• No results found

R ESULTATEN VAN DE EIGEN ONDERZOEKSMETHODEN

Zoals in hoofdstuk 5 Methoden en technieken (pagina 5) is besproken, is er tijdens dit onderzoek gebruik gemaakt van twee kwalitatieve fieldresearchmethoden: interviews en een panelgesprek. In dit hoofdstuk worden de resultaten van het fieldresearch besproken.

11.1 Interviews

Er zijn in totaal 13 mensen geïnterviewd. In de doelgroep gezinnen zijn twee dubbelinterviews gehouden met een ouder en kind. Binnen de goodwilldoelgroep zijn er zes interviews

gehouden, daarnaast zijn er drie sporters geïnterviewd.

Gezinnen (twee dubbelinterviews)  Moeder Thea en dochter Romy Kester;  Vader Erno en zoon Mika Bos.

Goodwill

 Awranoos Mehraban (vrijwilliger);  Eline Blauw (vrijwilliger);

 Dirk Schouten (actiebedenker);  Annet Bongaerts (ambassadeur);  Shirley de Koning (sponsor);  Sjoerd Boom (sponsor).

Sporters

 Job van Lanen;  Talitha Bos;

 Erik Jeurissen (tevens ex-gezin en ambassadeur).

11.1.1 De interviews en resultaten

De interviews zijn live gehouden of via Skype. In beide gevallen zijn de interviews opgenomen. Deze opnamen zijn terug te vinden op de bijgevoegde DVD. De topiclijst is terug te vinden in Bijlage 1.De interviews zijn ook uitgewerkt in transcripties die te vinden zijn in Bijlage 2. In Bijlage 3 vindt u daarnaast het codeerschema waarin de uitkomsten van de interviews zijn gecodeerd. Op deze manier is in één oogopslag te zien wat het gemiddelde antwoord is op een vraag en wie welk antwoord heeft gegeven. In het vervolg van dit hoofdstuk vindt u de resultaten per onderwerp samengevat. De onderwerpen zijn:

 goede doelen naast Stichting Lucai;  online mediagebruik geïnterviewde;  huidige content;

 verwachte content;  nieuwsbrief.

11.1.2 Goede doelen naast Stichting Lucai

Aan elke respondent is gevraagd of hij/zij nog andere goede doelen naast Stichting Lucai volgt. Hieruit kan opgemaakt worden of iemand graag goede doelen volgt of niet, maar er kan ook gevraagd worden wat iemand wel of niet goed vindt aan de online content van het betreffende goede doel. Zo kan Stichting Lucai zien hoe het wel of juist niet moet.

Er zijn twee gezinnen geïnterviewd en beide volgen zij naast de stichting ook de VOKK (Vereniging Ouders, Kinderen en Kanker). Andere goede doelen die werden genoemd tijdens de interviews zijn stichting Mont Ventoux, stichting KanjerGuusje, KiKa, Racen Tegen Kanker, het KWF, Serious Request, Papilio Herberg,CliniClowns en Sailing Kids. Uit de interviews werd duidelijk dat de meeste mensen deze stichtingen vooral volgen voor de updates, maar er verder niet veel mee doen. Uitzonderingen hiervan zijn het gezin Bos dat gaat fietsen voor Stichting Mont Ventoux, vrijwilliger Eline Blauw die collecte loopt voor het KWF en ambassadeur Annet Bongaerts die ook ambassadeur is voor de Papilio Herberg.

Laatstgenoemde noemt ook nog Stichting Pal, een stichting voor palliatieve zorg. Zij geeft deze stichting als voorbeeld, omdat deze regelmatig actief is op Twitter en Facebook met artikelen en een nieuwsbrief (Bos & Bos, 2014; Blauw, 2014; Bongaerts, 2014).

Uit het gesprek met gezin Kester blijkt dat andere goede doelen vaker mails sturen. Zo zegt Thea Kester: “Van de VOKK krijg ik altijd mails en van KiKa ben ik vrijwilliger en krijg ik iedere

week mails. En van Against Cancer krijg ik nieuwsbrieven. Die krijg ik van de VOKK ook.” (Kester

& Kester, 2014). Vrijwilligster Awranoos Mehraban vertelt over Warchild dat zij actiever is op social media dan Stichting Lucai en dat het voor de naamsbekendheid van Lucai goed zou zijn als zij ook actiever wordt. Doe Een Wens neemt ze daarbij als voorbeeld. Zij plaatst berichten over welke wensen ze vervult en wat ze dagelijks doet (Mehraban, 2014). Erik Jeurissen ervaart ditzelfde bij Stichting Sailing Kids: “Ik zie bij Sailing Kids meer activiteiten.” (Jeurrissen, 2014). 11.1.3 Online mediagebruik geïnterviewde

Om te bepalen wat belangrijk is voor de contentstrategie van Lucai is het belangrijk te weten hoe de doelgroepen online media gebruiken. Hierom is hen gevraagd hoeveel uur per dag zij aan internet en social media besteden. Ook is gevraagd via welke kanalen de respondenten Stichting Lucai volgen en hoeveel procent van de tijd social media worden gebruikt via een mobiel apparaat. Dit is uiteraard van belang voor de vormgeving van de website en de inhoud en lengte van de berichten.

Uit de interviews bleek dat het aantal uur dat aan internet (social media, nieuws, e-mail, surfen, whatsapp etc.) wordt besteed nogal uiteen ligt: van één tot twaalf uur per dag. De meeste respondenten (58%) zitten tussen de één á twee uur per dag op internet, maar 32% zit tussen de twee en twaalf uur per dag te internetten. Opvallend is dat twee jongeren zeggen zo’n beetje de hele dag verbonden te zijn met de online wereld. Zo zegt Romy Kester:

“Ik zit er de hele dag door op. Alleen ’s nachts niet.” (Kester & Kester, 2014). Een andere

gehoorde quote is: “Als ik wakker ben, zit ik wel op internet of verbruik ik internet.” (Schouten, 2014).

Deze twee respondenten vallen beiden onder de categorie ‘jongeren’ en krijgen de hele dag door informatie binnen. Als stichting moet je dus zorgen dat je hiertussen opvalt.

Gespecificeerder is de vraag naar hoeveel uur per dag de respondenten aan social media besteden. Dat is tenslotte de plek waar je als bedrijf je informatie wilt verspreiden. Het aantal uren dat aan social media besteed wordt, ligt betrekkelijk minder ver uit elkaar. Bijna de helft besteedt één tot en met twee uur per dag aan social media. De twee respondenten die meer dan twee uur per dag aan social media besteden (respectievelijk drie en vijf uur per dag) zijn dezelfde respondenten die zeggen de hele dag door gebruik te maken van internet.

De respondenten geven aan dat ze de social media vaak vanaf een mobiel apparaat (mobiele telefoon of tablet) bezoeken. De modi (meest voorkomende antwoorden) zijn hier 100%, 80% en 70%. Afgezien van één respondent bezoeken de respondenten de social media voor meer dan 50% van de tijd vanaf een mobiel apparaat. Alle respondenten lezen ook hun e-mail via een mobiel apparaat.

Ook is de respondenten gevraagd welke websites van de stichting ze bezocht hebben. Eén derde van de geïnterviewden heeft nog nooit een website van Lucai bezocht. Er zijn drie

58% 17%

17% 8%

Uren op internet per dag

Tot 2 uur 2 tot 8 uur 8 tot 12 uur Geen antwoord 23% 46% 16% 15%