• No results found

Kleine IJsbeer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Kleine IJsbeer"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK IN HET KADER VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE

EDUCATIE

Kleine IJsbeer

Plaats : Hilversum

LRKP nummer : 692452783

Onderzoeksnummer : 290097

Datum onderzoek : 12 september 2016 Datum vaststelling : 3 november 2016

(2)

1 INLEIDING . . . 5

2 BEVINDINGEN . . . 7

3 CONCLUSIE. . . 10

REACTIE VAN DE HOUDER . . . 11

BIJLAGE 1 OORDELEN . . . 13

INHOUDSOPGAVE

(3)

Op 12 september 2016 heeft de inspectie peuterspeelzaal Kleine IJsbeer onderzocht. Het onderzoek is uitgevoerd vanwege het toezicht van de Inspectie van het Onderwijs op de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (vve).

Peuterspeelzaal Kleine IJsbeer is opgenomen in een steekproef waarbij we gegevens verzamelen over de kwaliteit van de voorschoolse educatie ten behoeve van de jaarlijkse rapportage "De staat van het onderwijs".

Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie beoordeeld met een set indicatoren, waarmee zij overeenkomstig de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de vve-locaties op belangrijke onderdelen vve van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op:

• De voorwaarden voor vve

• De ouders

• De kwaliteit van de educatie

◦ Het vve-programma, zoals dat wordt aangeboden

◦ Het pedagogisch klimaat

◦ Het educatief handelen

• De ontwikkeling, zorg en begeleiding

• De kwaliteitszorg

• De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool

• De resultaten van vve

Het onderzoek bestond uit een vve-locatiebezoek, waarbij:

• documenten over planning, begeleiding en zorg zijn bestudeerd;

• een groepsobservatie is uitgevoerd;

• gesprekken met de locatieleiding, ouders, pedagogisch medewerkers en de intern begeleider/zorgcoördinator en een vertegenwoordiging van de houder zijn gevoerd.

De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader vve 2010 en de werkinstructie toezichtkader voor- en

INLEIDING 1

Onderzoeksopzet

Toezichtkader

(4)

vroegschoolse educatie, maart 2014. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie. In hoofdstuk 4 wordt de houder van de kinderopvanglocatie uitgenodigd om kort te reflecteren op de bevindingen van de inspectie en zo mogelijk aan te geven welke kwaliteitsontwikkelingen hieraan verbonden worden. Bijlage 1 van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover.

Opbouw rapport

(5)

Uit het overzicht in bijlage 1 valt op te maken dat de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie op een aantal aspecten op orde is, te weten Condities voor vve, Aanbod en Educatief handelen. Daarnaast zijn er op onderdelen verbeterpunten als het gaat om de volgende aspecten: Ouders, Pedagogisch klimaat, Ontwikkeling begeleiding en zorg, Kwaliteitszorg en Doorgaande lijn.

Totaalbeeld

Peuterspeelzaal Kleine IJsbeer heeft twee speelgroepen. In beide groepen wordt vve aangeboden en deze groepen bestaan merendeels uit doelgroepkinderen die vier dagdelen per week komen. De pedagogisch medewerkers (pm-ers) in het kleine team werken al langer samen en zijn goed op elkaar ingespeeld. Er is een prettige sfeer en grote betrokkenheid bij de kinderen en hun ouders. In het pedagogisch en educatief handelen zijn mooie voorbeelden gezien van een veilig klimaat in de groep en een open benadering van alle kinderen. Het educatief handelen van de pm-ers is goed op elkaar afgestemd. Het team werkt aan verbetering van de kwaliteit van vve, onder andere door de invoering van een observatiesysteem en scholing in interactievaardigheden. Als vervolg hierop is de planmatige begeleiding een passende volgende stap. Het team geeft aan dit op te pakken en heeft aan het eind van de bezoekdag al een start daarmee gemaakt.

Toelichting

Condities

De peuterspeelzaal beschikt over een GGD-rapport (mei 2016). De oordelen voor de voorschoolse educatie zijn daarin positief beoordeeld. De

onderwijsinspectie neemt deze oordelen over.

Ouders

Het ouderbeleid van psz Kleine IJsbeer is deels op orde en kan op twee

onderdelen beter. Er is een algemeen ouderbeleid dat op basis van een analyse van de ouderpopulatie in de diverse wijken in Hilversum is opgesteld door de houder van de speelzaal. Het ontbreekt echter nog aan een precisering van dit beleid in concrete meetbare doelen passend bij de ouders van de kinderen op psz Kleine IJsbeer (indicator B1). Door deze doelen te formuleren kan het team het effect van het ouderbeleid evalueren en vergroten. Daarnaast kunnen de pm-ers het aantal gesprekken om de ouders te informeren over de ontwikkeling van hun kind uitbreiden tot minimaal drie keer in de peuterperiode (indicator B6

BEVINDINGEN

2

(6)

is een verbeterpunt). Positief te benoemen in het ouderbeleid is dat de speelzaal sinds enige tijd een contract afsluit met de ouders. Door het contract hebben de pm-ers meer mogelijkheden om ouders aan te spreken op hun betrokkenheid.

Dit heeft tot gevolg dat bij deze ouders de participatie is toegenomen. Het gaat daarbij zowel om de aanwezigheid bij de bijeenkomsten op de speelzaal als om het thuis uitvoeren van activiteiten.

Kwaliteit van de uitvoering van vve

De kwaliteit van de uitvoering van vve laat een positief beeld zien. Er is een prettige ontspannen sfeer in de groep. Een sterk punt is de respectvolle wijze waarop de pedagogisch medewerkers met de peuters omgaan en de aandacht die ze hebben voor elk kind (indicator C2.1). In de reacties van de kinderen wordt duidelijk dat zij zich prettig en gezien voelen en zeer op hun gemak zijn bij de leidsters. Ook valt op dat het handelen van de pm-ers goed op elkaar is afgestemd (indicator C3.1). Zo nemen zij beurtelings het initiatief in contact met ouders en in de kring. Ook de andere onderdelen van het aanbod, pedagogisch handelen en educatief handelen zijn op orde, op één na. In de inrichting van de ruimte (indicator 2.5) is het nodig materialen toe te voegen die de beginnende geletterdheid en gecijferdheid van de kinderen uitlokken. Bijvoorbeeld door de themawoorden op te hangen, labels te maken, letters en cijfers zichtbaar te maken en schrijfmateriaal neer te leggen. Bij de inrichting van de themahoek is het een uitdaging ook 'schrijven' of 'lezen' in het spel te betrekken.

Ontwikkeling, begeleiding en zorg

De pm-ers gebruiken een gestructureerd observatiesysteem om de ontwikkeling van de peuters te volgen en nemen daarnaast peutertoetsen af. Het benutten van de verzamelde gegevens is een punt om verder te ontwikkelen. Meer dan nu gebeurt, kan de begeleiding van de peuters doelgericht en planmatig

plaatsvinden (indicator D1.2) en kan het effect ervan na een afgesproken periode geëvalueerd worden (indicator D1.3). De pm-ers herkennen dit punt en hebben het direct opgepakt: aan het eind van de bezoekdag ligt er een

opzet voor een planmatige aanpak van de begeleiding. Positief is de zorg voor kinderen met specifieke begeleidingsbehoeften. Deze worden tijdig

gesignaleerd en er is een funcionerend netwerk van externe zorg. Ouders geven aan dat in deze situaties zorgvuldig gehandeld wordt en dat zij daarbij

nauw betrokken worden.

Kwaliteitszorg

De speelzaal is onderdeel van Versa Welzijn. Het kwaliteitsbeleid is in algemene lijnen geformuleerd door Stichting Versa en gespecificeerd op de locatie.

Evaluatie vindt grotendeels plaats in het overleg van leidinggevenden en in het

(7)

team. De verschilende vve-onderdelen komen daarbij aan de orde. Een

aandachtspunt is doelen en kwaliteitscriteria zo concreet mogelijk te formuleren, zodat de effecten goed te evaleren zijn. Het team werkt op een planmatige manier aan de verbetering van de vve-kwaliteit. Zo hebben de pm-ers voor de vakantie een traject afgerond gericht op versterken van interactievaardigheden.

In dit traject vond naast scholing ook (video)coaching plaats. Naast de onderdelen van kwaliteitszorg die op orde zijn, vragen twee punten om

ontwikkeling. De resultaten van vve worden niet op een gestructureerde manier geëvalueerd (indicator E3). Om dit te kunnen doen is het eerst nodig de

beoogde resultaten concreter te formuleren. Daarnaast vraagt de borging van kwaliteit aandacht (indicator E5). Zo vinden er bijvoorbeeld niet of nauwelijks observaties plaats van het handelen van de pm-ers.

Doorgaande lijn

Peuterspeelzaal Kleine IJsbeer is gevestigd in het gebouw van obs De

Dubbeldekker. Er is op de speelzaal geen beleid om zoveel mogelijk kinderen door te laten stromen naar een vroegschool. Indicator F1 is daarom een verbeterpunt. Desondanks stroomt een meerderheid van de vve-

doelgroepkinderen door naar deze school (de inschatting is zo'n 60%). Toch is er weinig samenwerking met de school. Deze beperkt zich tot de warme overdracht en de doorgaande lijn in de zorg voor kinderen met specifieke onderwijsbehoeften. Op de andere onderdelen van de doorgaande lijn, namelijk het aanbod (F4), het pedagogisch klimaat en educatief handelen (F5) en het ouderbeleid (F6) is geen sprake van structureel overleg en afstemming. Om voor de kinderen een ononderbroken ontwikkeling mogelijk te maken staan zowel de speelzaal als de school voor de uitdaging hier meer werk van te maken.

Opbrengsten

In de gemeente Hilversum zijn resultaatafspraken gemaakt. De speelzaal levert de gegevens volgens afspraak aan de gemeente aan. Er is echter nog geen concluderend beeld beschikbaar over de resultaten die psz Kleine IJsbeer met vve behaalt. Daarom beoordeelt de inspectie de betreffende indicator (G2) niet.

(8)

De Inspectie van het Onderwijs constateert dat de kwaliteit van de voorschoolse educatie op peuterspeelzaal Kleine IJsbeer grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de vve-locatie nog een aantal tekortkomingen kent.

Het onderzoek heeft geen aanleiding gegeven voor het maken van afspraken.

CONCLUSIE

3

(9)

Dit rapport beschrijft de oordelen van de inspectie over de kwaliteit van het onderwijs op peuterspeelzaal Kleine IJsbeer. Daarnaast heeft de inspectie peuterspeelzaal Kleine IJsbeer gevraagd te reflecteren op de uitkomsten van het onderzoek en zo mogelijk aan te geven welke kwaliteitsontwikkelingen hieraan verbonden worden.

Hieronder geeft de houder haar reactie:

Ten aanzien van de ouders:

• B1. Er is een algemeen ouderbeleid, per peuterspeelzaal worden er concrete meetbare doelen geformuleerd in het ouderbeleid waardoor het team het effect van het ouderbeleid kan evalueren en vergroten.

• B6. Het aantal gesprekken om de ouders te informeren over de

ontwikkeling van hun kind wordt uitgebreid naar minimaal drie keer in de peuterperiode.

Kwaliteit van de uitvoering van VVE:

• C2.5. De inrichting van de ruimte wordt aangepast om de beginnende geletterdheid en gecijferdheid van de kinderen uit te lokken. De labels van de materialenkisten die voorzien zijn van een plaatje van het materiaal wat er in zit, worden uitgebreid met het woord voor het betreffende materiaal. Er wordt meer schrijfmateriaal neer gelegd en er worden, waar mogelijk, letters en cijfers zichtbaar gemaakt. Ook bij de inrichting van de themahoek zal geprobeerd worden om ‘schrijven’ en ‘lezen’ toe te voegen in het spel.

Ontwikkeling, begeleiding en zorg:

• D1.2 en D1.3. De pm-ers, hebben, zoals aangegeven in het rapport, dit direct opgepakt met een opzet voor een planmatige aanpak van

begeleiding en het evalueren hiervan. Deze opzet wordt verder uitgewerkt met, voor alle ontwikkelingsgebieden, aftekenlijsten m.b.t. de activiteiten.

Kwaliteitszorg binnen de voor- en vroegschool:

• E3. Ten aanzien van de VVE-onderdelen, de doelen en de kwaliteitscriteria worden concreter geformuleerd om de beoogde effecten beter te kunnen evalueren.

• E5. De borging kwaliteit zal verbeterd worden door het aantal observaties van het handelen van de pm-ers uit te breiden.

REACTIE VAN DE HOUDER

(10)

Doorgaande lijn:

• F2, F4, F5, en F6. Er is geen duidelijk beleid om de kinderen zoveel mogelijk naar de vroegschool te laten doorstromen. Op dit moment is het niet duidelijk welke basisscholen in Hilversum een (actieve) vroegschool hebben. Dit heeft de aandacht van de gemeente Hilversum m.b.t. het Onderwijsachterstandbeleid. Zodra er meer duidelijkheid hierover is, dan zal het beleid van de peuterspeelzaal op deze punten aangepast en verbeterd worden.

(11)

In de onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid.

De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.

Legenda:

1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig. Deze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden.

2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk. Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.

3. Voldoende.

4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen. Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren.

BIJLAGE 1 OORDELEN

Condities 1 2 3 4

Voldoende vve-tijd

Kwaliteit pedagogisch medewerkers

• A0.1 Er is een recent GGD-rapport beschikbaar

A2 De groepsgrootte voldoet aan de maximumeisen (voorschool) A3 Beroepskracht - kind ratio ("dubbele bezetting")

A4.1 De peuters volgen gedurende voldoende tijd (per week) een vve-programma op de voorschool

A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding)

A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend vve-geschoold A5.5 Er is een jaarlijks vve-opleidingsplan

Ouders 1 2 3 4

• B1 Gericht vve-ouderbeleid

B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd

B3 Intake

B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen

B5 Participatie in vve-activiteiten in de voorschool/vroegschool B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind

(12)

Ouders 1 2 3 4

• B7 Rekening houden met thuistaal

Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4

Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma

Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat

Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen

• C1.1 Een integraal vve-programma

C1.2 Werken met een doelgerichte planning

C1.3 Het activiteitenaanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend en geconcretiseerd

C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd

C2.1 Het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers/

leerkrachten is respectvol

C2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten structureren en hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen

C2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen

C2.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de zelfstandigheid van de kinderen en tonen respect voor de autonomie van het kind

C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-uitlokkend

C3.1 Het educatief handelen van beide pedagogisch medewerkers/

leerkrachten is goed op elkaar afgestemd

C3.2 Er worden structureel effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd

C3.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen

C3.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken

C3.5 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de pedagogisch medewerkers/leerkrachten

met de kinderen is responsief

C3.7 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen

(13)

Ontwikkeling, begeleiding en zorg 1 2 3 4 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep

Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen

• D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen

D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind

D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg

D2.1 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten blijven de

ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden

Kwaliteitszorg binnen de voor- en de vroegschool 1 2 3 4

• E1 Er is vve-coördinatie op de voor- resp. vroegschool

E2 De voor- resp. vroegschool evalueert de kwaliteit van vve regelmatig

E3 De voor- resp. vroegschool evalueren de resultaten van vve E4 De voor- resp. vroegschool werkt planmatig aan vve-

verbetermaatregelen

E5 De voor- resp. vroegschool borgt de kwaliteit van haar vve- educatie

Doorgaande lijn 1 2 3 4

• F1 Er is vve-coördinatie tussen de voor- en vroegschool

F2 Er is concreet beleid om zoveel mogelijk kinderen te laten doorstromen naar een vroegschool

F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar

afgestemd

F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd

F6 De manier om met de ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd

F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en vroegschool op elkaar afgestemd

(14)

Opbrengsten van vve 1 2 3 4 G1 De resultaten worden gemeten conform de gemeentelijke •

afspraken

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-

D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor-