• No results found

rol in de moderne fysica

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "rol in de moderne fysica "

Copied!
41
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Jo van den Brand HOVO: 6 november 2014

Thermodynamica

rol in de moderne fysica

jo@nikhef.nl

(2)

Najaar 2009 Jo van den Brand

Inhoud

• Kosmologie

• Algemene relativiteitstheorie

• Kosmologie en Big Bang

• Roodverschuiving

• Thermodynamica

• Fase-overgangen (entropie)

• Nucleosynthese

• Big Bang en synthese in sterren

• Abondantie van helium-4

• Standaard zonnemodel

• Temperatuur in de zon

• Kosmische microgolf-achtergrondstraling

• Temperatuur en fluctuaties

(3)
(4)

• Algemene relativiteitstheorie

• Vak op zich

• We hebben enkele resultaten nodig

• Friedmannvergelijkingen

• Geodeten

• Appendix D

• Beknopte samenvatting

• Hoofdstuk 1

• Toepassing van ART in kosmologie

Intermezzo: algemene relativiteitstheorie

(5)

Gravitatie volgens Newton

Continu:

 

N i

i i

i

P r

r G m

g

1 2 ˆ

m

i

r

i

[m]=kg P Diskreet:

r r dv g G

volume

P

ˆ

2

 

 

r

dv

[]=kg/m

3

P

 

N

i i

i i

P r

r G mm

g m F

1 2 ˆ

 

m

i

r

i

[m]=kg P Gravitatiewet:

m

(6)

GM GM

d d GM

r d

R d R

GM

o d g R do

o GM d

F g

sphere sphere

g



 

 

4 4

sin

) (

sin

) //

(

0 2

0 0

2

0

2 2

2

  

  

 

  

    

Flux Fg door het oppervlak van de bol:

In essentie:

- g 1/r2

- oppervlakte r2

Fg =-4GM geldig voor elk gesloten oppervlak; niet enkel voor een bol met M in het midden!

M

do

g

Massa M in het midden van de bol

R

Gravitationele flux

(7)

F

g

  4  GM

 

 

 0 F g

 

  

V in

ˆ 4 G M

o d

F g

i

O oppervlak

g

M Massa M omsloten door

een boloppervlak

M Massa M omsloten door

willekeurig oppervlak

Massa m buiten een m willekeurig oppervlak

Wet van Gauss

(8)



r R r g G

R r

r g G

R r g

2 3

3 4 ˆ :

3 : 4

 



r R g G

R G

g r R

r

r g G

G r r g

R r M

F G

r g F

omsloten g

g

2 3 3

2

3 2

2

3 4 3

4 4 4

:

3 4 3

4 4 4

: 4

4

: Gauss van

Wet : Flux

Bol

Bolvolume:

– massaverdeling: kg/m

3

R

– “Gauss box”: bolletje

r

r

|g|

R

g

– symmetrie: g bol, g(r)

g

Wet van Gauss: een voorbeeld

(9)

 

) , , ( 4

4 G ρdv G dxdydz x y z z g y

g x

dxdydz g

(x,y,z) g

dx,y,z) (x

g dydz

(x,y,z) g

dy,z) (x,y

g dzdx

(x,y,z) g

dz) (x,y,z

g dxdy o

d g

volumetje

y z x

x x

y y

z z

e oppervlakj

  

 

 

 

 

 

  

Compactere notatie via

“divergentie”:

z g y

g x

g gx y z







 

Dus:

g d o 4 G ( r ) dv g ( r ) 4 G ( r )

volumetje e

oppervlakj

 

            

 

 

  

volume oppervlak

dv G

o d

g   4  

dx dy

g(x+dx,y,z)

dz

g(x,y,z)

Beschouw lokaal de uitdrukking (Gauss):

Divergentie

(10)

G dv g G

o d g dv

g

volume oppervlak

volume

4

4      

     

   

) ˆ (

1 2

r m r

r G mm g

m

F

N

i

i i

i P

 

 

mi

ri

[m]=kg P Gravitatiekracht:

m

) ( )

( r r

g   



) ˆ (

2

r r

r dv g G

volume P

        

r

dv

[]=kg/m3 P

) ( 4

) ( )

( )

( r r 2 r G r

g     

Gravitatiepotentiaal – Poissonvergelijking

(11)

Algemene relativiteitstheorie

8

G    T 

 Einsteins gravitatie

Ruimtetijd is een gekromd pseudo-Riemannse varieteit met een metriek met signatuur (-,+,+,+)

Het verband tussen materie en kromming van ruimtetijd wordt gegeven door de Einsteinvergelijkingen

Eenheden: c = 1 en soms G = 1

) ( 4

)

2 ( rG r

 Newtons gravitatie

(12)

Waarnemers in S en S’ bewegen met snelheid v t.o.v. elkaar. Systemen vallen samen op t = t’ = 0.

Waarnemer in S kent (x, y, z, t) toe aan het event.

Waarnemer in S’ kent (x’,y ’, z’, t’) toe aan hetzelfde event.

Wat is het verband tussen de ruimtetijd coordinaten voor dit zelfde event?

Lorentz 1902

Speciale relativiteitstheorie

Transformaties laten ds2 invariant

(13)

Lorentztransformaties

Inverse transformatie

(snelheid v verandert van teken) Lorentztransformatie

(14)

November 6, 2014 Jo van den Brand 14

Viervectoren

Positie-tijd viervector xm, met m = 0, 1, 2, 3

Lorentztransformaties

(15)

November 6, 2014 Jo van den Brand 15

Viervectoren

Lorentztransformaties

In matrixvorm

algemeen geldig met

(16)

November 6, 2014 Jo van den Brand 16

Lorentzinvariantie

Ruimtetijd coordinaten zijn systeem afhankelijk

Invariantie voor

Analoog zoeken we een uitdrukking als

Met metrische tensor

Hiervoor schrijven we de invariant I als een dubbelsom

Net als r2 voor rotaties in R3

(17)

Co- en contravariante vectoren

Invariant

Contravariante viervector Covariante viervector

Deze notatie wordt ook gebruikt voor niet-cartesische systemen en gekromde ruimten (Algemene Relativiteitstheorie)

Dit is de uitdrukking die we zochten.

De metriek is nu ingebouwd in de notatie!

(18)

November 6, 2014 Jo van den Brand 18

Viervectoren

Viervector am (contravariant) transformeert als xm

We associeren hiermee een

covariante viervector Ruimte componenten

krijgen een minteken Ook geldt

Invariant

Scalar product

Er geldt

(19)

November 6, 2014 Jo van den Brand 19

Snelheid

Snelheid van een deeltje t.o.v. het LAB: afstand gedeeld door tijd (beide gemeten in het LAB)

Een hybride grootheid. Er geldt Proper snelheid: afstand in LAB gedeeld door eigentijd (gemeten

met klok van het deeltje)

viersnelheid

Er geldt

(20)

Impuls en energie

Definieer relativistische impuls als

Indien behouden in S dan niet in S'

Ruimtelijke componenten Klassieke impuls p = mv

Tijdachtige component Definieer relatv. energie Energie-impuls viervector

(21)

November 6, 2014 Jo van den Brand 21

Energie

Taylor expansie levert

Rustenergie van deeltje Klassieke kinetische energie Merk op dat enkel veranderingen in energie

relevant zijn in de klassieke mechanica!

Relativistische kinetische energie Massaloze deeltjes (snelheid altijd c)

(22)

• SRT: als gasdruk toeneemt, dan is het moeilijker om een gas te versnellen (de inertia neemt toe)

Volume V

2 2

2 1 2

1 mv

Vv Dichteid

Druk P

• SRT: Lorentzcontractie maakt de doos kleiner V

P s

d

F     

c L v c

L v

L 2

2 2

2

2 1 1

v

• Energie nodig om het gas te versnellen

V c v

PV P c Vv v

V P mv

E 2 2 2

2 2

2

2 1 2

1 2

1 2

1

 

Extra inertia door gasdruk

Traagheid van gasdruk

• Oefen kracht F uit, versnel tot snelheid v << c

(23)

• Energie nodig om gas te versnellen

Afhankelijk van het referentiesysteem 0 – component van vier-impuls

V c v

E P

2 2

2

1 

 

  

 

• Beschouw `stof’

Verzameling deeltjes die in rust zijn t.o.v. elkaar Constante viersnelheid

) (x

U

m Flux viervector NmnU m

Deeltjedichtheid in rustsysteem

• Bewegend systeem

– N0 is de deeltjesdichtheid

– Ni deeltjes flux in de xi – richting

Massadichtheid in rustsysteem nm Energiedichtheid in rustsysteem c2

• Rustsysteem

– n en m zijn 0-components van viervectoren





0 0 0 n Nm





0 0 0 mc mU

pm m

is de component van tensor c2 m 0, 0 pN

m

m

m

m

p N mnU UU U

T

stof

  

Het gas is drukloos!

Energie-impuls tensor: `stof

(24)

• Perfecte vloeistof (in rustsysteem)

– Energiedichtheid – Isotrope druk P

diagonaal, met T m  T11T22T33

• Tensor uitdrukking (geldig in alle systemen)

We hadden

T

stofm

  U

m

U

Probeer m

U

m

U

c

T P

 

  

2

We vinden m m m

U U Pg

c

T P  

 

  

2

fluid In additie

Energie-impuls tensor: perfecte vloeistof

• In rustsysteem

Componenten van zijn de flux van de impulscomponent in de richting In GR is er geen globaal begrijp van energiebehoud

Einsteins vergelijkingen vs Newton:

(25)

We beschouwen gekromde ruimtetijd

Op elk event P in ruimtetijd kunnen we een LLF kiezen:

- we vallen vrij (geen gravitatie effecten volgens het equivalentieprinciple (EP)) - in LLF hebben we dan een minkowskimetriek

LLF in gekromde ruimtetijd

Op elk punt is de raakruimte vlak Lokaal euclidisch

Lokaal Lorentz Frame – LLF

(26)

Afgeleide van een vector

 is 0 - 3 Stel  = 0

Notatie

Covariante afgeleide

met componenten

Tensorcalculus

(27)

Kromming en parallel transport

Parallelle lijnen snijden in een gekromde ruimte (Euclides vijfde postulaat geldt niet)

Parallel transporteren van een vector

- projecteer raakvector na elke stap op het lokale raakvlak - rotatie hangt af van kromming en grootte van de lus

Riemanntensor

Onafhankelijke componenten: 20 Krommingstensor van Ricci

Riccikromming (scalar)

Einsteintensor Bianchi identiteiten

Energie – impuls tensor Einsteinvergelijkingen

Materie vertelt ruimtetijd hoe te krommen

(28)

Geodeten

Ruimtetijd bepaalt de beweging van materie Parallel transporteren

Geodeet: lijn, die zo recht als mogelijk is Componenten van de viersnelheid

Geodetenvergelijking

Vier gewone tweede-orde differentiaalvergelijkingen voor de coördinaten en Gekoppeld via de connectiecoëfficiënten

Twee randvoorwaarden

(29)

Einde intermezzo

(30)

Relativistische kosmologie

Theorie van de oerknal:

ontstaan van ruimtetijd, het heelal dijt uit

Waarneembaar deel van het heelal valt binnen de lichtkegel van de waarnemer

Er zijn grenzen aan het waarneembaar gebied:

de deeltjeshorizon

In de toekomst ziet hij meer van het heelal Twee stelsels in tegenovergestelde richting en op grote afstand van de waarnemer

Stelsels hebben geen tijd gehad om te communiceren

Dit is het Big Bang scenario zonder inflatie

(31)

Isotropie van heelal

ART is voldoende voor beschrijving van Big Bang:

sterke en zwakke WW enkel op femtometers

sterrenstelsels en andere materie elektrisch neutraal

Nachthemel ziet er in elke richting hetzelfde uit op een schaal groter dan 100 Mpc

Kosmische microgolf achtergrondstraling (CMBR)

T  2.725 K zwarte straler binnen 50 ppm isotroop binnen 10 ppm

Voorspeld door Gamow

Ontdekt door Penzias en Wilson (1965)

(32)

Kosmische microgolf-achtergrondstraling

(33)

Isotropie van heelal: CMBR en Planck

Temperatuurverdeling in galactische coordinaten

Straling van 380.000 jaar >BB daarvoor H-atoom instabiel T-variaties: Sachse-Wolf effect:

gravitationele roodverschuiving Conclusies: Planck

leeftijd 13.789 ± 0.037 Gjaar diameter > 78 Gly

gewone materie: 4.82 ± 0.05%

donkere materie: 25.8 ± 0.4%

donkere energie: 69.2 ± 1.0%

consistent met inflatiemodel H0 = 67.80 ± 0.77 km/s/Mpc eeuwige expansie

(34)

Isotropie van heelal: materieverdeling

Galaxy Redshift Survey: SDDS

> 1 miljoen objecten (sterrenstelsels)

In binnengebied: gaten, knopen en draden

Heelal ziet er hetzelfde uit vanuit elke positie Aanname: aarde neemt geen speciale plaats in Op grote schaal isotroop

Homogeniteit

Kosmologisch principe: combinatie van isotropie en homogeniteit Energie en materie gelijkmatig verdeeld op schaal groter dan 100 Mpc

SDDS

(35)

Materieverdeling: SDDS

Zie http://www.sdss.org/

(36)

Kosmologisch principe en metriek

Metriek die consistent is met KP kent geen voorkeursrichting of voorkeurspositie (dan heeft de energieverdeling dat ook niet)

Voorbeeld: Schwarzschildmetriek is isotroop, maar niet homogeen

Vlakke Robertson – Walker metriek

echter oplossing van Einsteinvergelijkingen voor een leeg heelal Voorbeeld: Minkowskimetriek is isotroop en homogeen

Voeg tijdafhankelijkheid toe aan Minkowskimetriek (dat is consistent met KP)

Schaalfactor a(t)

Voor het lijn-element geldt voor waarnemer die afstanden wil meten (dt = 0)

Eindige afstand Coördinatenafstand dx

Snelheid waarmee heelal uitdijt a(t)

(37)

Kosmologische roodverschuiving

Lichtstraal volgt een lichtachtig pad (neem aan langs x-richting)

Lichtstraal uitgezonden op te (emissie) en ontvangen op to Afgelegde coördinaatafstand R tussen emissie en ontvangst Beschouw zender op grote coördinaatafstand R van ontvanger Zender stuurt 2 pulsen met tijdverschil

Ontvanger meet tijdverschil (groter want heelal dijt uit)

Coördinaatafstand verandert niet (meebewegend stelsel – comoving frame)

Neem aan en zo klein dat constant met

Er geldt dus kosmologische roodverschuiving ( )

(38)

Wet van Hubble

Roodverschuiving in spectra Hubble’s orginele data

Standaardkaarsen

Cepheid variabelen Supernovae Ia

Expansie van het heelal

(39)

Wet van Hubble

Kosmologische roodverschuiving

Voor sterren die niet te ver weg staan (a  constant) geldt

(gebruik )

Hubble constante

Kosmologische roodverschuiving:

heden → z = 0

10 Gyr geleden → z = 1 z = 1 → heelal half zo groot

Hubble constante is niet constant!

(40)

Friedmannvergelijkingen

Wat is de exacte vorm van de functie voor de schaalfactor a(t)?

Metriek volgt uit Einsteinvergelijkingen voor correcte energie-impulstensor Tm

Complicatie: tijdafhankelijkheid metriek heeft invloed op Tm (e.g. ballonmodel en P) Kosmologisch principe:

geen plaatsafhankelijkheid perfecte vloeistof

Gebruik CMRF

Bereken Riccitensor en Riemannscalar voor

Robertson-Walker metriek Invullen van Rmn, R en Tm in Einsteinvergelijkingen

Relaties (twee) tussen schaalfactor, druk en energiedichtheid

Voor

(41)

Oerknal en friedmannvergelijkingen

Dichtheid en druk zijn positieve grootheden (voor ons bekende materie en velden) Dan negatief volgens

Uitdijingssnelheid neemt af in de tijd

Volgens experiment, , dijt heelal nu uit

Schaalfactor heeft ooit de waarde nul aangenomen Friedmannvergelijkingen voorspellen

alle materie en energie ooit opgesloten in volume V = 0

ruimtetijd is begonnen als singulariteit met oneindige energiedichtheid generieke conclusie voor alle oplossingen van friedmannvergelijkingen

Leeftijd van het heelal

) (tnu

a helling

H t

a t t a

t t t a

a

nu nu nu

nu nu nu

1 )

( ) ( )

) (

(    

 

Leeftijd van het heelal < 15 Gjaar

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ook als de vergelijking meer dan ´e´en oplossing heeft, zal Maple er vaak maar ´e´en geven – en als men alleen fsolve(vergelijking) geeft, is van te voren niet te zeggen welke dat

differentiaalvergelijking heeft vele toepassingsgebieden gevonden buiten de elektrodynamica, zoals in de plasmafysica.. Deze vergelijking is een begrip in de theorie over

Voor het vinden van vergelijkingen van banen staan ons diverse technieken ter beschikking, faseplaatjes kunnen we met Maple maken en lineariseren rond een kritiek punt kunnen we

Een visualisatie bestaat uit een richtingsveld en/of grafieken van een aantal oplossingskrommen (banen) getekend in het

In het andere geval heet de onzuivere knoop ook wel gedegenereerde knoop ontaarde knoop of ´ e´ entakkig

Als een stelsel lineaire vergelijkingen consistent is dan heeft dit (i) oneindige veel oplossingen als er vrije variabelen zijn, (ii) precies ´ e´ en oplossing als er geen

Hoewel we wel wat oplosmethoden hebben voor het oplossen van (stelsels) differentiaalvergelijkingen is het analytisch oplossen daarvan toch meestal niet mogelijk.. Door het

Er is een grote asymmetrie in de CMBR (in de orde van 10-3) door de peculiar snelheid van 368 km/s van de Aarde ten opzichte van de Hubble flow van de