Vraag nr. 119 van 5 juni 1996
van de heer LEO CANNAERTS
Promotiefonds sierteelt – Bijdrageheffing
Enige tijd geleden ontvingen heel wat middenstandsbe-drijven een aanslagbiljet vanwege de Vlaamse Dienst voor Agro-Marketing (VLAM), ten voordele van het promotiefonds "niet-eetbare tuinbouwprodukten". Deze bijdrage wordt geïnd in het kader van het besluit van de Vlaamse regering van 30 november 1994 (Bel-gisch Staatsblad van 9 februari 1995). De heffingen variëren van 3.000 tot 18.000 frank, afhankelijk van het aantal werknemers, en worden opgelegd aan alle pro-ducenten, verkoopspunten, verkopers en dienstverle-ners in de sector van de niet-eetbare tuinbouwproduk-ten.
Alhoewel het aanslagbiljet duidelijk was opgesteld en eveneens melding maakte van het telefoonnummer waarop inlichtingen konden worden verkregen, blijken er toch nogal wat vragen te rijzen.
1. Op welke wijze werd de incohiering verricht, dit wil zeggen : hoe werd bepaald wie bijdrageplichtig is ? Ging dit via spontane aangifte of heeft men elders adressen opgezocht (bijvoorbeeld via de BTW-dien-sten) ?
2. Hoe bepaalt men de kwalificaties "niet-eetbare tuinbouwprodukten" en "producenten, verkoops-punten, verkopers en dienstverleners" ? Er bleek namelijk dat bijvoorbeeld een middenstandsbeurs die al enkele jaren inactief is maar nog steeds een BTW-nummer heeft voor andere opdrachten, even-eens een aanslagbiljet ontving.
3. Aangezien dergelijke heffingen voor de bedrijven hetzelfde karakter hebben als "lokale belastingen", zou het wenselijk zijn dat op het aanslagbiljet even-eens duidelijk wordt aangegeven waar en hoe men bezwaar kan maken tegen dit soort heffingen. Zijn er reeds initiatieven in die richting genomen ? 4. Wat is de totaliteit van het tot op heden
ingecohier-de bedrag in ingecohier-deze sector "niet-eetbare tuinbouw-produkten" ?
Antwoord
1. De lijst van de bijdrageplichtingen wordt samenge-steld vanuit de overeenkomstige rubrieken bij de BTW-administratie. Hij wordt geactualiseerd, uitge-zuiverd en aangevuld door middel van de gegevens die de VLAM zelf van zijn inspectiediensten en van andere administraties krijgt.
2. De kwalificatie gebeurt in principe op basis van de BTW-classificatie. Wie ten onrechte in een bepaal-de BTW-rubriek staat ingeschreven, moet dit bij bepaal-de bevoegde BTW-administratie laten rechtzetten. Op basis van deze rechtzetting wordt ook het bestand van de VLAM aangepast.
3. Om nog meer aan de informatieplicht tegemoet te komen, bevatten de nieuwe voorgedrukte factura-tieformulieren ook een expliciete vermelding van de
instantie waar bezwaren tegen de bijdragen en bij-drageplicht kunnen worden ingediend.
4. Voor 1995 bedroeg het bedrag der gefactureerde bijdragen in de sector "niet-eetbare tuinbouwpro-dukten" 33.069.000 frank. Voor 1994 was dit 30.396.000 frank.
