• No results found

Derde scopingsadvies Project-MER Ontwikkeling van een voetbalstadion met park op de Olympiasite in Brugge

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Derde scopingsadvies Project-MER Ontwikkeling van een voetbalstadion met park op de Olympiasite in Brugge"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vlaamse Overheid Departement Omgeving Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en –projecten

Directie Gebiedsontwikkeling Team Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel T 02/553 80 79 mer@vlaanderen.be www.omgeving.vlaanderen.be

Derde scopingsadvies Project-MER

Ontwikkeling van een voetbalstadion met park op de Olympiasite in Brugge

Initiatiefnemer:

CLUB BRUGGE DEVELOPMENT NV Herenweg 9

8300 Knokke-Heist

3 maart 2021

PRMER-3259-SA2

(2)

1. Inleiding

Het voorgenomen project betreft de bouw en exploitatie van een voetbalstadion voor ca. 40.000 toeschouwers en een parkomgeving/parking op de Olympiasite in Brugge. Het doel is een eigentijds, performant en comfortabel voetbalstadion te bouwen dat voldoet aan de huidige en toekomstige normen van o.m. UEFA, KBVB, Binnenlandse Zaken,….. De oppervlakte van het projectgebied bedraagt ongeveer 21,74 ha. Het huidige Jan Breydelstadion zal na de bouw en ingebruikname van het nieuwe stadion worden gesloopt. De bestaande oefenvelden zullen op termijn verdwijnen en minstens gedeeltelijk bestemd worden als parking.

Deze activiteiten zijn onderworpen aan de m.e.r.-plicht volgens het project-m.e.r.-besluit1, met name:

Bijlage II, rubriek 10 b) Stadsontwikkelingsprojecten, met inbegrip van de bouw van winkelcentra en parkeerterreinen,

• met betrekking tot de bouw van 1000 of meer woongelegenheden, of

• met een brutovloeroppervlakte van 5.000 m² handelsruimte of meer, of

• met een verkeersgenererende werking van pieken van 1000 of meer personenautoequivalenten per tijdsblok van 2 uur

Voor categorieën van projecten opgenomen in bijlage II van het project-m.e.r.-besluit, is het indienen van een gemotiveerd verzoek tot ontheffing van de m.e.r.-plicht mogelijk. Door de initiatiefnemer wordt echter afgezien van dit verzoek.

Het Team Mer besliste op 08/05/2020 over de aanmelding inclusief eerste scopingsadvies. Er werd geen openbare raadpleging voorzien.

Het Team Mer ontving het ontwerp-MER met vraag om een tweede scopingsadvies op 08/09/2020.

Er werd een infomoment georganiseerd op 21 augustus 2020 door de initiatiefnemer van het project. Het Team Mer vroeg adviezen bij de administraties en openbare besturen. Team Mer rondde op 16 november 2020 het tweede scopingsadvies af.

De titel van het project wijzigde van “Ontwikkeling van een voetbalstadion, inclusief parking, op de Olympiasite in Brugge “ naar “Ontwikkeling van een voetbalstadion met park op de Olympiasite in Brugge”. Het gaat in essentie om hetzelfde project met hetzelfde dossiernummer.

Op 14 januari 2021 ontving Team Mer een aangepast ontwerp-MER met de vraag om een derde scopingsadvies te geven. Het Team Mer vroeg daarover advies aan de administraties en openbare besturen die nog belangrijke opmerkingen hadden bij de vorige versie van de ontwerptekst (stad Brugge, gemeente Zedelgem, MOW, GOP-vergunningen, OMG-lucht en OMG-geluid. Alle instanties gaven nog advies.

Het Team Mer stelt dit scopingsadvies op met het oog op de methodologie van het MER. Zij houdt rekening met de principieel verplichte onderdelen van een project-MER op basis van art. 4.3.7. van het DABM2 en met de ontvangen adviezen.

(3)

Dit scopingsadvies heeft betrekking op de reikwijdte, het detailleringsniveau en de inhoudelijke aanpak van het project-MER. Het project-MER moet opgesteld worden zoals door de initiatiefnemer voorgesteld werd in de aanmelding/ontwerp-MER en moet aangevuld/aangepast worden volgens de specifieke vereisten die in het eerste en tweede scopingsadvies en in dit derde scopingsadvies geformuleerd zijn.

2. Verantwoording, beschrijving project en alternatieven

Ten opzichte van de aanmelding en rekening houdend met het eerste en tweede scopingsadvies werd de projectbeschrijving op heel wat punten aangevuld. Volgende elementen zijn nog aan te passen of te verduidelijken:

- De Vlaamse Regering heeft op 22/01/21 het GRUP ‘Afbakening van het regionaalstedelijk gebied Brugge – herneming (deelgebied 7)’ definitief vastgesteld. Dit moet doorheen de tekst nog worden aangepast.

- Verduidelijkingen die op tussentijdse mondelinge overlegmomenten met de adviesinstanties aan bod kwamen, worden bij voorkeur ook in het MER opgenomen zodat ze voor elke gebruiker van het MER duidelijk zijn.

- Verwerk ook de antwoorden op gerichte vragen uit de adviezen in het MER.

- In geval breekactiviteiten voorzien zijn, moeten die mee besproken en geëvalueerd worden.

- Voor de shuttlebussen die van en naar de zuidelijke afstandsparkings zullen rijden wordt een drop off zone voorzien ter hoogte van de Boomhut en een pick up zone aan de oostzijde van het stadion. Doorheen de tekst wordt een aantal keer de indruk gewekt dat er enkel kort na de wedstrijd bussen aan de oostzijde van het stadion zouden komen waarna de Boomhut ook als pick up zone zou dienen. Deze onduidelijkheid moet worden opgehelderd.

- In het stadion zijn een aantal andere functies aanwezig die ook buiten wedstrijddagen open zijn. Het is niet duidelijk welke parkeerplaatsen (en dus ook welke toegang) voor deze functies voorzien worden.

- Een mobiliteitsplan maakt deel uit van het project. Een belangrijk element van het mobiliteitsplan is een combiticketsysteem. Uit het mobiliteitsplan is niet helemaal duidelijk hoe flexibel het systeem is, bijvoorbeeld voor supporters met een abonnement. De maatregelen uit het mobiliteitsplan moeten voldoende concreet en duidelijk geformuleerd worden in functie van doorvertaling in verdere besluitvorming (in de omgevingsvergunning zelf of in flankerend beleid).

- Ook het bedrijfsvervoerplan voor werknemers moet voldoende concreet zijn in functie van doorvertaling in de omgevingsvergunning.

- Vul details aan over de werking van de afstandsparkings, in het bijzonder de parking in Zedelgem, bijvoorbeeld over hun organisatie, beschikbaarheid, vormgeving, technische noden en operationeel gebruik.

- Verduidelijk hoe de voorgestelde monitoring concreet zal gebeuren.

- Welke gevolgen zijn er als uit monitoring zou blijken dat de ambities (vb. modal shift, verkeerspiekspreiding) niet gehaald worden?

(4)

3. Algemene en methodologische aspecten

Wanneer milderende maatregelen worden voorgesteld moet – zeker voor maatregelen die horen bij aanzienlijk negatieve effecten – berekend worden wat het verwachte resteffect is / aangegeven worden welke mate van mildering met de maatregel of cluster van maatregelen bereikt kan worden. Ook moet aangegeven worden hoe de uitvoering van sturende en milderende maatregelen kan gegarandeerd worden (in het project geïntegreerd voorafgaand aan de vergunningsaanvraag, als bijzondere voorwaarde bij de vergunning, als flankerende maatregel,…). De voorgestelde maatregelen moeten concreet en haalbaar zijn.

Bij de beschrijving van de bestaande toestand en van de milieueffecten moet, als aanvulling op de aanmelding/ontwerptekst en het eerste en tweede scopingsadvies, voldoende aandacht besteed worden aan het volgende:

Verschillende adviesinstanties geven uitvoerige adviezen. We vatten hier de belangrijkste opmerkingen samen maar vragen daarnaast ook aandacht voor de integrale adviezen en de onderbouwing van de opmerkingen die daarin terug te vinden is.

De aanpassing van de analyse in één discipline kan gevolgen hebben voor andere disciplines. In deze fase van de m.e.r.-procedure vragen we verscherpte aandacht om alle wijzigingen aan de tekst coherent door te voeren.

Discipline mens-mobiliteit

- De stromen van de verschillende modi op de stadionsite zelf zijn enkel tekstueel opgenomen.

Het is nuttig deze stromen ook op een kaart weer te geven en zo de mogelijke conflictpunten duidelijker in beeld te brengen.

- De menging van shuttlebussen aan de oostzijde van het stadion met de supporters die zich tussen de bussen moeten begeven om op te stappen (aan de rechterzijde van de shuttlebussen), alsook met de andere supporters die zich naar de fietsparkings en geparkeerde wagens moeten begeven is een aandachtspunt. Het is aangewezen dat onderzocht wordt welke maatregelen kunnen getroffen worden om de veiligheid van supporters te garanderen en een vlotte evacuatie te bevorderen.

- De verklaring die gegeven wordt waarom de supporters voor de match afgezet worden aan respectievelijk de Kerkhofstraat en de Koning Leopold III – laan terwijl diezelfde supporters na de wedstrijd opgepikt worden op de Olympiasite zelf, is onvoldoende duidelijk en coherent.

- Werd er naast het aantal beschikbare vrije plaatsen op de afstandsparkings ook onderzocht of er op die locaties voldoende ruimte is om de shuttlebussen te laten halteren? Mocht dat niet het geval zijn, hoe wordt daar dan mee omgegaan?

- Er moet verduidelijkt worden of in het mobiliteitsplan andere scenario’s kunnen worden uitgetekend die de impact op de doorstroming van het openbaar vervoer op de Gistelsesteenweg kunnen verkleinen.

- De synthese in de discipline mobiliteit kan nog aangevuld worden met specifieke informatie over de bijdrage van elke milderende maatregel aan het resteffect. Ook flankerende maatregelen kunnen noodzakelijk zijn om negatieve effecten te vermijden of te beperken.

(5)

Discipline lucht

- In het MER wordt verwezen naar stofmetingen door het stadslabo van Brugge. Vooral NO2 is echter een indicator voor luchtkwaliteit in de omgeving van verkeersdrukke wegen en streetcanyons. Dit moet nog toegevoegd worden in het MER.

Discipline geluid & trillingen

- De effectbeoordeling van de parkings op de Olympiasite werd onvolledig uitgevoerd. De effectbeoordeling van alle hinderlijk geluid op deze parkings moet minstens semi-kwantitatief gebeuren.

- Geef in het MER de correcte bronvermelding voor de strategische geluidsbelastingkaarten op zoals opgenomen in Geopunt, bijvoorbeeld "Strategische geluidsbelastingskaart, referentiejaar 2016, belangrijke en aanvullende wegen, Lden, Vlaamse Overheid - Dep. Omgeving (BJO) en AWV (Afdeling Wegenbouwkunde)’.

Discipline klimaat

- Verwijs alleen naar acties van het actuele klimaatplan.

- Ga voor de aanleg- en afbraakfase na of er behalve werfverkeer nog andere relevante CO2- emissies zijn.

- Hoe wordt verklaard dat de CO2-uitstoot (beperkt) zal stijgen ten opzichte van de huidige situatie?

- Kan verduidelijkt worden hoeveel procent van de energie voor de verwarmingsvraag in eerste instantie nog uit fossiele bronnen gehaald zal worden (aardgas) en hoeveel procent uit warmtepompen?

- Kan uitgelegd worden waarom geen zonnepanelen voorzien kunnen worden op het stadion?

(6)

4. Goedkeuring team van erkende MER-deskundigen en MER-coördinator

Zoals voorgesteld in de aanmelding wordt het MER opgesteld door een erkende MER-coördinator en door volgende erkende MER-deskundigen: Mens-mobiliteit, Bodem, Water (geohydrologie en oppervlakte- en afvalwater), Lucht, Geluid en Trillingen, Biodiversiteit en Landschap, Bouwkundig erfgoed en archeologie. Een deskundige Mens-gezondheid en een deskundige Klimaat werden nog aan het team van erkende deskundigen toegevoegd.

Het in de aanmelding voorgestelde team van erkende MER-deskundigen en de erkende MER- coördinator werd aangevuld met erkend deskundige Geert Boogaerts voor de disciplines Mens- Gezondheid, en Klimaat (gemeld tijdens de scopingsvergadering en bevestigd per email op 23-04- 2020). In dezelfde communicatie wordt de in de aanmelding opgegeven deskundige Guy Putzeys vervangen door erkend mer-deskundige Geluid Sven Loridan. Op 30-04-2020 ontving Team Mer de vraag om Toon Van Elst als coördinator van het MER te vervangen door erkend MER-coördinator Peter De Bruyne. Team Mer keurde het voorgestelde team uit de aanmelding met de aanvulling en wijziging van 23-04-2020 en de wijziging van 30-04-2020 goed in het eerste scopingsadvies.

Wijzigingen aan het team van deskundigen in de loop van het m.e.r. moeten gemeld worden aan het Team Mer.

Digitaal getekend

Door Lina Grooten

Directiehoofd Directie Gebiedsontwikkeling

Afdeling Gebiedsontwikkeling, Omgevingsplanning en -projecten

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In het project-MER moet duidelijk aangegeven worden met welke ontwikkelingsscenario’s rekening gehouden wordt of juist niet bij de beschrijving van een referentiesituatie,

4630803001 – Aanmelding project-MER Optimalisatie Wijnegem Shopping Center | 78 Gezien de afwezigheid van waterlopen in of in de directe omgeving van het projectgebied, worden

Het project-MER moet opgesteld worden zoals door de initiatiefnemer voorgesteld is in de kennisgeving en aangevuld/aangepast worden met de specifieke vereisten die

Het project-MER moet opgesteld worden zoals door de initiatiefnemer voorgesteld is in de kennisgeving en aangevuld/aangepast worden met de specifieke vereisten die in

De berekende stikstofdepositie gerelateerd aan emissies van Bioterra bedraagt maximaal 0,21% van de KDW van een habitat of zoekzone voor een habitat,

In het MER moet duidelijk aangegeven worden met welke ontwikkelingsscenario’s rekening gehouden wordt of juist niet bij de beschrijving van een referentiesituatie,

In het MER moet duidelijk aangegeven worden met welke ontwikkelingsscenario’s rekening gehouden wordt of juist niet bij de beschrijving van een referentiesituatie,

Dit milieueffectrapport werd opgesteld met het oog op de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning voor de aanleg van collectoren in Rotselaar, Leuven,