• No results found

6.4 Analyse praktijkstudie NBA

6.4.1 Key audit matters

Vanuit paragraaf 5.3 is duidelijk geworden dat voor een aantal competenties niet direct is te zeggen of deze worden geadresseerd in de nieuwe controleverklaring. Mogelijk gebeurt dit via de KAM’s. Het gaat om de volgende vier competenties:

1. Detectie van materiële fraude en/of illegale activiteiten benoemen in de controleverklaring;

2. Entiteit specifieke informatie met betrekking tot fraude en/of het frauderisico;

3. Entiteit specifieke informatie met betrekking tot IT-systemen en/of de interne beheersing; en

4. Significante moeilijkheden die de accountant heeft ervaren bij het uitvoeren van zijn controle uiten in de controleverklaring.

Voor het onderzoek zijn alle controleverklaringen tekstueel geanalyseerd. De KAM’s in de nieuwe controleverklaring zijn vervolgens geclassificeerd naar onderwerp. De resultaten zijn weergegeven in tabel 7. Voor resultaten per beursfonds, zie appendix vijf.

Onderwerp KAM's

Aan- verkoop van bedrijfsactiviteiten 10

Bankleningen 2

Claims / Juridisch 3

Waardering Goodwill / IVA 10

Waardering overig 16

Derivaten 2

Fraude overig 2

Revenue Recognition 6

Management override of controls 4

Inkoopbonussen 2 IT omgeving 2 Fiscaal 8 Overig 6 Pensioenverplichtingen 4 Interne beheersing 1 Totaal 78

Wat betreft fraude zijn er drie onderwerpen van belang: Management override of controls, Fraude overig en Revenue recognition. Management override of controls en Fraude overig raken het onderwerp direct. KAM’s met betrekking tot Revenue recognition hebbent niet per definitie te maken met fraude, omdat revenue recognition ook als zeer complex kan worden ervaren. De beschrijving van de KAM’s met betrekking tot de bovengenoemde drie onderwerpen zijn geanalyseerd op het feit of zij entiteit specifieke informatie bevatten met betrekking tot fraude en/of het frauderisico, of dat zij zelfs gedetecteerde fraudegevallen toelichten.

Management override of controls kwam als KAM terug in vier controleverklaringen. Alleen de toelichting met betrekking tot TNT Express bevatte een specifieke reden voor een frauderisico, namelijk de vele internationale operaties met als gevolg een uitgebreide governance structuur. De toelichting in de controleverklaring van Shell en Unilever geeft aan dat het onderwerp is geselecteerd op basis van een ISA vereiste in het Verenigd Koninkrijk. Beide ondernemingen hebben een entiteit naar Brits recht. De beschrijving van Vastned geeft geen reden met betrekking tot de reden van selectie.

De beschreven werkzaamheden komen vrijwel overeen. Alle vier omschrijvingen van werkzaamheden noemen bijvoorbeeld het testen van journaalposten en het beoordelen van de ‘control-environment’, met specifieke aandacht voor de klokkenluiderfunctie. De werkzaamheden zijn wel specifiek met betrekking tot management override of controls, maar zijn dus niet specifiek ingericht op de entiteit. Geen enkele KAM gaf een afsluitende conclusie. Revenue recognition kwam in zes controleverklaringen terug als KAM. In slechts twee gevallen werd een frauderisico geadresseerd. In de overige vier gevallen is dit onderwerp toegelicht omdat revenue recognition complex zou zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval bij ingenieursbureau Arcadis en bouwer SMB Offshore. Zij werken op projectbasis, waarbij de timing van omzet wordt bepaald aan de hand van de voortgang van het project. Dit laatste heeft een groot schattingselement vanuit het management, wat een objectiviteitsrisico met zich meebrengt. De twee gevallen waar het frauderisico is geadresseerd betreft wederom Shell en Unilever, die een verklaring naar Brits recht ontvingen. Het frauderisico is hier specifiek geadresseerd op basis van de combinatie tussen ISA’s en lokale richtlijnen van het Verenigd Koninkrijk. Omdat de aard van de bedrijven heel verschillend is, zijn de beschreven werkzaamheden niet hetzelfde. Zo focussen de werkzaamheden voor Unilever zich op een geld-goederenbeweging. De werkzaamheden voor Shell concentreren zich op de ongerealiseerde winsten binnen de oliehandel.

De adressering van het frauderisico in revenue recognition is specifiek. De vraag is echter of deze beschrijving entiteit specifiek is, of sector specifiek. Dat laatste lijkt het geval, aangezien de bewoording vrij algemeen is. Er wordt bijvoorbeeld genoemd dat de werking van de interne controle is meegenomen in de werkzaamheden, evenals het beoordelen van contracten. Dit zijn algemene werkzaamheden in een accountantscontrole. Aangezien er behalve Shell en Unilever geen vergelijkingsmateriaal is in dit eerste jaar, moet hier een slag om de arm worden gehouden. Ten slotte de KAM’s met betrekking tot fraude die niet vallen in de eerste twee categorieën. Dit kwam voor in de controleverklaring van SBM Offshore en Brunel. In beide gevallen betrof het eerder geconstateerde fraude. Het incident van Brunel was al toegelicht in de jaarrekening van 2012 en de beschrijving in 2013 betreft dan ook de opvolging die gegeven is naar aanleiding van het incident. De accountant beschrijft dat hij de opvolging door het management kritisch heeft gevolgd, maar geeft geen conclusie.

De geconstateerde fraude bij SBM Offshore is kenbaar gemaakt in een eerdere persverklaring. De KAM beschrijft in het bijzonder de juridische gevolgen en de overwegingen van de accountant met betrekking tot het opnemen van een voorziening voor claims. Deze beschrijving lijkt impliciet een conclusie te hebben, aangezien de accountant stelt dat het niet vormen van een voorziening in lijn is met IAS 37. Het is volgens de beschrijving nog te vroeg in het proces om de hoogte van de voorziening betrouwbaar te bepalen.

Informatietechnologie is in totaal twee keer behandeld als KAM. In het geval van Sligro betreft het upgrades van oude systemen, waarvan de groep sterk afhankelijk is. Vopak migreerde de activiteiten naar een geheel nieuw systeem. De KAM van Sligro bevat vervolgens een beschrijving van de werkzaamheden, waarbij de opmerking is gemaakt dat enkel datgene is gedaan wat nodig is voor de accountantscontrole. De omschrijving van Vopak is uitgebreider in de zin van dat er meer werk lijkt verricht. Behalve het overgaan van gegevens zijn bijvoorbeeld ook ‘quality controls’ met betrekking tot het nieuw in te voeren systeem en de aanwezige functiescheiding getest. Er wordt niet specifiek gewezen op het feit dat alleen die zaken zijn gecontroleerd die van belang zijn voor de controle. Beide KAM’s bevatten geen conclusie. Aangezien meer informatie met betrekking tot de werking van de interne beheersing een terugkomende wens was vanuit de gebruiker, in zowel de literatuur als de reacties op de exposure draft, is dit onderwerp eveneens bekeken. Het betreft een toelichting op een key control binnen Randstad. Volgens de accountant is de key control van groot belang voor het omzetproces. Behalve de werking van de control is ook gekeken naar mitigerende controls, mocht de key

control falen. Er wordt geen conclusie gegeven met betrekking tot dit element van de interne beheersing.

De accountant kan bij ieder onderwerp significante moeilijkheden ervaren. Er is daarom gekeken naar de redenering voor het opnemen van een onderwerp als KAM. In tabel 8 zijn de argumenten geclassificeerd naar thema. Er zijn meer argumenten dan KAM’s. Dat wordt verklaard door het feit dat sommige KAM’s meer argumenten bevatten. Vaak betreft dit een combinatie, bijvoorbeeld jaarrekeningposten die zowel zeer materieel zijn als, onderhevig aan schattingen door het management. Een andere, veel voorkomende situatie, was de combinatie waarbij een jaarrekeningpost onderhevig was aan marktinvloeden, met een complexe waardering als gevolg.

Reden opnemen KAM: Aantal

Onderwerp bevat complexe verantwoording 22

Jaarrekeningpost is zeer materieel 32

Marktonzekerheid heeft impact 15

Fraude / Frauderisico 8

Invloed van schattingen door het management 45 Sterke afhankelijkheid van IT / Interne beheersing 3 Mogelijke impact op going concern assumptie 1

Tabel 8: Redenen voor het opnemen van een Key Audit Matter. Uit bovenstaande redenen blijkt een sturende rol voor de KAM’s. De accountant wijst vooral op gebieden die veel aandacht vragen in de controle, omdat zij bijvoorbeeld complex of gevoelig voor subjectiviteit zijn. Schattingen door het management en marktonzekerheid komen voor bij veel controles. Het zijn posten die een bepaalde kennis en ervaring vragen. Toch leidt dit in de meeste gevallen niet tot significante moeilijkheden. Er zijn geen gevallen aangetroffen waarbij een KAM is opgenomen omdat de accountant tijdens de werkzaamheden significante moeilijkheden tegen het lijf liep.

Een opvallende reden in bovenstaande tabel is de laatste met betrekking tot going concern. Uit de reacties van accountants op de exposure draft bleek eerder dat zij moeite hebben met ‘close calls’ inzake continuïteit. De KAM is van toepassing voor vastgoedbelegger Nieuwe Steen Investments (NSI). De accountant geeft hier aan dat het herfinancieren van schulden van cruciaal belang is voor de onderneming. Compliance met de hieruit volgende bankconvenanten zijn volgens de accountant van groot belang voor de going concern assumptie. Er wordt geen conclusie getrokken. Ook wordt niet aangegeven of er sprake is van een going concern close call. Dit kan komen door de toelichting, waarin wordt gewezen op het feit dat er voor driehonderd

miljoen euro aan kapitaal is opgehaald in november 2013 via een aandelenuitgifte. De extra liquiditeit zal de controle van de continuïteitsveronderstelling wellicht hebben vereenvoudigd. Er kan dus niet geconcludeerd worden dat going concern close calls deel uitmaken van KAM onderwerpen.

Afsluitend kan gesteld worden dat de vaakst genoemde reden voor het opnemen van een KAM de ‘schatting door het management’ betreft. Schattingen door het management zijn subjectief en daarom een extra aandachtspunt in de controle, aangezien het management via prestatiebeloning of eigen aandelen een direct of indirect belang kan hebben bij het resultaat. De VEB gaf in paragraaf 6.1.2 aan dat zij graag geïnformeerd worden of deze schattingen conservatief, agressief of gematigd van aard zijn. Uit de tekstanalyse komt naar voren dat geen enkele KAM wordt afgesloten met een expliciete conclusie. De uitzonderingen waar een impliciete conclusie staat geschreven zijn in deze paragraaf toegelicht. De accountants trekken daarmee een consistente lijn met hun reactie op de exposure draft. Zij zijn bang dat een conclusie kan leiden tot een deelopinie. Om die reden valt aan te nemen dat niet aan de wens van de VEB tegemoet wordt gekomen.