• No results found

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN VERGADERING VAN vrijdag, 20 november 2020

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN VERGADERING VAN vrijdag, 20 november 2020"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

GEMEENTEBESTUUR KNOKKE-HEIST

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN

VERGADERING VAN vrijdag, 20 november 2020

Dienst 11 Secretarie DC : 172.8

Aanwezig : Graaf L. Lippens, Burgemeester;

Piet De Groote, Kris Demeyere, Jan Morbee, Anthony Wittesaele, Annie Vandenbussche, Philippe Vlietinck, Kathleen van der Hooft, Schepenen;

Miet Gobert, Algemeen directeur Afwezig :

Verontschuldigd :

Stedenbouw - Aanvraag uitgaande van de heer Naeyaert Jan en mevrouw Verriest Siska tot bekomen van

omgevingsvergunning tot verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning gelegen Oud Strijdersstraat 4.

Dossiernummer: 2020/503 OMV-nummer: OMV_2020091612

BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN TOT VERLENING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING

De aanvraag ingediend door de heer Naeyaert Jan en mevrouw Verriest Siska werd per beveiligde zending verzonden op 10 juli 2020.

De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 6 augustus 2020.

De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Oud-strijdersstraat 4, 8301 Knokke-Heist;

met als kadastrale omschrijving

Afdeling KNOKKE-HEIST 5 AFD (HEIST), sectie I, 0768 & 0741 B.

Het betreft een aanvraag tot het verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning.

De aanvraag omvat: stedenbouwkundige handelingen

Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.

1. Stedenbouwkundige basisgegevens

Gelegen binnen de grenzen van het Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Dorpskern Heist.

2. Historiek

B/1963H/139 – Dhr De Brock Frans – Bouwen van een woonhuis – vergunning 18/12/1963 B/1964H/88 – Dhr De Brock Frans – aanbouwen van een garage – vergunning 27/05/1967 3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag

Beschrijving van de plaats

Het perceel is gelegen in de kern van de deelgemeente Heist. De Kursaalstraat gaat door naar de Bondgenotenlaan die het station van Heist verbindt met het toeristische centrum. De woning is gelegen in een zijstraat van deze hoofdas. De aanpalenden (langsheen de Bondgenotenlaan) bestaan uit een- en

(2)

meergezinswoningen in gesloten bouwblokken. In de zijstraten zijn er eengezinswoningen in open en halfopen bebouwing.

Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen

Het betreft een aanvraag tot verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning De werken omvatten:

 Thv het gelijkvloers:

o slopen bestaande garage met een oppervlakte van 24m². bouwen van een nieuwe garage / wasplaats / berging met een oppervlakte van 42m². Deze wordt quasi op dezelfde plaats ingeplant, rechtsachter maar nu op 0m van de aanpalenden. Aansluitend op de uitbreiding wordt er nog een luifel voorzien van de garage tot aan de inkom. Deze heeft een breedte van 1.2m.

o Grondige herindeling gelijkvloers, inkom blijft behouden op de rechtergevel, er wordt een nieuwe trap en toilet voorzien, rechts van de inkom wordt er een buro voorzien met een berging, daarna de nieuwe wasplaats / berging en garage. Links van de inkom wordt de leefruimte, eethoek en leefkeuken voorzien. Binnenmuren worden verwijderd / herbouwd.

 Thv de verdieping:

o het volume van de verdieping blijft behouden, er wordt een herindeling voorzien, de ruime nachthal blijft, men voorzien een toilet, een slaapkamer met eigen badkamer, een masterbedroom met dressing en badkamer en een afzonderlijke slaapkamer.

 Thv het dakvolume:

o De trap geeft toegang tot de zolder, hier wordt er een polyvalente ruimte voorzien en een slaapkamer. De twee kleine ramen in het dakvolume thv de rechter gevel en linke gevel worden nu groter gemaakt.

 Thv de gevels: het bestaande metselwerk blijft behouden, deze wordt nu wit geschilderd. Alle buitenschrijnwerk wordt voorzien in zwarte alu.

o Thv de voorgevel: het balkon wordt vernieuwd en voorzien in zwart alu, de balustrade wordt klaar glas. Twee nieuwe grote ramen thv de voorgevel op het gvl tot op de grond en op de verdieping 2 nieuwe schuiframen ifv 2 slaapkamers die uitgeven op het balkon.

Wijziging ifv uitbreiding, deze wordt afgewerkt in houten gevelbekleding zwart en een sokkel erboven en luifel in witte gevelsteen.

o Thv de rechtergevel: de luifel boven de inkom wordt voorzien in nieuwe gevelsteen witte kleur. Het geveldeel onder de luifel wordt nu voorzien in houten gevelbekleding zwarte kleur. Links van de inkomdeur wordt ook een nieuw raam voorzien, rechts ervan ook ifv buro. De raamopeningen op de verdiepingen wijzigen ook in grootte en materiaal.

o Thv de linkergevel: er worden 3 nieuwe grote schuiframen voorzien op het gelijkvloers, tussen de ramen wordt er gevelbekleding in hout voorzien zwarte kleur. Op de eerste verdieping en op de zolder worden er ook nieuwe ramen voorzien. Wijziging ifv

uitbreiding achteraan, deze uitbreiding wordt afgewerkt in nieuwe witte gevelsteen en er wordt een deur voorzien die naar de tuinzone gaat. Er wordt een CV afvoerpijp voorzien tegenaan de achtergevel op de uitbreiding.

o Thv de achtergevel: wijziging ifv uitbreiding. Er wordt ook een nieuw raam voorzien op de bestaande achtergevel ifv leefkeuken. Ook de bestaande schouw wordt verwijderd.

 Thv het dakvolume:

o het bestaande dakvolume blijft behouden, de ramen thv de topgevels worden groter, het schouwvolume wordt verwijderd.

 Thv de tuinzone:

o de oprit wordt heraangelegd, er wordt ook een nieuw terras voorzien thv de linker gevel.

Er zal een pad rond de woning voorzien worden, ook vanuit de wasplaats / berging naar de tuin.

Beschrijving van de aangevraagde ingedeelde inrichtingen of activiteiten De aanvraag omvat geen ingedeelde inrichtingen of activiteiten.

4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar

De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 8 oktober 2020 tot en met 6 november 2020.

5. Adviezen

Op 6 augustus 2020 werd advies aangevraagd aan de riooldienst en het waterbedrijf.

6. Project-MER

De inrichting is niet MER-plichtig.

(3)

7. Advies gemeentelijke omgevingsambtenaar

Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.

8. Beslissing gemeenteraad inzake gemeentewegen Niet van toepassing.

9. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen Op basis van de hierboven vermelde overwegingen, komt het college van burgemeester en schepenen tot de volgende beoordeling van het dossier.

a) Wettelijke basis

Het ontwerp wijkt af van de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening qua:

 Geen mits voldaan aan voorwaarden.

b) Planologische toets

Het ontwerp wijkt af van het vigerende R.U.P. “Dorpskern Heist” qua:

 Inplanting

o Afstand tot de zijperceelsgrens:

ofwel 0.00 meter: bij gekoppelde bebouwing en/of voor percelen palend aan artikel 8 ‘openbare parkzone’;

ofwel minimum 3 meter,

behoudens de bestaande toestand.

 Het ontwerp voorziet de sloop van een bestaande aangebouwde garage.

Er wordt een nieuwe garage / wasplaats / berging voorzien op de rechter perceelsgrens en op de achterste perceelsgrens.

Deze afwijking is aanvaardbaar gezien de bestaande te slopen garage op 1,17m ingeplant staat en gezien met de nieuwbouw garage slechts een beperkte uitbreiding voorzien wordt tot op de perceelgrens. Bovendien sluit de eigendom aan op bestaande meergezinswoningen en heeft dit geen negatieve impact in het straatbeeld.

o Afstand tot de achterperceelsgrens:

Bij open bebouwing: minimum 5 meter, behoudens de bestaande

toestand. Een tolerantie is toegelaten tot minimum 3 meter voor volumes bestaande uit maximum 1 bouwlaag.

 Het ontwerp voorziet een woning in open bebouwing, doch wordt er een uitbreiding voorzien op 0m tov de rechter perceelsgrens en op 0m van de linker perceelsgrens. Deze is in functie van garage, wasberging en berging.

Deze afwijking is aanvaardbaar, de bestaande garage stond op 54cm van de achterste perceelsgrens. Er werd geopteerd om deze beperkte strook dicht te bouwen, daar de aanpalenden ook reeds bebouwing hebben tot op de perceelsgrenzen en er op de achterste perceelgrens aangesloten wordt op een bestaand garagecomplex. Hierdoor voorkomt men smalle strookjes die ook niet te onderhouden zijn, noch een functie hebben. Er worden geen afzonderlijke tuinbergingen meer voorzien.

 Bouwdiepte

o Gelijkvloers:

indien woonfunctie: maximum 20 meter

 het ontwerp voorziet een nieuwe bouwdiepte van 20.15m. De bestaande bouwdiepte bedroeg 19.61m.

De achterwanden van de garages zijn de achterste perceelsgrens van deze woning. Men gaat nu de volle bouwdiepte benutten opdat men geen smalle niet te onderhouden strookjes krijgt tussen de gevels, wat zowel vanuit architecturaal als esthetisch oogpunt een betere oplossing is.

Bovendien gaat het slechts over een beperkte afwijking van 0,54m zonder enige negatieve impact naar de buren toe (achteraan palende aan

garagecomplex en aan de rechterzijperceelgrens palende aan meergezinswoningen)

(4)

c) Wegenis

In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Oud-Strijdersstraat een voldoende uitgeruste openbare gemeenteweg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook.

Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.

d) Watertoets (decreet integraal waterbeleid)

Het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en/of infiltratie- en/of buffervoorziening, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke/provinciale/gemeentelijke stedenbouwkundige verordening. Hemelwater en afvalwater worden gescheiden afgevoerd.

Stedenbouwkundige hemelwaterverordening dakverharding + terreinverharding

Er is voldaan aan de gemeentelijke/provinciale/gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening.

De dakoppervlakte van elke woning watert af naar een hemelwaterput van 5.000 liter met overloop naar een infiltratievoorziening van 5.200 liter. Hemel- en afvalwater worden gescheiden afgevoerd tot op de perceelsgrens.

e) Mer-screening

In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag geen project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit).

f) Natuurtoets

Eigendom ligt binnen biologisch minder waardevol gebied. Er kan in alle redelijkheid geoordeeld worden dat door de uitvoering van onderhavige werken geen vermijdbare schade aan de natuur kan ontstaan.

g) Erfgoed-/archeologietoets

Eigendom is niet opgenomen in de inventaris van het bouwkundig Erfgoed.

h) Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid) Bij de plannen worden geen mobiliteitsproblemen verwacht.

i) Decreet grond- en pandenbeleid

De aanvraag heeft geen betrekking op een bescheiden woonaanbod.

j) Scheidingsmuren

Het ontwerp wijzigt de scheidsmuren thv Bondgenotenlaan 24 & 26. Ook wijzigt dit naar de garages, toegankelijk via de Marktstraat. De hoogte van de uitbreiding tov deze aanpalenden bedraagt 3m max.

k) Milieuaspecten

Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.

l) goede ruimtelijke ordening

Eigendom ligt binnen Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP) Dorpskern Heist waarbij de goed ruimtelijke ordening reeds werd afgetoetst.

Toetsing aan de beoordelingsgronden van artikel 4.3.1. §2:

- functionele inpasbaarheid, het verbouwen van een bestaande vergunde eengezinswoning, is inpasbaar hier.

- Mobiliteitsimpact, het ontwerp voorziet de herbouw van een garage bij een eengezinswoning. De werken hebben geen impact op mobiliteit.

- Schaal, het ontwerp voorziet te veel verharding, men dient te voldoen aan de voorwaarden van het RUP.

Dit zijn maximale toegestane verhardingen.

- ruimtegebruik en bouwdichtheid, het ontwerp voorziet het behoud van de bestaande woning, enkel de garage / berging wordt herbouwd, men voorziet deze quasi op dezelfde plaats als de bestaande. Men

(5)

gaat nu wel dichtbouwen naar de rechter perceels grens en de achterste perceelsgrens. Hierdoor voorziet men compacte bebouwing.

- visueel-vormelijke elementen, het ontwerp voorziet het behoud van de bestaande eengezinswoning, bestaande uit 2 bouwlagen en een hellend dak van 25°. Deze is niet veel voorkomend, deze is ingegeven door de bestaande vergunde toestand. Men gaat de gevels opfrissen en wit schilderen, nieuw

buitenschrijnwerk (zwart) voorzien alsook bepaalde geveldelen bekleden, in hout zwarte kleur.

- cultuurhistorische aspecten, nvt

- bodemreliëf, er worden geen reliëfwijzigingen voorzien.

- hinderaspecten, gezondheid, gebruiksgenot en veiligheid

men voorziet geen bijkomende hinder voor de aanpalenden als men alle verharding op min 1m van de buren voorziet. De overige werken zorgen niet voor bijkomende hinder. De gezondheid, het

gebruiksgenot en de veiligheid komen niet in het gedrang door deze werken.

Het ontwerp voldoet hiermee aan de verschillende kwaliteitscriteria inzake de stedenbouwkundige voorschriften, het ontwerp bevat tevens geen storende elementen en er wordt geen bijkomende hinder veroorzaakt door de geplande werken, mits naleven van de voorwaarden. Hierdoor wordt er voldaan aan de principes van ruimtelijke inpasbaarheid en wordt de ruimtelijke draagkracht niet overschreden.

m) Resultaten openbaar onderzoek

Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.

n) Bespreking adviezen

Riooldienst heeft advies uitgebracht op 8 oktober 2020. De eindconclusie van het advies luidt als volgt : Gunstig

AGSO-waterbedrijf heeft geen advies uitgebracht.

Besluit

1. De aanvraag ingediend door de heer Naeyaert Jan en mevrouw Verriest Siska inzake het

verbouwen en uitbreiden van een eengezinswoning, gelegen te Oud-strijdersstraat 4, 8301 Knokke-Heist te vergunnen onder voorwaarden.

2. Volgende voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:

- de afvoer van het hemelwater afkomstig van het dak (en/of verharde oppervlakte) wordt in overeenstemming gebracht met de gewestelijke verordening op het afkoppelen van dakoppervlaktes (en/of verharde oppervlaktes);

- het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders wordt nageleefd;

- de groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;

- Er dient voldaan te worden aan het technisch reglement van AGSO waterbedrijf Knokke-Heist - de voorwaarden gesteld in het advies van de Riooldienst van 8 oktober 2020 (als bijlage)

dienen stipt nageleefd te worden;

Het college van burgemeester en schepenen legt volgende bijzondere voorwaarden op:

Algemeen

 Met betrekking tot de verharding: men dient te voldoen aan de maximale 33% dat toegelaten is.

o De nieuwe verharding in functie van het terras aan de linker gevel dient op minimum 1m van de perceelsgrens voorzien te worden.

o De nieuwe verharding in functie van de oprit dient op 1m van de perceelsgrens voorzien te worden.

In functie van het vigerende R.U.P. “Dorpskern Heist” qua:

 Terreinaanleg en afsluitingen

o Maximum 1/3 van de niet bebouwde oppervlakte mag verhard worden.

o Grotere voorzieningen eigen aan een tuin zijn toegelaten tot op minimum 2 meter van de perceelsgrens. Deze worden meegerekend in de verhardingsnorm.

(6)

In functie van de gemeentelijke bouwverordening:

 Vrijblijvende delen van de gemene muren dienen op een volwaardige manier afgewerkt te worden. Hierbij dient ofwel hetzelfde gevelmateriaal gebruikt te worden als bij de voorgevel ofwel façadesteen.

 Afsluitingen:

o Afsluitingen tussen verschillende eigendommen zijn slechts toegelaten in de volgende materialen en hoogten:

palen met draad, al of niet met onderplaat van maximum 30 cm boven het hoogste niveau van het maaiveld, met een maximumhoogte van 2,20 meter;

levende haag of groen met een maximum hoogte van 2,20 meter;

bovenvermelde bepalingen zijn niet van toepassing in de voortuinstroken.

o Afsluitingen ter hoogte van de rooilijn en in de voortuinstroken zijn slechts toegelaten in volgende materialen en hoogten :

levende haag of groen, ondersteund door palen met draad met een maximale hoogte van 1,50 meter;

baksteen met een maximale hoogte van 0,60 meter, behoudens penanten, brievenbussen en behoudens in specifieke stedelijke verdichtingsprojecten.

3. De omgevingsvergunning wordt gegeven op basis van volgende bestanden opgeladen in het omgevingsloket:

Bestandsnaam Beschrijving Hash

BA_woning_G_B_04_rechtergevel BT.pdf

rechtergevel BT S/wuWxK2ZGmoxnHVFp6Ypw==

BA_woning_G_N_02_linkergevel NT.pdf linkergevel NT wYUhdjySKd5wrM7YcPqv8A==

BA_woning_G_N_01_voorgevel NT.pdf voorgevel NT JwzNO2nNed9o/GvjSNNvKQ==

BA_woning_G_B_02_achtergevel BT.pdf

achtergevel BT C/zEq/IOqNZiH77jWam8Ag==

BA_woning_G_B_01_voorgevel BT.pdf voorgevel BT DyXrCzLFxr/RSXnsr4CYqg==

BA_woning_G_N_03_ingekleurde

voorgevel NT.pdf ingekleurde

voorgevel NT XJWk0iMaPnTXYHZgG02YHA==

BA_woning_G_B_03_linkergevel BT.pdf linkergevel BT QyXbHgoyg9nEtJiWUKM+bA==

BA_woning_T_N_01_terreinprofiel

NT.pdf terreinprofiel NT zGsKu4AT9RYSo8y8qTouig==

BA_woning_S_N_02_doorsnede BB_

NT.pdf

doorsnede BB +ZsD0bt+Xy8emgwAwJjg0g==

BA_woning_S_B_01_doorsnede AA_

BT.pdf doorsnede AA qjHoimXrV1SNe5GCRmPWSg==

BA_woning_S_N_01_doorsnede AA_

NT.pdf

doorsnede AA mZOWODGml4vENHVVpirn6w==

BA_woning_S_N_03_doorsnede CC_

NT.pdf doorsnede CC qmoC7Hkp/hxLv9WJunK3tQ==

BA_woning_P_N_04_funderings-

rioleringsplan Nt.pdf funderings-

rioleringsplan Nt 5qiAM5HvApZ1Gc66/e4wlw==

BA_woning_P_N_03_zolderverdieping NT.pdf

zolderverdieping NT

ZjuMoCF0xOIoV3crukQtkQ==

BA_woning_P_B_03_zolderverdieping

BT.pdf zolderverdieping

BT lhroEJHfy730+8YWYrma/Q==

BA_woning_P_B_02_verdieping BT.pdf verdieping BT EXynYBEkRd8sWhWra47qvw==

BA_woning_P_N_01_gelijkvloers NT.pdf gelijkvloers NT XcZXZc6tOjCoYwis1I6NxA==

BA_woning_P_B_04_kelder BT.pdf kelder BT a40wgp7/hYxFu2UaCo5aAQ==

BA_woning_P_N_02_verdieping NT.pdf verdieping NT xPLHyZ7FcDqdn0uR2/1RPw==

BA_woning_P_B_01_gelijkvloers BT.pdf gelijkvloers BT 9+rhF8DcSuI5iFx17klN7g==

BA_woning_L_N_01_legende _ titelkader.pdf

legende j8rZ6LT8tLreq0WWzGWv7w==

BA_woning_GS_N_01_gabariettekening met achterliggend garagecomplex NT.pdf

gabariettekening met achterliggend garagecomplex NT

6jn7YoNVe3Y0q2sC2ort2Q==

BA_woning_GS_N_02_gabariettekening

met rechterburen NT.pdf gabariettekening met rechterburen NT

V0jlhb+6b9Zc2IGM2dz0lg==

BA_woning_I_N_01_inplanting NT.pdf inplanting NT UhgAFJ/RYKz5glfiIEV6kA==

BA_woning_I_B_01_inplanting BT.pdf inplanting BT cmSVFsWec980K5960McJew==

(7)

Verval van de omgevingsvergunning – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 99. § 1. De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;

2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de vergunde stedenbouwkundige handelingen;

4° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt.

Als de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede fase en de volgende fasen worden de termijnen van verval bijgevolg gerekend vanaf de aanvangsdatum van de fase in kwestie.

§ 2. De omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:

1° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;

2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de in kennisstelling van de stopzetting.

§ 3. Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1, betrekking hebben op een gedeelte van het bouwproject, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor het niet-afgewerkte gedeelte van een bouwproject. Een gedeelte is eerst afgewerkt als het, in voorkomend geval na de sloping van de niet-afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten.

Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1 of 2, alleen betrekking hebben op een gedeelte van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor dat gedeelte.

Artikel 100. De omgevingsvergunning blijft onverkort geldig als de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 naar klasse 2 overgaat of omgekeerd.

In geval de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 of 2 naar klasse 3 overgaat, geldt de vergunning als aktename en blijven de bijzondere voorwaarden gelden.

Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9 behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden.



De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving.



De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken.



De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in

(8)

kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.

Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.

De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.

Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:


1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;

2° het betrokken publiek;

3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;


4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;


5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;


6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.

Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:


1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;


2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;


3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.

Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.

In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:

1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;

2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;

3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.

Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.

Als met toepassing van artikel 31/1 bij de Vlaamse Regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse Regering.

Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:

1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;

2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;

3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.

De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.

Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.

Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om

(9)

binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.

Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.

Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning

Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:

1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;

2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;

3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:

a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;

b) b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;

4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.

Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:

1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;

2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;

3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.

Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.

Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.

Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn voor het dossier.

De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.

Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.

(10)

Mededeling

Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.

Aangenomen met eenparigheid van stemmen.

Algemeen directeur (get.) Miet Gobert

De Voorzitter,

(get) Graaf Leopold Lippens Voor eensluidend uittreksel : De gemachtigde ambtenaar,

(Art. 126 van de Nieuwe Gemeentewet)

Ive De Kesel (Authentication)

Digitaal ondertekend door Ive De Kesel (Authentication) DN:

SERIALNUMBER=89090717988, G=Ive François, SN=De Kesel, CN=Ive De Kesel (Authentication), C=BE

Datum: 2020.11.24 17:39:28+01'00'

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001

3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001