UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN
Zitting van 23 december 2020
AANWEZIG:
Burgemeester-voorzitter: Mario Borremans
Schepenen: Marleen Hoydonckx, Engin Ozdemir, Isabelle Thielemans, Dirk Schops, Lode Schops, Funda Oru en Yasin Gül
Waarnemend algemeen directeur:
Yolanda Paulussen
VERONTSCHULDIGD:
Algemeen directeur: Yvo Aerts
Agendanummer: 5
ONDERWERP : Ruimtelijk beheer en woonbeleid - aanvraag omgevingsvergunning – aanvraagnr. 20/421 - goedkeuring
HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN:
MOTIVERING Juridische gronden
decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 56 en 57
decreet van 5 april 1995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (DABM) zoals gewijzigd
decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu zoals gewijzigd
decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid, inzonderheid artikel 8 en het besluit van de Vlaamse Regering van 20 juli 2006 tot vaststelling van nadere regels voor de toepassing van de watertoets zoals gewijzigd
Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009 zoals gewijzigd en uitvoeringsbesluiten
decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (OVD) zoals gewijzigd
decreet van 15 juli 2016 betreffende het integraal handelsvestigingsbeleid zoals gewijzigd
besluit van 1 juni 1995 van de Vlaamse Regering houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne (Vlarem II) zoals gewijzigd
besluit van 10 december 2004 van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage zoals gewijzigd
besluit van 16 mei 2014 van de Vlaamse Regering houdende bijkomende algemene en sectorale milieuvoorwaarden voor GPBV-installaties (Vlarem III)
besluit van 13 februari 2015 van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten
besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning (OVB) zoals gewijzigd
decreet van 20 maart 2020 van de Vlaamse Regering over maatregelen in geval van een civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid
besluit van de Vlaamse Regering van 24 maart 2020 tot uitvoering van artikel 5 van het decreet van 20 maart 2020 over maatregelen in geval van een civiele noodsituatie met betrekking tot de volksgezondheid, wat betreft de omgevingsvergunning
Feiten en context
Aanvragers: de heer ITYAS CAN wonende te Edward Staintonstraat 33 te
3550 Heusden-Zolder
Ligging van het perceel: Kolderhof 5
Kadastrale gegevens: afdeling 3 sectie A nr. 218M Projectnaam: bouwen van 2-woonst
Intern dossiernummer: 20/421
ID omgevingsplatform OMV_2020137332
Type dossier: Aanvraag omgevingsproject 2019
Behandelende overheid: College van burgemeester en schepenen Procedure: Vereenvoudigde procedure
Omschrijving aanvraag
bouwen van 2 appartementen
Procedureverloop
Procedurestap Datum
Ontvangst aanvraag 15 oktober 2020 Ontvankelijkheids- en
volledigheidsbewijs
29 oktober 2020 Opening openbaar
onderzoek geen
Afsluiten openbaar onderzoek
geen Gemeenteraad voor
wegenwerken geen
Datum verslag GSA 7 december 2020 Advies gemeentelijk omgevingsambtenaar
Het college van burgemeester en schepenen heeft kennis genomen van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar, uitgebracht op 7 december 2020.
De gemeentelijke omgevingsambtenaar heeft volgende elementen aangewezen om te worden opgenomen in voorliggende beslissing:
Historiek
Perceelnummer : (afd. 3) sectie A 218 M
Volgende vergunningen en/of weigeringen werden verleend:
- Op 14/06/2010 werd een stedenbouwkundige vergunning (10/171) voor het slopen van een eengezinswoning afgeleverd door het college van burgemeester en schepenen.
Stedenbouwkundige basisgegevens
De aanvraag situeert zich in het bij koninklijk besluit van 3 april 1979 vastgestelde gewestplan Hasselt-Genk met bestemming woongebied.
Woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal- culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).
Het eigendom is niet gelegen binnen de grenzen van een goedgekeurd bijzonder plan van aanleg.
In overeenstemming met dit plan
De aanvraag is in overeenstemming met het gewestplan Hasselt - Genk, bestemming woongebied.
Afwijking en uitzonderingen ///
Archeologie
De aanvraag heeft geen betrekking op projecten waar volgens het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 een bekrachtigde archeologienota dient voor opgemaakt te worden.
Verordeningen
De aanvraag voldoet aan de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 5 juli 2013 inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van
afvalwater en hemelwater.
Zoneringsgegevens van het goed en adviezen
Het advies van de Brandweerzone Zuid-West-Limburg - Hulpverleningszone Zuidwest (Hasselt) afgeleverd op 27 november 2020, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd:
zie bijlage
Het advies van De Watergroep afgeleverd op 19 november 2020, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd:
“Voor hogervermeld perceel is geen uitbreiding van het waterleidingnet nodig. Iedere wooneenheid dient over een afzonderlijke watermeter te beschikken. De plaats van de watermeter dient te beantwoorden aan de voorschriften van De Watergroep. Bij het plaatsen van de energiebocht dient rekening gehouden te worden met de afmetingen van de drinkwateraftakking.
In het sjabloon van alle nutsbedrijven is een breedte van 125cm gevraagd. Het ontwerp moet hierop aangepast worden.
Elke aftakking moet in rechte lijn, haaks op de rijweg kunnen uitgevoerd worden. De kosten van de nieuwe aftakking(en) zijn ten laste van de aanvrager(s).”
Het advies van Fluvius afgeleverd op 18 november 2020, is voorwaardelijk gunstig en als volgt gemotiveerd: zie bijlage
Openbaar onderzoek
De vergunningsaanvraag valt onder artikel 13 van het besluit van de Vlaamse regering tot uitvoering van het besluit van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. Bijgevolg wordt de vereenvoudigde procedure gevolgd en werd er geen openbaar onderzoek gevoerd conform Titel 3, hoofdstuk 5 van hogergenoemd besluit.
Richtlijnen en omzendbrieven
De omzendbrief van 8 juli 1997 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-
gewestplannen en gewestplannen, gewijzigd via omzendbrief dd. 25/1/2002 en 25/10/2002, is van toepassing op de aanvraag.
Decreet grond-en pandenbeleid
Het decreet grond- en pandenbeleid is niet van toepassing op de aanvraag.
Watertoets
Het project heeft een beperkte oppervlakte en is niet gelegen in een recent overstroomd gebied of een overstromingsgebied. In alle redelijkheid concluderen wij dat het project geen schadelijk effect veroorzaakt.
Milieueffecten
Het voorgenomen project komt niet voor op de lijst gevoegd als bijlage ll van het project-m.e.r.- besluit, maar wel op de lijst gevoegd als bijlage lll, namelijk onder rubriek 10 b.
Bijgevolg dient de overheid die beslist over volledigheid en ontvankelijkheid van de vergunningsaanvraag de aanvraag te screenen.
Het betreft een stadsontwikkelingsproject met volgende kenmerken: het bouwen van 2 appartementen
Er zijn geen aanzienlijk negatíeve effecten te verwachten inzake mobiliteit, aangezien het bijkomend aantal vervoersbewegingen als gevolg van het project beperkt blijft. Bijgevolg zijn er ook geen negatieve effecten te verwachten inzake de afgeleide disciplines geluid & trillingen en lucht. Ook op vlak van gezondheid zal de impact van het project beperkt zijn.
Er zijn geen aanzienlijk negatieve effecten te verwachten inzake visuele impact, aangezien er geen erfgoedwaarden geschaad of vernietigd worden. Het voorgenomen project ligt evenmin in of in de directe nabijheid van een vanuit landschappelijk of erfgoedkundig oogpunt beschouwd belangrijk gebied.
Er zijn geen aanzienlijk negatieve effecten te verwachten inzake de waterhuishouding, aangezien het voorgenomen project niet ligt in een effectief overstromingsgevoelig gebied of mogelijk
overstromingsgevoelig gebied. Het hemelwater van de woningen zal maximaal hergebruikt worden en het overige hemelwater wordt maximaal geïnfiltreerd. Er is tevens voorzien in een gescheiden aansluiting op het rioleringstelsel en er worden geen grote ondergrondse constructies voorzien.
Er zijn geen aanzienlijk negatieve effecten te verwachten inzake natuurlijke of ruimtelijk kwetsbare gebieden, aangezien het voorgenomen project niet ligt in of in de directe nabijheid van een vanuit het oogpunt van natuurwaarden beschouwd belangrijk gebied.
Het geplande project is gelegen in een woonstraat met vooral andere woningen. Gezien de aard, ligging en beperkte omvang van de potentiële effecten t.g.v. het project, zal cumulatie met andere projecten in de buurt niet tot aanzienlijke milieueffecten leiden.
Conclusie: Het voorgenomen project zal geen aanzienlijke milieueffecten veroorzaken zodat de opmaak van een project-MER niet vereist is.
Natuurtoets
De aanvraag omvat geen wijziging van vegetaties of kleine landschapselementen.
Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5 en 4.3.8 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat het Kolderhof een voldoende uitgeruste openbare weg is en dat het goed niet getroffen is door een rooilijn.
Beschrijving van de aanvraag en de omgeving
De aanvraag beoogt het bouwen van 2 appartementen met carport en tuinberging. Het goed is gelegen in het centrum van Zolder-Voort naast het voormalige Mijnterrein, tegenover een projectzone waar 38 duurzame, sociale woningen zijn gerealiseerd. De omgeving bestaat uit diverse bouwtypen en -stijlen met een diversiteit aan kleinhandelszaken, horeca en
meergezinswoningen langsheen de Koolmijnlaan. In het verlengde van het Kolderhof staan voornamelijk vrijstaande eengezinswoningen. Aan de linkerkant bevindt zich een vrijstaande eengezinswoning en aan de rechterkant een meergezinswoning. Op het perceel zelf staat een tuinberging.
Beoordeling van de goede ruimtelijke ordening
De aanvraag voorziet in het bouwen van 2 appartementen bestaande uit 2 bouwlagen onder plat dak. Bij het ontwerp is rekening gehouden met de algemene voorschriften. De bouwdiepte bedraagt 17 meter op het gelijkvloers en 12 meter op de verdieping. Men behoudt 3 meter tot de zijdelingse perceelsgrenzen.
Gezien de huidige noden - waaronder hogere isolatienormen - en de diversiteit aan bouwstijlen en –typologieën in de nabije omgeving, is de gewenste totale bouwhoogte van 6,31 meter niet ongewoon.
Een tweewoonst is - op deze locatie - aanvaardbaar gezien de aanwezigheid van de appartementen De Schacht en de meergezinswoningen op de hoek van Kolderhof – Koolmijnlaan. Het volume vormt een overgang naar de grondgebonden eengezinswoningen langsheen het Kolderhof. Men voorziet het terras op de verdieping aan de straatkant en de ramen in de zijgevels zijn eerder beperkt. Aan de linkergevel betreft het enkel ramen van slaapvertrekken en een sanitaire ruimte.
Op deze manier wordt privacy hinder voor de aangelanden tot een minimum beperkt. Het plat dak kan in geen geval worden gebruikt als terras. Dit zal worden ingericht als groendak (cfr de
bijgevoegde plannen).
De tweewoonst wordt ontsloten met een inrit van 3 meter en achteraan is er een tuinberging met carport voor 2 wagens voorzien op het eigen terrein. De constructie bevindt zich op de
perceelsgrens, heeft een totale hoogte van 3 meter en een oppervlakte van +- 50 m². Gezien de oriëntatie, de totale oppervlakte van het perceel (+-8a) en de afbraak van de bestaande berging, is dit aanvaardbaar.
De appartementen zijn modern qua vormgeving. Gezien de verscheidenheid aan bouwstijlen in de omgeving, zal deze woning passen in het bestaande straatbeeld.
Conclusie
Gunstig voor het bouwen van 2 appartementen met carport en tuinberging.
Voorwaarden
Het plat dak aan de achterzijde mag in geen geval worden gebruikt als terras. Het moet worden uitgevoerd zoals vermeld op het bijgevoegde verdiepingsplan.
De voorwaarden in het advies van de brandweer moeten strikt worden nageleefd.
De voorwaarden in de adviezen van de nutsmaatschappijen (Fluvius, de Watergroep) moeten worden gerespecteerd.
De rookmelders moeten geplaatst worden volgens de bepalingen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 1 juni 2012.
Voldoen aan de voorwaarden van VLARIO betreffende de verplichtingen rond hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De bouwheer is verantwoordelijk voor de uitvoering en de uitvoerbaarheid van de vergunde
werken. Wanneer blijkt dat de vergunde infiltratievoorziening door een te hoge grondwaterstand of een ontoereikende infiltratiecapaciteit niet of niet voldoende effectief is, dient deze te worden vervangen door een infiltratiezone in de tuin van maximaal 30cm diep met een volume en oppervlakte gelijk aan die van de vergunde infiltratievoorziening.
Beoordeling door het college van burgemeester en schepenen
Het college van burgemeester en schepenen volgt het advies van de gemeentelijke omgevingsambtenaar en de motivering opgebouwd in dit advies.
BESLUIT UNANIEM Artikel 1:
Het college van burgemeester en schepenen geeft de voorwaardelijke vergunning af aan de aanvrager, de heer ITYAS CAN wonende te Edward Staintonstraat 33 te 3550 Heusden-Zolder, voor het bouwen van 2 appartementen, gelegen Kolderhof 5 en met als kadastrale omschrijving (afd. 3) sectie A 218 M.
Artikel 2:
De vergunning wordt afgegeven onder volgende voorwaarden:
Het plat dak aan de achterzijde mag in geen geval worden gebruikt als terras. Het moet worden uitgevoerd zoals vermeld op het bijgevoegde verdiepingsplan.
De voorwaarden in het advies van de brandweer moeten strikt worden nageleefd.
De voorwaarden in de adviezen van de nutsmaatschappijen (Fluvius, de Watergroep) moeten worden gerespecteerd.
De rookmelders moeten geplaatst worden volgens de bepalingen van het decreet houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders van 1 juni 2012.
Voldoen aan de voorwaarden van VLARIO betreffende de verplichtingen rond hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater.
De bouwheer is verantwoordelijk voor de uitvoering en de uitvoerbaarheid van de vergunde
werken. Wanneer blijkt dat de vergunde infiltratievoorziening door een te hoge grondwaterstand of een ontoereikende infiltratiecapaciteit niet of niet voldoende effectief is, dient deze te worden vervangen door een infiltratiezone in de tuin van maximaal 30cm diep met een volume en oppervlakte gelijk aan die van de vergunde infiltratievoorziening.
Artikel 3: uitvoerbaarheid
De aanvrager mag van de vergunning gebruik maken als men niet binnen een termijn van vijfendertig dagen die ingaat na de eerste dag van de aanplakking, op de hoogte wordt gebracht van de instelling van een schorsend administratief beroep. (artikel 35, OVD)
Artikel 4: aanplakking
De aanvrager moet de beslissing bekendmaken door de aanplakking van een affiche op de plaats waar het voorwerp van de vergunningsaanvraag uitgevoerd zal worden conform artikel 59, OVB.
Artikel 5: verval
De vergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;
2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning. (artikel 99 OVD)
Artikel 6: beroepsmogelijkheid
Tegen deze beslissing kan een beroep worden ingediend bij de Deputatie van de provincie Limburg, Universiteitslaan 1 te 3500 Hasselt. Het beroep moet op straffe van onontvankelijkheid ingesteld worden per beveiligde zending binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:
de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen;
De beroeper bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:
1 de vergunningsaanvrager, behalve als hij zelf het beroep instelt 2 het college van burgemeester en schepenen van Heusden-Zolder (artikel 52 en volgende, OVD en artikel 86 en volgende, OVB)
Aldus gedaan op de dag als hierboven.
NAMENS HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN
(get.) Yolanda Paulussen (get.) Mario Borremans
Waarnemend algemeen directeur Burgemeester-voorzitter Voor eensluidend uittreksel:
Heusden-Zolder, 23 december 2020 In opdracht:
#SIG01_70_112# #SIG02_70_112#
Bij delegatie (art. 283 decreet
lokaal bestuur) Bij delegatie (art. 280 decreet lokaal
bestuur)
Isabelle Thielemans
Omgevingsambtenaar Derde schepen
Digitaal ondertekend door Els Jennen (Signature)
Datum: 23/12/2020 15:57:29
Digitaal ondertekend door Isabelle
Thielemans (Signature) Datum: 23-12-2020 17:37:52