• No results found

De uitkeringstrekkers ten laste van de RVA in hun geheel

In document Woord vooraf (pagina 156-164)

Groep 1 Groep 2 Groep 3 Totaal

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden

Werknemers ondersteund door de RVA

Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010

686 192 + 0,2 % + 1 067

355 105 - 4,7 % - 17 485

266 199 + 5,2 % + 13 188

1 307 496 - 0,2 % - 3 230

EVOLUTIE 2009-2010

In 2009 was het aantal RVA-uitkeringstrekkers na 2 jaar status quo met 10 % gestegen. In 2010 is dat aantal in vergelijking met 2009 zo goed als gelijk gebleven.

De groep van de vergoede werklozen en bruggepensioneerden vertoont een zeer kleine toename terwijl de groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen, blijft groeien (nog meer dan 5 procent in 2010) zoals dat de laatste jaren steeds het geval was.

De groep van de werknemers ondersteund door de RVA die als gevolg van de crisis en de aanzienlijke stijging van de tijdelijke werkloosheid in 2009 sterk was toegenomen, daalt dit jaar in aantal. Als eerste kon die groep profiteren van de conjunctuur-verbetering die de tijdelijke werkloosheid om economische redenen deed dalen.

VERDELING IN 2010 EN VERGELIJKING MET 1992*

GRAFIEK 5.3.I

* In 1992 werden de statistische reeksen op basis van de betalingen ingevoerd.

63 % 32 %

5 %

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden Werknemers ondersteund door de RVA Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

1992

Sedert 2005 is het aandeel van de groep van de vergoede werklozen en bruggepensioneerden (dat van 1992  tot  2004 gelijk bleef) gedaald. Die tendens werd nog versterkt in 2007 (-  2  procentpunten), in 2008 (-  3  procentpunten) en ook in 2009 (- 3 procentpunten), maar niet langer in 2010. Het aan-deel van elk van de 3 groepen vertoont in 2010 nl. weinig ver-andering in vergelijking met 2009.

27 % 53 % 20 %

2010

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

157

jaarverslag 2010

156

EVOLUTIE 1992-2010

TABEL 5.3.I

Vergoede werklozen en Werknemers onder­ Werknemers die hun

bruggepensioneerden steund door de RVA arbeidstijd aanpassen Totaal

1992 100 100 100 100

1993 104 97 96 101

1994 108 77 89 97

1995 106 67 87 92

1996 107 61 90 91

1997 106 58 99 90

1998 100 58 119 87

1999 96 61 143 87

2000 92 56 170 85

2001 92 63 195 88

2002 97 69 227 95

2003 103 73 272 102

2004 105 71 306 104

2005 105 74 337 107

2006 103 75 365 108

2007 98 77 386 106

2008 93 82 407 106

2009 97 103 436 117

2010 97 99 459 116

GRAFIEK 5.3.II

1992 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009

0 50 100 150 200 250 300 350 400 450 500

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden Werknemers ondersteund door de RVA Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen Totaal

1992=100

De groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen groeit ook nog in 2010. Die procentuele toename vertraagde ietwat in 2007, 2008, 2009 en ook in 2010.

De groep van de werknemers ondersteund door de RVA kende van 1992 tot 1998 een spectaculaire val en zag haar aantal met meer dan 150 000 eenheden krimpen. Ter herinnering:

die val is toe te schrijven aan het volledig verdwijnen, in 1996, van het statuut van onvrijwillig deeltijds werknemer en de ver-vanging ervan door het statuut van deeltijds werknemer met behoud van rechten. Die groep groeide in 2001 opnieuw in aantal. De invoering van de maatregelen tot activering van het zoekgedrag naar werk verklaart voor een deel de gematigde groei van die groep in 2005, 2006 en 2007 en, samengaand met de toename van de tijdelijke werkloosheid, de groei vast-gesteld in 2008 en in 2009. De daling van het aantal personen dat in 2010 een beroep deed op tijdelijke werkloosheid heeft die trend gekeerd. Dit jaar is er nl. een lichte afname van 4,7 % in de groep van de werknemers ondersteund door de RVA.

Het aantal uitkeringstrekkers dat werd geteld in de groep van de vergoede werklozen en bruggepensioneerden is quasi gelijk gebleven in 2010.

Voor de 3 groepen samen werd van 1992 tot 2000 een neer-waartse beweging vastgesteld, gevolgd door een toename van 2001 tot 2005, een status quo in 2006, een aanzienlijke daling in 2007, opnieuw een status quo in 2008, een forse toename in 2009 en een nieuwe status quo in 2010. De vorm van de curve (totaal van de 3 groepen) sluit nauw aan bij de curve van de grootste groep van de vergoede werklozen.

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

159

jaarverslag 2010

158

5.3.1.1

De uitkeringstrekkers ten laste van de RVA volgens geslacht

Groep 1 Groep 2 Groep 3 Totaal

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden

Werknemers ondersteund door de RVA

Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010

Mannen Mannen Mannen Mannen

375 228 + 0,2 % + 906

208 863 - 9,1 % - 21 002

86 729 + 5,5 % + 4 498

670 820 - 2,3 % - 15 598

Vrouwen Vrouwen Vrouwen Vrouwen

310 964 + 0,1 % + 161

146 242 + 2,5 % + 3 517

179 471 + 5,1 % + 8 690

636 676 + 2,0 % + 12 368

EVOLUTIE 2009-2010

Voor de 3  groepen samen is de zeer kleine daling die werd opgetekend, toe te schrijven aan de mannen die in 2010 een geringe daling laten noteren, terwijl het aantal vrouwen licht stijgt.

Bij de groep van de werknemers ondersteund door de RVA loopt de evolutie volgens geslacht het sterkst uiteen: + 2,5 % voor de vrouwen maar - 9,1 % voor de mannen. De daling bij de mannen in 2010 volgt op een forse groei van 38,4 % in 2009, terwijl de toename bij de vrouwen in dat jaar beperkt bleef tot 9,2 %.

Het aantal mannen en vrouwen blijft stijgen in de groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen (iets meer dan 5 % voor elk van de geslachten). In absolute cijfers is de groei bij de vrouwen in die groep nog steeds groter dan bij de mannen.

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

159

jaarverslag 2010

158

VERDELING IN 2010 VOLGENS GESLACHT

GRAFIEK 5.3.III

31 % 56 % 13 %

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden Werknemers ondersteund door de RVA Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

Mannen

49 % 23 %

28 %

Vrouwen De groep van de vergoede werklozen en brug gepen sio neer den (met een toename van 1 procentpunt bij de mannen in vergelij-king met 2009) blijft veruit de grootste voor de beide geslach-ten. Het aandeel van de werkneemsters die hun arbeids tijd aanpassen blijft aanzienlijk groter dan dat van hun mannelijke tegenhangers.

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

161

jaarverslag 2010

160

5.3.1.2

De uitkeringstrekkers ten laste van de RVA volgens gewest

Groep 1 Groep 2 Groep 3 Totaal

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden

Werknemers ondersteund door de RVA

Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010

Vlaams Gewest Vlaams Gewest Vlaams Gewest Vlaams Gewest

312 942 + 0,2 % + 635

192 596 - 9,7 % - 20 607

185 582 + 5,1 % + 9 030

691 120 - 1,6 % - 10 942

Waals Gewest Waals Gewest Waals Gewest Waals Gewest

277 116 - 1,0 % - 2 815

138 979 + 0,7 % + 1 030

67 448 + 4,9 % + 3 151

483 543 + 0,3 % + 1 366 waarvan Duitstalige Gem. waarvan Duitstalige Gem. waarvan Duitstalige Gem. waarvan Duitstalige Gem.

3 142 + 2,0 % + 61

2 013 - 5,2 % - 111

1 161 + 10,7 % + 113

6 315 + 1,0 % + 63 Brussels Hfdst. Gewest Brussels Hfdst. Gewest Brussels Hfdst. Gewest Brussels Hfdst. Gewest 96 134 + 3,5 %

+ 3 248

23 529 + 9,8 % + 2 091

13 170 + 8,3 % + 1 007

132 833 + 5,0 % + 6 346

EVOLUTIE 2009-2010

De groep van de vergoede werklozen en bruggepensioneerden verliest in 2010 één procent in het Waals Gewest en blijft zo goed als ongewijzigd in het Vlaams Gewest. In het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zet de groei zich echter ook in 2010 door (+  3,5  %). Ook de Duitstalige Gemeenschap laat een toename van 2 % noteren.

De groep van de werknemers die door de RVA worden onder-steund, verliest in vergelijking met 2009 het meeste terrein, en dat voornamelijk als gevolg van de daling in het Vlaams Gewest: - 9,7 %. Omgekeerd ziet het Brussels Hoofdstedelijk Gewest zijn aantal uitkeringstrekkers in de groep van de werk-nemers ondersteund door de RVA nog toenemen met bijna 10 %.

De groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen neemt nog steeds in aantal toe in elk van de 3 gewesten en in de Duitstalige Gemeenschap. Het Vlaams Gewest telt onge-veer 70 % van alle werknemers die hun arbeidstijd aanpassen.

Voor de 3 groepen samen laat enkel het Brussels Hoofdstede-lijk Gewest een significante toename noteren (+ 5 %).

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

161

jaarverslag 2010

160

VERDELING IN 2010 VOLGENS GEWEST

GRAFIEK 5.3.IV

Het Vlaams Gewest heeft verhoudingsgewijs nog altijd het kleinste percentage vergoede werklozen (45 % zoals in 2009), gevolgd door de Duitstalige Gemeenschap met 50  %. Pro-portioneel gezien telt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest nog steeds de meeste vergoede werklozen (72  %). De 2  andere groepen zijn er minder sterk vertegenwoordigd dan in de an-dere gewesten (10 % voor de groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen en 18  % voor de groep van de werknemers ondersteund door de RVA).

De groep van de werknemers ondersteund door de RVA verte-genwoordigt in 2010 28 % van de Vlaamse en 29 % van de Waalse uitkeringstrekkers.

Het aandeel van de groep van de werknemers die hun arbeids-tijd aanpassen wijzigt amper in elk van de gewesten. Die groep vertegenwoordigt 27 % van de Vlaamse uitkeringstrekkers te-gen 18 % voor de Duitstalige Gemeenschap en slechts 14 % in het Waals Gewest en 10 % in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

45 % 28 %

27 %

Vlaams Gewest

72 % 18 %

10 %

Brussels Hoofdst. Gewest

57 % 29 %

14 %

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden Werknemers ondersteund door de RVA Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

Waals Gewest

32 % 50 % 18 %

waarvan Duitst. Gemeenschap

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

163

jaarverslag 2010

162

5.3.1.3

De uitkeringstrekkers ten laste van de RVA volgens leeftijdsklasse

Groep 1 Groep 2 Groep 3 Totaal

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden

Werknemers ondersteund door de RVA

Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010 in 2010 2009-2010

Minder dan 25 jaar Minder dan 25 jaar Minder dan 25 jaar Minder dan 25 jaar 66 164 - 2,3 %

- 1 580

47 897 + 9,8 % + 4 274

1 656 - 2,4 % - 40

115 717 + 2,3 % + 2 653 Van 25 tot - 40 jaar Van 25 tot - 40 jaar Van 25 tot - 40 jaar Van 25 tot - 40 jaar 185 304 + 0,1 %

+ 276

135 702 - 7,4 % - 10 855

87 233 + 3,1 % + 2 585

408 239 - 1,9 % - 7 995 Van 40 tot - 50 jaar Van 40 tot - 50 jaar Van 40 tot - 50 jaar Van 40 tot - 50 jaar 103 517 - 0,2 %

- 255

98 772 - 11,4 % - 12 741

42 305 + 6,5 % + 2 589

244 594 - 4,1 % - 10 406

50 jaar en + 50 jaar en + 50 jaar en + 50 jaar en +

331 206 + 0,8 % + 2 626

72 735 + 2,6 % + 1 838

135 005 + 6,3 % + 8 054

538 946 + 2,4 % + 12 517

EVOLUTIE 2009-2010

Voor de 3 groepen samen gaan enkel de uiterste leeftijds-klassen (-25-jarigen en 50-plussers) er in 2010 nog op vooruit (respectievelijk + 2,3 % en + 2,4 %). De leeftijdsklasse van 40 tot -50 jaar die in 2009 de grootste stijging liet optekenen (+ 13,3 %) verliest, in 2010, 4,1 %.

In de groep van de vergoede werklozen daalt het aantal -25- jarigen licht in 2010 terwijl die leeftijdsklasse het sterkst was gegroeid in 2009 (+ 11,9 %). De andere leeftijdsklassen blijven relatief gelijk.

In tegenstelling tot 2009 worden de grootste dalingen vast-gesteld in de groep van de werknemers ondersteund door de RVA: - 11,4 % voor de 40- tot -50-jarigen en - 7,4 % voor de 25- tot -40-jarigen. De uiterste leeftijdsklassen laten ook in 2010 een stijging zien, maar in mindere mate dan in 2009.

De groep van de werknemers die hun arbeidstijd aanpassen stagneert voor de -25-jarigen. Logischerwijs zijn zij minder sterk vertegenwoordigd in die groep. In de andere leeftijdsklas-sen daarentegen kan in 2010 een toename worden genoteerd.

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

163

jaarverslag 2010

162

VERDELING IN 2010 VOLGENS LEEFTIJDSKLASSE

GRAFIEK 5.3.V

Het grootste aandeel vergoede werklozen en bruggepensio-neerden is terug te vinden in de uiterste leeftijdsklassen: 61 % voor de 50-plussers en 57 % bij de -25-jarigen. Opmerkelijk is wel een verlies van 2 procentpunten ten opzichte van 2009 voor de 50-plussers.

In vergelijking met 2009 daalt het aandeel van de werknemers ondersteund door de RVA met 3 procentpunten in de leef-tijdsklasse van 40 tot -50 jaar van 44 tot 41 %. Bij de 25- tot -40- jarigen bedraagt het verlies 2 procentpunten (van 35 tot 33 %). Omgekeerd klimt dat aandeel met 1 procentpunt bij de 50-plussers en met 2 procentpunten bij de -25-jarigen.

In de leeftijdsklasse van 50 jaar en ouder worden nog altijd de meeste werknemers geteld die hun arbeidstijd aanpassen:

25 %, d.i. nog 1 procentpunt meer dan in 2009. Hun aantal bedraagt nu 135  005 eenheden. Het aandeel van de werk-nemers die hun arbeidstijd aanpassen wint ook 1 procentpunt bij de 25- tot -40-jarigen en 2 procentpunten bij de 40- tot -50-jarigen.

57 % 41 %

2 % Minder dan 25 jaar

46 % 33 %

21 % Van 25 tot − 40 jaar

42 % 41 %

17 %

Vergoede werklozen en bruggepensioneerden Werknemers ondersteund door de RVA Werknemers die hun arbeidstijd aanpassen

Van 40 tot − 50 jaar

14 % 61 % 25 % 50 jaar en meer

5.

3

Evolutie van de sociale uitkeringen

jaarverslag 2010

165

jaarverslag 2010

164

5.3.2

De vergoede werklozen

In document Woord vooraf (pagina 156-164)