RAPPORT VAN BEVINDINGEN ONDERZOEK IN HET KADER VAN VOOR- EN VROEGSCHOOLSE
EDUCATIE
basisschool Mozaiek Muizefant
Plaats : Rotterdam
BRIN nummer : 12XS|C1
LRKP nummer : 401902079
Onderzoeksnummer : 288255 Datum onderzoek : 21 maart 2016
1 INLEIDING . . . 5
2 BEVINDINGEN . . . 7
3 CONCLUSIE. . . 11
BIJLAGE 1 OORDELEN . . . 12
INHOUDSOPGAVE
Op 21 maart 2016 heeft de inspectie peuterspeelzaal Muizefant en
basisschool Mozaïek onderzocht. Het onderzoek is gedaan vanwege het toezicht van de Inspectie van het Onderwijs op de kwaliteit van de voor- en
vroegschoolse educatie (vve). De inspectie monitort in 2013 en 2015/2016 de kwaliteit van vve in de 37 grote gemeenten (G37). Vve is bedoeld voor jonge kinderen die onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken.
Tijdens het onderzoek heeft de inspectie de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie beoordeeld met een set indicatoren, waarmee zij overeenkomstig de Wet op het Onderwijstoezicht (WOT) kan beoordelen of de vve-locaties op belangrijke onderdelen vve van voldoende kwaliteit biedt. Deze indicatoren hebben betrekking op:
• De voorwaarden voor vve
• De ouders
• De kwaliteit van de educatie:
- Het vve-programma, zoals dat wordt aangeboden - Het pedagogisch klimaat
- Het educatief handelen
• De ontwikkeling, zorg en begeleiding
• De kwaliteitszorg
• De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool
• De resultaten van vve
Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:
• Analyse van de door de locatie ingevulde digitale vragenlijst (voorschool niet gedaan).
• Analyse van documenten en gegevens over de locaties die de inspectie voorafgaand aan het onderzoek heeft opgevraagd.
• Vve-locatiebezoek, waarbij:
◦ documenten, handelingsplannen en groepsplannen zijn bestudeerd;
◦ enkele groepsbezoeken zijn uitgevoerd. Deze vve-bezoeken vonden plaats in de volgende groepen: de vve-groep, een nul- groep, groep 1a, groep 1b en groep 2. Deze observaties heeft de
INLEIDING 1
Onderzoeksopzet
inspectie samen met observanten van de school en de peuterspeelzaal uitgevoerd;
◦ gesprekken met de directie, ouders, pedagogisch medewerkers en leerkrachten en intern begeleiders en een vertegenwoordiging van het bestuur zijn gevoerd.
Aan het eind van de dag hebben we een feedbackgesprek gevoerd met het bestuur van de vroegschool, de schoolleiding, de leiding van de
peuterspeelzaal, de intern begeleiders, enkele pedagogisch medewerkers van de voorschool en enkele leraren van de vroegschool.
De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader vve 2010. Dit document is te vinden op
www.onderwijsinspectie.nl.
In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie. Bijlage 1 van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte
indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover.
Toezichtkader
Opbouw rapport
Uit het overzicht in bijlage 1 valt op te maken dat de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie op de meeste aspecten op orde zijn, te weten het ouderbeleid, de uitvoering van de vve, de zorg, de kwaliteitszorg en de doorgaande lijn. Daarnaast zijn enkele verbeterpunten geconstateerd.
Totaalbeeld
De voor- en vroegschool zijn gevestigd in de deelgemeente Delfshaven van de gemeente Rotterdam. De samenwerking tussen peuterspeelzaal Muizefant en basisschool Mozaïek heeft zich de laatste twee jaar zeer positief ontwikkeld. De peuters op de peuterspeelzaal behoren vrijwel allemaal tot de doelgroep. De taalachtergrond is divers en niet alle ouders beheersen de Nederlandse taal voldoende. De wijk kent een lage sociaal economische status. De basisschool heeft een roerige tijd achter de rug met directie en personele wisselingen, maar is er in korte tijd in geslaagd de nodige rust en orde te herstellen.
Dit is vooral te danken aan het invoeren van een preventief programma voor de sociaal emotionele ontwikkeling dat ook door de peuterspeelzaal is omarmd. In het algemeen kan gesteld worden dat de peuterspeelzaal zich de afgelopen jaren zeer positief heeft ontwikkeld, waardoor nu op een enkele indicator na, de meeste onderdelen van voldoende tot goed niveau zijn. Ook de basisschool laat een mooi beeld van succesvolle vve zien.
Toelichting Condities
Peuterspeelzaal
In het GGD-rapport van mei 2015 staat vermeld dat nog niet alle leidsters een vve-opleiding hebben genoten. Dit is nog niet opgelost.
Basisschool
Nog niet alle leerkrachten zijn toereikend geschoold voor vve.
Zowel voor de peuterspeelzaal als de basisschool overwegen het
vve-programma te veranderen. Zodra er een definitieve keuze is gemaakt, zullen alle leerkrachten en medewerkers geschoold gaan worden.
Ouders
Muizefant en Mozaïek hebben een concreet doelgericht ouderbeleid
geformuleerd. Dit beleid is gebaseerd op een analyse van de ouderpopulatie. Uit
BEVINDINGEN
2
de gesprekken blijkt dat er vanuit dit inzicht gerichte acties worden ondernomen. Het ouderbeleid is afgestemd op de
behoefte van de ouders. Naast het intakegesprek een huisbezoek hebben de ouders gedurende de peuterspeelzaalperiode twee keer per jaar een gesprek met de pedagogisch medewerkers over de ontwikkeling van hun kind. Van dit gesprek worden relevante zaken genoteerd.
De ouders van de kleuters worden drie keer per schooljaar geïnformeerd over de ontwikkeling van hun kind. De basisschool kan de gegevens van het huisbezoek door de collega's van de peuterspeelzaal meer inzetten bij de intake of het bepalen van de onderwijsbehoefte.
Drie keer per week vindt er op de peuterspeelzaal en bij de kleuters inloop plaats, waar ouders vrij maar ook gericht een aantal activiteiten uitvoeren met hun kind.
Hier heeft de inspectie gemiste kansen geconstateerd. Tijdens dit soort momenten kan er gericht gestuurd worden op het goed uitvoeren van de thuisactiviteiten en kan nagevraagd worden of deze activiteiten ook gedaan worden.
Bij elk thema krijgen de ouders van zowel de peuterspeelzaal als de basisschool informatiefolders mee waarop de activiteiten, liedjes en woorden van het thema staan om zo de ouders bij de vve thema's te betrekken.
Ook worden er ouder-kind activiteiten georganiseerd, is de ouderconsulent betrokken bij themabijeenkomsten en kunnen ouders Nederlandse les volgen.
Sinds kort organiseert de school vadermomenten om ook vaders te betrekken bij de ontwikkeling van hun kind.
De peuterspeelzaal houdt goed bij hoeveel ouders er komen en stemt daar ook verbeteractiviteiten op af. Zo begint de peuterspeelzaal binnen kort met spelletjestassen, omdat uit analyse blijkt dat kinderen dit in de thuissituatie vaak missen.
De basisschool houdt niet bij welke ouders waar aan deelnemen. Dit is een gemiste kans.
Kwaliteit van de uitvoering van vve
De peuterspeelzaal en de groepen 1 en 2 werken met hetzelfde vve programma.
Dit programma verwerken zij in thema's met een aanbod voor taal, rekenen, motoriek en sociale competenties. In het overleg tussen school en
peuterspeelzaal is na analyse geconstateerd dat het vve -programma
onvoldoende rendement op levert. Er wordt dus naar een alternatief gezocht. De themaplanning is op de peuterspeelzaal totaal uitgewerkt in een weekplanning, die gekoppeld is aan de SLO-doelen en aan specifieke competenties van de medewerksters.
De basisschool gaat ook uit van een themaplanning, maar deze is meer verwoord in de groepsplannen, waarin meerdere thema's zijn opgenomen. De kans bestaat nu dat de periode te lang is, om snel te anticiperen.
Het pedagogisch handelen van pedagogisch medewerkers en leerkrachten is respectvol, positief en gericht op de (taal) ontwikkeling van het jonge kind.
Tevens hanteren zij duidelijke pedagogische gedragsgrenzen.
Peuter & Co heeft een vve-coach ingezet om de kwaliteiten van de
medewerksters bij het educatief handelen te verhogen en dat is zichtbaar.
Vanuit een duidelijke nulmeting van het handelen van de medewerksters wordt er gewerkt aan het opbrengstgericht werken. De manager gebruikt de gegevens van de observaties van de vve-coach om in gesprek te zijn met de pedagogisch medewerksters in het kader van personeelsbeleid.
In de groepen 0, 1 en 2 heeft de inspectie mooie voorbeelden gezien van een rijke leeromgeving voor zowel de ontluikende geletterdheid als de gecijferdheid.
De pedagogisch medewerkers hebben duidelijke afspraken over de rolverdeling in de groep en deze is ook vastgelegd. In de planning van de vroegschool is dit nog een verbeterpunt. Als de rolverdeling niet wordt vastgelegd lekt er mogelijk effectieve werktijd weg. De taalontwikkeling van de peuters en de kleuters is een voortdurend aandachtspunt tijdens het spelen en leren. Men benut de spontane en onverwachte gebeurtenissen om de leerlingen (Nederlandse)taal te leren. De interactie tussen peuters en kleuters wordt waar mogelijk bevorderd.
Toch heeft de inspectie enkele gemiste kansen gezien. Af en toe lijkt het of de pedagogisch medewerksters veel aan het woord zijn. Deze gemiste kansen gelden ook voor het benoemen van wat het kind doet. Kenmerkend in het educatief handelen is de responsiviteit die pedagogisch medewerkers en leerkrachten laten zien naar kinderen. De plannen en de groepsbezoeken laten zien dat kinderen in de zone van de naaste ontwikkelingen activiteiten aangeboden krijgen.
Ontwikkeling, begeleiding en zorg
De pedagogisch medewerkers en de leerkrachten volgen de ontwikkeling van alle peuters en kleuters met observaties en toetsen. De daarop volgende zorg en begeleiding wordt in de voor- en vroegschool vastgelegd in groepsplannen. De zorgstructuur is op elkaar afgestemd en wordt begeleid door de intern
begeleider onderbouw van de vroegschool. De geboden zorg in de voorschool is planmatig en wordt tijdig geëvalueerd. De kwaliteit van de evaluaties in de vroegschool laat te wensen over. Zo wordt er na de geboden zorg niet onderbouwd of de zorg gestopt gaat worden of door moet gaan.
Zowel in de voor- als in de vroegschool zijn de contacten met de externe zorg voldoende gewaarborgd.
Kwaliteitszorg
Op peuterspeelzaal Muizefant en basisschool Mozaiek zijn personen aangesteld die verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van vve. Gezamenlijk evalueren zij de kwaliteit van de vve. Om tot verbetering van de kwaliteitszorgcyclus voor vve te komen, worden afspraken gemaakt en zijn gezamenlijke plannen gezien.
Door de resultaatafspraken van de gemeente is er ook zicht op de resultaten van de voor- en vroegschoolse educatie en dit leidt tot gezamenlijke reflectie en verbeteringen. Een voorbeeld hiervan is de keuze voor een intensief programma om de sociale vaardigheden te vergroten en gewenst gedrag vanuit een
positieve benadering te versterken. Hierin worden ook de ouders betrokken.
Doorgaande lijn
Er vindt regelmatig overleg plaats tussen de pedagogisch medewerkers en leerkrachten, coördinatoren en tussen de directies. Niet alleen voor vve- kinderen, maar voor alle peuters die naar Mozaïek gaan, vindt een warme overdracht plaats. Er ontstaat echter een probleem als het kind niet naar Het Mozaïek gaat, dan zorgt de voorschool zelfs voor zorgleerlingen niet voor een warme overdracht.
De samenwerking tussen de partners verloopt soepel en betrokkenen geven aan elkaar makkelijk te vinden. Thema’s, gezamenlijke activiteiten en
ouderbijeenkomsten worden afgestemd. De inhoudelijke afstemming over pedagogisch klimaat, het ouderbeleid, de interne begeleiding en de zorg komen structureel aan de orde.
Opbrengsten
De gemeente Rotterdam ontvangt conform afspraak de resultaten van beide instellingen.
De resultaten van de peuters zijn conform de verwachtingen, die van de kleuters niet.
De Inspectie van het Onderwijs constateert dat de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie op Muizefant en basisschool Mozaiek grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de vve-locatie op die gebieden een aantal verbeterpunten kent.
CONCLUSIE
3
In de onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid.
De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.
Legenda:
1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig
Deze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden.
2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk
Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.
3. Voldoende
4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen
Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren.
BIJLAGE 1 OORDELEN
basisschool Mozaiek
Condities 1 2 3 4
• Voldoende vve-tijd
Kwaliteit pedagogisch medewerkers
• A3 Beroepskracht - kind ratio ("dubbele bezetting")
A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend vve-geschoold
Ouders 1 2 3 4
•
•
•
•
•
•
• B1 Gericht vve-ouderbeleid
B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd
B3 Intake
B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen
B5 Participatie in vve-activiteiten in de voorschool/vroegschool B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind
B7 Rekening houden met thuistaal
Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4
Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4
•
•
•
• Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat
•
•
•
•
• Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen
•
•
•
•
•
•
• C1.1 Een integraal vve-programma
C1.2 Werken met een doelgerichte planning
C1.3 Het activiteitenaanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend en geconcretiseerd
C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd
C2.1 Het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers/
leerkrachten is respectvol
C2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten structureren en hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen
C2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen
C2.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de zelfstandigheid van de kinderen en tonen respect voor de autonomie van het kind
C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-uitlokkend
C3.1 Het educatief handelen van beide pedagogisch medewerkers/
leerkrachten is goed op elkaar afgestemd
C3.2 Er worden structureel effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd
C3.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen
C3.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken
C3.5 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de pedagogisch medewerkers/leerkrachten
met de kinderen is responsief
C3.7 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen
Ontwikkeling, begeleiding en zorg 1 2 3 4
Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep
•
• D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen
D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind
Ontwikkeling, begeleiding en zorg 1 2 3 4
•
• Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen
•
•
• D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg
D1.4 Specifieke aandacht voor de taalontwikkeling bij begeleiding en zorg
D2.1 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg
D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten blijven de
ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden
Kwaliteitszorg binnen de voor- en de vroegschool 1 2 3 4
•
•
•
•
•
• E1 Er is vve-coördinatie op de voor- resp. vroegschool
E2 De voor- resp. vroegschool evalueert de kwaliteit van vve regelmatig
E3 De voor- resp. vroegschool evalueren de resultaten van vve E4 De voor- resp. vroegschool werkt planmatig aan vve-
verbetermaatregelen
E5 De voor- resp. vroegschool borgt de kwaliteit van haar vve- educatie
E6 In de kwaliteitszorg van de vroegschool wordt ook specifiek naar vve gekeken
Doorgaande lijn 1 2 3 4
•
•
•
•
•
• F1 Er is vve-coördinatie tussen de voor- en vroegschool
F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar
afgestemd
F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd
F6 De manier om met de ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd
F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en vroegschool op elkaar afgestemd
Opbrengsten van vve 1 2 3 4
Opbrengsten van vve 1 2 3 4
•
• G2 De resultaten zijn van voldoende niveau
G3 Verlengde kleuterperiode
Muizefant
Condities 1 2 3 4
• Voldoende vve-tijd
Kwaliteit pedagogisch medewerkers
• A0.1 Er is een recent GGD-rapport beschikbaar
A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend vve-geschoold
Ouders 1 2 3 4
•
•
•
•
•
•
• B1 Gericht vve-ouderbeleid
B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd
B3 Intake
B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen
B5 Participatie in vve-activiteiten in de voorschool/vroegschool B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind
B7 Rekening houden met thuistaal
Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4
Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma
•
•
•
• Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat
•
•
• C1.1 Een integraal vve-programma
C1.2 Werken met een doelgerichte planning
C1.3 Het activiteitenaanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend en geconcretiseerd
C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd
C2.1 Het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers/
leerkrachten is respectvol
C2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten structureren en hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen
C2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke competenties van de kinderen
Kwaliteit van de uitvoering van vve 1 2 3 4
•
• Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen
•
•
•
•
•
•
• C2.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de
zelfstandigheid van de kinderen en tonen respect voor de autonomie van het kind
C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-uitlokkend
C3.1 Het educatief handelen van beide pedagogisch medewerkers/
leerkrachten is goed op elkaar afgestemd
C3.2 Er worden structureel effectieve en gerichte activiteiten voor de taalontwikkeling uitgevoerd
C3.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen
C3.4 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en verrijken het spelen en werken
C3.5 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag (strategieën) bij de kinderen C3.6 Het gedrag van de pedagogisch medewerkers/leerkrachten
met de kinderen is responsief
C3.7 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling van de individuele kinderen
Ontwikkeling, begeleiding en zorg 1 2 3 4
Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep
•
•
•
• Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen
•
•
• D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen
D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en het individuele kind
D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg D1.4 Specifieke aandacht voor de taalontwikkeling bij begeleiding
en zorg
D2.1 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg
D2.2 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten zorgen dat kinderen aangemeld worden voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren D2.3 De pedagogisch medewerkers/leerkrachten blijven de
ontwikkeling van kinderen met extra zorg bijhouden
Kwaliteitszorg binnen de voor- en de vroegschool 1 2 3 4
•
•
•
•
• E1 Er is vve-coördinatie op de voor- resp. vroegschool
E2 De voor- resp. vroegschool evalueert de kwaliteit van vve regelmatig
E3 De voor- resp. vroegschool evalueren de resultaten van vve E4 De voor- resp. vroegschool werkt planmatig aan vve-
verbetermaatregelen
E5 De voor- resp. vroegschool borgt de kwaliteit van haar vve- educatie
Doorgaande lijn 1 2 3 4
•
•
•
•
•
•
• F1 Er is vve-coördinatie tussen de voor- en vroegschool
F2 Er is concreet beleid om zoveel mogelijk kinderen te laten doorstromen naar een vroegschool
F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een warme overdracht F4 Het aanbod van de voor- en vroegschool is op elkaar
afgestemd
F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de voor- en vroegschool is op elkaar afgestemd
F6 De manier om met de ouders om te gaan op de voor- en de vroegschool is op elkaar afgestemd
F7 De interne begeleiding en zorg zijn op de voor- en vroegschool op elkaar afgestemd
Opbrengsten van vve 1 2 3 4
•
• G1 De resultaten worden gemeten conform de gemeentelijke
afspraken
G2 De resultaten zijn van voldoende niveau