BIJLAGE 1 Vragenlijst
1 Welke vier woorden schieten u het eerste te binnen bij de term ‘boer zijn’?
(dit mag zowel positief als negatief zijn) 1 ...
2 ...
3 ...
4 ...
2 Kunt u op een schaal van 1 tot 10 aangeven hoe u denkt dat het beeld is van de gemiddelde Nederlander
van uw beroepsgroep? (10 staat voor zeer positief, 1 staat voor zeer negatief)
3 Heeft u een abonnement op één of meerder van onderstaande kranten? ja / nee
Zo ja welke krant? Hoe waardeert u de berichtgeving wat betreft de landbouw
van de door u aangekruiste kranten? (schaal van 1-10)
Q De Telegraaf ...
Q Algemeen Dagblad ...
Q NRC Handelsblad ...
Q Trouw ...
Q De Volkskrant ...
Q Nederlands Dagblad ...
Q Reformatorisch Dagblad ...
Q regionaal dagblad,
namenlijk:... ...
4 Als u televisie kijkt, welke zenders bekijkt u dan het meest?
Q de publieke Nederlandse zenders (Ned. 1, 2 en 3)
Q de commerciele Nederlandse zenders (RTL 4, 5 en 7, SBS 6, etc.)
Kijkt u op de hierboven aangekruiste zenders ook naar het journaal / nieuws?
ja / nee
Zo ja, hoe vaak per week?
Q elke dag
Q 4 tot 6 keer per week Q 1 tot 3 keer per week
Q onregelmatig
Vindt u de berichtgeving van de zenders die u het meest bekijkt wat betreft de landbouw objectief?ja / nee
5 Kijkt u ook naar regionale televisie? ja / nee Zo ja, hoe vaak per week?
Q elke dag
Q 4 tot 6 keer per week Q 1 tot 3 keer per week
Q onregelmatig
Vindt u de berichtgeving van de regionale televisie wat betreft de landbouw objectief? ja / nee 6 Luistert u ook naar de regionale radiomroep? ja / nee
Zo ja, hoe vaak per week?
Q elke dag
Q 4 tot 6 keer per week Q 1 tot 3 keer per week
Q onregelmatig
Vindt u de berichtgeving van de regionale omroep wat betreft de landbouw objectief? ja / nee
7 Heeft u een abonnement op één of meerder van onderstaande vaktijdschriften / dagbladen? ja / nee
Zo ja welke? Hoe waardeert u de berichtgeving wat betreft de landbouw
van de door u aangekruiste bladen? (schaal van 1-10)
Q De Boerderij ...
Q Nieuwe Oogst ...
Q Agrarisch Dagblad ...
Q Overig:... ...
Q Overig:... ...
8 Kunt u op een schaal van 1 tot 10 aangeven hoe denkt u dat het beeld is wat niet-boeren van uw
beroepsgroep heeft? (10 staat voor zeer positief, 1 staat voor zeer negatief)
9 Kunt u op een schaal van 1 tot 10 aangeven wat het beeld is dat u zelf heeft van uw beroepsgroep?
(10 staat voor zeer positief, 1 staat voor zeer negatief)
10 Uit eerder onderzoek is gebleken dat het beeld dat zowel leken als mensen die zich beroepsmatig met het
platteland bezig houden een positief beeld van dit platteland hebben. Verbaast u dit? Waarom wel / niet?
...
...
...
11 In welke leeftijdscategorie valt u?
Q 24 jaar of jonger Q 25-34
Q 35-44 Q 45-54 Q 55-64 Q 65-74
Q 74 jaar of jonger
12 Wat is uw geslacht Q man Q vrouw
13 Heeft u een opvolger? Ja / nee
14 Wat is uw hoogst genoten opleiding:
Q lagere school Q LBO Q MBO
Q HBO / Universiteit Q Overig:...
15 Wat is uw werkterrein
Q akkerbouw Q tuinbouw Q blijvende teelt Q graasdieren Q hokdieren
Q gewassen / veeteelt combinatie
16 Is uw bedrijf EKO-gecertificeerd? Ja / nee
17 Heeft u nog vragen of opmerkingen?
...