• No results found

Globale vergelijking

In document Evaluatie bermbeheer Ring Brussel (pagina 143-147)

UITGEVOERD BERMBEHEER

3.2 DEELVRAAG 2:INVENTARISATIEFAUNAENFLORA

3.3.3 Fauna:spinnen

3.3.3.1 Globale vergelijking



HetbodemvalͲonderzoekvanDesenderetal.(2004)leverdemeerspinnenop(11.919ex.)danhet

huidigevan2020,maarmindersoorten(83,dus12soortenminder).Nogbelangrijker:heteerdere

onderzoekleverdeforsminderRodeLijstsoortenop,metname14,meerbepaald7‘bedreigde’

soorten,6‘kwetsbare’en1‘zeldzame’.



Despinnenfaunaiseropdie16jaarkwalitatiefopvooruitgegaan:opeenlageraantalgevangen

exemplarenin2020zijnerméérspinnensoortenenveelmeerRodeLijstsoortengevonden.



Hetfeitdaterin2004opeenkorteretijdspanne(éénmaandvangstenin2004versus3maanden

in2020)méérspinnenzijngevangen,suggereertdatdesituatietoennogvoedselrijkerwas,met

meerbiomassa,endusdatdevegetatiestoennogdenserenforserwaren,enhierdooreenaantal

cultuurvolgerseneurytopesoortenzeerabundantwaren.



Tabel30:Vergelijkingvandespinnenfaunavandebodemvalonderzoekenvan2004en2020

Spinnen Onderzoek2004 Onderzoek2020

Aantalexemplaren 11.919 10.071

Aantalsoorten 83 95

AantalRodeLijstsoorten 14 25

Aantal‘metuitstervenbedreigd’ 0 1

Aantal‘bedreigd’ 7 7

Aantal‘kwetsbaar’ 6 12

Aantal‘zeldzaam’ 1 5



 

3.3.3.2 Vergelijking2004Ͳ2020opbasisvandedominantesoorten



Locatiesg1(2004)enm1(2020)werdenweggelatenuitdePCAaangezienhetoutliersbetreftmet

eensterkvandeanderelocatiesafwijkendesoortensamenstelling.





Figuur47:.EerstetweeassenvaneenPrincipalComponentAnalyse(PCA)vandespinnengemeenschappeninbeide

jarenlangsdeBrusselseRingincl.destalen.Ookhetpercentageverklaardevariatievanbeideassenisweergegeven.



Hoeweldemeestgeteldesoorten,endanmetnameGewonewolfspin(P.pullata),Kleinedikkaak

(P.degeeri),Gewonekrabspin(X.cristatus),Gewonepanterspin(A.pulverulenta),Kochskrabspin

(X.kochi)enMoeraswolfspin(P.palustris)inbeidejarengrotendeelsdezelfdezijn,zijnertochgrote

verschuivingenindegemeenschappen(inhetvoorjaar)tussen2004en2020.

Delocatiesvandeverschillendejarenzijnzogoedalsvollediggescheidenoverdeeerstetwee

assen van een PCA van de spinnengemeenschappen (MannͲWhitney U test, p=0,000013 en

p=0,00060respectievelijk)(Figuur47).

Vooral de gemeenschappen op de drogere locaties zijn sterk gewijzigd, met de 2020 locaties

afgescheidenopdeeersteasvandePCAende2004locatiesopdetweedeas.

Erg opvallend zijn onder andere Dikpootpanterspin (A. cuneata), Noordelijke veldwolfspin (P.

tenuipes), Bodemkaardertje (A. subnigra), Drielobbige Amerikaanse dwergspin (Mermessus

trilobatus)enHeidesteatoda(Asagenaphalerata)diehelemaalnietaangetroffenwerdenin2004,

maar in voorjaar 2020 bij de 20 meest getelde soorten horen, maar evengoed de in 2020 sterk

toegenomen Kleine kampoot (D. pusillus) en Bodemwevertje (T. tenuis). Ook Kochs krabspin is

toegenomenin2020tov.2004,ditittGewonekrabspin(X.cristatus),dieafnam(zieFiguur48).

Soortendiein2004eengroteraandeelhaddenindespinnengemeenschappenzijnonderandere

Gewonekrabspin(X.cristatus),Kortkaakzakspin(C.neglecta),Krulpalpje(T.vagans),Oeverwolfspin

(P.prativaga)enStekelrugje(C.prominens).Deverschillentussen2004en2020vandevochtiger

locaties zijn minder uitgesproken. Voornoemde soorten zijn afgenomen terwijl vooral

Moeraswolfspin(P.palustris)toegenomenlijktin2020tov.2004.



Figuur48:.EerstetweeassenvaneenPrincipalComponentAnalyse(PCA)vandespinnengemeenschappeninbeide

jarenlangsdeBrusselseRing,metdesoortendieinminstenséénvanbeidejarentotde20meesttalrijkgevangen

soortenhoren.Ookhetpercentageverklaardevariatievanbeideassenisweergegeven.

3.3.3.3 Vergelijking2004Ͳ2020opbasisvandeRodeLijstsoorten



KijkenwenaardeRodeLijstsoorten(Figuur49),danzijneenreekssoortengeassocieerdmet(de

drogerelocatiesin)2020,endanmetnameHeidesteatoda,Dikpootpanterspin,Bodemkaardertje,

Noordelijkeveldwolfspin,eninminderemateSlikwolfspin(P.agrestis)enBlekebodemkrabspin(O.

sanctuaria).





Figuur49:EerstetweeassenvaneenPrincipalComponentAnalyse(PCA)vandespinnengemeenschappeninbeide

jarenlangsdeBrusselseRing,incl.deRodeLiistsoortendieinminstens3stalenwerdenaangetroffen.Ookhet

percentageverklaardevariatievanbeideassenisweergegeven.

Daartegenover staan Gestreepte springspin (P. fasciata), Oeverwolfspin (P. prativaga),

Heidekamstaartje(H.nava)enMoerasmolspin(R.arundineti),diein2004eengroteraandeelinde

spinnengemeenschaphaddendanin2020.Ringpootzwartkop(T.aequipes),Stekelkaakkampoot(T.

pedestris)enHeidekrabspin(X.acerbus)vertonenweinigassociatiemetdeeerstetweePCAassen.



Vijfvande14RodeLijstsoortendieDesenderetal.(2004)vingen,zijnnietgevondendooronsin

2020.Hetbetreft:

x drie‘bedreigde’soorten,metnameDrassylluslutetianus(4ex.),Ozyptilascabricula(1ex.)

enSibianoraurocinctus(1ex.);

x éénkwetsbaresoort:Trichopternacito(1ex.);

x éénzeldzamesoort:Enoplognathacaricis(1ex.)



Merkopdatvanviervandezevijfsoortenmaaréénexemplaarwerdgevangengedurendehet

onderzoekvanDesenderetal.(2004).Hetwarendusallichtgeen(omvangrijke)populatiesopde

plaatsvanbemonstering.



Erzijndus9RodeLijstsoortengemeenschappelijktussenbeideonderzoeksperiodes.



Omgekeerdzijner16RodeLijstspinnensoortenmetbodemvallengevangenin2020,dienietin

2004warenvastgesteld!Vandeze16soortenzijnzessoortenmaarmetéénexemplaargevangen

(AelurillusvͲinsignitus,Pardosalugubris,Tibellusoblongus,Zelotespetrensis,Nursciaalbomaculata

enDiplocephalusgraecus),maardusook10soortenmeerdanéén.

VierRodeLijstsoortendienietin2004zijngevangen,zijnzelfsergtalrijkin2020:

x deDikpootpanterspin(Alopecosacuneata)wasanno2020de11detalrijkstgevangensoort,

met212ex.

x HetBodemkaardertje(Argennasubnigra)wasanno2020de15detalrijkstgevangensoort,

met131ex.

x DeHeidesteatoda(Asagenaphalerata)wasanno2020de24stetalrijkstgevangensoort,met

72ex.

x DeNoordelijkeveldwolfspin(Pardosatenuipes)wasanno2020de27stetalrijkstgevangen

soort,met45ex.



Deze Rode Lijst soorten zijn dus niet enkel nieuw verschenen in het gebied, ze hebben ook

omvangrijkepopulatieswetenoptebouwen.Ditiseenduidelijkeillustratiedatdebermengeschikt

leefgebiedzijnvoordezeveelalkritischesoorten.Hetzijndusnietzomaartoevalligezwervers,wat

welhetgevalkanzijnbijsoortendieslechtséénmaalzijnaangetroffen…



Enintotaalzijnerdus30RodeLijstsoortenmetbodemvallengevangeninbeideperiodes(2004

en2020).Ditisduszonderdesleepvangstentebeschouwen.Inclusiefdesleepvangstenzijner34

Rode Lijst spinnensoorten geregistreerd in de bermen van de R0. In 2004 vonden geen

sleepvangstenplaats.



WevergelijkeninTabel31deaantallenvandenegenRodeLijstsoorten,diegemeenschappelijk

waren voor beide onderzoeksperiodes, om te kijken of die toeͲ of afnamen. Hierbij hoort een

belangrijkebedenking:ditzijndetotaalaantallenvoordevolledigeonderzoeksperiodein2020(april

–juni)endusnietenkeldemet2004gemeenschappelijkeperiodedievoordePCAgebruiktis.De

onderzoeksperiodein2004wasnamelijkveelkorter(slechtséénmaand:mei).





Tabel31:TrendvandenegenRodeLijstspinnensoorten(B=bedreigd,K=kwetsbaar),diegemeenschappelijkwaren

voorbeideonderzoeksperiodes

Soort

Rode Lijst

VoorkeursͲ habitat

Aantal in2004

Aantalin

2020 Trend

Arctosaleopardus K Gow 14 9 +Ͳ=

Hahnianava B Godr 347 89 ͲͲ

Robertusarundineti B Gowr 17 4 ͲͲ

Pardosaprativaga K Mc 316 117 ͲͲ

Talaveraaequipes K Godbs 12 1 ͲͲ

Ozyptilasanctuaria B Godt 11 79 ++

Trachyzelotespedestris B Godt 40 215 ++

Phlegrafasciata K Godb 40 40 =

Xerolycosanemoralis K Fddv 3 3 =

 Erzijn:

x Twee soorten die een sterke toename vertonen, allebei soorten van droog voedselarm

graslandmetgraspollen.

x Twee soorten die in identieke aantallen genoteerd zijn. Dit zijn ook soorten van droge

ecotopen.

x Éénsoortdieeen(zeer)lichteafnamevertoont:eensoortvannatvoedselarmgrasland.

x Vier soorten die een sterke afname in aantallen laten zien: dit zijn 2 soorten van droge

graslandenén2soortenvanvochtigetotnatteecotopen.



Daartegenover staat de vaststelling dat twee van de 3 Rode Lijstsoorten (Oeverwolfspin en

Moerasmolspin) van vochtige tot natte ecotopen die gemeenschappelijk waren voor beide

onderzoeksperiodes,zijnafgenomeninaantal.Deenigeuitzondering,Moswolfspin,komtinbeide

jarenslechtsinlaagaantalvooreniseensoortdieinhetalgemeenistoegenomeninVlaanderen.

Daar komt bij dat twee van de vijf tussen 2004 en 2020 verdwenen soorten (zie hoger) ook

kenmerkendwarenvoorvochtigeecotopen,metnamedeMoeraskampoot(Drassylluslutetianus)

endeMoerastandkaak(Enoplognathacaricis).

Erisdusduidelijkeensterkeafnamevankensoortenvanvochtigtotnatterrein.

Devraagdieditopwerpt,isofditeengevolgisvanstructurele‘verdroging’doorhetijlerenschraler

worden van de vegetatie door het maaibeheer (warmer microklimaat), of dat dit een (tijdelijk)

gevolgisvandrieopeenvolgendedroge,warmezomers,metinhetbijzondereenzeerdroogen

warmvoorjaartijdensdebemonsteringvan2020.

Waarschijnlijkisheteengevolgvanbeidefactoren,dieelkaar(kunnen)versterken.



In document Evaluatie bermbeheer Ring Brussel (pagina 143-147)