• No results found

Titel I: Algemene principes

II. Opdrachten van openbare dienst:

4 EMPIRISCH ONDERZOEK

4.2 Meningen over het beheerscontract

4.5.3 Ratio-analyse Proximus

Zoals eerder vermeld zullen er drie groepen ratio’s worden berekend: liquiditeit, solvabiliteit en

65 de cursus ‘Financieel management’ van Professor Stijn Goeminne (Goeminne, 2020). Vooraleer wij de ratio’s van Proximus toelichten, wordt altijd eerst weergegeven hoe een bepaalde ratio berekend wordt. De berekening van de ratio’s voor Proximus kan u terugvinden in bijlage 7.7.

4.5.3.1 Liquiditeit

Eerst worden de belangrijkste liquiditeitsratio’s besproken. Hierbij zal er worden nagegaan of het bedrijf haar betalingsverplichtingen op korte termijn kan vervullen (Christiaens & Vanhee, 2017). Met andere woorden kan de onderneming voldoende middelen mobiliseren om de schulden op korte termijn na te komen? Om een antwoord op deze vraag te krijgen kunnen we het netto bedrijfskapitaal (NBK) en de current ratio berekenen. Beide ratio’s gebruiken dezelfde grootheden maar bij het NBK wordt het verschil tussen de beperkte vlottende activa en het vreemd vermogen op korte termijn genomen en bij de current ratio wordt de verhouding tussen deze twee grootheden berekend. De beperkte vlottende activa wordt berekend door de vorderingen op meer dan één jaar uit de vlottende activa te halen. Verder zal het klantenkrediet weergeven hoeveel dagen de klanten van Proximus uitstel van betaling krijgen of hoeveel tijd er tussen de verkoop en de betaling zit.

Een organisatie kan zo te weten komen hoe snel de vorderingen in geld omgezet worden. Tot slot wordt ook het leverancierskrediet berekend. Het is zo dat Proximus uiteraard ook uitstel van betaling krijgt van hun leveranciers. Dit ratio toont hoeveel dagen er zitten tussen de aankoop en de betaling van een goed of dienst. Zowel de ratio van het klantenkrediet als het leverancierskrediet worden vermenigvuldigd met 365 om dit in een aantal dagen uit te drukken (Goeminne, 2020).

Nettobedrijfskapitaal: 𝐵𝑒𝑝𝑒𝑟𝑘𝑡𝑒 𝑣𝑙𝑜𝑡𝑡𝑒𝑛𝑑𝑒 𝑎𝑐𝑡𝑖𝑣𝑎 − 𝑉𝑟𝑒𝑒𝑚𝑑 𝑣𝑒𝑟𝑚𝑜𝑔𝑒𝑛 𝑜𝑝 𝑘𝑜𝑟𝑡𝑒 𝑡𝑒𝑟𝑚𝑖𝑗𝑛 Current ratio: 𝑉𝑟𝑒𝑒𝑚𝑑 𝑣𝑒𝑟𝑚𝑜𝑔𝑒𝑛 𝑜𝑝 𝑘𝑜𝑟𝑡𝑒 𝑡𝑒𝑟𝑚𝑖𝑗𝑛𝐵𝑒𝑝𝑒𝑟𝑘𝑡𝑒 𝑣𝑙𝑜𝑡𝑡𝑒𝑛𝑑𝑒 𝑎𝑐𝑡𝑖𝑣𝑎

Klantenkrediet: 𝐻𝑎𝑛𝑑𝑒𝑙𝑠𝑣𝑜𝑟𝑑𝑒𝑟𝑖𝑛𝑔𝑒𝑛 𝑜𝑝 𝑡𝑒𝑛 ℎ𝑜𝑜𝑔𝑠𝑡𝑒 1 𝑗𝑎𝑎𝑟 𝐵𝑒𝑑𝑟𝑖𝑗𝑓𝑠𝑜𝑝𝑏𝑟𝑒𝑛𝑔𝑠𝑡𝑒𝑛 * 365

Leverancierskrediet: 𝐴𝑎𝑛𝑘𝑜𝑝𝑒𝑛 𝑔𝑜𝑒𝑑𝑒𝑟𝑒𝑛, 𝑑𝑖𝑒𝑛𝑠𝑡𝑒𝑛 𝑒𝑛 𝑑𝑖𝑣𝑒𝑟𝑠𝑒 𝑔𝑜𝑒𝑑𝑒𝑟𝑒𝑛𝐻𝑎𝑛𝑑𝑒𝑙𝑠𝑠𝑐ℎ𝑢𝑙𝑑𝑒𝑛 𝑜𝑝 𝑡𝑒𝑛 ℎ𝑜𝑜𝑔𝑠𝑡𝑒 1 𝑗𝑎𝑎𝑟 *365

Tabel 2: Liquiditeitsratio's Proximus

Jaar Nettobedrijfskapitaal 2014 -167000000 2015 -865000000 2016 -778000000 2017 -1025000000 2018 -690000000

Jaar Current ratio

2014 0,92

2015 0,67

2016 0,68

2017 0,62

2018 0,70

66 Het netto bedrijfskapitaal dient positief te zijn om moeilijkheden in verband met betalingsverplichtingen op korte termijn te vermijden. Voor Proximus zien we doorheen de periode van 2014 t.e.m. 2018 een negatief netto bedrijfskapitaal doordat de beperkte vlottende activa te gering zijn om de schulden op korte termijn te kunnen voldoen. Dit kan verklaard worden door het grote aandeel van de vaste activa in het balanstotaal, wat eerder al werd toegelicht bij de eerste screening van de jaarrekening.

Daarom moet een deel van de vaste activa gedekt worden door het vreemd vermogen op korte termijn (Christiaens & Vanhee, 2017). Deze situatie is iets wat het bedrijf beter tracht te vermijden want dit is geen goede indicatie. Maar ook hier speelt het feit dat Proximus actief is in de telecomsector een rol. Proximus heeft veel vaste activa omdat zij over een zeer grote infrastructuur beschikken waar ook zeer veel investeringen in moeten gebeuren. In de telecommunications risk factor survey uitgevoerd door BDO (2016) lezen we ook dat liquiditeit in de top 3 staat van grootste risico’s gerapporteerd door zestig van de toonaangevende wereldwijde telecombedrijven. Deze bevinding kan ons helpen om de liquiditeitspositie van Proximus beter te kaderen.

Een goede current ratio dient hoger te zijn dan 1. Een getal onder 1 betekent dat het bedrijf moeilijkheden heeft om de schulden op korte termijn te betalen. Het is een belangrijke indicator voor de financiële situatie. Bij Proximus bedraagt de current ratio 0,70 in 2018 maar dat is niet per se slecht, dit verschilt van sector tot sector. Dit moet dus nog worden geïnterpreteerd of dit goed of slecht is in de telecomsector (zie ‘Sectoranalyse’) (Christiaens & Vanhee, 2017).

Het aantal dagen klantenkrediet zakte van 63 dagen naar 58 dagen tijdens de periode van 2014 t.e.m. 2018. Klanten krijgen dus gemiddeld net iets meer dan twee maanden de tijd om te betalen. Een kleiner aantal dagen zorgt voor een betere liquiditeit. Als Proximus de vorderingen sneller wenst te ontvangen moeten ze proberen om de tijd tussen verkoop en betaling te verkorten. Aan de andere kant is er het leverancierskrediet, dat is het betalingsuitstel dat Proximus krijgt van haar leveranciers. In het geval van Proximus steeg het aantal dagen leverancierskrediet van 204 dagen naar 234 dagen. De organisatie moet hier streven naar het aantal dagen dat niet te kort of te lang is om de liquiditeit niet te schaden (Goeminne, 2020).

Jaar Aantal dagen klantenkrediet

2014 63,47

2015 62,78

2016 66,25

2017 64,04

2018 58,95

Jaar Aantal dagen leverancierskrediet

2014 204,82

2015 204,23

2016 225,97

2017 238,45

67 4.5.3.2 Solvabiliteit

Vervolgens bekijken we de solvabiliteit van de onderneming van dichterbij. De solvabiliteit toont ons de financiële gezondheid van de onderneming. Er wordt bepaald of de organisatie de schulden op korte en lange termijn kan voldoen (ook in geval van stopzetting of faillissement). Het is aangewezen om voldoende eigen middelen te hebben om zo minder afhankelijk te zijn van vreemd vermogen. Onderstaande solvabiliteitsratio’s tonen de verhoudingen van het eigen en vreemd vermogen ten opzichte van het totaal vermogen. Het gaat respectievelijk om de eigen vermogensgraad of financiële onafhankelijkheid en de schuldgraad. Door deze ratio’s te berekenen kunnen we afleiden hoe de onderneming gefinancierd wordt (Goeminne, 2020).

Eigen vermogensgraad of financiële onafhankelijkheid: 𝑇𝑜𝑡𝑎𝑎𝑙 𝑣𝑒𝑟𝑚𝑜𝑔𝑒𝑛𝐸𝑖𝑔𝑒𝑛 𝑣𝑒𝑟𝑚𝑜𝑔𝑒𝑛 * 100

Schuldgraad: Vreemd vermogen Totaal vermogen * 100

Tabel 3: Solvabiliteitsratio's Proximus

Jaar Eigen vermogensgraad (in %)

2014 34,84

2015 35,80

2016 36,73

2017 35,33

2018 35,48

Voor Proximus zien we in de periode van 2014 t.e.m. 2018 een zeer kleine stijging van de eigen vermogensgraad wat wijst op een sterkere solvabiliteit. Het aandeel van het eigen vermogen in het totaal vermogen bevindt zich steeds tussen 30 en 40 %. Je zou verwachten dat een verdeling van 50% eigen vermogen en 50% vreemd vermogen een ideale positie zou zijn, maar Tuytten (2007) geeft aan dat een eigen vermogensgraad tussen 30 en 40% gunstig is. Aernoudt (2019) stelt eveneens een norm van 1/3 eigen vermogen ten opzichte van het totale vermogen en dat het eigen vermogen zeker nooit minder dan 15% van het totale vermogen mag bedragen.

Doordat beide solvabiliteitsratio’s complementair zijn, kunnen we voor de schuldgraad ook dezelfde conclusie trekken: een ratio tussen 60 en 70% wordt als een goede verhouding beschouwd aangezien een eigen vermogensgraad tussen 30 en 40% positief is. Uit deze twee ratio’s kunnen we besluiten dat de financiering van Proximus wel goed zit (Goeminne, 2020).

Jaar Schuldgraad (in %)

2014 65,16

2015 64,20

2016 63,27

2017 64,67

2018 64,52

68 4.5.3.3 Rendabiliteit

Tot slot is er nog de rendabiliteit van de onderneming. Dit is een indicator voor de winstgevendheid van de onderneming. Voor potentiele investeerders en aandeelhouders is dit een interessante graadmeter omdat er wordt aangetoond of het geïnvesteerde vermogen ook leidt tot een rendabel bedrijf (Christiaens & Vanhee, 2017).

Eerst wordt de verkoopmarge berekend door het bedrijfsresultaat in verhouding tot de omzet/verkopen te bekijken. Het bedrijfsresultaat wordt bekomen door het verschil tussen de bedrijfsopbrengsten en bedrijfskosten te nemen. De verkoopmarge toont ons het resultaat dat overblijft van de verkopen nadat de bedrijfskosten werden terugverdiend. Vervolgens wordt de rendabiliteit van het eigen vermogen of return on equity (ROE) berekend. Deze ratio is voor aandeelhouders van cruciaal belang omdat hier het rendement van hun geïnvesteerd vermogen wordt voorgesteld. Tot slot wordt ook nog de winst per aandeel berekend (Tuytten, 2007; Goeminne, 2020).

Verkoopmarge: 𝐵𝑒𝑑𝑟𝑖𝑗𝑓𝑠𝑟𝑒𝑠𝑢𝑙𝑡𝑎𝑎𝑡 𝑉𝑒𝑟𝑘𝑜𝑝𝑒𝑛 * 100

Rendabiliteit van het eigen vermogen: 𝑅𝑒𝑠𝑢𝑙𝑡𝑎𝑎𝑡 𝑣𝑎𝑛 ℎ𝑒𝑡 𝑏𝑜𝑒𝑘𝑗𝑎𝑎𝑟 𝐸𝑖𝑔𝑒𝑛 𝑣𝑒𝑟𝑚𝑜𝑔𝑒𝑛 * 100 Winst per aandeel: 𝐴𝑎𝑛𝑑𝑒𝑒𝑙 𝑣𝑎𝑛 𝑑𝑒 𝑔𝑟𝑜𝑒𝑝 𝑖𝑛 ℎ𝑒𝑡 𝑟𝑒𝑠𝑢𝑙𝑡𝑎𝑎𝑡

𝐴𝑎𝑛𝑡𝑎𝑙 𝑎𝑎𝑛𝑑𝑒𝑙𝑒𝑛

Tabel 4: Rendabiliteitsratio’s Proximus Tabel 4: Rendabiliteitsratio’s Proximus

Jaar Rendabiliteit eigen vermogen (in %)

2014 22,97

2015 16,83

2016 18,38

2017 18,32

2018 17,56

Jaar Verkoopmarge (in %)

2014 15,06

2015 13,04

2016 15,63

2017 14,10

2018 13,54

Jaar Winst per aandeel (in euro)

2014 2,04

2015 1,50

2016 1,62

2017 1,62

2018 1,57

69 Een eerste belangrijk besluit dat we kunnen nemen is dat alle rendabiliteitsratio’s positief zijn. Dit wil dus zeggen dat de bedrijfsactiviteiten van Proximus rendabel zijn. Ten eerste is er wel een positieve verkoopmarge, maar die loopt wel lichtjes terug doorheen de periode van 2014 t.e.m. 2018. De oorzaak van deze dalende trend kan worden toegeschreven aan het feit dat de verkopen gedaald zijn zonder dat de bedrijfskosten gedaald zijn. Aan de andere kant is het ook mogelijk dat de bedrijfskosten gestegen zijn en de verkopen stabiel gebleven zijn (Goeminne, 2020).

Ten tweede toont de rendabiliteit van het eigen vermogen aan hoeveel het eigen vermogen rendeert binnen Proximus, zo kan nagegaan worden of de resultaten in contrast staan met de investeringen. Hoe doeltreffend is Proximus met name omgesprongen met het geïnvesteerde kapitaal van de aandeelhouders? Ondanks dat ook hier de ratio licht daalt doorheen de periode van 5 jaar, bracht een investering in Proximus van 100 euro toch nog ongeveer 17,5 euro op in 2018. Er wordt dus nog steeds winst gemaakt met het eigen vermogen dat de onderneming ingezet heeft. Dit is zeker een stimulans voor investeerders om te investeren in Proximus, wanneer beslist zou worden om het overheidsaandeel af te bouwen (Christiaens & Vanhee, 2017).

Ten slotte is de winst per aandeel in 2018 licht gedaald ten opzichte van 2014. Toch is dit een positieve ratio waarmee de aandeelhouders tevreden kunnen zijn. Per aandeel wordt er nog steeds een winst van 1,57 euro gemaakt.

Uiteraard moet voorzichtig omgesprongen worden met deze cijfers, cijfers zeggen immers niet alles. Zo moet in de eerste plaats nagegaan worden of Proximus de beleidsdoelstellingen haalt. Zijn deze doelstellingen gehaald op een efficiënte manier? Of kan dit goedkoper? (Christiaens & Vanhee, 2017).

4.5.4 Sectoranalyse

Zoals eerder vermeld, moeten wij ook rekening houden met de specifieke context waarin Proximus actief is. Om de ratio’s van Proximus beter te kunnen begrijpen gaan wij deze vergelijken met de ratio’s van ondernemingen uit dezelfde sector. Wij kozen voor de vergelijkbare organisaties Orange en Telenet, die eveneens actief zijn in de Belgische telecomsector (Goeminne, 2020). De drie telecombedrijven zullen vergeleken worden op vlak van liquiditeit, solvabiliteit en rendabiliteit.

4.5.4.1 Liquiditeit

De liquiditeitspositie van de drie telecombedrijven zal aan de hand van het netto bedrijfskapitaal, de current ratio, het leverancierskrediet en het klantenkrediet vergeleken worden. Het netto bedrijfskapitaal bedraagt bij Proximus -690 miljoen euro en bij Orange en Telenet respectievelijk -230 miljoen euro en - 1,3 miljard euro. Hieruit zou dus kunnen afgeleid worden dat Orange de beste liquiditeitspositie heeft. Wanneer de current ratio onder de loep wordt genomen komt naar boven dat Proximus de hoogste ratio

70 heeft (0,70), gevolgd door Orange (0,57) en Telenet (0,23). In absolute getallen zien we dus dat Orange de meeste liquide middelen heeft, relatief gezien is dit Proximus.

Een andere invalshoek met betrekking tot liquiditeit van de ondernemingen gaat over het aantal dagen leveranciers- en klantenkrediet. Op vlak van leverancierskrediet zijn grote verschillen op te tekenen. Telenet betaalt haar leveranciers gemiddeld binnen de 48 dagen, Proximus binnen de 234 dagen en Orange na 519 dagen. Op basis van deze cijfers komt Telenet op het eerste zicht positief uit het verhaal, ze betalen namelijk sneller leveranciers, wat goed is voor de reputatie van het bedrijf. Het bedrijf bewijst namelijk dat ze haar leveranciers kan betalen, kanttekening hierbij is dat dit een negatief effect heeft op de liquiditeit (zie NBK en current ratio) (Goeminne, 2020).

Het aantal dagen leverancierskrediet van Proximus is hoger, maar niet zo hoog zoals bij Orange het geval is. Hier zien we dat een onderneming best balanceert tussen enerzijds de negatieve effecten op liquiditeit door te vroeg te betalen en anderzijds de negatieve effecten op de reputatie van het bedrijf door te laat te betalen (Goeminne, 2020).

Ten slotte zien we voor het aantal dagen klantenkrediet dat Proximus het slechtst presteert (59 dagen) in vergelijking met Orange (48 dagen) en Telenet (11 dagen). Dit wil zeggen dat het bij Proximus lang duurt vooraleer haar klanten betalen, waardoor het bedrijf liquide middelen misloopt. Telenet toont dat het, net zoals bij het leverancierskrediet, het best presteert. Voor Proximus kan het idee zijn om deze ratio te verbeteren door de contante verkopen te verhogen, de klanten te motiveren sneller te betalen (door betalingskorting te geven) of de debiteurenopvolging te verbeteren (Goeminne, 2020).

Tabel 5: Liquiditeitsratio's sectoranalyse

Telecomoperator/Ratio Netto bedrijfskapitaal (in euro) Current Ratio Leverancierskrediet (in dagen) Klantenkrediet (in dagen) Telenet -1,3 miljard 0,23 48,12 10,86 Proximus -690 miljoen 0,70 234,10 58,95 Orange -230 miljoen 0,57 519,10 47,65 4.5.4.2 Solvabiliteit

Op vlak van solvabiliteit zal enkel de financiële onafhankelijkheid besproken worden, aangezien de schuldgraad hiermee complementair is en de financiële afhankelijkheid weergeeft. De financiële onafhankelijkheid geeft namelijk weer hoe groot het percentage van het eigen vermogen is in het totaal vermogen. Hoe groter dit percentage is, hoe beter de liquiditeitspositie (Goeminne, 2020).

71 We zien na analyse van deze ratio voor Telenet, Proximus en Orange, dat Orange het meest financieel onafhankelijk is (40,13 procent). Proximus volgt met 35,48 procent en Telenet9 op ruime achterstand met

18,25 procent.

Tabel 6: Solvabiliteitsratio's sectoranalyse

Telecomoperator/Ratio Financiële onafhankelijkheid (in %) Schuldgraad (in %) Telenet 18,25 81,75 Proximus 35,48 64,52 Orange 40,13 59,87 4.5.4.3 Rendabiliteit

Op vlak van rendabiliteit zullen we de verkoopmarge en de (netto)rendabiliteit van het eigen vermogen bespreken. Wanneer we ten eerste het werkingsresultaat (= de winst uit de normale bedrijfsvoering) afzetten tegenover de omzet, zien we dat Telenet hier het best presteert met 23,65 procent. Proximus volgt met 13,54 procent en Orange met 3,37 procent.

Als we ten slotte het resultaat van het boekjaar afzetten tegen het eigen vermogen, heeft Proximus de beste ratio (17,56 procent). Telenet volgt met 15,52 procent en Orange met 5,52 procent.

Tabel 7: Rendabiliteitsratio's sectoranalyse

Telecomoperator/Ratio Verkoopmarge (in %)

(Netto)rendabiliteit van het eigen vermogen (in %)

Telenet 23,65 15,52

Proximus 13,54 17,56

Orange 3,37 5,52

4.5.4.4 Conclusie

We kunnen concluderen dat Proximus in vergelijking met Telenet en Orange het goed doet. De ratio’s zijn meestal bij de beste of tweede beste wanneer de ratio’s onder de drie worden vergeleken.

1. Op vlak van liquiditeit kan Proximus, met de hoogste current ratio en het leverancierskrediet dat de reputatie en de liquiditeit niet schaadt, zich onderscheiden van Telenet en Orange

9 Hierbij moet gewezen worden op de moeilijkheden die er waren met de geconsolideerde jaarrekening van Telenet.

We kwamen namelijk tot de constatering dat het totaal van het actief en het passief niet overeenkwam met elkaar (Telenet, 2019).

72 2. Een opmerking hierbij is dat het klantenkrediet hoger is dan bij Orange en Telenet, wat ervoor zorgt dat Proximus liquide middelen misloopt. Suggesties om dit op te lossen werden al eerder aangegeven.

3. Met betrekking tot de solvabiliteit presteert Orange het best, maar Proximus kan een degelijke financiële onafhankelijkheid voorleggen.

4. Inzake rendabiliteit heeft Telenet de beste verkoopmarge, Proximus neemt hier de tweede plaats in. Bij de netto(rendabiliteit) van het eigen vermogen scoort Proximus duidelijk het best, dit wil dus zeggen dat investeringen bij Proximus het meest opbrengen.

Toch moet een kanttekening geplaatst worden bij deze conclusies. Deze ratio’s zijn namelijk berekend op vlak van de jaarrekeningen, wat momentopnames zijn, zoals eerder aangehaald. Cijfers kunnen op dat specifiek ogenblik gunstiger of ongunstiger voorgesteld worden in vergelijking wat er in realiteit speelt. Daarom is het belangrijk om deze cijfers in perspectief te zien. Deze financiële analyse moet meer gezien worden als een startpunt, om op die manier een inschatting te kunnen maken van de financiële resultaten van organisaties (Goeminne, 2020).