• No results found

Eenmalige overvallen

In document Vuurwapens gezocht (pagina 112-116)

7 De wereld van overvallers

7.2 Eenmalige overvallen

Eenmalige overvallen met weinig voorbereiding

Uit documentatie over overvalcriminaliteit komt naar voren dat verdachten die op enig moment overgaan tot het plegen van een overval of straatroof veelal jong zijn. Zij zijn enerzijds op zoek naar 'snel geld' en anderzijds wordt ook de 'kick' belangrijk gevonden71. Deze kenmerken komen ook terug in de zaken die in het onderhavige onderzoek zijn beschouwd, waarbij dus specifiek is gekeken naar gevallen waarbij een vuurwapen is gebruikt. Hoewel hier wordt gesteld dat het gaat om eenmalige overvallers, blijkt in de praktijk dat het veeleer verdach-ten betreft die na de eerste poging direct zijn gepakt. Wanneer de overvallen of straatroven wel succesvol zijn is de kans op herhaling groot, zeker als men het idee krijgt dat het 'gemakkelijk gaat'.

Verdachten van gewapende overvallen waartoe min of meer ad hoc werd besloten, opereren vrijwel altijd in groepjes van tenminste twee verdachten, maar drie of vier is eveneens gangbaar. Een eerste opvallende constatering is dat meestal slechts één van de verdachten in de groep over een vuurwapen beschikt. Een tweede observatie is dat jonge verdachten doorgaans een imitatie-wapen hanteren. Belangrijk is dat het vuurimitatie-wapen 'er al is'. Het wordt niet specifiek voor de overval aangeschaft, maar vervult eerder de rol van kataly-sator van de wens om gemakkelijk aan geld te komen. Het volgende voorbeeld is exemplarisch voor dit type verdachten.

Casus

Drie jongens van autochtone afkomst, in de leeftijd van 16 en 17 jaar, kennen elkaar van school. Eén van hen woont met een ondertoezichtstelling van de Raad voor de Kinder-bescherming in een project begeleid kamerbewonen. Hij heeft een aantal diefstallen en geweldsdelicten op zijn naam staan, waaronder de diefstal een groot geldbedrag van één van zijn ouders. Hij is al eerder uit huis geplaatst vanwege ernstige opvoedingsmoeilijk-heden. De tweede betrokkene komt op het moment van aanhouding 45 maal voor in de politieregistratie, vooral terzake vermogensdelicten. De derde overvaller, de bezitter van het vuurwapen (een defect Walther CP88 gasdrukpistool), heeft echter geen antecedenten. Hij heeft het vuurwapen gekocht voor 75 gulden, in de eerste plaats om zichzelf te beschermen. Ook de gedachte om er een overval mee te plegen was echter al eens bij hem opgekomen. Na een feestje kunnen de drie niet slapen en gaan daarom 's nachts naar een bos om bier te drinken, tot de volgende ochtend. Ze willen dan wat te blowen gaan kopen, maar hebben geen geld. Ze herinneren zich dan het feit dat één van de drie een vuurwapen in bezit heeft. Ze besluiten daarmee een voorbijganger te overvallen. Het wapen wordt thuis opgehaald en in een parkje wachten ze een geschikte voorbijganger af. Verschillende personen worden als ongeschikt beoordeeld omdat ze te oud zijn, of omdat het een vrouw

71 Gruter P. Je bent jong en je wilt wat, Regiopolitie Haaglanden, 2001, via http://www.minjust.nl/b_organ/npc/overvalc/

betreft of omdat ze eruit zien alsof ze zich niet zullen laten intimideren. Uiteindelijk worden een jongen en een meisje die lopen te wandelen als doelwit uitgekozen. Helaas blijken deze geen geld op zak te hebben. Ze maken de jongen dan maar zijn shirt afhandig, dat ze denken wel te kunnen verkopen omdat het een voetbalshirt van een bekende club betreft. Voor deze overval worden de betrokkenen niet aangehouden. Enkele dagen later gaat het alsnog mis, wanneer ze een nieuwe poging willen doen en door de politie worden aangetroffen met bivakmutsen. Eén van de drie legt daarbij een volledige verklaring af aan de politie.

Eenmalige overvallen vanwege schuld of andere problemen

Het plegen van een overval kan in de tweede plaats planmatig worden voor-bereid, maar uitgevoerd door (relatieve) beginners. Dit type overvallen komt minder vaak voor. Een overeenkomstige factor is met name het feit dat deze categorie verdachten gedreven lijkt te worden door een situatie die zij zelf als min of meer uitzichtloos beschouwen. Met name schulden spelen in dit verband een belangrijke rol. De overval wordt door de verdachten gezien als 'exit-strategie', de te verwachten financiële opbrengsten zullen de oplossing voor alle problemen vormen. Soms zelfs letterlijk doordat zij het startpunt vormen voor een nieuw leven in het buitenland, zo laat één van de hierna beschreven voor-beelden zien.

Hoewel de verdachten planmatig te werk gaan ontberen zij doorgaans de ervaring die benodigd is om een overval ook volgens het vooraf bepaalde draai-boek af te handelen, danwel te improviseren op het moment dat de gebeurtenis-sen anders lopen dan vooraf was voorzien. Degenen die gepakt worden zijn dan ook vooral slachtoffers van de eerste wet van Murphy, oftewel: 'anything that can go wrong, will go wrong'. De voorbereiding is niet altijd even sterk en de samenwerkingsverbanden zijn doorgaans meer gebaseerd op loyaliteit dan dat sprake is van een rationeel uitgedachte combinatie van krachten. Er kan onder-scheid gemaakt worden tussen de gevallen waarin degenen die de overval heb-ben beraamd ook de revenuen kunnen opstrijken en de overvallen die in opdracht van schuldeisers worden uitgevoerd. In beide gevallen zijn relatieve 'amateurs' de feitelijke uitvoerders van de overval.

Casus

Deze casus speelt zich af in 1999 en betreft twee verdachten van autochtone afkomst van 37 en 39 jaar oud. Zij hebben het plan opgevat om een overval op een supermarkt te plegen met het doel om genoeg geld buit te maken om een horecagelegenheid in Thailand te kunnen beginnen. Volgens sommige getuigen hadden de verdachten zich hiertoe reeds verplicht door de desbetreffende horecagelegenheid al te kopen alvorens de opbrengsten uit de beoogde criminele activiteiten beschikbaar waren. De tickets voor Bangkok waren in elk geval reeds afgehaald. Om die te kunnen betalen hadden ze het meubilair in hun woning verkocht. De voorbereidingshandelingen voor de overval bestaan uit de aankoop van een gas-/alarmpistool in een vuurwapenwinkel in Duitsland, net over de grens. Vanwege geld-gebrek wordt het goedkoopste model aangeschaft voor DM 179,-, alsmede een hoeveelheid knal- en gaspatronen. De overvallers in spé vuren een gaspatroon af in hun eigen woning, om te proberen of het wapen werkt. Voorts schaffen zij zich bij de HEMA bivakmutsen en handschoenen aan en huren zij een auto. Het eerste beoogde doelwit is een benzinestation waarmee één van de twee bekend is, waar de beveiliging beperkt is. Dit benzinestation blijkt echter reeds gesloten. Ze besluiten daarop een tweede station te proberen maar vinden dit te goed beveiligd door middel van camera's en een glazen afscheiding voor de pompbediende. Ze besluiten daarop de volgende dag een supermarkt te gaan overvallen. Het doelwit is een supermarkt in een plaatsje op de Nederlands-Duitse grens. Het plan is om na de overval via Duitsland zo snel mogelijk te vertrekken naar Thailand. De overval mislukt echter omdat men bij de winkel, op zaterdag, reeds tien minuten voor sluitingstijd niemand meer binnen wil laten. Het personeel krijgt argwaan door het gedrag van de verdachten en licht de politie in. Tijdens een controle komen het vuurwapen en de andere attributen te voorschijn. Beide verdachten zijn eerder in aanraking geweest met de politie, onder meer voor inbraken, brandstichting en het handelen in drugs. Zij zijn beiden onder behandeling geweest in het Pieter Baan Centrum, waar ze elkaar ook hebben ontmoet. De eerste verdachte heeft in de laatste jaren een veelheid aan baantjes gehad, onder meer in de prostitutiewereld, de horeca en in de transportsector. Het is onduidelijk wat de activiteiten van de tweede verdachte zijn geweest sinds zijn vrijlating.

Deze casus vormt een voorbeeld van een overval die min of meer uit wanhoop is geboren. De beide betrokkenen zijn verplichtingen aangegaan in Thailand waaraan zij met de beschikbare financiële middelen niet kunnen voldoen. Daarom besluiten zij tot het plegen van de overval. Die wordt weliswaar voor-bereid, maar nauwelijks gepland. De betrokkenen hebben vooral haast om zo snel mogelijk aan geld te komen. In dit eerste voorbeeld zijn degenen die de overval beramen uiteindelijk ook degenen die haar uitvoeren. Alle voorberei-dingshandelingen, inclusief de aankoop van het vuurwapen verrichten zijn zelf. Uit het casusmateriaal komen echter ook diverse voorbeelden naar voren van gevallen waarin de voorbereiding en de uitvoering van de overval gescheiden van elkaar verlopen. Een groep van professionals verricht de voorbereidings-handelingen, maar laat de uitvoering over aan relatieve amateurs, die bijvoor-beeld vanwege schulden onder grote druk staan. Het voordeel is uiteraard dat

de organisatoren weinig risico lopen, terwijl zij wel een groot deel van de opbrengst kunnen opstrijken. Het nadeel is dat de uitvoerders kunnen falen72. Uit het onderzoek zijn diverse voorbeelden naar voren gekomen van verdachten die vanuit Amsterdam (naar eigen zeggen in opdracht van een niet nader genoemde schuldeiser) relatief goed voorbereidde overvallen hebben gepleegd, met name in het oosten van het land. De volgende casus is daarvan een voor-beeld.

Casus

Deze casus betreft een overval op een juwelier in het oosten des lands, gepleegd in 1999 door twee verdachten uit Amsterdam. Het gaat om twee jongens van Surinaamse afkomst, van 23 en 25 jaar. Zij zijn neven van elkaar. De eerste betrokkene is in Nederland geboren. Hij heeft zijn schoolopleiding niet afgemaakt en heeft een uitkering bij de sociale dienst. Hij woont samen met een vriendin een heeft ook een kind. In Amsterdam komt hij regelmatig voor in de registratie van de politie, onder andere in verband met geweldpleging.

De tweede betrokkene is geboren in Suriname en woont sinds zijn dertiende in Nederland. Ook hij heeft geen noemenswaardige opleiding genoten en heeft een uitkering van de sociale dienst. Hij is verslaafd geweest aan heroïne en cocaïne en heeft forse schulden. Op het moment van de overval gebruikt hij voor ongeveer 300 tot 400 gulden per maand softdrugs, volgens zijn eigen verklaring. Hij wordt slechts tweemaal vermeld in de politieregistratie in Amsterdam, maar daarbij is één overval, gepleegd in 1996.

De tweede betrokkene wordt volgens zijn verklaring bedreigd door schuldeisers in Amster-dam, onder wie een Koerd. De schuldeisers stellen hem op zeker moment voor zijn schulden te vereffenen door een overval te plegen. Hij is daarvan niet afkerig, maar wil daarbij de hulp van zijn neef. Die stemt met tegenzin toe om mee te doen, maar dan vooral om zijn neef te helpen, zo verklaart hij. De voorbereidingshandelingen voor de overval zijn volgens de verklaring van de verdachten verricht door de groep van de Koerdische opdrachtgever, waarvan zij overigens niet de naam willen noemen. Zij verklaren van hem gedetailleerde instructies te hebben ontvangen over de situatie ter plaatse. Ook ontvangen zij andere spullen zoals een bromscooter, vluchtauto, mokerhamer (om vitrines mee stuk te slaan), shawls en integraalhelmen (in verband met de herkenbaarheid) en last but not least, een pistool. In hoeverre deze verklaringen steekhoudend zijn is overigens de vraag. Het is evengoed mogelijk dat de beide betrokkenen zelf de spullen hebben aangeschaft of gehuurd. De voorbereiding van de overval verloopt tamelijk merkwaardig. De beide betrokkenen rijden met hun vluchtauto, waarin ze de bromscooter hebben gezet naar een stad in de buurt en laten de auto daar staan. Vervolgens rijden ze met de scooter naar de stad waar zij de overval willen plegen. Tijdens de overval gaat van alles mis. Een aanwezige pleegt verzet, waarop één van de overvallers een schot afvuurt en deze persoon verwondt. Daarop slaan ze met de bromscooter op de vlucht. Het vuurwapen en de buit die ze hebben gemaakt laten ze onderweg verdwijnen. De politie weet de beide betrokkenen vrij snel te vinden, rijdend door de polder. Na nog een korte achtervolging door een weiland volgt aanhouding.

72 Voorts dient in aanmerking te worden genomen dat de door de verdachten afgelegde verkla-ringen ook een zorgvuldig voorbereid verhaal kunnen bevatten, om de eigen rol af te zwakken en een lichtere straf te krijgen in geval van aanhouding. Tussen de onderzochte zaken zijn diverse parallellen te vinden. Het gaat vrijwel zonder uitzondering om overvallen op relatief goed beveiligde objecten (juweliers) die worden gepleegd door uit de regio Amsterdam-Amstel-land afkomstige verdachten, bij voorkeur in Oost-NederAmsterdam-Amstel-land, met name in de Gelderse

In document Vuurwapens gezocht (pagina 112-116)