• No results found

| 197 Bij de kansrijkheid van het skillspaspoort plaatsen de onderwijsexperts wel een

In document Vrij reizen over de arbeidsmarkt (pagina 197-200)

voorwaarden, succesfactoren

| 197 Bij de kansrijkheid van het skillspaspoort plaatsen de onderwijsexperts wel een

aantal kanttekeningen, die zij zelf zien als ‘randvoorwaarden voor succes’. Zij willen een heldere uiteenzetting van de (onderwijs)problemen die het skillspas­

poort oplost en willen een duidelijk beeld hebben over de toegevoegde waarde van het skillspaspoort ten opzichte van diploma’s én al bestaande trajecten en instrumenten zoals het EVC. Belangrijk, zo stellen zij, is een antwoord op de vraag of het skillspaspoort alleen bekwaamheid aantoont, of dat het ook een rol speelt bij het aantonen van bevoegdheden. Een skillspaspoort zou vooral kansrijk zijn als het meer ‘transversaal’ is dan een diploma, en skills en erken­

ning of bewijs bevat over (beroeps)domeinen of sectoren heen. Zij vragen zich wel af in hoeverre dat realistisch is.

De onderwijsexperts wijzen daarnaast op het belang van een breed draagvlak onder de volledige onderwijskolom en de brede beroepspraktijk. Als dat brede draagvlak ontbreekt, heeft (ook) een skillspaspoort geen kans van slagen. Dat draagvlak hangt, volgens deze experts, sterk samen met de randvoorwaarde­

lijke versterking van het vertrouwen tussen onderwijsinstellingen onderling en tussen onderwijs en beroepspraktijk.

De onderwijsexperts zetten een kanttekening bij de borging van privacy, veilige en verantwoorde omgang met persoonlijke data en het eigenaarschap van een skillspaspoort en de data. Daarin moeten vooraf heldere keuzes gemaakt worden. Als de privacy gewaarborgd is, de data veilig opgeslagen zijn en het eigenaarschap bij het individu ligt, is volgens de meeste experts het skillspas­

poort kansrijk.

Ten slotte wijzen de onderwijsexperts uit het onderzoek op eventuele onge­

wenste neveneffecten bij de inzet van het skillspaspoort. Zo zou het de kansen­

ongelijkheid mogelijk vergroten, in plaats van verkleinen. Kinderen van ouders met een hoge sociaaleconomische status zouden ruimere mogelijkheden hebben om in hun skills te investeren en dus ook meer kansen hebben om hun skillspaspoort te verrijken, waardoor ze meer kans maken op de arbeidsmarkt.

Behalve naar wenselijkheid, kansrijkheid en kanttekeningen is de onderwijs­

experts gevraagd aan te geven welke gevolgen zij in het gebruik van het skills­

paspoort zien voor de financiering en structuur van het onderwijs, de waarde van diploma’s en het onderwijscurriculum.

198 |

Dat het skillspaspoort gevolgen heeft voor de onderwijsstructuur, daar zijn de onderwijsexperts het over eens. Over de omvang van die gevolgen en wat die precies zijn, lopen de meningen uiteen. De verwachte gevolgen zitten vooral in de noodzaak tot verdere flexibilisering van het onderwijs en de ruimere mogelijkheden voor maatwerk, waarbij het skillspaspoort de basis zou gaan vormen voor flexibele en gepersonaliseerde leertrajecten. In het verlengde hiervan noemen enkele experts de noodzaak tot meer flexibele certificering als mogelijk gevolg van het skillspaspoort. Aan onderwijs in modules zouden immers ook modulaire erkenningen gekoppeld moeten worden, die verankerd zijn in nieuwe toets­ en beoordelingsvormen. Flexibilisering met maatwerk en flexibele certificering als gevolg van de inzet van een skillspaspoort zullen ertoe kunnen leiden dat studenten vaker horizontale en verticale overstappen maken in het onderwijs. Een ander gevolg is dat er mogelijk meer behoefte komt aan nieuwe onderwijsdiensten die gericht zijn op de validering van skills.

Over de waarde van diploma’s zijn de experts eensgezind. Diploma’s blijven voorlopig het harde (entree)bewijs op de arbeidsmarkt. Een skillspaspoort zal daar weinig aan veranderen. Wel zou, volgens de meeste onderwijsexperts, op de langere termijn de waarde van diploma’s wat kunnen afnemen door de introductie van het skillspaspoort. Dat zien enkele experts al gebeuren in een hoogdynamische sector als de IT, maar ook in kleine sectoren waarvoor geen beroeps­ of branchediploma’s bestaan. De experts zien het skillspaspoort als een verrijking, omdat het meer nuance kan bieden dan een diploma. Daarom heeft het volgens hen vooral een meerwaarde voor ongediplomeerden.

De introductie van een skillspaspoort zou volgens de meeste onderwijsexperts gevolgen kunnen hebben voor het onderwijscurriculum. Sommigen van hen verwachten daar grote gevolgen, anderen vrijwel geen. Volgens de meeste experts vraagt het skillspaspoort om flexibele curricula met maatwerk, zodat onderwijs­

deelnemers effectiever en efficiënter benodigde skills kunnen verwerven.

In het verlengde daarvan verwachten de geraadpleegde onderwijsexperts dat de wijze van toetsing verandert. Introductie van het skillspaspoort zou kunnen leiden tot een versnelling van het programmatisch toetsen. De meeste onder­

wijsexperts zien de flexibilisering van het onderwijs vooral als een roep om verfijning van bestaande curricula en niet als een roep om innovatie: bestaande curricula zouden een prima basis kunnen vormen. Volgens enkele experts is dat zelfs een absolute must, omdat bestaande curricula nu logische en op

| 199 elkaar volgende lesonderdelen bevatten. ‘Losplukken’ zou de logische volgorde

verstoren. De onderwijsexperts waarschuwen in het verlengde hiervan voor mogelijke nadelige gevolgen van de introductie van het skillspaspoort als dit inderdaad zou leiden tot meer individueel maatwerk. De meerwaarde van een curriculum en van collectief leren zou daarmee verloren gaan.

Over de gevolgen van skillspaspoorten voor de financiering van het onderwijs, ten slotte, bestaan verschillende opvattingen. De consequenties zijn volgens de experts lastig te voorspellen, omdat de huidige interne en externe financierings­

systemen erg complex zijn. Sommige experts stellen dat het skillspaspoort om een volledige herziening van de onderwijsfinanciering vraagt. Zij zien graag een bekostigingsstructuur gericht op deeldiploma’s en/of certificaten. Een aantal experts wijst in het verlengde daarvan op mogelijkheden voor hybride financie­

ring, bekostigd uit de huidige middelen (opleiding en diplomering) en de indivi­

duele leerrekening, die iedere burger dan zou moeten krijgen. Anderen voorzien daarentegen weinig tot geen gevolgen. Onduidelijkheid over de financiering blijft volgens de experts bestaan zolang niet helder is wat een skillspaspoort precies gaat zijn en welke rol het onderwijs daarin krijgt. Wel wijzen meerdere experts op het gevaar van consumentisme in het onderwijs door de invoering van het skillspaspoort: studenten die alleen skills komen ophalen.

Op basis van de interviews met de onderwijsexperts komen we tot een aantal concrete kernrandvoorwaarden waaraan volgens hen als eerste zou moeten worden voldaan om tot een succesvolle introductie van het skillspaspoort te komen33:

Zorg voor één skillstaal en één standaard skillspaspoort.

Zorg voor één kundig samenwerkingsverband dat verantwoordelijk is voor het draagvlak, de ontwikkeling en invoering.

Zorg voor draagvlak bij en samenspel met het onderwijs en docenten.

Zorg voor (meer) onderling vertrouwen tussen onderwijsinstellingen onder­

ling en tussen onderwijs en werkveld.

Zorg voor goed opgeleide skills­assessoren.

Zorg voor validatie van skills met contextrijke bewijsvoering.

Focus op cultuur, adoptie en implementatie van het principe van een skillspaspoort.

Experimenteer met diverse toepassingen van het skillspaspoort.

33 Hoofdstuk 6 bevat een volledige uitwerking van deze en andere randvoorwaarden.

200 |

7.6. Concluderend

Concluderend kunnen we stellen dat het invoeren van het hier beschreven ideaaltypische skillspaspoort vooralsnog een erg ambitieuze stip op de horizon is. De vele uitdagingen en evenzovele randvoorwaarden vragen nog om discussie en experimenten. Werknemers, werkgevers en onderwijsexperts zien de mogelijkheden van een skillspaspoort, maar ervaren nog geen urgentie.

Om te komen tot een skillspaspoort voor onderwijs en arbeidsmarkt waarmee studenten, werknemers en werkzoekenden vrij over de arbeidsmarkt kunnen reizen, zijn nog verschillende stappen nodig. Een eerste stap is het (door) ontwikkelen en testen van verschillende prototypen van skillspaspoorten in verschillende contexten.

Werkgevers en werknemers willen het skillspaspoort vooral gebruiken voor de instroomfase. Het gebruik ervan voor (door)ontwikkeling of Leven Lang Ontwikkelen lijkt vooral in het onderwijs op interesse te kunnen rekenen.

De mate waarin werknemers en studenten op zoek zijn naar een eerste of nieuwe baan lijkt een belangrijke rol te kunnen spelen bij de acceptatie van het skillspaspoort. (Potentiële) werknemers willen hun huidige en toekomstige werkgever(s) laten zien wat ze allemaal kunnen. Ook voor werknemers die een mismatch ervaren tussen de skills die zij hebben en de skills die zij daadwer­

kelijk inzetten in hun huidige functie, is die zichtbaarheidsfunctie van het skills­

paspoort belangrijk.

In het gebruiken van het skillspaspoort voor doorontwikkeling van werknemers zien de meeste werkgevers meer nadelen dan voordelen. Onderwijsexperts zijn hierover optimistischer. Maar ook zij plaatsen verschillende kanttekeningen.

Bijvoorbeeld bij het draagvlak onder docenten en studenten, bij de beschik­

baarheid van goed opgeleide assessoren, bij het vertrouwen tussen onder­

wijsinstellingen onderling en tussen onderwijs en beroepspraktijk in elkaars assessments en bij de overdraagbaarheid van de inhoud van het skillspaspoort over sectoren en beroepsdomeinen heen.

We concluderen dat een civiele meerwaarde ten opzichte van bestaande diplo­

ma’s een belangrijk en tegelijkertijd heet hangijzer is in de introductie van het skillspaspoort. Onderwijsexperts zijn daarin vooralsnog helder: het skillspas­

poort is een verfijning, uitbreiding en aanvulling op diploma’s, niet een vervan­

ging ervan. Diploma’s blijven het belangrijkste entreebewijs op de arbeidsmarkt.

In document Vrij reizen over de arbeidsmarkt (pagina 197-200)