Stelsels differentiaalvergelijkingen
Stelsels differentiaalvergelijkingen
Voorbeeld
Onderzoeken we hoeveel zout per tijdseenheid deze twee
‘communicerende vaten’ instroomt dan vinden we:
dQ1
dt = − 1
10Q1+ 3 40Q2+3
2 dQ2
dt = 1
10Q1− 1 5Q2+ 3
(1)
met
Q1(0) = 25 Q2(0) = 15
Is y = [y1, y2]T = [Q1, Q2]T dan volgt met behulp van de ingevoerde notaties dat het stelsel differentiaalvergelijkingen (1) (‘communicerende vaten’) ook geschreven kan worden als:
dy
dt = Py + g
waarbij P =
− 1 10
3 40 1 10 −1
5
, g =
3 2 3
en y(0) =
25 15
.
Notatie
Met Rm×n geven we verzameling van matrices met m rijen en n kolommen aan waarvan de elementen re¨eel zijn.
Definities
Een functie g : (α , β) → Rn heet continu in t ∈ (α , β) als de functies gi (i = 1, 2, . . . , n) continu zijn in t.
Een functie P : (α , β) → Rm×n heet continu in t ∈ (α , β) als de functies pij (i = 1, 2, . . . , m, j = 1, 2, . . . , n) continu zijn in t.
Definitie
Een functie g : (α , β) → Rn heet differentieerbaar op (α , β) als de functies gi (i = 1, 2, . . . , n) differentieerbaar zijn op (α , β).
Een functie P : (α , β) → Rm×n heet differentieerbaar op (α , β) als de functies pij (i = 1, 2, · · · , m, j = 1, 2, . . . , n) differentieerbaar zijn op (α , β).
Notaties
De functie h : (α , β) → Rn met als componenten dgi
dt = gi0 (i = 1, 2, . . . , n) wordt genoteerd als dg
dt of als g0
en de functie Q : (α , β) → Rm×n met als elementen dpij
dt = pij0 (i = 1, 2, · · · , m, j = 1, 2, . . . , n) wordt genoteerd als dP
dt of als P0.
Stelling
Laten P : (α , β) → Rn×nen g : (α , β) → Rncontinue functies zijn op (α , β) en x0∈ Rn, dan heeft het stelsel differentiaalvergelijkingen
dx
dt = P(t)x + g(t)
precies ´e´en oplossing x = φ(t) op (α , β) die voldoet aan x(t0) = x0.
Stelling
Laten de functies F en ∂F
∂x continu zijn op
D = { (t, x) | α < t < β, γi< xi< δi (i = 1, 2, . . . , n)} en (t0, x0) ∈ D.
Dan bestaat er een h > 0 zodat het beginwaardeprobleem
dx
dt = F(t, x) x(t0) = x0
precies ´e´en oplossing heeft op I = (t0− h, t0+ h) waarbij α ≤ t0− h < t0+ h ≤ β.
In het vervolg veronderstellen we steeds dat P : (α , β) → Rn×n en g : (α , β) → Rn continue functies zijn op (α , β).
Definitie
Het stelselhomogenedifferentiaalvergelijkingen bij dx
dt = P(t)x + g(t) (2)
is
dx
dt = P(t)x. (3)
Stelling
Is V de oplossingsverzameling van (2), Vh de oplossingsverzameling van (3) en x = φp(t) ´e´en oplossing van (2) dan is
V = {x = φh(t) + φp(t) | x = φh(t) ∈ Vh} de oplossingsverzameling van (2)
Opmerking
xp wordt eenparticuliere oplossingvan (2) genoemd.
We gaan eerst onderzoeken wat de structuur is van dealgemene oplossing (oplossingsverzameling) van (3).
Daarna gaan we voor eenvoudige gevallen (zoals in §7.1 beschreven)
Stelling (superpositie)
Als x(1), x(2), · · · , x(k)oplossingen zijn van dx
dt = P(t)x (4)
op (α , β) dan is
c1x(1) + c2x(2) + · · · + ckx(k)
voor alle re¨ele c1, c2, . . . , ck ook een oplossing van (4) op (α , β).
Stelling
Er bestaan oplossingen x(1), x(2), . . . , x(n)van dx
dt = P(t)x (5)
zodat {x(1)(t), x(2)(t), . . . , x(n)(t)} een verzameling lineair onafhankelijke vectoren is voor alle t ∈ (α , β).
Verder is iedere oplossing x = φ(t) van (5) te schrijven als:
φ(t) = c1x(1)(t) + c2x(2)(t) + · · · + cnx(n)(t) voor alle t ∈ (α , β)
en zekere re¨ele constanten c1, c2, . . . , cn.
Deze stelling kan in drie stappen worden bewezen.
(Zie hiervoor Brightspace of mijn ‘homepage’)
Stap 1
Zijn x(1), x(2), · · · , x(k) oplossingen van (5) en t0∈ (α , β) dan is {x(1)(t), x(2)(t), . . . , x(k)(t)} een verzameling lineair
(on-)afhankelijke vectoren voor alle t ∈ (α , β) ⇐⇒
{x(1)(t0), x(2)(t0), · · · , x(k)(t0)} is een verzameling lineair (on-)afhankelijke vectoren.
Stap 2
Als x(1), x(2), · · · , x(n)oplossingen zijn van (5) en
{x(1)(t), x(2)(t), · · · , x(n)(t)} is een verzameling lineair onafhankelijke vectoren voor alle t ∈ (α , β) dan is iedere oplossing
x = φ(t) van (5) te schrijven als:
φ(t) = c1x(1)(t) + c2x(2)(t) + · · · + cnx(n)(t) voor zekere re¨ele constanten c1, c2, . . . , cn.
Stap 3
Er bestaan oplossingen x(1), x(2), . . . , x(n)van (5) zodat {x(1)(t), x(2)(t), · · · , x(n)(t)} een verzameling lineair onafhankelijke vectoren is voor alle t ∈ (α , β).