• No results found

Beschrijvende toelichting Fellenoord

In document SEGREGATIE IN BREDA REKENKAMER BREDA (pagina 121-124)

Fellenoord is een buurt in Breda Centrum. Het aantal inwoners in de buurt Fellenoord is lichtelijk gestegen (+5%) in de periode 2015-2019; van 1.520 naar 1.590. Meer dan de helft van de woningvoorraad bestaat uit sociale huurwoningen (57%), 27% is particuliere huur en 16% koopwoningen. De meeste huizen zijn tussen 1980 en 1990 gebouwd. Fellenoord behoort tot de vroegsignaleringswijken.

Kenmerken inwoners. Het merendeel van de inwoners in Fellenoord heeft een Nederlandse achtergrond (63%), 22% heeft een niet-westerse migratieachtergrond en 15% heeft een westerse migratieachtergrond.

Deze verhoudingen zijn sinds 2015 stabiel. In Fellenoord zijn aanzienlijk minder inwoners jonger dan 20 jaar (13% t.o.v. 22% stedelijk) en 65-plussers (9% t.o.v. 18% stedelijk). Driekwart van de inwoners (78%) zijn tussen de 20 en 64 jaar. Huishoudens samenwonend met kind en eenoudergezinnen zijn zwaar

ondervertegenwoordigd (9% t.o.v. 30% stedelijk). Het aandeel eenpersoonshuishoudens is daartegenover oververtegenwoordigd (55% t.o.v. 43% stedelijk).

Sociaaleconomische situatie. Fellenoord behoort tot de armere buurten van Breda. Het gemiddelde inkomen in Fellenoord (€ 20.100) ligt lager dan het stedelijke gemiddelde (€ 27.300) en het percentage inwoners met een minimuminkomen ligt twee keer zo hoog als stedelijk (15% t.o.v. 7%). Het aandeel lager opgeleiden is tussen 2017 (28%) en 2019 (26%) lichtelijk afgenomen. Het aandeel hoger opgeleiden is met 46% nagenoeg stabiel over de jaren heen, wel wijkt het sterk af van het stedelijke gemiddelde (55%). Op het gebied van ‘niet of zeer moeilijk rond kunnen komen van het inkomen’ scoort Fellenoord in 2019 met 11%

boven het stedelijk gemiddelde van 7%. Sprake is van een positieve trend, in 2017 gaf nog 17% van de inwoners aan niet of moeilijk rond te kunnen komen.

Sociale participatie. In Fellenoord zetten aanzienlijk minder inwoners zich actief in voor de buurt (19% t.o.v.

26% stedelijk) en kent het weinig vrijwilligers (20% t.o.v. 33% stedelijk). Beide indicatoren zijn de afgelopen jaren sterk afgenomen. In 2015 zette 25% zich nog actief in voor de buurt en verrichtte 33% van de inwoners intensief en incidenteel vrijwilligerswerk. De sociale participatie scoort met een 4,8 dan ook onvoldoende. Het percentage inwoners dat van mening is dat de gemeente buurtinitiatieven op het gebied van leefbaarheid en veiligheid onvoldoende ondersteunt is sterk gestegen (van 14% in 2017 naar 27% in 2019). Het aandeel mantelzorgers scoort met 39% ruim onder het stedelijke gemiddelde van 48%. Het aandeel dat aangeeft terug te kunnen vallen op mensen in de buurt indien nodig ligt met 49% ver boven het stedelijke gemiddelde van 30%. In 2015 lag dit aandeel met 57% nog hoger.

Kwetsbaarheid, gezondheidsproblemen, welbevinden. Het welbevinden in Fellenoord is sterk verslechterd in de afgelopen jaren. Steeds meer mensen in Fellenoord voelen zich eenzaam; dit is in de afgelopen jaren drastisch toegenomen (15% in 2017 naar 44% in 2019). Dezelfde negatieve ontwikkeling geldt voor het aandeel dat zich (erg) gelukkig voelt (afgenomen van 84% in 2017 naar 70% in 2019). Het aandeel inwoners dat kampt met een (redelijk) slechte psychische gezondheid is behoorlijk toegenomen van 9% in 2015 naar 25% in 2019. Het aandeel inwoners met lichamelijke klachten is in vergelijking met

voorgaande iets minder sterk gestegen van 19% in 2015 naar 23% in 2019. Het aandeel Bredanaars met een kwetsbaarheid op één of meer risicofactoren (huisvesting, welbevinden, opleidingsniveau, etniciteit,

sociaaleconomische status), die de gemeente berekent in de risicoprofielen, is nagenoeg stabiel over de tijd, maar scoort wel ver boven het stedelijke gemiddelde (53,1% t.o.v. 35% stedelijk). De score op

zelfredzaamheid is in Fellenoord met een 8,0 vergelijkbaar met het stedelijke gemiddelde van 8,1. Al met al is op meerdere punten een achteruitgang te zien in Fellenoord.

Oordeel buurt, openbare ruimte, veiligheid. Ongeveer 19% van de inwoners vindt dat Fellenoord vooruit is gegaan de afgelopen jaren. Dit is sterk toegenomen. In 2015 lag dit nog op maar op 9%. Ongeveer 31%

vindt dat de buurt achteruit is gegaan. Dit fluctueert over de jaren heen. In 2015 lag dit op 18% en in 2017 op 48%. Zowel de sociale cohesie (5,2 t.o.v. 6 stedelijk)) als verloedering in de buurt (5,1 t.o.v. 3,6 stedelijk) scoren een onvoldoende en wijken af met het stedelijke gemiddelde. 41% (t.o.v. 30% stedelijk) geeft aan dat mensen in de buurt elkaar nauwelijks kennen en 12% (t.o.v. 7% stedelijk) geeft aan dat bewoners niet op een prettige manier met elkaar op gaan. Tussen 2015 en 2019 is het aandeel inwoners dat zich meer betrokken voelt bij de buurt toegenomen van 25% naar 32%. Ongeveer de helft van de inwoners (52%) denkt dat andere Bredanaars negatief naar Fellenoord kijkt. Het veiligheidsgevoel in Fellenoord is relatief negatief (32% t.o.v. 16% stedelijk), maar in de afgelopen jaren wel sterk verbeterd, daar waar het in 2017 nog op 51% lag. Overlast van groepen jongeren is sterk verminderd. In 2017 gaf nog 41% aan vaak overlast te ervaren van jongeren. In 2019 is dit nog maar 22% en vergelijkbaar met het stedelijke gemiddelde van 20%.

Samenvattend. In Fellenoord is het aandeel eenpersoonshuishoudens oververtegenwoordigd. Het behoort tot de armere buurten van Breda. De participatiegraad is laag; Fellenoord kent weinig actieve bewoners en vrijwilligers. Wel geeft een aanzienlijk aandeel van de inwoners aan terug te kunnen vallen op mensen in de buurt. Het welbevinden in Fellenoord is sterk verslechterd in de afgelopen jaren. Toch is een verbetering te zien in het aandeel inwoners dat vindt dat Fellenoord vooruit is gegaan en voelen meer inwoners zich betrokken met de buurt. Het veiligheidsgevoel blijft sterk negatief, maar is in de afgelopen jaren wel sterk verbeterd. Ook de overlast van jongeren is sterk afgenomen en in 2019 zelfs vergelijkbaar met het stedelijke gemiddelde.

Schorsmolen

Sociale cohesie (10=heel goed) 4,5 4,5 4,4 Negatief Negatief

BB2. Heeft u zich het afgelopen jaar actief ingezet voor uw buurt? (Ja) 19% 13% 15% Negatief Negatief

Mantelzorg (intensief en incidenteel) 36% 34% 34% Neutraal Negatief

Vrijwilligerswerk (intensief en incidenteel) 36% 35% 28% Negatief Negatief

Sociale participatie (10=heel goed) 5,4 5,1 Positief Neutraal

PSC3.3 In het afgelopen jaar…. ben ik mij meer betrokken gaan voelen bij de buurt waar

ik woon. (ja dat klopt wel + Min of meer) 34% 28% 31% Negatief Positief

‘De gemeente ondersteunt buurtinitiatieven op het gebied van leefbaarheid en

veiligheid voldoende?’ (‘mee oneens/helemaal mee oneens’) 14% 11% 22% Negatief Negatief

Welbevinden/gezondheid

Gelukkig voelen (erg gelukkig en gelukkig) 73% 75,0% Positief Neutraal

Eenzaamheid (soms meestal en ja) 27% 33% Negatief Negatief

% kwetsbare Bredanaars >1 risico 38,4% 40,5% 40,8% Negatief Negatief

% kwetsbare Bredanaars 3 en meer risico 8,0% 9,3% 10,1% Negatief Negatief

% Welbevinden (Gebruik individuele Wmo-voorziening of Lichamelijke en geestelijke

beperkingen) 17,5% 17,4% 18,9% Negatief Negatief

Lichamelijke gezondheid (redelijk en slecht) 19% 15% 21% Negatief Neutraal

Psychische gezondheid ZR1.8 (Redelijk en slecht) 15% 12% 24% Negatief Negatief

Score zelfredzaamheid (10=heel goed) 8,1 8,3 7,9 Negatief Neutraal

Sociaaleconomische positie, opleidingsniveau, arbeid/uitkeringsafhankelijkheid

Percentage laagopgeleiden 24% 23% Neutraal Neutraal

Gemiddeld inkomen per inwoner ( x 1000 euro) 25,5 25,5 Negatief Neutraal

Percentage bewoners met een minimuminkomen 13% 12% Neutraal Negatief

lage sociaaleconomische positie 18,1% 17,9% Neutraal Negatief

A7. Kunt u rondkomen met het totale netto-inkomen van uw huishouden? (zeer

gemakkelijk + gemakkelijk) 71% 59% Negatief Negatief

A7. Kunt u rondkomen met het totale netto-inkomen van uw huishouden? (zeer

moeilijk+ Moeilijk) 7% 12% Negatief Negatief

Veiligheid (risicofactor leefomgeving in risicoprofiel)

Voelt u zich vaak of soms onveilig in uw eigen buurt (% ja) 42% 39% 41% Positief Negatief

% vaak In uw eigen buurt omlopen of omrijden om onveilige plekken te vermijden? 6% 10% 11% Negatief Negatief

Buurtprobleem rondhangende jongeren (ja) 42% 41% 47% Negatief Negatief

Rapportcijfer veiligheid 5,3 5,3 5,2 Neutraal Negatief

Toename overlast door verward gedrag in uw buurt 26% 44% Negatief Negatief

Indicator bedreiging 4,4 5,1 Negatief Negatief

Openbare ruimte/de buurt

Totaalscore Leefbarometer op 5 dimensies (1 = zwak, tot 6 = uitstekend) 1 1 1 Neutraal Negatief

Indicator verloedering (10=heel slecht) 5,5 4,8 5,4 Neutraal Negatief

LB6: Vindt u dat de buurt waarin u woont het afgelopen jaar vooruit is gegaan? 7% 19% 12% Positief Neutraal LB6: Vindt u dat de buurt waarin u woont het afgelopen jaar achteruit is gegaan? 25% 26% 34% Negatief Negatief LB9. Hoe denkt u dat Bredanaars die niet in uw buurt wonen tegen uw buurt aankijken?

(Negatief + Zeer Negatief) 36% 34% 48% Negatief Negatief

Mijn buurt is schoon (Niet mee eens+ helemaal niet mee eens) 50% 47% 65% Negatief Negatief

Indicator fysieke kwaliteit buurtvoorzieningen 5,7

Rapportcijfer prettig wonen 6,7 6,7 6,7 Neutraal Negatief

Rapportcijfer kwaliteit van de woning 6,5 6,6 6,7 Neutraal Negatief

Gemiddelde WOZ Waarde (x 1.000) 134 138 160 Negatief Negatief

In document SEGREGATIE IN BREDA REKENKAMER BREDA (pagina 121-124)