• No results found

Markermeerdijken. De strijd tegen het oprukkende zeewater,

In document Archeologie bij de Jozefschool in de Rijp (pagina 130-133)

de eerste resultaten van de

opgraving Etersheim

De Alliantie Markermeerdijken gaat de komende jaren 33 kilometer dijk tussen Hoorn en Durgerdam versterken. Vooruitlopend op deze werkzaamheden heeft Archeologie West-Friesland in 2018 op enkele locaties langs het dijktracé archeologisch vooronderzoek uitge-voerd. Het verdronken dorp Etersheim is een daarvan. Deze vindplaats is vanaf eind augus-tus tot begin oktober 2019 opgegraven.

Oorspronkelijk heeft het oude Etersheim een stuk meer richting het oosten gelegen, maar door een stijgende zeespiegel en een dalend

Langs de dijk werden enkele aanvullende gevonden dat mogelijk samenhangt met een

sleuven gegraven om het houten dijkdoorbraak ter plekke. Meer tegen de kade

scherm te kunnen begrenzen en om de van de koog aan kwamen bewoningsresten uit

foto©Ar

cheologie W

est-Friesland

tevoorschijn. Reden genoeg om deze locatie te onderwerpen aan een meer uitgebreid onder-zoek.

Langs de dijk werden enkele aanvullende sleuven gegraven om het paalscherm te begrenzen en om de dijkopbouw beter in kaart te brengen. Hieruit bleek dat het scherm alleen aan het zuidelijk dijkdeel van de Oosterkoog ligt. Voorbij de knik in de dijk, waar deze afuigt richting Etersheim en ver-der richting Schardam, is het scherm afwe-zig. Waarom is vooralsnog onduidelijk. De constructie is opgebouwd met zware inge-slagen grenen palen waartegen verticale planken zijn bevestigd. Aan de buitenzijde zijn ter versteviging schuine schoorpalen tegen de planken aangezet. Deze palen waren met een dissel slechts aan de buitenzijde aangepunt. Dit gebeurde vermoedelijk om de gronddruk - vooral aan die zijde - te verhogen, zodat de paal stevig tegen de constructie aan-gedrukt bleef. Het scherm werd waarschijn-lijk gebouwd om de dijk te beschermen tegen kruiend ijs of tegen het zeewater. Het zee-water stond in elk geval in de 18de eeuw regel-matig tegen de dijk aan. Vermoedelijk is het houten scherm in de late 18de of 19de eeuw gesloopt en heeft het plaats moeten maken voor een versteviging van grote noordse ste-nen, later aangevuld met basaltblokken. De resultaten ter hoogte van de vermeende nederzettingsresten waren anders dan verwacht. De aanwezigheid van een laat-middeleeuwse waterput en een dierbegraving, gevonden tijdens het proefsleuvenonderzoek, deden vermoeden dat hier mogelijk een of meerdere huiserven uit deze periode hadden gestaan. Dit bleek echter niet het geval.

Op deze anonieme kaart uit omstreeks 1750 is te zien dat het water op de koog tegen de dijk aan stond. Het noorden is rechts.

Aan de oostzijde van het onderzochte deel werden onder andere sloten gevonden met 13de-eeuws vondstmateriaal, vooral keramiek. Deze sporen geven een beeld van de oorspron-kelijke verkaveling, ontstaan in de ontgin-ningsfase van het gebied. In de 15de eeuw werd haaks op deze verkaveling een dijk aan-gelegd. Deze had een bescheiden hoogte van 1,6 m en een breedte van circa 6-8 m. Mogelijk gaat het om de dijk die wordt genoemd in een historische bron uit 1418, waarin toestem-ming wordt gegeven voor de bedijking van de koog, het buitendijkse land. Wellicht brak deze dijk nog in de 15de of aan het begin van

Vermoedelijk is het houten scherm in de 18de of 19de eeuw gesloopt en heeft het plaats moeten maken voor een versteviging van grote brokken noordse keien.

foto©Ar

cheologie W

est-Friesland

Aan de westzijde van het onderzochte deel werden voornamelijk sporen gevonden van diverse doorbraken en daarmee samenhangende erosiegeulen uit de 17de,18de en 19de eeuw.

De klei- en veenvulling van de geulen heeft gezorgd voor goede conserveringsomstandigheden waardoor niet alleen keramiek en metaal goed bewaard is gebleven, maar ook voorwerpen van organisch materiaal, Langs de huidige kade werden de gestapelde ophogingslagen van een vermoedelijk zoals leren schoenen en diverse houten 15de-eeuwse koogdijk ontdekt. De fjne gelaagdheid aan de bovenzijde van het profel voorwerpen. Op deze foto zien we een

foto©Ar cheologie W est-Friesland foto©Ar cheologie W est-Friesland

is ontstaan door periodieke overstromingen vanaf de 17de eeuw. de 16de eeuw door, zoals blijkt uit het archeo-logisch onderzoek. De randen van het kolkgat dat bij de doorbraak ontstond, bekleedde men met ruim 40 cm grote gestoken veenzoden, waarna de rest van het kolkgat werd opgevuld met brokken van veen en klei. De dijk is hier-na op dezelfde plek weer opgebouwd. Wellicht verplaatste men in de latere 16de of vroege 17de eeuw de kade verder zuidwaarts om de

leren schoen. gende erosiegeulen uit de 17de,18de en 19de eeuw. Hierin zaten delen van huisraad van woningen die hier in de late 17de eeuw zijn verlaten en verspoeld. De klei- en veenvulling van de geulen heeft gezorgd voor goede con-serveringsomstandigheden waardoor niet alleen keramiek en metaal goed bewaard is gebleven, maar ook voorwerpen van

orga-nisch materiaal, zoals leren schoenen en van de kerk wonen, maar op een gegeven mo-zwakkere gerepareerde plek te ontzien. Op de

kaart van Blaeu uit 1631 wordt de kerk buiten-dijks afgebeeld, maar de bewoning is binnen de bedijking van de koog getekend. Mogelijk hebben het hogergelegen laatmiddeleeuwse dijkje en de reparatie dienstgedaan als pla-teau of terp voor deze huizen.

Aan de westzijde van het onderzochte deel werden voornamelijk sporen gevonden van diverse doorbraken en daarmee

samenhan-diverse houten voorwerpen. Het onderzoek heeft verrassende resultaten opgeleverd en er is veel informatie verkregen over de bewoners van Etersheim en hun constante strijd tegen het oprukkende zeewater. Het zeewater zorg-de ervoor dat zorg-de zeedijk in zorg-de 15zorg-de eeuw moest worden teruggelegd als gevolg waarvan de kerk buitendijks kwam te liggen. In eerste in-stantie bleef men misschien nog wel een tijdje op dit nieuw gecreëerde voorland in de buurt

ment trok men zich toch terug op de hogere delen van de Oosterkoog. Ook dit werd door overstromingen een onhoudbare situatie en rond het midden van de 17de eeuw ging men zich dan ook binnendijks in de buurt van de huidige kerk en het huidige Etersheim vestigen.

Archeologie West-Friesland, Sander Gerritsen en Annabelle de Gast

Het fragment van de Achlum-fbula van Wieringen van opzij: het centrale deel van de kopplaat met bijna de helft van de boog, inclusief de veerrol en aanzet van de naald op de achterzijde van de kopplaat. De boog is gebroken bij het ronde gat waar de pen zit die de disc (een sierschijf die op de boog is bevestigd) heeft gezeten. Onder: het gezicht verbeeldt de Germaanse godheid Wodan.

foto©PNH

In document Archeologie bij de Jozefschool in de Rijp (pagina 130-133)