Vraag nr. 92 van 31 januari 1996
van de heer LUDO SANNEN
Conix Belgium Hasselt – Milieuvergunning en bestem-mingswijziging
Op 13 september 1995 verkreeg Liebaerts Invest NV een bouwvergunning voor het optrekken van kantoren – annex opslagruimte, gelegen aan de Henry Fordlaan te Genk. Voor de milieuvergunning is voor dit type bedrijven enkel een melding vereist.
Zodra de bouw was gestart, verscheen bij de werken een bord met de vermelding dat het bedrijf Conix Bel-gium NV zich hier zou vestigen. Een milieuvergun-ningsaanvraag van dit bedrijf arriveerde op 13 decem-ber op de gemeente en ligt sinds 15 decemdecem-ber 1995 ter inzage. Het gaat om een klasse I, kunststofverwerkend bedrijf. Na het verkrijgen van de milieuvergunning zal een wijziging van bestemming worden aangevraagd. Wij stellen vast dat deze handelwijze de koppeling tus-sen milieu- en bouwvergunning omzeilt, wat nooit de bedoeling van de wetgever kan zijn geweest. Navraag bij de milieuinspectie in Hasselt wees uit dat deze wijze van voldongen-feitenpolitiek steeds meer wordt gehan-teerd, ook met het oog op de vestiging van zonevreem-de bedrijven, bijvoorbeeld in woonzones. Na zonevreem-de bouw en de vestiging wordt dan een regularisatieaanvraag ingediend.
1. Is de proc edur e die door de bedrijven wordt gevolgd juridisch waterdicht ?
2. Zo neen, welke stappen heeft de minister gezet om aan deze situatie zo snel mogelijk een einde te stel-len ?
N.B. : Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Theo Kelchtermans, Vlaams minister van Leef-milieu en Tewerkstelling.
Antwoord
Sommige bedrijven kunnen inderdaad handig een schorsing van de bouwvergunning omzeilen. Indien men echter kan bewijzen dat het van meetaf aan de bedoeling is geweest een klasse 1- in plaats van een klasse 3-inrichting te exploiteren, dan wordt daarmee aangetoond dat de bouwvergunning verleend is op grond van een dossier met onjuiste vermeldingen. Voor zover het duidelijk is dat de werken in die zin strijdig zijn met de bouwvergunning, kan worden opgetreden door de toezichthoudende ambtenaren. Is er duidelijk sprake van bedrog, dan kan de vergunning ingetrokken worden.
Het spreekt vanzelf dat een stedebouwkundige vergun-ning voor de bestemmingswijziging geschorst zal zijn zolang er geen milieuvergunning is, en omgekeerd ook dat de milieuvergunning geschorst is zolang de stede-bouwkundige vergunningen voor de bestemmingswijzi-ging niet is verleend. Er moet dus rekening worden gehouden met de koppeling milieuvergunning-stede-bouwkundige vergunning voor bestemmingswijziging. Dit geldt uiteraard enkel voor de vergunningsplichtige gebruikswijzigingen.
Aangezien in de vraagstelling sprake is van zonevreem-de bedrijven, moet worzonevreem-den vermeld dat een milieuver-gunning kan worden geweigerd wegens strijdigheid met de geldende plannen van aanleg. Het feit dat er een gebouw is opgericht met een gedeeltelijke bouwvergun-ning doet hieraan geen afbreuk en mag de milieuver-gunningverlenende overheid niet beïnvloeden. Dit geldt ook voor de stedebouwkundige (regularisatie-)v e r-gunning voor de bestemmingswijziging.
De koppeling tussen milieu- en bouwvergunning is ook ingevoerd met het oog op de bescherming van de belangen van de aanvragers. Aanvragers die op basis van onvolledige informatie een bouwvergunning ver-krijgen en uitvoeren, zonder over de milieuvergunning te beschikken, nemen hiermee uiteraard grote risico's.