Vraag nr. 236 van 31 maart 1998
van de heer LUDO SANNEN Afvalstromen – Overzicht
Begin februari raakte bekend dat het Remo-stort in Houthalen opnieuw een vergunning voor een jaar heeft gekregen voor het storten van schadelijk (maar niet giftig) bedrijfsafval uit A n t w e r p e n , Vlaams-Brabant en het Waalse gewest.
Op het eerste gezicht stellen wij vast dat heel wat afval voor definitieve verwerking (storten) naar L i m b u r g, maar ook naar plaatsen elders in V l a a n-deren wordt geïmporteerd.
Anderzijds hebben wij de indruk dat V l a a n d e r e n wel secundaire grondstoffen exporteert, maar rela-tief weinig afval.
Kan de minister mij in dit verband informatie ver-schaffen op basis van volgende vragen ?
1. Welke hoeveelheden afval afkomstig uit Wallo-nië worden sinds 1990 jaarlijks op Remo gestort ?
Welke hoeveelheden uit Brabant zijn hier sinds 1990 jaarlijks gestort ?
Welke hoeveelheden afval uit Antwerpen zijn hier sinds 1990 jaarlijks gestort ?
2. Welke hoeveelheden en soorten secundaire afvalstoffen werden sinds 1990 jaarlijks in Vlaanderen geïmporteerd ? Wat was de eindbe-stemming van deze stoffen ?
3. Welke andere specifieke afvalstromen, z o a l s a u t o b a n d e n , z i e k e n h u i s a f v a l , chemisch afval... uit Wallonië kwamen sinds 1990 in Vlaanderen terecht voor storten, verwerken of verbranden ? Om welke hoeveelheden gaat het daarbij en naar welke Vlaamse locatie werden ze uitge-voerd ?
4. Welke hoeveelheden afval werden naar Wa l l o-nië uitgevoerd sinds 1990 ? Om welke soorten afval gaat het, wat is de bestemming ervan, wat zijn de hoeveelheden die sinds 1990 jaarlijks werden uitgevoerd ?
5. Welke hoeveelheden secundaire grondstoffen werden sinds 1990 naar Wallonië uitgevoerd ? Om welke soorten gaat het, wat is de eindbe-stemming van de verschillende stromen ?
6. Welke hoeveelheden afvalstoffen bestemd om te storten of te verbranden zijn uit het buiten-land aangevoerd sinds 1990 ? Om welke afval-stoffen gaat het, wat was de eindbestemming ? 7. Welke hoeveelheden secundaire grondstoffen
werden sinds 1990 uit het buitenland in Vlaan-deren ingevoerd ? Om welke soorten stoffen gaat het, wat was de eindbestemming ervan ? 8. Op welke wijze denkt de minister te kunnen
verhinderen dat er een scheefgegroeide balans ontstaat tussen import en export van afvalstof-fen en secundaire grondstofafvalstof-fen ?
Antwoord 1. Zie bijlage 1.
2. Een definitie voor secundaire afvalstoffen is niet opgenomen in de huidige wetgeving. 3. Als bijlage 2 wordt een beeld gegeven van de
hoeveelheden afval uit het Waalse gewest die bij verschillende Vlaamse verwerkingsinrichtingen zijn terechtgekomen. Deze gegevens zijn niet limitatief en beperkt tot de vermelde bedrijven die in het kader van een enquête werden aange-schreven.
4 en 5. Als bijlage 3a wordt een overzicht gegeven van de percentages in het Vlaamse gewest geproduceerd afval in 1994, opgedeeld per ver-werkingswijze, die binnen en buiten het Vlaam-se gewest worden verwerkt. De gegevens die in de tabel zijn opgenomen, zijn geen geëxtrapo-leerde cijfers, maar gemelde hoeveelheden. Daarom zijn de procentuele verhoudingen tus-sen de verwerkingsplaattus-sen en de verwerkings-wijzen meer van belang dan de absolute cijfers over de gemelde hoeveelheden. Als bijlage 3b wordt de verklaring van de gebruikte codes gegeven.
6 en 7. Enkel over de afvalstoffen die onder veror-dening 259/93 van de Europese Unie vallen, kunnen gegevens worden verstrekt. In de prak-tijk komt dit neer op de fractie gevaarlijke afvalstoffen.
Bijlage 4 (zie verder) geeft een beeld van de afvalstoffen waarvoor invoer- en uitvoervergun-ningen zijn afgeleverd.
afval naargelang hun bestemming : nuttige toe-passing of verwijdering.
8. De balans van de import en export van afval-stoffen wordt, zowel voor intergewestelijk als voor internationaal vervoer, bepaald door de volgende factoren :
– het al of niet aanwezig zijn van vergunde en geschikte verwerkings- of behandelingsin-stallaties ;
– de werking van de vrije markt ;
– de toepassing van het principe van zelfver-zorging, de voorrang voor nuttige toepassing en het nabijheidsprincipe ;
– de toepassing van de regelgeving op interna-tionaal – Verenigde Naties (VN), Organisa-tie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) – en Europees vlak betreffende grensoverschrijdende afvaltrans-porten.
Ik ben van oordeel dat noch vandaag, noch in de toekomst onevenwicht bestaat of te verwach-ten is tussen import en export van afvalstoffen en secundaire grondstoffen.
Bijlage 4
Top tien van de meest ingevoerde en uitgevoerde afvalstoffen
Vergund
OESO Omschrijving Aantal Hoeveelheid
-code transporten (kg)
Invoer 1997
AW010 Dierlijk afval 4.050 112.500.000
RP010 Rode lijst procedure artikel 10 968 73.395.000
AA070 Assen en residuen van andere metalen of
metaal-verbindingen 1.960 44.751.750
AA030 Assen en residuen van lood 758 43.595.000
AA170 Elektrische lood- en zuuraccu's, intact of geplet 1.753 38.300.000
AD110 Zure oplossingen 1.757 35.015.000
AA040 Assen en residuen van koper 1.262 28.510.000
AA020 Assen en residuen van zink 855 19.850.000
AD060 Mengsels en emulsies van olie-water of
koolwaterstoffen-water 760 18.200.000
Vergund
OESO Omschrijving Aantal Hoeveelheid
-code transporten (kg)
1996
AD060 Mengsels en emulsies van olie-water of
kool-waterstoffen-water 725 97.360.000
AA030 Assen en residuen van lood 1.807 80.936.000
AD110 Zure oplossingen 1.715 36.700.000
AA170 Elektrische lood- en zuuraccu's, intact of geplet 1.663 34.435.000 AA070 Assen en residuen van andere metalen of
metaal-verbindingen 1.453 30.359.958
AA040 Assen en residuen van koper 751 27.146.000
AA020 Assen en residuen van zink 640 14.600.000
AC190 Lichte fractie vrijkomend bij het shredderen of
knippen van metaal (pluch, stof, plastic afval, enz.) 404 10.100.000 AC030 Olieafval, niet geschikt voor het oorspronkelijk
beoogde gebruik 554 9.474.900
AC180 Stof, as, slik en meel van leder 25 8.000.000
Uitvoer 1997
GI010 Resten van afval van papier of karton 400 190.000.000
AD140 Gasreinigingsafval uit de industriële installaties 100 99.999.999 GI011 Ongebleekt kraftpapier/karton of gegolfd papier/karton 50 50.000.000 AA070 Assen en residuen van andere metalen of
metaal-verbindingen 1.727 35.250.000
AD110 Zure oplossingen 1.306 26.466.000
AD160 Stedelijk/huishoudelijk afval 2.040 20.170.000
AD090 Afval van reprografische en fotografische producten
en materieel 2.134 19.465.000
AA020 Assen en residuen van zink 724 17.800.000
GC020 Elektronische restanten voor de terugwinning van
basis- en edelmetaal 625 16.000.000
Vergund
OESO Omschrijving Aantal Hoeveelheid
-code transporten (kg)
1996
AD060 Mengsels en emulsies van olie-water of
kool-waterstoffen-water 654 30.500.000
AA070 Assen en residuen van andere metalen of metaalverbindingen 1.354 27.340.000
AD160 Stedelijk/huishoudelijk afval 2.041 22.820.827
GC020 Elektronische restanten voor de terugwinning van basis-
en edelmetaal 700 18.000.000
AA020 Assen en residuen van zink 734 17.400.000
AC030 Olieafval, niet geschikt voor het oorspronkelijk
beoogde gebruik 750 16.100.000
AC220 Gehalogeneerde oplosmiddelen 366 14.900.000
AD110 Zure oplossingen 652 13.200.000
AC210 Niet-gehalogeneerde oplosmiddelen 843 12.961.000
RP010 Rode lijst procedure artikel 10 30 11.330.000
Bijlage 5
Uitvoer Effectieve transporten
Aantal Vervoerd transporten aantal kg 1997 : nuttige toepassing 6.031 130.775.555 1997 : verwijdering 183 15.450.351 1997 : totaal 6.214 146.225.906 1996 : nuttige toepassing 3.823 112.633.052 1996 : verwijdering 858 14.438.500 1996 : totaal 4.681 127.071.552
Invoer Effectieve transporten