• No results found

Interview per email met Nabilla Ait Daoud 22 juli

1. U bent schepen voor jeugd, kinderopvang, leefmilieu en dierenwelzijn, zou u kort kunnen toelichten wat uw rol is binnen de duurzaamheidsplannen en de uitvoering daarvan bij de stad Antwerpen?

- Stad Antwerpen heeft een aantal doelstellingen, waaronder de prioritaire doelstelling “Antwerpen is een duurzame stad”. Dit is een horizontale doelstelling en dat wil zeggen dat in principe elke schepen en elke dienst meewerkt aan het realiseren van deze doelstelling. Sommige realisaties worden dus door andere diensten uitgewerkt en vallen onder de bevoegdheid van een andere schepen. Een voorbeeld daarvan is het verduurzamen van onze stedelijke gebouwen, wat bevoegdheid is van de schepen van stadsbeheer. Wat deze projecten betreft neem ik een meer coördinerende rol op en zorg ik ervoor dat de horizontale doelstelling hoog op de agenda blijft staan. Ook de beleidsplannen die uitgewerkt worden binnen mijn bevoegdheid zijn in principe horizontaal. Deze horizontale werking werkt zeer goed omdat duurzaamheid op deze manier binnen alle processen van de stad wordt meegenomen. Een aantal projecten vallen dan weer direct binnen mijn bevoegdheid en de dienst Energie en Milieu Antwerpen. Denk dan aan projecten zoals de lage emissiezone, uitwerken van het klimaatbeleid, het geluidsactieplan, het beleid rond warmtenetten en restwarmtevalorisatie…

2. Zowel de stad Antwerpen als de provincie Antwerpen hebben een actieplan of beleidsnota opgesteld met betrekking tot duurzaamheid, hoe verhouden deze plannen zich tot elkaar?

- De verschillende beleidsniveaus hebben een beleidsnota ontwikkeld die beschrijft hoe hun

respectievelijke werkingen verduurzaamd kunnen worden. Dat is uiteraard een goede zaak, maar deze beleidsnota’s hebben vooral betrekking tot het beleidsniveau waarvoor ze opgesteld werden.

3. Welke federale overheidsdiensten (ministeries) en schepen hebben meegewerkt aan het tot stand komen van de beleidsnota ‘Antwerpen, duurzame stad voor iedereen’?

- Deze beleidsnota beschrijft zoals gezegd hoe de werking van de stad verduurzaamd kan worden en hoe de stad het goede voorbeeld kan geven. Deze beleidsnota werd nog opgesteld door de vorige bestuursploeg en ik kan dus moeilijk zeggen in hoeverre federale instanties hieraan hebben

meegewerkt. De beleidsnota is momenteel in herziening en een herwerkte versie zal deze legislatuur nog gefinaliseerd worden. We kijken daarbij vooral wat we zelf kunnen realiseren binnen onze bevoegdheden, maar we werken ook samen met de Vlaamse overheid. Duurzaamheid en leefmilieu is namelijk eerder een regionale bevoegdheid dan een federale.

4. In hoeverre is er nagedacht en besloten om de schepen voor cultuur, economie, stads- en buurtonderhoud, patrimonium en erediensten mee te laten denken in het tot stand laten komen van het de beleidsnota ‘Antwerpen, duurzame stad voor iedereen’?

- Zoals al gezegd heb ikzelf niet meegewerkt aan de huidige beleidsnota en dat kan ik dus moeilijk zeggen. De schepen die u vermeldt wordt uiteraard wel betrokken in de uitvoering van de horizontale doelstelling en werkt er actief aan mee. Ook bij de herziening van de beleidsnota worden de

verschillende diensten en schepenen betrokken.

5. In hoeverre bent u van mening dat kunst en cultuur een rol moeten of kunnen spelen binnen de duurzaamheidsplannen van de stad Antwerpen? Zo ja, hoe ziet deze er dan uit? Zo nee, waarom niet?

- Ik ben zeker van mening dat kunst en cultuur een rol kan spelen. Niet alleen kan er binnen deze domeinen heel wat verduurzaamd worden (zoals bijvoorbeeld energie-efficiëntie van musea), maar vooral kunnen we kunst en cultuur ook heel veel mensen aansporen om mee te werken aan een duurzame stad.

6. Bent u op de hoogte van Greentrack (initiatief van Prospekta) binnen de kunst- en cultuursector in Antwerpen? Zo ja, in hoeverre vind u dit initiatief passen binnen de duurzaamheidsplannen van de stad Antwerpen?

- Ja, ik ben hiervan op de hoogte, maar dit valt wel onder de bevoegdheid van de schepen van cultuur. Dit past zeker binnen de duurzaamheidsplannen van de stad. Om een echte duurzame stad te

verkrijgen, moeten we namelijk alle organisaties binnen de maatschappij mee hebben, ook kunst- en cultuurorganisaties.

7. In de beleidsnota ‘Antwerpen, duurzame stad voor iedereen’ wordt participatie als vierde P genoemd, maar dit wordt verder niet toegelicht, zou u kunnen toelichten wat daar exact mee bedoeld wordt? En hoe verhoudt deze vierde P zich ten opzichte van de andere drie P’s (people, planet, profit)?

- Duurzaamheid bestaat inderdaad voornamelijk uit de gekende 3 P’s: People, Profit, Planet. Dat wil zeggen dat een idee of project pas echt duurzaam is als een evenwicht gevonden wordt tussen ecologie, economie en de sociale aspecten. Participatie wordt inderdaad weleens de 4de P genoemd omdat je participatie nodig hebt om duurzaamheid (People, Profit, Planet) te bereiken. Je moet iedereen uit de maatschappij (van multinationals tot particulieren) betrekken om echte duurzaamheid te bekomen. Stadslab2050 speelt daarin een heel belangrijke rol (zie volgende vraag).

8. De stad Antwerpen heeft zowel Stadslab2050 als een Ecohuis opgericht, wat is de functie van beide initiatieven binnen de stad Antwerpen? En in hoeverre hebben de initiatieven al voor successen gezorgd? Kunt u voorbeelden noemen van resultaten die geboekt zijn?

- Het EcoHuis is een informerend en sensibiliserend instrument dat we als stad in handen hebben. Het

EcoHuis ontvangt duizenden bezoekers per jaar, geeft (bouw)advies enzovoort. Het is in feite een

afdeling van de milieudienst die zorgt voor het contact met de inwoners over het milieubeleid.

Stadslab2050 heeft als doel om alle actoren uit de maatschappij samen te brengen zodat zij onderling

ideeën kunnen bedenken en bediscussiëren. Het is ook de bedoeling dat die ideeën realiteit worden en daarvoor voorzien we ondersteuning. Een aantal keer per jaar worden ontmoetingsruimten

georganiseerd die geïnteresseerden rond een bepaald thema samenbrengen. Verschillende goede en vernieuwende projecten zijn al voortgekomen uit Stadslab2050 (zie www.stadslab2050.be).

9. Op welke punten moet de stad Antwerpen nog extra hard werken om de doelstellingen voor 2050 te kunnen halen? En waar zijn al grote resultaten geboekt?

- De stad heeft de covenant of mayors ondertekend wat wil zeggen dat we tegen 2020 de uitstoot van CO2 met 20% willen terugdringen vergeleken met 2005. Voor de eigenlijke stedelijke werking is de ambitie om de uitstoot met 50% te verminderen. Volgens de laatste emissie-inventaris zijn we op de goede weg, maar is een bijsturing van het klimaatplan wel nodig. Daarom werd het klimaatplan onlangs geactualiseerd. Het eerste klimaatplan focuste vooral op de residentiële sector en veelal kleine maatregelen. Dat hebben we nu uitgebreid. We focussen nu ook op industrie, tertiaire sector en zo verder en we nemen een aantal maatregelen op grotere schaal. We werken ook al aan het

vervolgtraject na 2020 om klimaatneutraliteit tegen 2050 te halen.

10. De beleidsnota ‘Antwerpen, duurzame stad voor iedereen’ is in 2011 opgesteld, heeft er al een evaluatie van de nota plaatsgevonden? En wordt er ook gewerkt aan een nieuwe beleidsnota voor duurzaamheid?

- Sinds 2011 zijn er natuurlijk al heel wat nieuwe actieplannen opgesteld. Denk maar aan het nieuwe actieplan fijn stof en NO2, het geluidsactieplan, het actieplan duurzame aankopen en het

geactualiseerde klimaatplan. De huidige beleidsnota die van voor deze actieplannen dateert is dus aan vernieuwing toe. We zijn daarom bezig met een evaluatie en we plannen de afwerking van de nieuwe beleidsnota nog deze legislatuur.

Interview per email met Iris Gommers