GEMEENTEBESTUUR KNOKKE-HEIST
UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN
VERGADERING VAN vrijdag, 15 januari 2021
Dienst 11 Secretarie DC : 172.8
Aanwezig : Graaf L. Lippens, Burgemeester;
Piet De Groote, Kris Demeyere, Jan Morbee, Annie Vandenbussche, Philippe Vlietinck, Kathleen van der Hooft, Schepenen;
Miet Gobert, Algemeen directeur Afwezig : Anthony Wittesaele, Schepen Verontschuldigd :
Stedenbouw - Aanvraag uitgaande van Bvba Janssen Bouw tot bekomen van omgevingsvergunning tot nieuwbouw eengezinswoningen na afbraak gelegen Smedenstraat 136-138 – ’ t Vaartje 30A-30B.
Dossiernummer: 2020/614 OMV-nummer: OMV_2020117576
BESLUIT VAN HET COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN SCHEPENEN TOT VERLENING VAN EEN OMGEVINGSVERGUNNING
De aanvraag ingediend door BVBA Janssen Bouw (de heer Janssen Bart) werd per beveiligde zending verzonden op 7 september 2020.
De aanvraag werd ontvankelijk en volledig verklaard op 6 oktober 2020.
De aanvraag heeft betrekking op een terrein met als adres Smedenstraat 136-138, 8300 Knokke-Heist; 't Vaartje 30A & 30B, 8300 Knokke-Heist;
met als kadastrale omschrijving
Afdeling KNOKKE-HEIST 10 AFD (WESTKAPELLE), sectie A, 0140 L 2, 0140 R 8, 0140 H 2, 0140 N 8 &
0140 K 8.
Het betreft een aanvraag tot bouwen van vier eengezinswoningen na afbraak van twee bestaande woningen
De aanvraag omvat: stedenbouwkundige handelingen
Het college van burgemeester en schepenen heeft deze aanvraag onderzocht, rekening houdend met de terzake geldende wettelijke bepalingen, in het bijzonder met het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, het decreet houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid, de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en hun uitvoeringsbesluiten.
1. Stedenbouwkundige basisgegevens
De percelen zijn gelegen in woongebied volgens gewestplan Brugge-Oostkust.
De percelen zijn gelegen binnen het Provinciaal R.U.P. solitaire vakantiewoningen Brugge-Oostende.
De percelen zijn gelegen binnen het Provinciaal R.U.P. Afbakening kleinstedelijk gebied Knokke-Heist herziening.
De percelen langs het Vaartje zijn gelegen binnen de verkaveling OMV_2018026971 op naam van Verbouw Ivan, Fidel en Co, Fiers Eddy en De Bruyne Thierry van 22/06/2018 en het betreft de loten 1 en 2 binnen deze verkaveling.
2. Historiek
De bestaande bebouwing langs de Smedenstraat is vergund geacht.
OMV_2018026971 – Verbouw Ivan, Fidel en Co, Fiers Eddy en De Bruyne Thierry – Verkavelen van een perceel – Vergunning op 22/06/2018.
3. Beschrijving van de omgeving en de aanvraag Beschrijving van de plaats
De percelen zijn gelegen langs de Smedenstraat 136-138, 8300 Knokke-Heist. Via deze straat zijn de percelen rechtstreeks toegankelijk.
In de tuinzone van deze percelen is er een verkavelingsaanvraag goedgekeurd voor het bouwen van 2 ééngezinswoningen bereikbaar via ’t Vaartje.
De Smedenstraat bevindt zich in het centrum van Knokke-Heist en vormt een verbindingsweg tussen de Lippenslaan en de Kragendijk, de percelen bevinden zich dichtbij de splitsing van de Smedenstraat in de Kragendijk en de Jan Devischstraat.
’t Vaartje is een doodlopende zijstraat van de Smedenstraat bestaande uit grijze betonstraatstenen.
De Smedenstraat bestaat ter hoogte van het perceel uit een tweerichtingsweg in asfalt, met langs beide kanten van deze rijweg een voetpad in rode betonstraatstenen en met langs de kant van de percelen een parkeerstrook in asfalt en groenaanplantingen, aan de overzijde een parkeerstrook in grijze
betonstraatstenen en groenaanplantingen.
De percelen palen ter hoogte van de Smedenstraat ter hoogte van de linker zijdelingse perceelgrens met een ééngezinswoning bestaande uit 2 bouwlagen en een platte bedaking, met op het gelijkvloers een garagepoort.
De percelen palen ter hoogte van de Smedenstraat ter hoogte van de rechter zijdelingse perceelgrens met een ééngezinswoning bestaande uit 2 bouwlagen en een hellende bedaking.
De Smedenstraat wordt op deze plaats hoofdzakelijk gekenmerkt door één- en meergezinswoningen bestaande uit 1 of 2 bouwlagen met of zonder een dakvolume, gesloten rijbebouwing.
Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen
Het betreft een aanvraag voor het bouwen van 4 ééngezinswoningen na afbraak van de bestaande bebouwing.
Beschrijving van de aangevraagde stedenbouwkundige handelingen De aanvraag omvat geen ingedeelde inrichtingen of activiteiten.
4. Openbaar onderzoek/raadpleging aanpalende eigenaar
De aanvraag werd onderworpen aan een openbaar onderzoek. Het openbaar onderzoek vond plaats van 7 december 2020 tot en met 5 januari 2021.
5. Adviezen
Op 6 oktober 2020 werd er advies aangevraagd aan Proximus, Telenet, Fluvius, AGSO-waterbedrijf en de Riooldienst.
6. Project-MER
De inrichting is niet MER-plichtig.
7. Advies gemeentelijke omgevingsambtenaar
Het college van burgemeester en schepenen neemt kennis van het verslag van de gemeentelijke omgevingsambtenaar.
8. Beslissing gemeenteraad inzake gemeentewegen Niet van toepassing.
9. Inhoudelijke beoordeling van het dossier door het college van burgemeester en schepenen Op basis van de hierboven vermelde overwegingen, komt het college van burgemeester en schepenen tot de volgende beoordeling van het dossier.
a) Wettelijke basis
Het ontwerp beantwoordt aan de gemeentelijke stedenbouwkundige verordening, er zijn geen afwijkingen.
b) Planologische toets
De 2 ééngezinswoningen gelegen langs de Smedenstraat:
De percelen zijn gelegen in woongebied volgens gewestplan Brugge-Oostkust.
De 2 ééngezinswoningen gelegen langs het ’t Vaartje:
Het ontwerp beantwoordt aan de verkavelingsvoorschriften van OMV_2018026971 op naam van Verbouw Ivan, Fidel en Co, Fiers Eddy en De Bruyne Thierry, maar wijkt af voor:
Afstand tot de rooilijn: 6 meter; het ontwerp voorziet
o voor lot 1 minimum 6.06 meter en maximum 6.26 meter.
o voor lot 2 minimum 6 meter en maximum 6.2 meter.
Afstand tot de achterste perceelgrens: 10 meter; het ontwerp voorziet o voor lot 1 van minimum 10 meter oplopend tot maximum 10.06 meter.
o voor lot 2 van minimum 10.06 meter oplopend tot maximum 10.11 meter.
Deze afwijkingen zijn stedenbouwkundig aanvaardbaar gezien deze enerzijds minimaal zijn en anderzijds ingegeven zijn door de perceelsconfiguratie.
c) Wegenis
In toepassing op de artikelen 4.3.5. tot en met 4.3.8. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening kan gesteld worden dat de Smedenstraat een voldoende uitgeruste openbare gemeenteweg is. De aanvraag beoogt niet de oprichting van een bedrijfswoning. De aanvraag ligt niet in een reservatiestrook. Verder is het goed niet getroffen door een rooilijn.
d) Watertoets (decreet integraal waterbeleid)
Het voorliggende (bouw)project heeft geen omvangrijke oppervlakte en ligt niet in een
overstromingsgevoelig gebied. Bovendien worden er geen belangrijke ondergrondse constructies gebouwd en worden er geen grachten gedempt, overwelfd, ingebuisd of beschoeid, zodat in alle
redelijkheid dient geoordeeld te worden dat het schadelijk effect beperkt is. Enkel wordt door de toename van de verharde oppervlakte de infiltratie van het hemelwater in de bodem plaatselijk beperkt. Dit wordt gecompenseerd door de plaatsing van een hemelwaterput en/of infiltratie- en/of buffervoorziening, overeenkomstig de normen vastgelegd in de geldende gewestelijke/provinciale/gemeentelijke stedenbouwkundige verordening. Hemelwater en afvalwater worden gescheiden afgevoerd.
Stedenbouwkundige hemelwaterverordening dakverharding + terreinverharding
Er is voldaan aan de gemeentelijke/provinciale/gewestelijke stedenbouwkundige hemelwaterverordening.
De dakoppervlakte van elke woning watert af naar een hemelwaterput van 5.000 liter. Hemel- en afvalwater worden gescheiden afgevoerd tot op de perceelsgrens.
e) Mer-screening
In navolging van het Besluit van de Vlaamse Regering van 1 maart 2013 (BS 29 april 2013) dient er voor de aanvraag een project-m.e.r.-screening te gebeuren (bijlage III bij het project-m.e.r.-besluit). Een project-m.e.r.-screeningsnota volgens het modelformulier maakt deel uit van het aanvraagdossier. In deze nota zijn de mogelijke effecten van het project op de omgeving onderzocht en gemotiveerd waarom deze niet aanzienlijk zijn. Bij het ontvankelijkheids- en volledigheidsonderzoek werd reeds vastgesteld dat de milieueffecten niet aanzienlijk zijn. Bijgevolg was de opmaak van een milieueffectenrapport niet vereist.
f) Natuurtoets
Eigendom ligt binnen biologisch minder waardevol gebied.
Overwegende dat in alle redelijkheid dient geoordeeld te worden dat door de uitvoering van de werken geen vermijdbare schade aan de natuur kan ontstaan en voor zover de aanvrager zich in voorkomend geval gedraagt naar de code van goede natuurpraktijk.
g) Erfgoed-/archeologietoets
Eigendom is niet opgenomen in de inventaris van het bouwkundig Erfgoed.
h) Mobiliteit – MOBER (transport en verkeersveiligheid)
Bij de plannen worden er mobiliteitsproblemen verwacht, daar het ontwerp het oprichten van 4 ééngezinswoningen betreft en het ontwerp voorziet geen parkeerplaats voor een wagen, wel voorziet men voor de beide ééngezinswoningen gelegen langs de Smedenstraat voor elke woning een bergplaats voor fietsen binnen het hoofdvolume.
i) Decreet grond- en pandenbeleid
De aanvraag heeft geen betrekking op een bescheiden woonaanbod.
j) Scheidingsmuren
De scheidsmuren worden zowel ter hoogte van de linker- als rechter perceelgrens gewijzigd.
k) Milieuaspecten
Globaal kan gesteld worden dat de risico’s voor de externen veiligheid, de hinder, de effecten op het leefmilieu, op de wateren, op de natuur op de mens buiten de inrichting veroorzaakt door de gevraagde exploitatie bij naleving van de opgelegde exploitatievoorwaarden tot een aanvaardbaar niveau kunnen beperkt worden.
l) Goede ruimtelijke ordening
Woningen langs Smedenstraat gelegen in woongebied volgens gewestplan.
Woningen in ’t Vaartje gelegen binnen goedgekeurde verkaveling op naam van Verbouw Ivan,el en Co en De Bruyne Thierry.
Functionele inpasbaarheid : de Smedenstraat wordt gekenmerkt door een mix van één- en
meergezinswoningen; de woningen kant ’t Vaartje sluiten aan op de ontwikkeling binnen het aanleunend woonerf, gekenmerkt door uitsluitend eengezinswoningen.
De mobiliteitsimpact is gering daar er slechts twee bijkomende woningen voorzien worden en er in de omgeving een voldoende aanbod is van garages die te koop aangeboden worden.
De schaal, ruimtegebruik en bouwdichtheid : de omgeving wordt gekenmerkt door gebouwen
hoofdzakelijk bestaande uit twee bouwlagen met dak; de bouwdiepte van 12m op de verdieping is een algemeen toegepaste norm in zone voor gesloten bebouwing voor eengezinswoningen; derhalve kan gesteld worden dat het ontwerp zich zowel naar bouwhoogte als bouwdiepte integreert in de omgevende bebouwing zowel kant Smedenstraat als kant ’t Vaartje.
Naar visueel-vormelijke elementen wordt voor de woningen kant Smedenstraat geopteerd voor traditioneel materiaalgebruik terwijl voor de woningen kant ’t Vaartje geopteerd wordt voor grote raampartijen met gevel in metselwerk met accenten in aluminium en hout.
Cultuurhistorische aspecten : de af te breken woningen zijn niet opgenomen in de inventaris bouwkundig erfgoed.
m) Resultaten openbaar onderzoek
Naar aanleiding van het openbaar onderzoek werden er geen bezwaarschriften ontvangen.
n) Bespreking adviezen
Proximus heeft advies uitgebracht op 20 oktober 2020. De eindconclusie van het advies luidt als volgt : voorwaardelijk gunstig
Telenet heeft advies uitgebracht op 20 oktober 2020. De eindconclusie van het advies luidt als volgt : gunstig
Fluvius heeft advies uitgebracht op 13 november 2020. De eindconclusie van het advies luidt als volgt : gunstig
Riooldienst heeft advies uitgebracht op 13 oktober 2020. De eindconclusie van het advies luidt als volgt : gunstig
AGSO-waterbedrijf heeft geen advies uitgebracht.
Besluit
1. De aanvraag ingediend door BVBA Janssen Bouw (de heer Janssen Bart) inzake het bouwen van vier eengezinswoningen na afbraak van twee bestaande woningen, gelegen te Smedenstraat 136 & 138 &
't Vaartje 30A & 30B, 8300 Knokke-Heist te vergunnen onder voorwaarden.
2. Volgende voorwaarden en/of lasten worden opgelegd:
- de afvoer van het hemelwater afkomstig van het dak (en/of verharde oppervlakte) wordt in overeenstemming gebracht met de gewestelijke verordening op het afkoppelen van dakoppervlaktes (en/of verharde oppervlaktes);
- het decreet van 1 juni 2012 houdende de beveiliging van woningen door optische rookmelders wordt nageleefd;
- de groenvoorzieningen opgetekend op het inplantingsplan worden aangelegd met streekeigen bomen en/of beplanting en dit ten laatste het eerste plantseizoen volgend op de uitvoering van de vergunde werken;
- Er dient voldaan te worden aan het technisch reglement van AGSO waterbedrijf Knokke-Heist - de voorwaarden gesteld in het advies van Proximus van 20 oktober 2020, Telenet van 20
oktober 2020, Fluvius van 13 november 2020 en de Riooldienst van 13 oktober 2020 (als bijlage) dienen stipt nageleefd te worden.
Het college van burgemeester en schepenen legt volgende bijzondere voorwaarden op:
Algemeen:
hout ter hoogte van het terras op het dak van de gelijkvloerse uitbouw. Binnen de 12- meter bouwdiepte dient dit een gemetste muur te zijn, na de 12- meter bouwdiepte is er geen enkele constructie toegelaten. Aangezien dit houten scherm zich binnen de 12- meter bouwdiepte bevindt dient dit een volwaardig afgewerkte muur op eigen terrein te zijn.
3. De omgevingsvergunning wordt gegeven op basis van volgende bestanden opgeladen in het omgevingsloket:
Bestandsnaam Beschrijving Hash
BA_462-
BBA_Berekeningen_2_2.pdf BA_462-
BBA_Berekeningen_2/2 K7ZB3giabbbkZboPSrDGVQ==
BA_462-
BBA_Berekeningen_1_2.pdf
BA_462-
BBA_Berekeningen_1/2
YU0xEOuUQbnE2/XipQcT0Q==
BA_462-
BBA_P_N_10_10_dakenplan Vaartje.pdf
10 lFTBXWwTY4m86AcURtv5Vg==
BA_462-
BBA_P_N_9_10_dakverdieping Vaartje.pdf
10 4pgDvy8sZ4GytAF1QGa/aw==
BA_462-
BBA_P_N_8_10_verdieping 1 Vaartje.pdf
10 hlLPLeEul1aDKa4htIY+MA==
BA_462-
BBA_P_N_7_10_gelijkvloers Vaartje.pdf
10 jqbLO2z9n+2QuTMTY1sQnQ==
BA_462-
BBA_P_N_5_10_dakenplan Smedenstraat.pdf
10 IO6e+fDMiAsL+c1VG8fSKA==
BA_462-
BBA_P_N_6_10_funderingsplan Vaartje.pdf
10 N23l1hPrHsF4VL3Z0CYtyg==
BA_462-
BBA_P_N_4_10_dakverdieping Smedenstraat.pdf
10 r2d8AYbU74wT4JzAF8KyRw==
BA_462-
BBA_P_N_2_10_gelijkvloers Smedenstraat.pdf
10 y9HiVGqC6sojHYSeyUHIWQ==
BA_462-
BBA_P_N_3_10_verdieping 1 Smedenstraat.pdf
10 X5MzbGNKZM0wAZNQEC+Ktg==
BA_462-
BBA_P_N_1_10_funderingsplan Smedenstraat.pdf
10 FTj+x/uZf08NukYDyGnZqw==
BA_462-
BBA_T_N_2_2_terreinprofiel 2 nieuw.pdf
2 JnuR6B88B3jBH2LDUEtlMg==
BA_462-
BBA_T_N_1_2_terreinprofiel 1 nieuw.pdf
2 7RGTt2QYUmdf62rLQ5HVYA==
BA_462-
BBA_T_B_2_2_terreinprofiel 2 bestaand.pdf
2 +sqsYZosiZUcdYi3+Uhb7g==
BA_462-
BBA_T_B_1_2_terreinprofiel 1 bestaand.pdf
2 dF4nvjI9fVYcppgI7qBfuA==
BA_462-
BBA_I_B_1_1_inplanting bestaand.pdf
1 xgMg6/QUAdeZLkwaseCmKw==
BA_462-
BBA_I_N_1_1_inplanting nieuw.pdf
1 eWN5GFgIe3slIZT4m26qVg==
BA_462-
BBA_G_N_7_8_zijgevel Vaartje 30A.pdf
8 eI7trYm2XGKqWU6LBC3kTw==
BA_462-
BBA_G_N_8_8_zijgevel Vaartje 30B.pdf
8 9KD8c0UBsgmYSpEdOL5hRA==
BA_462-
BBA_G_N_6_8_achtergevel Vaartje.pdf
8 BrpPomK3IU+syIpyR55ZbQ==
BA_462-
BBA_G_N_5_8_voorgevel Vaartje.pdf
8 UyoUZhN2z/A3eJfo9ZvPkw==
BA_462-
BBA_G_N_4_8_zijgevel Smedenstraat 138.pdf
8 RxqqE+S3LuWll9jsobIQEQ==
BA_462-
BBA_G_N_3_8_zijgevel Smedenstraat 136.pdf
8 FRWVtLXYWnTehwGzl3z68g==
BA_462-
BBA_G_N_2_8_achtergevel Smedenstraat.pdf
8 02JuQIKBRVj/13KBMmjwfQ==
BA_462-
BBA_G_N_1_8_voorgevel Smedenstraat.pdf
8 BHuuaXLlwVNQQuhNaCSgog==
BA_462-
BBA_S_N_3_4_doorsnede C- C.pdf
4 g3Ed0Ggr9sdXP+ZwubXSOQ==
BA_462-
BBA_S_N_4_4_doorsnede D- D.pdf
4 1LOE0TPHey/KDiNWefXntw==
BA_462-
BBA_S_N_2_4_doorsnede B- B.pdf
4 iiXsrtH8qeHyT28l57nHVg==
BA_462-
BBA_S_N_1_4_doorsnede A- A.pdf
4 2VOgnJjPu6I90K7wiQehzw==
Verval van de omgevingsvergunning – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Artikel 99. § 1. De omgevingsvergunning vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de verwezenlijking van de vergunde stedenbouwkundige handelingen niet wordt gestart binnen de twee jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning;
2° als het uitvoeren van de vergunde stedenbouwkundige handelingen meer dan drie opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
3° als de vergunde gebouwen niet winddicht zijn binnen drie jaar na de aanvang van de vergunde stedenbouwkundige handelingen;
4° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting niet binnen vijf jaar na het verlenen van de definitieve omgevingsvergunning aanvangt.
Als de omgevingsvergunning uitdrukkelijk melding maakt van de verschillende fasen van het bouwproject, worden de termijnen van twee of drie jaar, vermeld in het eerste lid, gerekend per fase. Voor de tweede fase en de volgende fasen worden de termijnen van verval bijgevolg gerekend vanaf de aanvangsdatum van de fase in kwestie.
§ 2. De omgevingsvergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit vervalt van rechtswege in elk van de volgende gevallen:
1° als de exploitatie van de vergunde activiteit of inrichting meer dan vijf opeenvolgende jaren wordt onderbroken;
2° als de ingedeelde inrichting vernield is wegens brand of ontploffing veroorzaakt ten gevolge van de exploitatie;
3° als de exploitatie op vrijwillige basis volledig en definitief wordt stopgezet overeenkomstig de voorwaarden en de regels, vermeld in het decreet van 9 maart 2001 tot regeling van de vrijwillige, volledige en definitieve stopzetting van de productie van alle dierlijke mest, afkomstig van een of meerdere diersoorten, en de uitvoeringsbesluiten ervan. De Vlaamse Regering kan nadere regels bepalen voor de in kennisstelling van de stopzetting.
§ 3. Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1, betrekking hebben op een gedeelte van het bouwproject,
gedeelte is eerst afgewerkt als het, in voorkomend geval na de sloping van de niet-afgewerkte gedeelten, kan worden beschouwd als een afzonderlijke constructie die voldoet aan de bouwfysische vereisten.
Als de gevallen, vermeld in paragraaf 1 of 2, alleen betrekking hebben op een gedeelte van de exploitatie van de ingedeelde inrichting of activiteit, vervalt de omgevingsvergunning alleen voor dat gedeelte.
Artikel 100. De omgevingsvergunning blijft onverkort geldig als de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 naar klasse 2 overgaat of omgekeerd.
In geval de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit van een project door een wijziging van de indelingslijst van klasse 1 of 2 naar klasse 3 overgaat, geldt de vergunning als aktename en blijven de bijzondere voorwaarden gelden.
Artikel 101. De termijnen van twee, drie of vijf jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een beroep tot vernietiging van de omgevingsvergunning aanhangig is bij de Raad voor Vergunningsbetwistingen, overeenkomstig hoofdstuk 9 behoudens indien de vergunde handelingen in strijd zijn met een vóór de definitieve uitspraak van de Raad van kracht geworden ruimtelijk uitvoeringsplan. In dat laatste geval blijft het eventuele recht op planschadevergoeding desalniettemin behouden.
De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de archeologische opgraving, omschreven in de bekrachtigde archeologienota overeenkomstig artikel 5.4.8 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013 en in de bekrachtigde nota overeenkomstig artikel 5.4.16 van het Onroerenderfgoeddecreet van 12 juli 2013, met een maximumtermijn van een jaar vanaf de aanvangsdatum van de archeologische opgraving.
De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst tijdens het uitvoeren van de bodemsaneringswerken van een bodemsaneringsproject waarvoor de OVAM overeenkomstig artikel 50, § 1, van het Bodemdecreet van 27 oktober 2006 een conformiteitsattest heeft afgeleverd, met een maximumtermijn van drie jaar vanaf de aanvangsdatum van de bodemsaneringswerken.
De termijnen van twee of drie jaar, vermeld in artikel 99, worden geschorst zolang een bekrachtigd stakingsbevel, zoals vermeld in titel VI, niet wordt ingetrokken, hetzij niet wordt opgeheven bij een in kracht van gewijsde gegane beslissing. De schorsing eindigt van rechtswege wanneer geen opheffing van het stakingsbevel wordt gevorderd of geen intrekking wordt gedaan binnen een termijn van twee jaar vanaf de bekrachtiging van het stakingsbevel.
Beroepsmogelijkheden – uittreksel uit het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Artikel 52. De Vlaamse Regering is bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van de deputatie in eerste administratieve aanleg.
De deputatie is voor haar ambtsgebied bevoegd in laatste administratieve aanleg voor beroepen tegen uitdrukkelijke of stilzwijgende beslissingen van het college van burgemeester en schepenen in eerste administratieve aanleg.
Artikel 53. Het beroep kan worden ingesteld door:
1° de vergunningsaanvrager, de vergunninghouder of de exploitant;
2° het betrokken publiek;
3° de leidend ambtenaar van de adviesinstanties of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde als de adviesinstantie tijdig advies heeft verstrekt of als aan hem ten onrechte niet om advies werd verzocht;
4° het college van burgemeester en schepenen als het tijdig advies heeft verstrekt of als het ten onrechte niet om advies werd verzocht;
5° de leidend ambtenaar van het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde;
6° de leidend ambtenaar van het Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed of bij zijn afwezigheid zijn gemachtigde.
Artikel 54. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid ingesteld binnen een termijn van dertig dagen die ingaat:
1° de dag na de datum van de betekening van de bestreden beslissing voor die personen of instanties aan wie de beslissing betekend wordt;
2° de dag na het verstrijken van de beslissingstermijn als de omgevingsvergunning in eerste administratieve aanleg stilzwijgend geweigerd wordt;
3° de dag na de eerste dag van de aanplakking van de bestreden beslissing in de overige gevallen.
Artikel 55. Het beroep schorst de uitvoering van de bestreden beslissing tot de dag na de datum van de betekening van de beslissing in laatste administratieve aanleg.
In afwijking van het eerste lid werkt het beroep niet schorsend ten aanzien van:
1° de vergunning voor de verdere exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit waarvoor ten minste twaalf maanden voor de einddatum van de omgevingsvergunning een vergunningsaanvraag is ingediend;
2° de vergunning voor de exploitatie na een proefperiode als vermeld in artikel 69;
3° de vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit die vergunningsplichtig is geworden door aanvulling of wijziging van de indelingslijst.
Artikel 56. Het beroep wordt op straffe van onontvankelijkheid per beveiligde zending ingesteld bij de bevoegde overheid, vermeld in artikel 52.
Als met toepassing van artikel 31/1 bij de Vlaamse Regering een georganiseerd administratief beroep werd ingesteld tegen het besluit van de gemeenteraad over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg, bevat het beroep op straffe van onontvankelijkheid een afschrift van het beroepschrift bij de Vlaamse Regering.
Degene die het beroep instelt, bezorgt op straffe van onontvankelijkheid gelijktijdig en per beveiligde zending een afschrift van het beroepschrift aan:
1° de vergunningsaanvrager behalve als hij zelf het beroep instelt;
2° de deputatie als die in eerste administratieve aanleg de beslissing heeft genomen;
3° het college van burgemeester en schepenen behalve als het zelf het beroep instelt.
De Vlaamse Regering bepaalt de bewijsstukken die bij het beroep moeten worden gevoegd opdat het op ontvankelijke wijze wordt ingesteld.
Artikel 57. De bevoegde overheid, vermeld in artikel 52, of de door haar gemachtigde ambtenaar onderzoekt het beroep op zijn ontvankelijkheid en volledigheid.
Als niet alle stukken als vermeld in artikel 56, derde lid, bij het beroep zijn gevoegd, kan de bevoegde overheid of de door haar gemachtigde ambtenaar de beroepsindiener per beveiligde zending vragen om binnen een termijn van veertien dagen die ingaat de dag na de verzending van het vervolledigingsverzoek, de ontbrekende gegevens of documenten aan het beroep toe te voegen.
Als de beroepsindiener nalaat de ontbrekende gegevens of documenten binnen de termijn, vermeld in het tweede lid, aan het beroep toe te voegen, wordt het beroep als onvolledig beschouwd.
Beroepsmogelijkheden – regeling van het besluit van de Vlaamse Regering decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning
Het beroepschrift bevat op straffe van onontvankelijkheid:
1° de naam, de hoedanigheid en het adres van de beroepsindiener;
2° de identificatie van de bestreden beslissing en van het onroerend goed, de inrichting of exploitatie die het voorwerp uitmaakt van die beslissing;
3° als het beroep wordt ingesteld door een lid van het betrokken publiek:
a) een omschrijving van de gevolgen die hij ingevolge de bestreden beslissing ondervindt of waarschijnlijk ondervindt;
b) b) het belang dat hij heeft bij de besluitvorming over de afgifte of bijstelling van een omgevingsvergunning of van vergunningsvoorwaarden;
4° de redenen waarom het beroep wordt ingesteld.
Het beroepsdossier bevat de volgende bewijsstukken:
1° in voorkomend geval, een bewijs van betaling van de dossiertaks;
2° de overtuigingsstukken die de beroepsindiener nodig acht;
3° in voorkomend geval, een inventaris van de overtuigingsstukken, vermeld in punt 2°.
Als de bewijsstukken, vermeld in het tweede lid, ontbreken, kan hieraan verholpen worden overeenkomstig artikel 57, tweede lid, van het decreet van 25 april 2014.
Het beroepsdossier wordt ingediend met een analoge of een digitale zending.
Het bevoegde bestuur kan bij de beroepsindiener, de vergunningsaanvrager of de overheid die in eerste administratieve aanleg bevoegd is, alle beschikbare informatie en documenten opvragen die nuttig zijn
De beroepsindiener geeft, op straffe van verval, uitdrukkelijk in zijn beroepschrift aan of hij gehoord wil worden.
Als de vergunningsaanvrager gehoord wil worden, brengt hij het bevoegde bestuur daarvan uitdrukkelijk op de hoogte met een beveiligde zending uiterlijk vijftien dagen nadat hij een afschrift van het beroepschrift als vermeld in artikel 56 van het decreet van 25 april 2014, heeft ontvangen, op voorwaarde dat hij niet de beroepsindiener is.
Mededeling
Deze gegevens kunnen worden opgeslagen in een of meer bestanden. Die bestanden kunnen zich bevinden bij de gemeente, waar u de aanvraag hebt ingediend, bij de provincie, en ook bij de Vlaamse administratie, bevoegd voor de omgevingsvergunning. Ze worden gebruikt voor de behandeling van uw dossier. Ze kunnen ook gebruikt worden voor het opmaken van statistieken en voor wetenschappelijke doeleinden. U hebt het recht om uw gegevens in deze bestanden in te kijken en zo nodig de verbetering ervan aan te vragen.
Aangenomen met eenparigheid van stemmen.
Algemeen directeur (get.) Miet Gobert
De Voorzitter,
(get) Graaf Leopold Lippens
Voor eensluidend uittreksel :
De gemachtigde ambtenaar,
(Art. 126 van de Nieuwe Gemeentewet) Ive De Kesel (Authentication)