin

Leerlingen met Paramaccaans als thuistaal rapporteren een lage keuze voor het Paramac-caans in de interactie met hun moeders (25% - 38%), hun vaders (18% - 35%) en hun broers en zussen (16% - 44%). Naarmate de leerlingen ouder worden kiezen ze vaker het Paramac-caans met hun broers en zussen (44%). Van de leerlingen met ParamacParamac-caans als thuistaal geeft 44% aan dat hun ouders met hen Paramaccaans spreken. De relatief geringe gerappor-teerde keuze voor het Paramaccaans als taal van interactie in het gezin suggereert dat ook andere talen zoals Nederlands, Sranan, Aukaans en Saramaccaans door de leerlingen worden gekozen in de interactie met ouders en broers en zussen.

Figuur 3.52 geeft een overzicht van de keuze voor het Paramaccaans van de leerlingen in de Paramaccaanse thuistaalgroep met ooms en tantes, grootouders, buren en beste vrienden.

Figuur 3.52 Taalkeuze voor het Paramaccaans met familieleden en bekenden

Leerlingen met Paramaccaans als thuistaal rapporteren een geringe keuze voor het Paramac-caans in de interactie met hun ooms en tantes (18% - 35%) en grootouders (20% - 29%). Nog lager ligt de keuze voor het Paramaccaans in de interactie met buren (7% - 17%) en beste vrienden (11% - 26%). De relatief geringe gerapporteerde keuze voor het Paramaccaans suggereert dat ook andere talen zoals Nederlands, Sranan, Aukaans en Saramaccaans door de leerlingen worden gekozen in de interactie met ooms en tantes, grootouders, buren en beste vrienden.

Figuur 3.53 geeft een overzicht van de dominantie van het Paramaccaans en Nederlands van de leerlingen in de Paramaccaanse thuistaalgroep.

0

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Moeder

Figuur 3.53 Taaldominantie in het Paramaccaans en Nederlands

De meeste leerlingen met Paramaccaans als thuistaal rapporteren een veel grotere domi-nantie in het Nederlands dan in het Paramaccaans. Leerlingen in 4 glo rapporteren 13%

dominantie van het Paramaccaans en 39% dominantie van het Nederlands. Deze cijfers zijn 9% - 20% voor 6 glo, 6% - 33% voor 2 lbgo/mulo en 17% - 29% voor 4 lbgo/mulo. Gelijktijdige dominantie van Paramaccaans en Nederlands komt in alle klassen nauwelijks voor (2% - 9%).

Figuur 3.54 geeft een overzicht van de preferentie voor het Paramaccaans en Nederlands van de leerlingen in de Paramaccaanse thuistaalgroep.

Figuur 3.54 Taalpreferentie voor het Paramaccaans en Nederlands

In alle klassen rapporteren de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal een veel hogere preferentie voor het Nederlands (36% - 49%) dan voor het Paramaccaans (3% - 10%).

Tabel 3.33 tot slot geeft aan in welke mate het Paramaccaans en Nederlands in de Paramac-caanse thuistaalgroep de meest gebruikte talen zijn.

Tabel 3.33 Meest gebruikte taal Nederlands versus Paramaccaans (N=234)

Taal 4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo Totaal

Nederlands 38% 32% 38% 62% 40%

Paramaccaans 18% 11% 19% 26% 18%

Uit Tabel 3.33 blijkt dat de leerlingen met Paramaccaans als thuistaal in het algemeen meer Nederlands spreken (40%) dan Paramaccaans (18%). Zowel het gebruik van het Nederlands als het gebruik van het Arowaks in deze groep neemt toe naarmate de leerlingen ouder worden.

Samenvattend kunnen we vaststellen dat de patronen van taalgebruik, taalkeuze, taaldomi-nantie en taalpreferentie van de Paramaccaanse thuistaalgroep in alle klassen een veel sterkere positie laten zien van het Nederlands dan van het Paramaccaans.

0

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Par

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Par Ned Par/Ned

90 Meertaligheid in het onderwijs in Suriname 3.12 De groep met Arowaks als thuistaal

Tabel 3.34 laat zien dat in totaal 212 leerlingen rapporteren dat bij hen thuis Arowaks wordt gesproken. De meerderheid van de leerlingen met Arowaks als thuistaal zit in klas 4 glo. De rest is gelijk verdeel over de klassen.

Tabel 3.34 Aantal leerlingen per klas groep met Arowaks als thuistaal

Groep 4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo Onbekend Totaal

Aantal 91 46 43 31 1 212

In Tabel 2.16 zagen we al dat de meerderheid van de leerlingen met Arowaks als thuistaal woont in Paramaribo, Para en Wanica. De overige districten tellen slechts weinig leerlingen met Arowaks als thuistaal.

Verreweg de meeste leerlingen met Arowaks als thuistaal zijn geboren in Suriname (98,1%). Een enkeling is geboren in Frans-Guyana (0,9%), Nederland (0,5%) en overige/

onbekende landen (0,5%).

Uit Tabel 3.35 blijkt duidelijk dat bij de meeste leerlingen met het Arowaks als thuistaal thuis ook Nederlands (96,2%) gesproken wordt. Sranan (87,2%), Engels (34,9%), Karaïbs (17,4%), Aukaans (16,5%), Saramaccaans (15,6%) en Sarnami (14,6%) zijn andere talen die naast het Arowaks als thuistaal worden gesproken.

Tabel 3.35 Talen die bij de Arowakse taalgroep thuis gebruikt worden naast Arowaks

Taal Aantal %

Nederlands 204 96,2

Sranan 185 87,2

Engels 74 34,9

Karaïbs 37 17,4

Aukaans 35 16,5

Saramaccaans 33 15,6

Sarnami 31 14,6

Portugees 25 11,7

Paramaccaans 25 11,7

Surinaams-Javaans 24 11,3

Aluku 23 10,8

Chinees 18 8,4

Spaans 3 1,4

4 andere talen 4 1,8

In de volgende figuren wordt op basis van de door de leerlingen gerapporteerde gegevens het thuistaalprofiel van de leerlingen met Arowaks als thuistaal gepresenteerd. Achtereenvolgens wordt ingegaan op taalvaardigheid, taalkeuze, taaldominantie en taalpreferentie.

Figuur 3.55 geeft een overzicht van de taalvaardigheid in het Arowaks van de leerlingen in de Arowakse thuistaalgroep.

Figuur 3.55. Taalvaardigheid in het Arowaks

Leerlingen in alle klassen rapporteren een gemiddelde taalvaardigheid in het verstaan van Arowaks (50% - 59%). De spreekvaardigheid is minder ontwikkeld (28% - 40%) en de lees- en schrijfvaardigheid in het Arowaks is in alle klassen gering. De leesvaardigheid is 21% in 4 glo, 15% in 6 glo, 40% in 2 lbgo/mulo en 42% in 4 lbgo/mulo. De schrijfvaardigheid ligt in alle klassen nog lager: 21% in 4 glo, 13% in 6 glo, 28% in 2 lbgo/mulo en 29% in 4 lbgo/mulo.

Deze gegevens wijzen op een geringe geletterdheid in het Arowaks bij leerlingen met Arowaks als thuistaal.

Figuur 3.56 geeft een overzicht van de keuze voor het Arowaks van de leerlingen in de Arowakse thuistaalgroep met hun moeders, vaders en broers en/of zussen.

Figuur 3.56 Taalkeuze voor het Arowaks in het gezin

Leerlingen in de groep met Arowaks als thuistaal rapporteren een zeer geringe keuze van het Arowaks in de interactie met hun moeders (11% - 26%), hun vaders (7% - 18%) en broers en zussen (7% - 12%). Van de leerlingen met Arowaks als thuistaal geeft 44% aan dat hun ouders Arowaks met hen spreken. Dit bevestigt de geringe keuze voor het Arowaks in de interactie in de thuissituatie.

Figuur 3.57 geeft een overzicht van de keuze voor het Arowaks van de leerlingen in de Arowakse thuistaalgroep met ooms en tantes, grootouders, buren en beste vrienden.

Figuur 3.57 Taalkeuze voor het Arowaks met familieleden en bekenden 0

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Verstaan

4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo

Moeder

92 Meertaligheid in het onderwijs in Suriname Leerlingen met het Arowaks als thuistaal rapporteren een zeer geringe keuze voor het Arowaks in de interactie met hun ooms en tantes (9% - 18%). Daar staat tegenover dat ze met hun grootouders wel meer Arowaks gebruiken (20% - 33%). In de interactie met buren en beste vrienden tot slot wordt nauwelijks Arowaks gebruikt (resp. 0% - 11% en 2% - 8%). Het Arowaks wordt eigenlijk alleen nog maar met de grootouders (in beperkte mate) gebruikt.

Figuur 3.58 geeft een overzicht van de dominantie van het Arowaks en Nederlands van de leerlingen in de Arowakse thuistaalgroep.

Figuur 3.58 Taaldominantie in het Arowaks en Nederlands

Bijna alle leerlingen met het Arowaks als thuistaal rapporteren een veel grotere dominantie van het Nederlands dan van het Arowaks. Leerlingen in 4 glo rapporteren slechts 4% domi-nantie van het Arowaks en 55% domidomi-nantie van het Nederlands. Deze cijfers zijn 2% - 67% in 6 glo; 0% - 60% in 2 lbgo/mulo en 3% - 61% in 4 lbgo/mulo. Gelijktijdige dominantie van Arowaks en Nederlands komt nauwelijks voor (0% - 3%).

Figuur 3.59 geeft een overzicht van de preferentie voor het Arowaks en Nederlands van de leerlingen in de Arowakse thuistaalgroep

Figuur 3.59 Taalpreferentie voor het Arowaks en Nederlands

Net als in de patronen van taaldominantie en taalkeuze rapporteren de leerlingen met

Arowaks als thuistaal een veel grotere preferentie voor het Nederlands (42% - 52%) dan voor het Arowaks (2% - 9%).

Tabel 3.36 tot slot geeft aan in welke mate het Arowaks en Nederlands in de Arowakse thuis-taalgroep de meest gebruikte talen zijn.

0

Tabel 3.36 Meest gebruikte taal Nederlands versus Arowaks (N=211)

Taal 4 glo 6 glo 2 lbgo/mulo 4 lbgo/mulo Totaal

Nederlands 58% 67% 47% 61% 58%

Arowaks 10% 4% 2% 3% 6%

Uit Tabel 3.36 blijkt dat de leerlingen met Arowaks als thuistaal in het algemeen meer Neder-lands spreken (58%) dan Arowaks (6%). Het gebruik van het NederNeder-lands in deze groep neemt licht toe naarmate de leerlingen ouder worden terwijl het gebruik van het Arowaks afneemt.

Samenvattend kunnen we vaststellen dat de patronen van taalgebruik, taalkeuze, taaldomi-nantie en taalpreferentie van de Arowakse thuistaalgroep in alle klassen een veel sterkere positie laten zien van het Nederlands dan van het Arowaks.